Vrije Tribune
‘Debat over nieuwe vliegtuigen moet vertrekken van de vraag wat voor defensie we eigenlijk willen’
Kolonel op rust Pierre Therie over het aanslepende dossier van de vervanging van de Belgische F-16 gevechtsvliegtuigen.
Met de beslissing van premier Charles Michel om nu géén keuze te maken voor de opvolger van de F-16 én ook de optie van een verlenging van de levensduur te onderzoeken, ligt het debat opnieuw op tafel. De onenigheid tussen de premier en defensieminister Steven Vandeput zal daar blijkbaar niets aan veranderen. Hopelijk kunnen er ditmaal wél vragen gesteld worden. Te beginnen met de belangrijkste politieke vraag: Welke defensie wil België en welke middelen zijn daarvoor nodig?
Debat over nieuwe vliegtuigen moet vertrekken van de vraag wat voor defensie we eigenlijk willen.
Intussen worden echter regelmatig bijdragen gepubliceerd die op zijn minst vragen om een antwoord. Dat is onder meer het geval met een opiniestuk geschreven door professor Herman Matthijs met als titel ‘F-35’s én Rafale’s kopen is politiek de meeste haalbare oplossing voor Charles Michel‘.
Hij geeft een interessant overzicht van de geschiedenis sinds dit dossier vanaf 2010 werd behandeld. Daarbij wijst hij op de opeenvolgende beslissingen om de levensduur van de F-16 niet te verlengen. Daar valt niets op af te dingen. Alleen ontbreekt er iets in zijn betoog, namelijk dat er toen nooit een grondige studie op basis van verifieerbare argumenten is gebeurd. Hoewel een regering ook het recht heeft om niet onderbouwde beslissingen te nemen, toonde de recente discussie over de levensduurverlenging dat een eventuele herziening van de beslissing (om niet te verlengen) wel degelijk zin heeft.
Kinderziektes?
Over de kwaliteit van de F-35 doet Matthijs enkele uitspraken die vragen om meer uitleg. Zijn vergelijking van de problemen die de F-35 kent met de kinderziektes van de F-16 loopt mank. ‘De laatste maanden lag de klemtoon vooral op de problemen bij de F-35. Die problemen waren er ook in 1979, toen België als eerste Europese land de F-16 aankocht. Eerste productielijnen kennen namelijk steeds kinderziekten, zeker wanneer het gaat om een hoogtechnologisch vliegtuig van de vijfde generatie.’
Om te beginnen veroorzaken de problemen met de F-35 een vertraging van tien jaar en wie de moeite deed om het recent verslag (juni 2018) van het Amerikaanse congres (US GAO – Government Accountability Office) aandachtig te lezen zal volgende opgevallen zijn: “DOD is getting closer to completing the F-35 program, but DOD’s plan to move into full-rate production without fixing key deficiencies brings into question the reliability and affordability of the aircraft.“
Hiermee zegt het controleorgaan, zestien jaar nadat Lockheed Martin de opdracht kreeg om de F-35 te bouwen, dat het vliegtuig nog mankementen vertoont die de betrouwbaarheid en betaalbaarheid in vraag stellen. En verder specifieert het rapport dat het om “111 ernstige tekortkomingen betreft die betrekking hebben op veiligheid of een andere kritische vereiste”. Dat zijn duidelijk geen kinderziekten meer.
Over de betaalbaarheid kregen we reeds een voorsmaakje: op 13 juni maakte Lockheed bekend dat ze Raytheon selecteerde om next-generation F-35 sensorsysteem van de volgende generatie te leveren. Het vliegtuig is nog niet eens operationeel maar de driehonderd reeds gebouwde exemplaren hebben verouderde sensoren die moeten vervangen worden. Dat is niet eens één van die 111 gebreken. Wie meer wil weten, kan daarover hier meer lezen.
Op basis van welke informatie Matthijs zegt dat de F-35A zo’n 82 miljoen dollar kost, weten we niet, maar zeker niet op basis van het rapport van het US GAO dat een zeer goede reputatie heeft. Volgens dit rapport weten zelfs de Amerikanen niet of ze de ‘operationele’ F-35 wel zullen kunnen betalen. Hoe zouden wij dat dan wel kunnen weten?
Een slecht vliegtuig dat iedereen al kocht
Een tweede uitspraak, gaat over de algemene kritiek: ‘als de F-35 toch zo’n slecht vliegtuig zou zijn, waarom hebben dan onder andere de Verenigde Staten, de Britse Royal Navy, Italië, Nederland, Noorwegen, Denemarken , Australië, Japan en Israël de toestellen aangekocht?’
Inderdaad, de geciteerde landen hebben de F-35 besteld en dat is ook normaal want ze hebben vanaf het begin deelgenomen aan de ontwikkeling van dit project. Het is voor die landen dus zeer moeilijk om uit een project te stappen nadat ze al zoveel geïnvesteerd hebben. Dat belette Canada echter niet om toch uit het programma te stappen en een nieuwe competitie te organiseren waar onder meer de Franse Rafale en de Gripen van Saab aan zullen meedoen.
Een tweede vaststelling is dat al die landen het aantal bestelde vliegtuigen fors inkrompen. Nederland wou er 85 maar bestelde uiteindelijk slechts 34 exemplaren.
Dat ook de US zijn aantallen verminderde, maakt dat de door Matthijs geciteerde totale afzet van 3.000 exemplaren al lang niet meer haalbaar is en volgens Amerikaanse bronnen hooguit de helft zal bedragen.
Over de Royal NAVY die ook voor de F-35 koos zegt het besluit van een parlementair debat het volgende:
“The October 17, 2017 Parliamentary Hearing and supporting written evidence indicates that: (…) 8) The UK should immediately terminate participation in the F-35B program. 9) If the QE carriers can not be modified to handle conventional carrier aircraft then they should be either scrapped or if deemed cost effective, used to support humanitarian missions.”
Dergelijke verregaande conclusie – de deelname stopzetten – toont een heel ander beeld van de F-35 dan voorstanders ons voorhouden.
Maar ook de andere ‘kopers’ zijn niet zo gelukkig: Japan zou een verbeterde versie F-22/F-35 willen, en het is goed om weten dat Israël de F-35 niet kocht maar gratis ontving in het kader van de militaire samenwerking. Daarenboven wordt Israël de eigenaar en kunnen ze aanpassingen aanbrengen, terwijl alle andere geciteerde landen zelfs niet autonoom de F-35 kunnen inzetten (of nieuwe wapensystemen integreren).
De procedure herbeginnen
Wanneer het echt de bedoeling is van premier Charles Michel om de beste oplossing te kiezen, dan moet het debat beginnen met de politieke vraag wat we willen. Daarbij is het cruciaal dat er een eenduidig antwoord komt op de vraag of België voorstander is van een nucleaire capaciteit. Want ooit zal men beseffen dat de Amerikaanse chantage wegens onze afhankelijkheid van hun nucleaire paraplu ons nog heel veel zal kosten.
De huidige procedure is aanvechtbaar om verschillende redenen waarover Pjotrs defensieteam reeds publiceerde en vragen stelde die tot nog toe onbeantwoord bleven.
Er is echter nog een belangrijke reden: omdat de huidige procedure potentiële kandidaten uitsloot die perfect beantwoorden aan de behoeften van België, betaalbaar zijn, en ook kaderen in de uitbouw van een Europese defensie.
Hoe kan een vliegtuig dat voor belangrijke onderdelen nog uit beloftes bestaat, worstelt met cruciale tekortkomingen die de betrouwbaarheid en betaalbaarheid onvoorspelbaar maken in een correcte competitie uitgeroepen worden tot een valabele en zelfs de béste keuze?
Pierre Therie is kolonel op rust en gewezen defensieattaché. Hij is lid van Pjotrs defensieteam.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier