David de Vaal
‘De wooncrisis die Vlaanderen al jaren teistert is onaanvaardbaar en wordt steeds erger’
‘De onaanvaardbare woonomstandigheden die we de laatste dagen zijn geen alleenstaand geval. We komen ze tegen in alle uithoeken van Vlaanderen, en ze tonen vooral hoe ernstig de wooncrisis is’, schrijft David De Vaal van Netwerk tegen Armoede.
Dat de schrijnende beelden over de sociale huisvesting in Gent tot een lokaal politiek steekspel zouden leiden, hoeft in volle verkiezingstijd niet te verbazen, maar het is wel bijzonder ongepast. De onaanvaardbare woonomstandigheden zijn immers geen alleenstaand geval. We komen ze tegen in alle uithoeken van Vlaanderen en ze tonen vooral hoe ernstig de wooncrisis is. Het lokaal beleid kan dit niet alleen oplossen, maar kan wel meer doen dan het vandaag doet, net als de Vlaamse regering. Nu de urgentie van het probleem duidelijk op tafel komt, hopen we dat de storm niet gaat liggen na 14 oktober, maar dat betaalbaar wonen ook het prioritaire thema wordt richting 26 mei 2019.
De wooncrisis die Vlaanderen al jaren teistert is onaanvaardbaar en wordt steeds erger.
De wooncrisis die een rijke regio als Vlaanderen nu al jaren teistert, is onaanvaardbaar en wordt bovendien steeds erger. 17 oktober, Werelddag van Verzet tegen Armoede, nadert. Exact 2 jaar geleden, in 2016, voerde het Netwerk tegen Armoede campagne rond betaalbaar wonen. We moesten geen moeite doen om verhalen te vinden zoals die in de Sint-Bernadette-wijk. Huizen vol schimmel, slecht geïsoleerd, en dat zowel op de private als de sociale huurmarkt, van Oostende over Gent en Antwerpen tot in Brussel en Leuven. Toen stonden er 100.000 mensen op de wachtlijst, vandaag is dat opgelopen tot een schrikbarende 135.000. Gemiddeld moet je meer dan 3 jaar wachten op een sociale woning, maar wij krijgen signalen van mensen in armoede dat, zeker in de centrumsteden, soms een wachttijd doorlopen van 9 (!) jaar.
Een crisis – en ik hoop dat niemand nog in twijfel trekt dat dit er een is – vraagt een meer doortastend beleid dan momenteel wordt gevoerd. De sociale én de private huurmarkt moeten toegankelijker worden en meer kwaliteit bieden. Uit het Groot Woononderzoek van 2015 (meest recente cijfers) bleek dat 44 % van de sociale en 47 % van de private huurwoningen van ontoereikende kwaliteit waren. Die staan dus zeker niet alleen in Gent. Hoewel de toestand ondertussen verbeterd zal zijn, kampt nog altijd een te groot aandeel woningen, en zeker die in het onderste segment, met kwaliteitsproblemen.
Partijen die pleiten om sociale woningbouw stil te leggen en enkel nog te renoveren, gaan voorbij aan de wachtlijsten die jaar na jaar blijven groeien.
Met een explosief groeiende wachtlijst en acute problemen op vlak van kwaliteit heeft Vlaanderen nood aan massieve investeringen in aanbod en kwaliteit. Er zijn de voorbije jaren al middelen geïnvesteerd voor renovaties. Onder andere het Klimaatfonds ondersteunt energiezuinige vernieuwingen van sociale woningen. Op die weg moeten we verder gaan, maar tegelijk moeten we enkele versnellingen hoger schakelen. Sociale huisvestingsmaatschappijen zullen moeten werk maken van renovatie én bijkomend aanbod, met steun van lokale besturen én Vlaanderen. Partijen die pleiten om sociale woningbouw stil te leggen en enkel nog te renoveren, gaan voorbij aan de wachtlijsten die jaar na jaar blijven groeien.
Maar niet enkel extra renovaties en extra bouw in de sociale huisvesting zijn nodig, ook de private huurmarkt kan socialer. Sociale verhuurkantoren, die private woningen betaalbaar doorverhuren aan kwetsbare groepen, kunnen een deel van de oplossing zijn. Aan lokale besturen om private verhuurders tot bij de SVK’s te brengen. Voor een verhuurder kan dit aan aantrekkelijk model zijn. Je moet de huurprijs een stuk verlagen, maar bent verlost van alle praktische en administratieve rompslomp en je bent verzekerd van je inkomsten, zelfs als de woning tijdelijk leegstaat.
Geen enkel land laat zoveel middelen vloeiennaar een subsidiëring van eigendom en investeert zo weinig in de huurmarkt.
Om een wooncrisis van dergelijke omvang te bezweren zijn middelen nodig, veel middelen. Een meer rechtvaardige woonfiscaliteit zou geld kunnen vrijmaken voor de sociale en private huurmarkt. Vanuit het Vlaamse en federale beleid wordt meer geïnvesteerd in eigendom dan in de huurmarkt. Dat is historisch gegroeid en blijkt nu een fundamenteel verkeerde keuze. Geen enkel land laat zoveel middelen vloeiennaar een subsidiëring van eigendom en investeert zo weinig in de huurmarkt. Bovendien gaat het gros van de middelen naar de hoogste inkomens, niet naar mensen in armoede maar ook niet naar de lagere middenklasse.
Nu investeren in betaalbaar wonen is een krachtig preventief instrument in de gezondheidszorg, om nog maar te zwijgen over de impact op het mentale en sociale welbevinden.
Door steunmaatregelen zo te ontwerpen dat ze wel toekomen aan de kwetsbaarste groepen en financiële middelen te heroriënteren van eigendom naar huurmarkt, kun je binnen de bestaande budgetten al heel wat realiseren. We beseffen dat dat niet van de ene op de andere dag kan. Niemand heeft er baat bij dat de woonmarkt ontwricht wordt, maar om dit op lange termijn te verwezenlijken, moeten we er wel nu mee starten.
En, laat ons eerlijk zijn, investeren in een betaalbare en kwaliteitsvolle huurmarkt, sociaal en privaat, is een investering die zich op termijn terugverdient. Mensen die in een deftig geïsoleerde woning leven zonder vocht, zijn minder kwetsbaar voor allerlei gezondheidsproblemen die daarmee gepaard gaan. Nu investeren in betaalbaar wonen is een krachtig preventief instrument in de gezondheidszorg, om nog maar te zwijgen over de impact op het mentale en sociale welbevinden. Bovendien voorkomt dit ook energiearmoede, een ernstig probleem dat door de stijgende prijzen alleen maar erger dreigt te worden.
Laten we hopen dat oplossingen voor de wooncrisis een speerpunt worden van de komende verkiezingscampagnes (richting 14 oktober en 26 mei) en leiden tot een lokaal en Vlaams woonbeleid dat waardig wonen voor iedereen haalbaar maakt. Het is alvast de hoop van vele duizenden Vlamingen, die alweer een barre, koude en vochtige winter tegemoet gaan.
David de Vaal is coördinator van Netwerk tegen Armoede.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier