Mobiliteitsexpert Kris Peeters: ‘De voorrang van rechts is juist een simpele regel’
‘Er ontstaat een inflatie aan verkeerssignalisatie, waardoor niemand nog goed weet waar hij aan toe is’, zegt mobiliteitsexpert en lector Verkeerskunde (PXL Hasselt) Kris Peeters.
In de gemeente Begijnendijk gaat de voorrang van rechts op de schop. Daarmee voegt Begijnendijk zich bij een groeiende groep Vlaamse gemeenten waar de voorrang van rechts plaatsmaakt voor alternatieve signalisatie zoals verkeersborden en haaientanden. Kruispunten met voorrang van rechts zouden onveilig zijn, aldus burgemeester Bert Ceulemans van Begijnendijk, en de voorrang van rechts verantwoordelijk voor menig verkeersongeval.
Wordt de voorrang van rechts hier toch niet een beetje onterecht in een kwaad daglicht gezet?
Kris Peeters: Dat denk ik wel. Het is eigenlijk een gekke discussie. Er wordt altijd gedaan alsof die voorrang van rechts superingewikkeld is, maar het is een vrij simpele regel. De voorrang van rechts geldt altijd, tenzij anders is aangegeven.
Precies.
Peeters: Daarnaast wordt vaak de indruk gewekt dat ongevallen of gevaarlijke verkeerssituaties de schuld zijn van de voorrang van rechts. Als je beter gaat kijken, is de oorzaak van veel van die ongevallen het niet correct toepassen van de voorrangsregels. Het gaat dan om verstrooidheid, of om overdreven assertiviteit bij bestuurders die toch nog snel iemand de voorrang proberen af te pakken. Heel vaak ligt het ook aan de verkeerde vormgeving van de weginfrastructuur, waardoor de voorrangsregeling niet duidelijk genoeg is.
Niet duidelijk in welke zin?
Peeters: Om de voorrangsregels vast te leggen, moet je kijken naar de functie van elke weg. Waar staat die of die straat in de pikorde? Je hebt grotere wegen met een doorstroomfunctie, versus kleinere wegen en straten. Het is een kwestie van gezond verstand dat een weg met een belangrijke verkeersfunctie hoger in de hiërarchie staat, en dus voorrang krijgt op een straat met alleen een ontsluitings- of verblijfsfunctie.
En dat daar dus de voorrang van rechts niet geldt?
Peeters: Inderdaad, dan heeft de straat hoger in de rangschikking, of in categorisering zoals wij dat in het jargon noemen, voorrang.
Kunnen gemeenten zomaar kruispunten wijzigen en de voorrang van rechts in de prullenbak gooien?
Peeters: Ja, want de gemeenten zijn de wegbeheerder van de meeste straten. Wat eigenlijk zou moeten gebeuren, is dat gemeenten bij elk kruispunt nagaan of het wegbeeld spoort met de voorrang die er zou moeten gelden. Is dat het geval, dan hoef je niks te doen en is het kruispunt in principe veilig. Maar geeft het wegbeeld bijvoorbeeld de indruk dat twee wegen gelijkwaardig zijn, of dat een bepaalde weg voorrang heeft terwijl dat niet zo is? Dan heb je de keuze: infrastructurele aanpassingen, de beste optie, om een en ander te verduidelijken. Selfexplaining roads noemen ze dat in het Engels, waarbij het wegbeeld zichzelf verklaart en je intuïtief aanvoelt of je voorrang hebt of niet. Maar zulke werken kosten tijd en geld. In afwachting daarvan kun je inderdaad met borden en andere toeters en bellen proberen duidelijk te maken wie voorrang heeft. Maar that’s it. Daarvoor hoef je de voorrang-van-rechtsregel niet ter discussie te stellen.
Is het gevaar ook niet dat het verkeer minder leesbaar wordt als weggebruikers bij elk kruispunt moeten nagaan: wat is hier nu de voorrangsregel?
Peeters: Zeker. En je hebt dan ook veel meer signalisatie en verkeersborden nodig dan als je gewoon waar mogelijk de voorrang-van-rechtsregel aanhoudt, die iedereen hoort te kennen. Uiteindelijk staan er dan zo veel borden langs de weg dat de meesten onder ons die borden niet meer zien. En dan dient zo’n bord alleen om de wegbeheerder te beschermen tegen aansprakelijkheidsclaims, en zeker niet in de eerste plaats voor meer verkeersveiligheid. Want nog een bord erbij, dat valt niet op in het bos van borden dat we nu al hebben. Je moet die borden ook schoonmaken, onderhouden en na zoveel jaren vervangen – vergeet niet dat verkeersborden voor sommige bedrijven big business zijn. Bovendien zijn die borden vaak gevaarlijke obstakels voor voetgangers en steeds snellere fietsers, zeker in het duister.
Maar waarom staat de simpele voorrang van rechts dan toch steeds meer ter discussie?
Peeters: Voor mij is het een vorm van populisme. Inwoners van een gemeente gaan weleens hun beklag doen. Die klachten komen bij de mobiliteitsschepenen en schepencolleges terecht. En die zetten graag ergens een extra bord of schilderen een andreaskruis op de grond om te waarschuwen voor een gevaarlijk kruispunt. Dan kunnen lokale politici zeggen: we hebben uw klacht gehoord en we doen er wat mee. Zo krijg je natuurlijk een inflatie van signalisatie, waardoor je een nieuw soort onduidelijkheid creëert op kruispunten waar geen signalisatie is en waar dat ook niet hoeft, want de voorrang van rechts blijft de hoofdregel. Maar daar staat dan niks, en op het vorige kruispunt weer wel, en op de duur weet niemand nog goed waar hij aan toe is. Daarom zullen alle verkeerskundigen zeggen dat we niet naar meer maar juist naar minder verkeersborden en signalisaties moeten. Maak ook gewoon een kruispunt of een aansluiting goed zichtbaar. In Frankrijk doen ze dat eenvoudig en effectief, met witte paaltjes aan weerzijden van een zijstraat.
Bij ons dreigt elke gemeente er een soort lappendeken à la carte van te gaan maken?
Peeters: Ja, en met ingrepen die dan ook heel weinig worden gehandhaafd.
Zou je ook niet duidelijkheid en eenvoud kunnen creëren door in plaats van de voorrang van rechts af te schaffen, juist te bepalen dat de regel echt vrijwel altijd geldt?
Peeters: Dat is theoretisch mogelijk, maar niet wenselijk vanwege de hiërarchie van wegen waarover ik het eerder had. Mooi meegenomen is wel, al zullen critici hier spreken van misbruik van de voorrang van rechts, dat de voorrang van rechts ook bekendstaat als een snelheidsremmende maatregel. In een straat met voorrang van rechts wordt gemiddeld trager gereden, zonder dat je daarvoor dure plateaus, snelheidsdrempels of kussens moet aanleggen. Op die manier werkt voorrang van rechts als een soort natuurlijke regulator van gewenst gedrag. Nog een argument voor toch zeker het behoud van de voorrang van rechts is dat die regel internationaal is. We streven hopelijk toch naar verkeerssituaties die ook voor buitenlandse bestuurders begrijpelijk zijn?
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier