Dirk Draulans
‘CD&V: partij van het paard en de verpaarding’
Veel meer dan de door haar geviseerde natuurverenigingen is de CD&V zélf verantwoordelijk voor de stijging van de prijs van landbouwgrond, stelt bioloog en Knack-journalist Dirk Draulans.
Ongetwijfeld dacht hij de hoofdvogel te zullen afschieten. Nadat CD&V-voorzitter Sammy Mahdi natuur eerder al had herleid tot ‘drie bomen en een speciale vleermuis’, lanceerde hij deze week het voorstel om natuurverenigingen beperkingen op te leggen inzake het aankopen van landbouwgrond om er natuur van te maken. De grond moet voor de boeren zijn, én betaalbaar zijn. Natuuraankopen kunnen de prijs omhoog jagen, zeker als ze concurrentievervalsend werken door het inzetten van overheidssubsidies – zo luidde zijn analyse.
De CD&V blijft zich maar antinatuur opstellen, met steeds grotere hardnekkigheid. De partij vecht verbeten tegen zowel de Europese natuurherstelwet als het Vlaamse stikstofdecreet – stikstof is trouwens niet alleen een probleem voor onze natuur, maar ook voor onze gezondheid. Nu neemt ze het al bestaande natuurbeleid in het vizier, inbegrepen het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) dat voor de Vlaamse overheid aan natuurbeheer doet.
Maar het lijkt er sterk op dat Mahdi met zijn recentste antinatuuroprisping in zijn eigen voet geschoten heeft. Want een analyse van de beschikbare cijfers en andere informatie wijst uit dat de CD&V zelf instrumenteler is in het omhoog jagen van de prijzen voor landbouwgrond dan de door haar zo gehate verenigingen als Natuurpunt.
Collega Tex Van berlaer van Knack heeft uitstekend gedocumenteerd hoe prominente CD&V’ers, inbegrepen fervente verdedigers van de boerenbelangen, zelf actief bijdragen tot de ‘verpaarding’ van ons landschap. Het betreft een proces waarbij, om het plat te zeggen, koeien voor de voedselvoorziening vervangen worden door paarden voor het amusement. Op zich is daar niks mis mee. Vlaanderen produceert meer dan genoeg voedsel en er is ruimte voor paarden op het platteland. Het is niet altijd het geval, maar paarden kunnen een landschap levendiger en aantrekkelijker maken, zeker als ze op bloemenvriendelijke weilanden gehouden worden.
Het probleem schuilt hem echter in het feit dat mensen die paarden houden, dikwijls kapitaalkrachtiger zijn dan boeren en dus gemakkelijker vrijkomende gronden kunnen opkopen. Zij drijven de prijzen de hoogte in, veel meer dan de natuurverenigingen en het ANB die dikwijls marktconformer bieden – hun geld groeit niet aan de bomen, in tegenstelling tot wat velen uit CD&V- en andere natuurhatende kringen menen te moeten propageren. Zelfs CD&V-boerenverdedigers kozen ervoor om landbouwgrond te verkopen aan paardeneigenaars en niet aan bijvoorbeeld jonge boeren die graag meer grond zouden hebben. Het is begrijpelijk, maar in de context van de uitspraken van Mahdi is het wel een schoolvoorbeeld van de christelijke allegorie van ‘de splinter in iemands oog zien, maar niet de balk in het eigen oog’.
Er is in Vlaanderen zo’n 783.000 hectare landbouwgrond. Daarvan is minder dan 2 procent ingenomen door natuur, maar liefst 12 procent door verpaarding en vertuining. Er gaat dus meer landbouwgrond ‘verloren’ aan paarden dan aan vogels en vlinders. Omgekeerd is er in Vlaanderen zo’n 175.000 hectare bestemd voor natuur, maar daarvan wordt nog altijd 45.000 hectare (ongeveer een kwart) gebruikt voor landbouwdoeleinden, niet zelden monoculturen van bijvoorbeeld maïs. Iemand die stelt dat natuur landbouw aan het verdringen is, dwaalt.
En ja, Natuurpunt en het ANB kopen effectief weleens landbouwgronden aan, maar het ligt in de grootteorde van voor beide instanties gemiddeld enkele honderden hectaren per jaar – peanuts in het totale areaal. Bovendien zijn veel van die gronden ongeschikt voor landbouw, doorgaans omdat ze te nat zijn. Beide organisaties werken trouwens in de context van hun natuurbeheer met een duizendtal boeren samen.
Het kan niet genoeg benadrukt worden dat natuur nuttig is voor de mens. Ze bevordert zowel ons fysiek als mentaal welzijn, extra relevant in deze tijden van verhoogde druk op veel mensen. Ze is behulpzaam in het tegengaan van de gevolgen van de klimaatopwarming, onder meer door als buffer te fungeren tegen zowel overstromingen als langdurige droogteperiodes. Natuur levert ons belangrijke diensten, ook economische. Voor de regelgever kadert ze daarom in het ‘algemeen belang’, wat oprispingen over illegale of concurrentievervalsende overheidssteun bij natuuraankopen juridisch irrelevant maakt.
De CD&V en de Boerenbond counteren de stelling dat hun leden zelf landbouwgrond verpaarden met de opmerking dat het officieel wel landbouwgrond blijft en dus eventueel terug aan boeren kan worden gegeven. Dat is correct, alleen is het onrealistisch te veronderstellen dat het frequent zal gebeuren in een landschap dat sterk ‘verpaardt’. Sinds 2010 is het aantal paarden in Vlaanderen met liefst 145 procent gestegen, naar zo’n 200.000. Paarden verdringen koeien (of correcter: veevoerakkers) van ons platteland. In zo’n markt is de kans klein dat de grondprijzen gaan dalen. Illustratief is ook dat een significant deel van de vrijkomende boerderijen tegenwoordig gekocht wordt om er een villa (al dan niet met paarden) van te maken.
Prominente CD&V’ers hebben zelfs actief gelobbyd voor het vergemakkelijken van de verpaarding van ons landschap, niet zelden omdat ze zelf paarden hadden en ondanks het feit dat ze openlijk de boeren verdedigen – een van hen is nadien zelfs voorzitter van de Boerenbond geworden. Als leden van het Vlaams Parlement ijverden Tinne Rombouts en Lode Ceyssens met succes voor het zo aanpassen van de regelgeving inzake ruimtelijke ordening dat paardenstallen in landbouwgebied niet langer als zonevreemd worden beschouwd en dus gemakkelijker vergund konden worden. Het vergemakkelijkte de bouw van nieuwe paardenstallen in landbouwgebied en heeft dus ongetwijfeld bijgedragen tot het opdrijven van de grondprijzen op het platteland.
En voor we het vergeten: ook de Open VLD is een echte paardenpartij. De paarden mogen niet klagen over hun vertegenwoordiging in de Vlaamse bestuursinstanties.
Dus, mijnheer Mahdi, uw partij is veel meer dan de natuurverenigingen verantwoordelijk voor de stijging van de grondprijzen in landbouwgebied. Mogelijk wist u dat – indien niet, dan weet u het nu. Ik vergeet altijd welke historische CD&V-coryfee, Herman Van Rompuy of Mark Eyskens, het lang geleden eens over ‘de christelijke deugd van de hypocrisie’ had, maar met uw aanval op de natuurverenigingen hebt u overtuigend aangetoond dat het nog altijd aan de orde is. Onze boeren verdienen beter dan dat.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier