Bert Bultinck
‘Bij ecologische rampen op ecologisten schieten: daar zijn Vlaamse politici kampioen in’
Een noodpakket, hebt u dat al klaarstaan? Ergens op een hoge, droge plek? Vorige week stuurde het Nederlandse Rode Kruis een videootje rond dat uitlegt waarom zo’n koffertje belangrijk is. Een paar flessen drinkwater, voedsel in blik voor drie dagen, een zaklamp met extra batterijen, en kopieën van je paspoort en je verzekeringspapieren: het is verdomd handig als het helemaal misgaat, was de boodschap.
Nee, dat is al lang geen oproep van zonderlinge ‘preppers’ meer, de lieden die zich in bunkers op postnucleaire tijden voorbereiden. Het is vandaag overheidscommunicatie, of toch bij onze noorderburen. Zeven op de tien Nederlanders zijn niet voorbereid op een overstroming, volgens onderzoek van het Rode Kruis. Meer nog: twee derde denkt dat de kans klein tot zeer klein is dat ze getroffen worden door watersnood. Après nous le déluge, blijven we allemaal denken – de zondvloed zal wel ná ons komen – hoezeer ook onze buren met natte voeten in de woonkamer staan. En als zelfs Nederlanders – in het waterland bij uitstek – zich niet voorbereiden, hoe erg moet het dan niet zijn bij de Vlamingen?
Erg, zo bleek vorige week, bij de overstromingen in de Denderstreek. Niet alleen burgers werden verrast door het wassende water, ook de overheden waren niet goed voorbereid. Dat is wraakroepend, in een regio die qua belastingdruk zijn gelijke niet kent. Meer nog: in het debat over de sluizen bleek dat Wallonië efficiënter te werk is gegaan dan Vlaanderen. De belabberde PISA-onderwijstests, de ellende in de kinderopvang: het is allemaal niet goed voor ons Vlaamse zelfbeeld. Maar dat Wallonië – volgens meerdere Vlaamse politici toch het nulpunt van de westerse beschaving – de sluizen had vernieuwd, en Vlaanderen géén oplossing had geregeld: ga dat maar eens uitleggen aan de kiezer.
Bij ecologische rampen op ecologisten schieten: daar zijn Vlaamse politici kampioen in.
Dat een lokale milieubeweging, het Milieufront Omer Wattez, met goede argumenten de vernieuwing van de sluizen heeft tegengehouden ten faveure van betere, duurzamere maatregelen, dat is waar. Het valt te begrijpen hoe Vlaamse politici dat verhaal met enige gretigheid aangrijpen om de verantwoordelijkheid van zich af te schuiven. Bij ecologische rampen op ecologisten schieten: daar zijn Vlaamse politici kampioen in. Maar burgers zijn niet dom. Als een rechter vindt dat de milieuvereniging gelijk heeft, dat de administratie dan een betere oplossing verzint. Het zijn finaal toch de politici die de decreten maken?
Het weer wordt almaar extremer, zei Lydia Peeters (Open VLD) ternauwernood. En dat we zullen moeten onteigenen. Maar dat besef komt laat, en niemand gelooft dat ze er morgen mee zal beginnen. Is er überhaupt geld om de onteigende mensen te compenseren? Het was milieujurist en Groen-politicus Hendrik Schoukens die er vorige week nog op wees hoe onrealistisch hoog die compensaties vandaag al worden ingeschat. In de decreten wordt namelijk niet van de aankoopwaarde uitgegaan, maar van de marktwaarde van de drassige bouwgronden. Dat is niet onlogisch vanuit het standpunt van de eigenaar, al wist die natuurlijk heel goed wat hij deed bij aankoop. Maar vooral: het is onbetaalbaar voor lokale besturen. En dus komt er een nieuwe patstelling, met doekjes voor het bloeden en praatjes voor de vaak. Het is wachten op de volgende overstroming.
(Lees verder onder de preview)
In zijn meeslepende boek Schokeffecten gaat filosoof Wouter Kusters de klimaatproblematiek te lijf via een omweg, die van de klimaatangst en klimaatdepressie. Bladzijden lang verbaast Kusters zich over de algehele passiviteit ten aanzien van de natuurrampen die op ons afkomen. Nochtans zullen die blijven komen, en elkaar steeds sneller opvolgen, daar zijn zelfs Lydia Peeters en minister-president Jan Jambon (N-VA) tegenwoordig van overtuigd. Vandaag is het gelukkig nog maar een kleine, maar groeiende minderheid die in de greep is van de klimaatangsten – of zou het onderhuids bij een meerderheid ook een rol beginnen te spelen? Kusters is er een voorstander van om die angst niet weg te redeneren, maar gewoon door die fase te gaan, in plaats van ervan weg te vluchten. Dat zorgt voor een dieper en blijvend engagement, hoe somber de toekomst ook kleurt.
Vlaamse politici hoeven niet zover te gaan, al valt het te voorspellen dat angstige klimaatjongeren steeds minder als Jeanne d’Arcs zullen worden weggezet. Dat is al lang niet grappig meer. Niemand hoeft Jan Jambon of Lydia Peeters een depressie aan te praten. Met een beetje beroepsernst zouden we al heel blij zijn.