Belgen zijn ontevreden over bewandelbaarheid van hun omgeving
Voetgangers zijn in ons land niet tevreden over de bewandelbaarheid van hun gemeente. Gemiddeld krijgt die een score van 10,4 op 20, net geen buis. Dat blijkt uit de eerste Belgische Voetgangersbarometer van Tous à Pied, Voetgangersbeweging en Walk.Brussels, waarover De Zondag in primeur schrijft.
Voor de grote bevraging lieten meer dan 13.500 Belgen uit 544 gemeenten hun stem horen. Van de deelnemers kwam 43 procent uit Vlaanderen, 20 procent uit Brussel en 37 procent uit Wallonië. Ruim zes Belgen op tien (61 procent) verplaatsen zich elke dag te voet. De belangrijkste redenen om te stappen zijn boodschappen doen (72 procent), wandelen, sporten en vrije tijd (71 procent), naar school of werk gaan (60 procent) of om voor iemand anders te zorgen, zoals om kinderen naar school te brengen of een oudere te begeleiden (33 procent).
Slechts vier op tien (38 procent) vinden te voet gaan in hun gemeente aangenaam. Vlamingen geven de bewandelbaarheid een gemiddelde score van 10,65 op 20, Brusselaars 10,7 en Walen 10.
Obstakels
De grootste pijnpunten voor voetgangers zijn het comfort, de veiligheid en het voetgangersbeleid. Zo vindt 73 procent van de bevraagden die moeite hebben met stappen, dat de ruimte voor voetgangers niet breed en vlak genoeg is om makkelijk te kunnen stappen. Voor 65 procent zijn er te veel obstakels op voetpaden, zoals fietsen, vuilbakken, verkeersborden en laadpalen. Bijna evenveel voetgangers (64 procent) zijn ontevreden met de ondergrond (oneffen, glad…). Vooral vrouwen (64 procent) voelen zich ’s nachts niet overal veilig en vermijden daarom bepaalde plaatsen of wegen. 63 procent durft kinderen vanaf 8 jaar nog niet zelfstandig te voet te laten gaan. Ruim de helft (52 procent) vindt de relatie met bestuurders van voortbewegingstoestellen, zoals elektrische steps en skates, niet hoffelijk.
Vier op de vijf voetgangers (80 procent) betreuren het gebrek aan voorzieningen die het comfort voor voetgangers verbeteren, zoals openbare toiletten, schuilplaatsen, zitbanken en waterkraantjes. Bijna drie op de vijf (56 procent) vinden dat de situatie voor voetgangers de afgelopen twee jaar niet echt verbeterd is.
Verbetermogelijkheden
Om te voet gaan te stimuleren, doen de bevraagde voetgangers tal van suggesties. Met stip bovenaan (82 procent) staan veilige en comfortabele voetpaden, die breder zijn, goed onderhouden en vrij van obstakels. Andere mogelijke verbeteringen zijn een compleet voetgangersnetwerk met veilige routes en oversteekplaatsen (74 procent), een aangename omgeving om in te stappen (69 procent), beter toegankelijke en uitnodigende openbare plaatsen en voorzieningen voor voetgangers (67 procent) en voetgangers en fietsers van elkaar scheiden voor meer verkeersveiligheid (66 procent).
‘Het is de allereerste keer dat er een diepgaand onderzoek gebeurde naar de noden van deze kwetsbare groep weggebruikers’, zegt federaal minister van Mobiliteit Georges Gilkinet (Ecolo) in een reactie aan De Zondag, ‘Dat alleen al is een succes. De resultaten laten wel zien dat er veel verbetermogelijkheden zijn. Elk beleidsniveau moet hiermee aan de slag gaan. Ik hoop dat ook de steden en gemeenten dat doen.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier