Amokmakers op recreatiedomeinen: waakhond sabelt nationaal toegangsverbod neer

De Blaarmeersen in Gent.
De Blaarmeersen in Gent. © Belga
Tex Van berlaer
Tex Van berlaer Journalist Knack

Het voorstel om een nationaal toegangsverbod op te leggen aan relschoppers op recreatiedomeinen zou niet alleen nutteloos zijn, maar ook een gevaarlijk precedent kunnen betekenen. Dat stelt het Controleorgaan op de politionele informatie (COC).

De Ster, De Nekker, het Zilvermeer, de Blaarmeersen: stuk voor stuk kwamen de recreatiedomeinen de afgelopen zomers in het nieuws door geweldincidenten. Telkens opnieuw gingen groepen amokmakers, er met elkaar of met andere bezoekers op de vuist.

Het noopte de domeinen tot strengere toegangsvoorwaarden, van een verplichte identiteitscheck bij de verkoop van tickets tot het verlagen van het maximale aantal toegelaten bezoekers. Ook de roep om een nationaal toegangsverbod klonk steeds luider. In navolging van de Voetbalwet, die hooligans uit de stadions moet houden, zouden mensen die in één recreatiedomein tegen de lamp lopen ook geweerd kunnen worden uit alle andere. De zwarte lijst zou voorkomen dat heethoofden zouden shoppen tussen verschillende bestemmingen.

Minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) verklaarde in juni dat ze het idee zou bekijken. Haar partijgenoot, Kamerlid Franky Demon, diende alvast een wetsvoorstel in.

‘Hek van de dam’

Maar de doelstelling van het voorstel zal hoogstwaarschijnlijk niet alleen ‘een slag in het water’ zijn, ook dreigt het gevaar van een ‘indringende politionele gegevensverwerking van repressieve aard’. Dat stelt het Controleorgaan op de politionele informatie (COC), dat waakt over privacygerelateerde kwesties bij de politie.

De kritiek is tweeërlei. In het voorstel wordt de amokmaker onder meer uitgenodigd bij de politie om er een foto te laten nemen, waarna dat beeld wordt gedeeld met exploitanten van recreatiedomeinen. Maar dat fotomoment kan op geen enkele manier verplicht worden, stelt het COC. ‘Dat is uiteraard problematisch voor de effectiviteit van de maatregel.’

Maar daarnaast vormt het voorstel een gevaarlijk precedent op het vlak van privacy. Het wetsvoorstel gaat er immers van uit dat politiediensten beeldmateriaal zouden versturen naar recreatiedomeinen, die vaak worden uitgebaat door private of semipublieke organen. ‘Het COC vreest dat een basisbeginsel zou worden doorbroken en het hek van de dam is.’ Waarom? ‘Het is geen geheim dat ook andere organen, zoals de private veiligheidssector, vragende partij zijn om allerhande politionele informatie en persoonsgegevens te kunnen ontvangen.’

Hacking

Zo is het lang niet duidelijk of de uitbaters verantwoordelijk omspringen met privégegevens. Het COC verwijst daarbij evenzeer naar recente hacking van computersystemen. ‘Voorbeelden uit de politiezone Zwijndrecht, de stad Antwerpen, de stad Diest hebben de kwetsbaarheid van zelfs grote overheidsorganisaties helder blootgelegd.’

Volgens Frank Schuermans, lid-raadsheer bij het COC, past het CD&V-wetsvoorstel in een ruimere evolutie. ‘In 2014 hebben we in de wet afgesproken dat we politionele informatie niet doorgeven aan niet-politionele instanties’, zegt hij aan Knack. ‘Het is problematisch dat steeds meer diensten druk zetten om in het bezit te komen van politiedata.’

Los van nationale toegangsverboden is het voor burgemeesters wel perfect mogelijk om plaatsverboden op te leggen. Alleen gelden die voor een specifieke plaats en zijn ze beperkt in de tijd. Sinds 2021 wordt iedereen die een plaatsverbod krijgt ingeschreven in de Algemene Nationale Gegevensbank van de politie.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content