Jules Gheude
‘België? Laat het doek vallen’
De politieke realiteit neigt naar een splitsing van België, schrijft Jules Gheude. ‘Laten we geen tijd meer verliezen aan eindeloze en ijdele discussies. Er leeft een Vlaamse natie, die het overleven van België onmogelijk maakt.’
Het beroemde ‘compromis à la belge‘ heeft tot een wirwar van instellingen geleid, waarin de burger zijn verstand verliest. Dat is een gevaar voor de goede werking van de democratie. Maar Talleyrand had het in 1832 voorspeld : ‘Het is geen natie, tweehonderd protocollen zullen er nooit een natie van maken. Dit België zal nooit een land zijn.’
België? Laat het doek vallen.
In juni jongstleden pleitte federaal minister van Volksgezondheid Maggie de Block (Open VLD) voor een herfederalisering van het gezondheidsbeleid: ‘Gezondheidszorg is het meest versnipperde departement dat er bestaat en tussen de deelstaten is er geen hierachie’, zei ze. ‘Dus niemand kan zeggen : dit moet er gebeuren. Als je ziet dat er een stommiteit is gebeurd, moet je die ook rechtzetten.’
Dit voorstel werd onmiddellijk door N-VA en CD&V afgewezen. Voor Vlaams minister-president Geert Bourgeois (N-VA) mag de klok niet teruggedraaid worden. Als een overheveling moet gebeuren, dan kan het maar dan naar de deelstaten.
CD&V- voorzitter Wouter Beke is het met hem eens : ‘Het verleden heeft aangetoond dat een eengemaakt federal beleid geen antwoord is. Een eigen Vlaams beleid is de beste garantie op meer levenskwaliteit’, liet Beke optekenen. Dat is dan geregeld : in Vlaanderen zal men geen meerderheid vinden om een stap achteruit te zetten.
Federalisme als smeermiddel
Niettemin hebben verscheidene MR-prominenten, op initiatief van de MR-Jongeren, een open brief in La Libre Belgique laten publiceren om ook een herfederalisering te eisen, en dit op vlak van gezondheid, mobiliteit, energie en buitenlandse handel.
‘Een federale staat die in staat is om een rol als rechter te vervullen in het overleg tussen de verschillende beleidsniveau’s zou wat olie kunnen smeren in het piepende raderwerk van het Belgische besluitvormingsproces’, zo staat in de brief, die ondertekend is door anderen federale ministers Sophie Wilmès (Begroting) en François Bellot (Mobiliteit) en Senaatsvoorzitter Christine Defraigne. Voor hen moet het Belgische federalisme op een eenvoudig principe steunen : efficiëntie.
De Vlaams-nationalisten zijn tevreden dat Franstalige liberalen het communautaire debat willen heropenen.
Op die open brief heeft de N-VA sarcastisch gereageerd. ‘Wanneer ze vragen om de Waalse gezondheidzorg en hun beleid op vlak van mobiliteit, energie en landbouw onder federale curatele te plaatsten, zegt de MR eigenlijk dat ze de Vlamingen nodig hebben om orde op zaken te stellen in Wallonië’, zeggen vicevoorzitter en Europarlementslid Sander Loones en Vlaams fractieleider Matthias Diependaele.
Anderzijds zijn de Vlaams-nationalisten wel tevreden dat Franstalige liberalen het communautaire debat willen heropenen : ‘Om België echt efficiënter te besturen, moet er een echt institutioneel debat gevoerd worden, en moet er dus gepraat worden over confederalisme’, besluiten Loones en Diependaele.
Maar men weet ook dat de N-VA België op termijn wil zien verdwijnen (artikel 1 van de statuten, dat het over een Vlaamse staat heeft).
Intussen heeft MR-voorzitter Olivier Chastel laten weten dat het moment niet rijp was voor een institutionele discussie.
Federalisme is voorbijgestreefd
De Franstaligen schijnen nog niet te hebben begrepen dat het federalisme al lang een voorbijgestreefde visie voor Vlaanderen is. In 1999 heeft het Vlaams Parlement zich uitdrukkekijk voor het confederalisme uitgedrukt.
Voor N-VA-voorzitter Bart De Wever zal dit confederalisme prioritair op de onderhandelingstafel liggen na de verkiezingen van 2019 : ‘In het confederalisme zijn er nog twee deelstaten, Vlaanderen en Wallonië, die alle persoons- en grondgebonden bevoegdheden hebben’, aldus De Wever. ‘Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest krijgt alle grondgebonden bevoegdheden en de bevoegdheden van de huidige negentien gemeenten en OCMW’s, en de zes politiezones. Voor de gemeenschapsmateries kiest iedere inwoner van Brussel vrij – los van taal of afkomst – tussen Vlaanderen en Wallonië.’
Laten we geen tijd meer verliezen aan eindeloze en ijdele discussies. Er leeft een Vlaamse natie, die het overleven van België onmogelijk maakt.
Het is duidelijk dat zo’n project voor de Franstaligen onaanvaardbaar is. Als de onderhandelingen in een doodlopend straatje raken, dan zal een Belgische regering onvindbaar zijn. Maar tot nu toe zijn de eeuwige ‘demandeurs de rien‘ altijd gezwicht om België te redden.
Binnen de MR zal voorzitter Olivier Chastel het moeilijk hebben om tot een gemeenschappelijk standpunt te komen. Zo zijn Waalse ministers Jean-Luc Crucke en Pierre-Yves Jeholet voorstanders van een indeling in vier gewesten (Vlaanderen, Wallonië, Brussel, de Duitstaligen). Het is ook de visie die hoogleraar-filosoof Philippe Van Parijs verdedigt. Van Parijs is ook van mening dat het Engels het bindmiddel van de Belgen kan worden. Applaus op alle banken van de Organisation internationale de la Francophonie!
Laten we geen tijd meer verliezen aan eindeloze en ijdele discussies. Er leeft een Vlaamse natie, die het overleven van België onmogelijk maakt.
De Waalse politicus François Perin had het goed begrepen. ‘België? Laten we ermee ophouden’, verklaarde hij in 2011. Aan het einde van zijn leven, was ook minister van staat Jean Gol sceptisch geworden tegenover de levensvatbaarheid van België. Paul-Henry Gendebien, de rattachist, vertelt : ‘Hij bekende me dat hij niet langer geloofde in de Belgische natie, noch zelfs in de staat. (…) en vooral was hij gekwetst door de opstoot van nationalisme bij de Vlaamse liberalen, waar zich één van de vleugels van de Volksunie bij had aangesloten. (…) hij vond dat onze toekomst Frans zou zijn.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier