‘Bart De Wever is een droom voor een satiricus’
Twee jaar was Geert Beullens de schijnburgemeester van Antwerpen, alias BDW. Onze reporter trok een week op met de burgemeester die zondag 674 stemmen behaalde. ‘Nee, mijn imitator kan niet echt met mij lachen.’
Antwerpen, vorige zaterdag rond middernacht. Een honderdtal mensen stappen van de Arenberg naar de Grote Markt. Op kop van de stoet loopt een man in kostuum en met een gele das. ‘ Refacit Antverpia greatus!‘ roept hij door zijn megafoon. ‘ Make Antwerp great again!’ Waarna hij het V-teken maakt.
Voorbijgangers kijken stomverbaasd om. ‘Wat gebeurt er?’ ‘We bestormen nu al het stadhuis voor onze grote verkiezingsoverwinning morgen’, legt de man uit. ‘Sluit u aan, neem een fakkel of iets anders om in de fik te steken.’
‘Succes morgen, BDW!’ roept iemand.
De man hoort het niet, stapt verder en vertelt dat hij twee Latijnse wijsheden kreeg van zijn ‘imitator op ’t Stadhuis’. Beproefde recepten voor een grote verkiezingsoverwinning. Nil volentibus arduum: niets is onmogelijk voor hen die volharden. En culpa aliorum est: het is de schuld van de anderen.
We zijn met 0,2 procentpunt gestegen tegenover de vorige keer. Dat kan de partij van mijn imitator in het Stadhuis niet zeggen.
Een kwartier later arriveert het gezelschap op de Grote Markt. De schijnburgemeester roept voor het stadhuis door zijn megafoon: ”t Stad is van…’ ‘Ons!’, vullen zijn fans aan.
Ik zag Geert Beullens voor de eerste keer in 1996 op de nacht van Paul van Ostaijen. In die dagen was hij nog lid van het anarchistische gezelschap Circus Bulderdrang. Het optreden veroorzaakte een aardbeving in het Zuidstation.
En nog twintig naschokken. Op een blauwe maandag was Beullens zelfs even showbizzreporter bij Story, hij werkte ook mee aan het satirische Canvas-programma Verdeel en Heers en speelde Pietje Puk en Filiberke. ‘Ik heb zelfs ooit een postzegel gekregen’, zegt hij. ‘Samen met koningin Paola, die er ook een kreeg. ” Je suis Filiberke”, zei ik tegen haar . “Qui?”, vroeg ze.’ (lacht)
De dagen van Circus Bulderdrang zijn allang voorbij, maar Beullens kan nog altijd als geen ander de rust verstoren. De laatste tijd dook hij elke dag wel ergens op als schijnburgemeester. Een geestige performance die nu al bijna twee jaar duurt. Ik kwam hem deze zomer toevallig tegen in de Delhaize. En zelfs daar, aan de kassa, speelde hij zijn rol van schijnburgemeester met verve. ‘ Refacit Antverpia greatus!’ ‘Als Geert in zijn type zit, krijg je hem er niet meer uit’, zeggen zijn vrienden. ‘Hij gaat zelfs zijn kinderen van school halen in burgemeesterstenue.’
‘Het is allemaal begonnen toen De Wever ging diëten’, zegt Beullens zelf. ‘Een vriend zei: “Zeg, weet gij op wie ge nu lijkt?” (lacht) De burgemeester heeft veel werk, dus wilde ik hem helpen als BDW, de schijnburgemeester. Ik heb dan alle speeches van De Wever uitgeschreven en bestudeerd om me in te leven in zijn denkwereld. Vandaag merk ik dat hij om pragmatische redenen zijn discours soms aanpast. Maar toen kwam hij heel rechtlijnig over. Daar had ik echt wel respect voor. Ik ben zelfs nog lessen gaan volgen bij imitator Guga Baúl om zijn stem zo goed mogelijk na te bootsen. Niet evident, want hij heeft een monotone manier van praten. Daarom heb ik mijn eigen sympathieke versie van De Wever gecreëerd. Bedoeling was om later een verkiezingsconference te maken. Eerst wilde ik dat typetje al eens op straat uitproberen, maar dat is een beetje uit de hand gelopen.’
Sommige Sinjoren verwarden hem met De Wever. ‘Op het Sint-Jansplein hadden twee marktkramers ambras. Toen ik hen uit elkaar haalde, hoorde ik achter mijn rug zeggen: “Wat hebben wij toch een goede burgemeester.” (lacht) En een vrouw zei me: “Je ziet er anders uit dan op tv, Bart. Je mag dat niet meer luidop zeggen, maar jij en Filip Dewinter zouden beter samen alles opkuisen.”‘
Ook andere Antwerpenaren reageerden verward op de parodie. ‘Ik verstoor de sociale orde, hè’, zegt Beullens. ‘Mensen hebben een beeld van de werkelijkheid en dan is er ineens een stoorzender. Ze weten wel dat het een imitatie is, maar je ziet hen aarzelen. Een vriendelijke versie van de burgemeester… zou de echte dan toch niet zo verschrikkelijk zijn? Onlangs was ik op bezoek in een kapsalon in Borgerhout. “We zijn zo blij dat u op bezoek komt, burgemeester”, zeiden ze daar. En toen haalden ze de couscous boven. (lacht) Ik denk dat veel Antwerpenaren De Wever graag zouden willen zien. In plaats van iedereen de schuld te geven, zou hij zich beter wat meer vertonen in de stad en zich wat vriendelijker gedragen. Dat gaat hij natuurlijk niet doen, want hij is ook nog partijvoorzitter.’
De schijnburgemeester was het voorbije anderhalf jaar wel vaak te zien in het straatbeeld. In Borgerhout, in de viswinkels van de Turnhoutsebaan. Op de markt in Lier, bij het kraam Fijne Vleeswaren Bart. Maar ook op alle politieke bijeenkomsten van links en rechts. Tot jolijt van de politieke kopstukken. ‘Toen ik bij de CD&V binnenkwam, riep Kris Peeters: “Een applaus voor onze burgemeester!” Ik trad ook op bij de start van de campagne van het Vlaams Belang. “Hou u vooral niet in”, zei Filip Dewinter. “Ze lachen al veertig jaar met mij, ik ben dat al gewoon. Laat u dus maar eens goed gaan.” Natuurlijk heb ik daar wel even over nagedacht. Voor je het weet, word je in de ban geslagen, zoals De Strangers. Het verschil was wel dat zij Vlaams Belangers waren.’ (lacht)
Beullens liep ook de burgemeester tegen het lijf, maar die was minder enthousiast. ‘We moesten elkaar wel eens tegenkomen. Zeker omdat de N-VA, samen met de PVDA, de enige partij is die al lang campagne voert in de stad. Op een van hun bijeenkomsten was hij handjes aan het schudden met zijn militanten, ik deed hetzelfde. “Hoelang gaat die flauwekul nog duren?”, vroeg hij. Het was heel verleidelijk om dan te antwoorden: “Ik zou hetzelfde kunnen zeggen.” Maar dat heb ik niet gedaan. De Wever is iemand die je graag uit je kot lokt. Terwijl het net mijn bedoeling was om hem te helpen.
‘Daarna ben ik hem nog een paar keer tegengekomen. “Dit moet stoppen”, zei hij. “Doe wat je wilt, maar blijf uit mijn buurt.” En toch denk ik dat hij stiekem mijn volharding waardeert. Zo wees hij me erop dat er een verkeerd A-speldje op de revers van mijn kostuum zat: een in rood-wit, de stadskleuren van Antwerpen. Maar hij draagt er nu een grijs-wit, omdat Patrick Janssens ook zo’n rood-wit A-speldje had.’
‘De mensen van de N-VA-top zijn eigenlijk de enigen die echt onvriendelijk zijn. Fons Duchateau en Koen Kennis negeren mij – alsof er orders van bovenaf gegeven zijn. Het was de bedoeling dat ik met de verkiezingsconference op tournee zou gaan, maar heel wat culturele centra lieten weten dat het “te gevoelig” ligt. Er werd ook een paar keer een acte de présence op het laatste moment afgezegd. Daar ben ik wel van geschrokken. Voor half Vlaanderen is De Wever heilig, hè. Ze sidderen en beven voor zijn oordeel. Er mag zeker niet met hem gelachen worden. Om maar één voorbeeld te geven: morgen organiseert de Burgerlijst een alternatieve gemeenteraad in de Stormkop, die ik ga voorzitten. Ze hadden vertegenwoordigers uitgenodigd van alle partijen. Alleen van de N-VA wil er niemand komen, omdat ik er zal zijn.’
Een etmaal later in de Stormkop op ’t Eilandje, een atelier voor jonge avonturiers. Geen N-VA’er te bespeuren, maar BDW is wel op post. Tussen pot en pint verkondigt hij luidkeels zijn programma: ‘Ik eis de onmiddellijke eenzijdige onafhankelijkheidsverklaring van de republiek Antwerpen. Na de verkiezingen gaan we daarover een referendum organiseren, zoals in Catalonië.’
‘Maar u was toch tegen de democratie, BDW?’, vraagt iemand.
‘Dat is ook weer waar’, zegt hij. ‘De meeste mensen weten niet wat goed voor hen is. Neem het rookverbod in cafés en restaurants. Vraag aan alle mensen of we dat gaan invoeren en de meerderheid zegt nee.’
Even later zegt hij, zonder gele das: ‘De Wever is zo’n dankbare figuur om te parodiëren. Hij lijkt heel erg op Filiberke, een personage dat ik al eerder speelde. Het zijn allebei populaire Vlaamse iconen én zware autisten. Als Filiberke zegt dat hij drie dagen verkleed als knolselder in de grond gaat zitten, dan doet hij dat. De Wever is net dezelfde. Hij zegt ook vreemde dingen als: “Ik ga me verkleden in panda.” Of: “Ik ga tachtig kilo afvallen.” Iedereen fronst dan weleens de wenkbrauwen, maar hij doet het wel en komt er ook mee weg. Voor een satiricus is dat een droom. Hij levert heel veel materiaal. In tegenstelling tot iemand als Wouter Van Besien. Probeer van hem maar eens een geslaagde parodie te maken.’
Vorige week woensdag, kopstukkendebat in De Roma in Borgerhout. BDW voert campagne aan de ingang, samen met zijn partijleden Trijn Janssens en Marcel Vanthilt. ‘Bent u fan van De Vlaeminck Roger? Stem BDW!’
Om halfnegen begint het debat. Beullens wil achter De Wever zitten, maar wordt door de security naar het balkon verbannen. Uit het zicht van de camera’s van ATV.
Het debat is saai. Na een uur roept Beullens zijn partijleden bij zich. Hij wil de rust wat verstoren, zoals vroeger, getooid in een gele onderbroek met een Vlaamse leeuw op. ‘ Refacit Antverpia greatus!’ ‘Moet ik intussen “Allah Akhbar” roepen?’, grapt Vanthilt. Hilariteit. Beullens wandelt naar beneden en kleedt zich om in de toiletten. Net voor hij de zaal terug wil binnengaan, wordt hij vastgegrepen door een securityman. De coup op de saaiheid is mislukt.
Het is niet de eerste keer. Ook bij de Staatsveiligheid kennen ze de schijnburgemeester intussen. Toen de koning naar Borgerhout kwam, werd hij opgepakt door de politie. En ook tijdens het bezoek van Geert Wilders aan Antwerpen werd hij even in quarantaine gezet. ‘Met die schijnburgemeester wil ik alles relativeren’, zegt Beullens. ‘Het is maar politiek, hè. Eigenlijk verschillen de partijprogramma’s amper van elkaar. En toch doen alle partijen of ze elkaars grote vijand zijn. In Antwerpen is het simpel: je bent voor of tegen De Wever. De haat van zijn tegenstanders is buiten alle proportie. Als je hen niet tegenhoudt, zouden ze De Wever ritueel offeren. Terwijl dat ook maar een mens is, die aan politiek wil doen. Anderzijds vraagt hij er natuurlijk ook om, door zijn tegenstanders voortdurend te schofferen.’
‘Voel je verwantschap met de Italiaanse komiek Beppe Grillo en zijn Vijfsterrenbeweging?’, vraag ik.
‘Totaal niet’, zegt Beullens. ‘Die man is kwaad. Dat is ook de reden waarom mensen op hem stemmen. Dan ben ik meer fan van Coluche, de komiek die destijds deelnam aan de Franse presidentsverkiezingen van 1981 en afhaakte toen hij in de peilingen meer dan tien procent behaalde. Coluche was tenminste nog grappig. Ik heb een tijd geacteerd bij De Zwarte Komedie van Bert Verhoye. Daar heb ik ontzettend veel geleerd. In Wallonië en Frankrijk bestaat er een traditie van politieke satire, maar in Vlaanderen deed alleen Bert dat. Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 1994 had hij ook zijn eigen partij, BORIS. Hij zette zijn hond op de lijst, haalde 1200 stemmen én CNN. Sindsdien is de kieswetgeving wel veranderd. Ik wilde Kai Mook op mijn lijst zetten, maar het moest wel een persoon zijn. (lacht) Ik zet het werk van Bert voort. Het zit in de geuzentraditie van deze stad om te rebelleren tegen het establishment met vrolijke partijen.’
‘Wie zijn jouw kiezers?’, vraag ik.
‘Mensen die bij geen enkele partij hun gading vinden’, zegt hij. ‘Marcel Vanthilt noemt ze de “artistieke vrijbuiters”. En voor de rest hoop ik op de stemmen van de Snorrenclub. Dat waren ooit grote fans van de burgemeester, maar intussen heeft hij het helemaal verkorven bij hen. Om veel redenen, maar vooral omdat de prijs van de pintjes tijdens de Bollekesfeesten omhoog gegaan is. Ik kan me wel voorstellen dat zij zeggen: dan stemmen we nog liever voor die onnozelaar van een BDW.’
Zondagavond, café Mombasa op het Moorkensplein in Borgerhout. Een dertigtal mensen kijkt naar een groot tv-scherm. De sfeer is bedrukt.
Op tv zegt politicoloog Dave Sinardet dat BDW’s voornaamste programmapunt, Antwerpen onafhankelijk, misschien nog niet helemaal van de pot gerukt was. Rond de stad vormt zich een grote gele vlek. Overal zien we beelden van feestende N-VA’ers. En van De Wever, die het V-teken maakt. Op weg naar de toespraak voor zijn militanten wordt hij omringd door zijn triomferende collega’s. ‘Jullie zijn mijn schild en vrienden’, roept hij.
Intussen is de schijnburgemeester op de fiets gearriveerd bij de Mombasa. Hij heeft exact hetzelfde grijze kostuum met ondervest aan als zijn collega. ‘Hey BDW! Hoeveel stemmen heb jij behaald?’, roept iemand. Een Nederlands koppel vraagt: ‘Is dat nou die Bart De Wever van jullie? Wat sympathiek dat hij op verkiezingsavond gewoon een pint komt drinken.’
De schijnburgemeester klimt op een bierton, maakt het V-teken en overstemt zijn collega op tv: ‘Beste vrienden, de verkiezingsuitslagen zijn bekend in Antwerpen. Ik kan u vertellen dat mijn partij BDW – Burger Democratisch Welzijn of Bier, Drugs en Wijven – 0,2 procent van de stemmen heeft behaald. Dat betekent dat we met 0,2 procentpunt gestegen zijn tegenover vorige keer. Dat kan de partij van mijn imitator in het Stadhuis niet zeggen. Jammer genoeg zal er geen zetel in de gemeenteraad inzitten. Of toch maar een heel kleintje.’
‘Troost BDW’, roept iemand. ‘Rome is ook niet in één dag gebouwd.’
‘Heel juist, mijnheer’, zegt de schijnburgemeester. ‘Maar we gaan verder met onze strijd, kameraden. Binnen zes jaar komen we terug en halen we op zijn minst 0,4 procent. Dankuwel allemaal. Ave!‘
Applaus van de Mombasa. Op televisie zegt De Wever tegen zijn militanten: ‘Straks slaat het uur van de verzoening. Morgen zal ik alle partijen uitnodigen op het stadhuis.’
‘Daar ga ik zeker op in’, zegt Beullens. ‘We kunnen misschien nog een komisch duo vormen.’
‘Zijn Latijnse wijsheden hebben anders ook niet echt gewerkt’, zeg ik.
‘Ik had toch ook op een andere uitslag gehoopt’, zegt hij. ‘Nu moet ik nog eens zes jaar in dat kostuum rondlopen. Testiculis canis est.’t Is van den hond zijn kloten.’
Verkiezingen 2018
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier