Waarom stroomversnelling van Renault goed is voor uw portemonnee en uw gezondheid

Met zes nieuwe hybride en elektrische modellen in één jaar maakt Renault de  ambitieuze belofte van topman Luca de Meo waar. De wederopstanding is daarmee een feit. Met de 5 E-Tech Electric lanceert Renault een nieuwkomer die de kwaliteiten bezit om een nieuwe bestseller te worden naar analogie van de immens populaire Renault Cinq uit de jaren zeventig en tachtig.

2017 was het laatste jaar waarin Renault het best verkopende automerk in ons land was met een uitgebreid en gevarieerd modellenaanbod dat voor elk wat wils bood tegen een billijke prijs.

In de daaropvolgende jaren zorgden verkeerde beleidsbeslissingen en onvoorziene omstandigheden zoals de oorlog in Oekraïne voor een sterke terugval. De Russische inval trof  Renault veel harder dan zijn concurrenten omdat het bijna een kwart van zijn omzet in Rusland realiseerde. Door de handelsboycot van de westerse landen moest Renault zich van de ene dag op de andere uit Rusland terugtrekken, het raakte er ook al zijn bezittingen kwijt.

Strategisch plan Renaulution

De oorlog in Oekraïne heeft Renault meerdere miljarden gekost en dat heeft de wederopstanding van de Franse autobouwer flink afgeremd. Die kwam er vanaf midden 2020 onder Luca de Meo, in opvolging van de in ongenade gevallen Carlos Ghosn.    

Die laatste had van een verhoging van de omzet een absolute prioriteit gemaakt, ten koste van de rentabiliteit. Daardoor kwam Renault in een precaire financiële situatie terecht en kon het onvoldoende middelen investeren in de verdere ontwikkeling van zijn elektrificatieproject.

Voor wie de actualiteit in de sector niet op de voet volgt: Renault zette in 2013 als eerste volumemerk een elektrisch aangedreven stadswagen in de markt. De ZOE werd een bestseller en Renault avanceerde tot marktleider op het gebied van elektrische auto’s in Europa. Maar daar stopte het succesverhaal vrij abrupt.  

Het was wachten tot 2021 op een nieuw teken van leven. Op de Internationale Auto Ausstellung (IAA) in München haalde topman Luca de Meo het doek van de Mégane E-Tech Electric, een compacte hatchback van 4,21 meter, gebouwd op een platform dat speciaal was ontwikkeld voor de toekomstige e-modellen van Renault en Nissan.    

Bij zijn aantreden in 2020 had Luca de Meo zijn strategisch plan Renaulution ontvouwd dat een herstel-, vernieuwings- en revolutiefase omvatte en dat onder andere de lancering van twee full electric modellen per jaar voorzag.

Voor 2024 was dat de Scenic E-Tech Electric. Zonder meer een schot in de roos want de nieuwkomer werd meteen verkozen tot Auto van het Jaar en biedt Renault de kans zijn sterke positie op de belangrijke fleetmarkt nog te versterken. De eerste resultaten wijzen ook in die richting.

Reïncarnatie van een legendarisch model

Vorige week was het beurt aan de 3,,92 meter lange R 5 E-Tech Electric om de internationale autowereld te overtuigen van zijn kwaliteiten. En geloof me, die zijn in overvloed aanwezig.

Wat als eerste in het oog springt is de opvallende gelijkenis van de nieuwkomer met de legendarische Renault Cinq uit de jaren zeventig, tachtig en negentig. De eerste R5 rolde in 1972 van de band en tegen de tijd dat die uit productie werd genomen in 1996 was het aantal geproduceerde exemplaren opgelopen tot ruim negen miljoen.

Stadsauto par excellence

De R5 was dé stadsauto par excellence, verkrijgbaar in alle mogelijke kleuren en geuren. Qua concept en opzet vergelijkbaar met de MINI, maar ook toen al (veel) goedkoper. In tegenstelling met de MINI is de R 5 E-Tech Electric nu enkel verkrijgbaar als full electric, wat het voordeel biedt dat de designers minder compromissen moesten aangaan wat zich positief vertaalt in een lager gewicht, vlakke vloer, meer ruimte binnenin, acceptabel koffervolume van 326 liter en lager zwaartepunt. Dat laatste komt de wegligging ten goede en verhoogt, mede door de multilinkophanging, het rijcomfort dat de quotering ‘zeer goed’ verdient.  

De geteste versie was uitgerust met een batterij met een capaciteit van 52 kWh en een elektromotor met een vermogen van 150 pk en koppel van 250 Nm. Dat levert sportieve maar geen flitsende prestaties op, maar waar heb je die voor nodig in een stedelijke omgeving met almaar meer lage snelheidszones?

Ervaring leert dat hardrijders vaker en langer stilstaan aan een laadpaal. Ik verwijs liever naar het reëel testverbruik van minder dan 13 kWh en naar de laadsnelheid van 100 kW aan een snellader (van 15 tot 80 procent in 30 minuten) en 11 kW aan een thuislader.

Die laadsnelheid kan nog beter maar niet in deze prijsklasse. In de geteste versie kost de R5 E-Tech Electric 32.900 euro, een goedkopere versie met een kleinere accu van 40 kWh komt eraan. Die zal minder dan 25.000 euro kosten en zal uiteraard over een kleinere reële actieradius van 275 kilometer beschikken tegenover 350 kilometer voor de versie met de 52 kWh accu.

Een hybrideversie van de R5 komt er niet, dat voorrecht blijft voorbehouden aan de Clio die de feitelijke opvolger is van de oer-R 5. Renault is hiervoor niet over één nacht ijs gegaan, uiteindelijk heeft de Meo himself de knoop moeten doorhakken. Van de Italiaanse topman is geweten dat hij ter zake over een fenomenaal buikgevoel beschikt dat hem zelden of nooit in de steek laat.

Onverbeterlijke hartendief

Waarvoor dank, want de R 5 E-Tech Electric is een echte hartendief. Op het eerste zicht maar ook bij nader toezien herinnert de nieuwkomer zeer sterk aan de immens populaire oer-R 5. Zijn retrodesign is nog beter geslaagd dan in het geval van de MINI. Dat merk je aan de spontane reacties op straat, meer dan eens gaat een duim de hoogte in. Van nijd of afgunst is geen spoor te bekennen.    

Zoals gezegd, de R5 E-Tech Electric rijdt sportief en zeer comfortabel, verbruikt weinig en biedt bovendien veel waarde voor zijn geld. Zowel de kwaliteit van de gebruikte materialen als de afwerking zijn van een voortreffelijk, zeg maar ongeëvenaard hoog niveau voor deze prijsklasse.

De nieuwkomer is uitgerust met de nieuwste infotainment- en veiligheidssystemen met dit verschil dat een aantal functies met een druk op de knop kan worden uitgeschakeld. Dat voorkomt dat de rijassistenten de bestuurder onophoudelijk bestoken met storende spraak- en/of tekstberichten die zodanig op de zenuwen werken dat zij de aandacht afleiden in plaats van te verhogen. Weg de goedbedoelde bedoelingen.

Duurzaamheids- en kwaliteitslabel ‘Made in France’

Met de R5 E-Tech Electric zet Renault een wagen in de markt die nieuwe maatstaven zet in het segment van de compacte elektrische gezinswagens en daar het verschil kan en zal maken tegenover bestaande en toekomstige elektrische modellen van de concurrentie.

Zijn belofte getrouw stelt Luca de Meo voor 2025 de lancering van de tweede generatie Twingo E-Tech Electric in het vooruitzicht en bevestigt hij de komst van een tweede retromodel dat de herinnering oproept aan de iconische R4.

Belangrijk voor de toekomst van het Franse automerk én voor het afremmen van de klimaatverandering is dat de innovatieve technologieën en nieuwe vormtaal voor het grootste deel worden ontwikkeld én geproduceerd in de Nood-Franse sites van Douai, Maubeuge en Ruitz. ElectriCity is hét nieuwe expertisecentrum voor duurzame mobiliteit.

De nieuwe aanpak levert een onvergelijkbare gunstige ecologische voetafdruk op, een criterium dat door de meeste autoconstructeurs niet echt au sérieux wordt genomen. “Belangrijker dan de CO₂-uitstoot tijdens het rijden is de CO₂-uitstoot over de complete levensloop van een auto,’ aldus de Meo.   

Hij wil Made in France opnieuw op de kaart zetten en terug aanknopen bij een traditie die teruggaat tot de beginjaren van de automobiel in Europa. Zijn ambitie bestaat erin Renault te laten evolueren van een auto- naar een technologie-, energie- en mobiliteitsbedrijf dat een antwoord biedt op de mobiliteitsbehoeften van morgen én dat even efficiënt en rendabel produceert als de Chinese merken.

In een spraakmakende ‘Brief aan Europa’ reikte hij begin van het jaar een uitnodigende hand naar de andere Europese constructeurs met de vraag nauwer samen te werken en op die manier verspilling van tijd, geld en energie tegen te gaan om zo een sterkere positie te verwerven in de keiharde concurrentiestrijd tegen de Aziatische merken.

Oproep tot meer begrip en samenwerking

In zijn hoedanigheid van voorzitter van ACEA, de belangenverdediger van de Europese automerken, heeft de Meo ook opgeroepen tot meer begrip en samenwerking in het vooruitzicht van een algemeen verbod op de verkoop van nieuwe personenwagens met een benzine- of dieselmotor vanaf 2035. Hij dringt er bij de beleidsmakers ook op aan de Europese autoconstructeurs een ruimere technologische speelruimte toe te kennen.

“Bij het vastleggen van het elektrificatietraject hebben de Europese beleidsmakers destijds te weinig rekening gehouden met de financiële impact van de vooropgestelde timing. Het is onmogelijk om binnen een tijdspanne van 12 jaar het marktaandeel van e-auto’s te verhogen van 10 naar 100 procent! Nochtans verwacht Europa van ons dat wij volgend jaar een e-marktaandeel van meer dan 20 procent. Dat is nodig om te kunnen voldoen aan de CO₂-doelstelling voor ons compleet modellenaanbod. Zelfs wanneer wij erin slagen de komende 10 jaar 15 miljoen e-auto’s te verkopen, zal dat weinig veranderen aan de vaststelling dat het Europese wagenpark 280 miljoen wagens telt waarvan de overgrote meerderheid met benzine- of dieselmotor. Daarom is het aangewezen om het bestaande wagenpark sneller te vernieuwen én de CO2-uitstoot van die verbrandingsmotor drastisch te verminderen door meer gebruik te maken van alternatieve brandstoffen en door over te schakelen op hybridewagens, zoals de Chinezen dat doen”.

Om de kostprijs van zijn elektrische modellen te kunnen verlagen, heeft Renault recent besloten om voor zijn kleine e-modellen over te schakelen van nikkel-mangaan-kobaltbatterijen (NMC) op lithium-ijzerfosfaatbatterijen (LFP). Die laatste zijn goedkoper en minder afhankelijk van de beschikbaarheid van de zogenaamde zeldzame metalen.

Het is Luca de Meo menens om de ingezette stroomversnelling nog aan te zwengelen om de klimaatverandering af te remmen én om Renault opnieuw een pioniersrol inzake elektrificatie te laten spelen. En passant maakt hij elektrisch autorijden voor iedereen toegankelijk en betaalbaar. Als dat geen standbeeld verdient.