Toyota blijft budgetklant trouw met Aygo X
Toyota bouwt weer een stadswagentje tegen een democratische prijs. Het vierwielertje hoort thuis in het A-segment, een niche die meer merken de rug toekeren omdat er minder winst te maken valt op een bescheiden auto.
De Aygo X is de opvolger van de Toyota Aygo, een compact wagentje dat samen met Citroën (C1) en Peugeot (108) werd ontwikkeld en gebouwd. De Franse merken trokken de stekker uit deze samenwerking en daarom was Toyota op zichzelf aangewezen om een klein en betaalbaar wagentje te ontwikkelen.
Daarvoor gebruikt de constructeur het platform van de Yaris (B-segment) dat iets werd verkort zodat de Aygo X 3,7 meter lang is. Onder de motorkap zit een driecilinder benzinemotor van één liter die 72 pk levert. Het is een basismotor zonder turbo die voldoende sterk is voor wat je van een auto van dit kaliber mag verwachten. Met een beetje goede wil, hou je het verbruik tussen de 5 en de 5,5 liter per 100 km. De enige technische keuze die de klant heeft, is een automatische transmissie. Dat is een CVT (continu variabele transmissie) die zich prima in zijn sas voelt bij een bezadigde rijstijl in en rond de stad.
Het onderstel is eerder comfortabel afgesteld en de besturing is nauwkeurig. Het interieur oogt sober, maar biedt voldoende comfort en een manuele airco wordt zonder meerprijs geleverd. Door deze extra uitrusting en tal van veiligheidsfeatures, wil Toyota de aanzienlijke prijsstijging (ruim 2.000 euro) tegenover het afgevoerd model verantwoorden.
De nieuweling koop je vanaf 15.840 euro en voor de automatisch geschakelde versie betaal je minstens 18.230 euro.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier