Stellantis ontwikkelt ‘groene’ dieselmotor

Alain De Jong

Heeft de dieselmotor nog een toekomst dankzij plantaardige olie? Stellantis denkt van wel.

We zitten op een tweesprong in de autowereld: moeten we voluit voor elektrisch rijden gaan of heeft de klassieke verbrandingsmotor nog een toekomst? Het wettelijk kader in de Europese Unie bevordert die eerste piste met de ban op verbrandingsmotoren vanaf 2035. Maar tegelijk gelooft de industrie nog altijd in het klassieke motorconcept, weliswaar met duurzame of op zijn minst schonere brandstoffen.

Zo zijn er de synthetische brandstoffen of chemische verbindingen. Die worden in een labo gemaakt zonder dat er organische stoffen aan te pas komen. Daarnaast bestaan er verschillende vormen van biodiesel, een brandstof die niet uit fossiel materiaal maar uit plantaardige stoffen ontstaat.

Meteen bruikbaar

De recente ontwikkelingen gaan in de richting van HVO, de afkorting van Hydrotreated Vegetable Oil. Zo is HVO100 een hernieuwbare dieselbrandstof die door hydrotreating of raffinage met waterstofgas wordt bekomen uit plantaardige olie of dierlijke vetten. Deze brandstof is een volwaardige dieselvervanger en zorgt voor 30 procent minder fijnstof, 9 procent minder NOX en zelfs 90 procent minder CO2 in vergelijking met de klassieke, fossiele diesel.

Het voordeel is dat je deze HVO100 probleemloos kan gebruiken in de bestaande dieselmotoren. Vandaar dat het project van Stellantis om een ‘groene’ dieselmotor op HVO100 te ontwikkelen, nog niet zo gek is. Wat houdt de autogroep dan tegen om dit motorconcept massaal te commercialiseren? Het klassieke verhaal: de productie van HVO100 is nog ontoereikend en een significante verhoging van die productie zou te veel bos- en landbouwgrond inpalmen.

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content