Premie voor elektrische auto kan markt verstoren

EV-kopers van modellen tot 40.000 euro hebben vanaf volgend jaar recht op een premie van 5.000 euro. Deze Dacia Spring komt dan plots in het bereik van een ruimer publiek.
Gert Verhoeven

De Vlaamse regering schrijft een aankoopsubsidie voor privékopers die zich vanaf 2024 een elektrische auto aanschaffen in de begroting.

Concreet hebben privékopers die zich vanaf 1 januari 2024 een elektrische auto aanschaffen recht op een aankoopsubsidie. De spelregels stipuleren dat de auto maximum 40.000 euro mag kosten en dat de consument vervolgens recht heeft op een premie van 5.000 euro. Die subsidie zal afnemen in de tijd en in 2026 bijvoorbeeld nog maar 3.000 euro bedragen. Zelfs tweedehandskopers hebben recht op een premie ten belope van 3.000 euro in 2024. Maar wat de exacte spelregels van deze nieuwe steunmaatregelen zullen zijn, is nog niet duidelijk. 

Omgekeerd effect

Premies om nieuwe producten een duwtje in de rug te geven zijn niet nieuw. Eerder bestond in ons land al een zogenaamde ecopremie waarbij voertuigen met een lage CO2-emissie een korting aan de kassa kregen. Destijds creëerde dat vooral een stormloop op dieselmotoren in kleine autootjes. Uitgerekend die modellen die men vandaag via LEZ-systemen uit de steden wil bannen.

Vandaag komt er dus opnieuw een premie, net op een moment dat dergelijke systemen in de ons omringende landen verdwijnen. Opvallend hierbij is dat de EV-verkoop als een kaartenhuisje in mekaar stort wanneer de premies stoppen. Net om die reden schrapt Volkswagen momenteel jobs in zijn (EV-)fabriek van Zwickau. Bovendien gaat een premie voorbij aan het intrinsieke probleem, namelijk dat elektrische auto’s te duur zijn voor de modale consument.

Een premie gaat die prijs niet drukken. Meer nog: het werkt veeleer marktverstorend want producenten van dergelijke technologie voelen minder de noodzaak om hun prijzen te drukken omdat de overheid de financiële draagkracht van de consument kunstmatig vergroot. Ook moeten we ons redelijkerwijs de vraag stellen of de aanschaf van auto’s – wars van hun aandrijfvorm – gestimuleerd hoort te worden in tijden van stijgende files en vooral op een moment dat pendelaars vaker overstappen op de (elektrische) fiets.

De kans is bovendien klein dat deze subsidiepolitiek onze Europese (auto-)industrie zal aansterken, want de premie is slechts van toepassing op het onderste segment van de EV-markt waar erg veel Chinese spelers actief zijn en de volgende jaren zullen zijn. Het ziet er dus naar uit dat deze ogenschijnlijk sympathieke steunmaatregel die door onze maatschappij wordt betaald, in hoofzaak naar China zal wegvloeien. Op die manier organiseren we zelf ‘staatssteun aan Chinese bedrijven’, wat de Europese Commissie bij monde van voorzitster Ursula van der Leyen recent stevig op de korrel nam.  

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content