Nieuwe Skoda Superb maakt zeer overtuigende indruk
De derde generatie Skoda Superb heeft zopas een facelift gekregen die van het vlaggenschip van de Tsjechische autobouwer een echte topper maakt. Die wordt een niet te onderschatten concurrent voor vergelijkbare modellen van de zogenaamde premiummerken met bekend in de oren klinkende namen zoals Audi, BMW en Mercedes. Van een budgetmerk is Skoda de voorbije jaren uitgegroeid tot een van de beste volumemerken op de markt.
De geschiedenis van Skoda gaat terug tot eind van de negentiende eeuw. In Mlada Boleslav – gelegen in het toenmalige Oostenrijks-Hongaarse keizerrijk – startten boekhandelaar Vaclav Laurin en fietsenmaker Vaclav Klement met de productie van motorfietsen. Een schot in de roos die het ondernemende duo ertoe aanzette om vanaf 1905 ook auto’s te gaan bouwen. Laurin & Klement groeide uit tot een vooraanstaande Europese autobouwer en werd kind aan huis bij de rijken en machtigen van dit tijd. In 1907 verliet de eerste Laurin & Klement FF met een achtcilindermotor de fabriek, enkele jaren later gevolgd door de Hispano Suiza. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd de autoproductie op bevel van de Duitse legerleiding stilgelegd en rolden in Mlada Boleslav kanonnen en tanks van de band.
Na het uiteenvallen van het Habsburgse keizerrijk werd de Europese kaart hertekend en ontstond een reeks zelfstandige staten waaronder Tsjechoslowakije. In 1919 startte L&K de autoproductie opnieuw op. Om internationaal te kunnen expanderen, fusioneerde de autobouwer in 1925 met de Tsjechische producent van treinen en trams Skoda, die ook de nieuwe merknaam werd. De bundeling van krachten zorgde ervoor dat Skoda snel uitgroeide tot een gerespecteerd automerk tot ver buiten Europa; het gamma werd uitgebreid met luxueuze modellen zoals de Skoda 860 en Superb die waren uitgerust met krachtige zes- en achtcilindermotoren. Die waren in de jaren dertig de evenknie van de topmodellen van Mercedes; van Audi, BMW of VW was toen immers nog geen sprake.
In 1939 bezetten Duitse troepen Tsjechoslowakije en verplichtten Skoda een tweede keer de band stil te leggen om oorlogstuig te produceren. Na de implosie van nazi-Duitsland viel de intact gebleven Skoda-fabriek in handen van het Rode Leger, waardoor de productie van personenwagens in Mlada Boleslav snel kon worden heropgestart. In West-Europa gebeurde dat met enkele jaren vertraging omdat de fabrieken van de Duitse, Engelse en Franse concurrenten zwaar hadden geleden onder het bommengeweld. Skoda greep de kans met beide handen en lanceerde de 1100-reeks, betrouwbare en betaalbare modellen mét een onafhankelijke wielophanging en behoorlijk rijcomfort, wat ongewoon was voor wagens in deze prijsklasse.
Nationalisatie maat voor niks
In 1949 besloot de communistische regering in Praag om Skoda te nationaliseren en onder te brengen in de Motokov-groep, de grootste industriële groep van het land. De Skoda-directie kreeg de opdracht een ‘auto voor de arbeider’ te ontwikkelen, naar het voorbeeld van de Renault Dauphine. Het duurde echter tot 1964 vooraleer in Mlada Boleslav de eerste Skoda MB van de band rolde. De laatkomer vertoonde technisch veel gelijkenis met de Simca 1000 en de Renault R10 maar toonde zich robuuster én betrouwbaarder.
De nationalisatie van Skoda leverde uiteindelijk niet het beoogde succes op. De partijbonzen in Praag waren niet bereid om zwaar te investeren in de ontwikkeling van nieuwe modellen, waardoor de technologische voorsprong van het merk verloren ging. In 1969 legde een felle brand de fabriek in as, maar Skoda overleefde ook die tegenslag.
Lees verder onder de foto’s
Perestrojka opende venster naar het Westen
Met het verdwijnen van het IJzeren Gordijn in 1989 ging voor Skoda een nieuwe wereld open. Op initiatief van president Vaclav Havel startte de Tsjechische regering gesprekken op met Volkswagen en Renault over de verkoop van Skoda. In eerste instantie leek de Franse constructeur over de beste troefkaarten te beschikken, omdat de bevolking de wreedheden van het naziregime nog niet had verteerd. Onder druk van de machtige vakbonden koos de regering uiteindelijk toch voor Volkswagen. De bonden waren gecharmeerd door de manier waarop in de grote industriële bedrijven in Duitsland belangrijke beslissingen altijd in overleg met de vakbond werden én worden genomen. Die zetelt in alle beslissingsorganen van het bedrijf en is zo medeverantwoordelijk voor het gevoerde beleid. Dat verklaart waarom sociale conflicten in de Duitse industrie zelden in stakingen uitmonden.
Succesvolle herstart
De overname door Volkswagen zorgde voor een nieuwe dynamiek én nieuwe modellen, met VW-technologie onder de motorkap en carrosserie. Op basis van bestaande VW-platformen ontstond een reeks nieuwe modellen van de hand van de Belgische designer Dirk van Baeckel. Van de ene dag op de andere was Skoda zijn ‘goedkoop’ imago kwijt, de consument reageerde enthousiast. Skoda werd één van de snelst groeiende automerken in Europa dankzij een goed uitgebalanceerd én aantrekkelijk modellenpalet in zowat alle populaire segmenten, op basis van de betrouwbare en innovatieve VW-technologie. De nieuwe Skoda-modellen zijn technisch inderdaad zeer sterk verwant met de VW-modellen en beantwoorden aan dezelfde hoge kwaliteitsnormen. Met dat verschil dat zij goedkoper zijn bij een gelijkwaardige uitrusting.
Value for money
De uitstekende kwaliteit/prijsverhouding is en blijft de sterkste troef van Skoda. Bovendien kunnen de Skoda-modellen tegen een betaalbare prijs worden uitgerust en gepersonaliseerd met exclusieve toebehoren uit het premiumsegment, gaande van infotainmenttoepassingen tot vierwielaandrijving. Dat maakt van Skoda een interessant en aantrekkelijk alternatief voor de Duitse merken, want vergelijk je op basis van prijs en kwaliteit valt de vergelijking bijna altijd uit in het voordeel van Skoda.
Best in class
De derde generatie Superb heeft na drie jaar een geslaagde facelift gekregen die van het topmodel van de Tsjechische constructeur misschien wel de beste auto in zijn segment heeft gemaakt. Onder het motto ‘Never change a winning team‘ springen de uiterlijke verschillen nauwelijks in het oog, wat pleit voor de zorgzaamheid waarmee de designers tewerk zijn gegaan. Daardoor is de Superb een elegante verschijning gebleven, zowel in zijn limousine- als breakversie.
Nieuw vooraan zijn de Matrix Full-ledkoplampen, achteraan is het logo vervangen door de merknaam in drukletters. Eveneens nieuw is de Superb Combi Scout met een off road-look die hem een struiser en robuuster voorkomen bezorgt.
Onderhuids zijn de verschillen groter. Het aanbod aan infotainment- en rijhulpsystemen is uitgebreid met de allernieuwste toepassingen die wij ook terugvinden bij de duurdere Audi- en VW-modellen, inclusief een virtuele cockpit. Het motorengamma bestaat uit drie benzine- en drie dieselmotoren met een vermogen dat varieert van 120 tot 272 pk, al dan niet in combinatie met de voortreffelijke DSG-automaat van Volkswagen.
Wij reden proef met de 2.0 liter viercilinder diesel- en benzinemotoren met respectievelijk 190 en 272 pk die beide uitmunten door hun sportieve prestaties en opmerkelijk laag verbruik. Bij normaal rijden verbruikte de 2.0 TDI zegge en schrijve 5,6 l/100 km, bij de 2.0 TSI schommelde het verbruik – afhankelijk van de rijstijl – tussen de 6,8 à 7,9 l/100 km, wat voor een auto van bijna 5 meter een zeer goed resultaat is.
Zowel op de gewone als autosnelweg verraste de Superb in aangename zin door zijn comfortabel en veilig rijgedrag. De ergonomie, afwerking en kwaliteit van de gebruikte materialen zijn van een hoog niveau, geen enkele andere auto biedt meer binnenruimte en met een koffervolume van 660/1950 liter is de Superb best in class. Door zijn multifunctionaliteit is hij zowel geschikt voor beroeps- als privégebruik.
Vanaf dit najaar is de Superb ook beschikbaar als plug-in hybrid met een 1.4 TSI benzine en 85 kW-elektromotor, voor elk wat wils dus. Geen andere auto in dit prijssegment biedt meer waar voor zijn geld wat meteen zijn groot succes in ons land verklaart.
Van SUV tot CNG: dit bracht 2019 in autoland
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier