Maxi-verlies voor Mini. Wat er is aan de hand?
De cijfers choqueren. In vergelijking met 2023 verkocht Mini vorig jaar 23,31 procent minder nieuwe wagens in ons land. Voor de voorbije salonmaand bedroeg de terugloop net geen 3 procent. Ook internationaal scoort Mini plots minder goed en dat roept vragen op.
Wat een onwaarschijnlijk verhaal is dit. In 1959 kijkt de wereld vol verbazing en bewondering naar wat eruitziet als een schoenendoos op vier wielen, 3,05 meter lang en 1,44 meter breed. Het originele ontwerp anticipeert op de schaarste en het brandstoftekort in het naoorlogse Engeland en draagt de signatuur van Alec Issigonis.
Less is more
De opmerkelijke creatie van de Griekse tot Engelsman genaturaliseerde autodesigner combineert minimale buitenafmetingen met maximale binnenruimte, net groot genoeg voor vier (kleine) volwassenen en een kleine reistas. Om het gewicht en verbruik tot een minimum te beperken, zijn de comfortvoorzieningen en instrumenten tot het hoogst nodige beperkt. De kleine benzinemotor met een vermogen van een schamele 34 pk zit dwars voorin en drijft de voorwielen aan. Kant-en-klaar kost de nieuwkomer 496 Engelse pond, hij is daarmee de goedkoopste auto op de markt.
Wij zijn intussen 66 jaar verder. De Mini is en blijft de meest verkochte Engelse auto en is er op een onnavolgbare manier in geslaagd trendy te blijven. De klasseloze auto par excellence ontpopt zich tot het geliefkoosde speelgoed van beroemde namen uit de politiek, kunst en sport. Als Mini Cooper verwerft de schoenendoos ook naam en faam in de autosport en wint driemaal de Rally van Monte Carlo.
Redder in nood
Wanneer Sir Alec Issigonis in 1988 overlijdt, verkeert de Britse automobielindustrie in diepe crisis. De kaskraker van weleer verkoopt voor geen meter meer, een opvolger is niet in zicht.
Hulp komt vanuit een onverwachte hoek. In 1994 legt BMW 10 miljoen pond op tafel voor het zieltogende Rover dat ook eigenaar is van Land Rover en Mini. Toeval of niet, redder in nood Bernd Pischetsrieder is naast CEO van BMW ook de kleinzoon van Alec Issigonis.
Moderne interpretatie van een legende
De nieuwe baas uit München geeft de beloftevolle jonge designer Frank Stephenson de opdracht om een moderne interpretatie van de oer-Mini te ontwerpen. Die presenteert in 2000 de New Mini, een volwaardige vierzitter die qua veiligheid, hightech, comfort en rijdynamiek met zijn tijd meekan.
Zijn ultrakorte achterkant, de verticale flanken en opvallende lichtblokken achteraan bezorgen de nieuwkomer een compact en gebald uitzicht dat sterk herinnert aan de oer-Mini. De vormgeving van de motorkap en grote ronde koplampen nemen de laatste twijfel weg.
De originele vormgeving en aankleding van het interieur stralen een en al nostalgie uit. De centrale positie van de grote snelheidsmeter is een duidelijke knipoog naar zijn voorganger. De opvallende gelijkenis tussen de nieuwe en oude Mini manifesteert zich ook op de weg met sportieve rijprestaties, in combinatie met een uitstekende wegligging.
Om efficiënter te kunnen fabriceren én aan de strenge kwaliteitsnormen van BMW te kunnen voldoen, verhuist de productie van de oude fabriek van Longbridge naar de moderne Rover-plant van Oxford.
Hartendief
Mini positioneert zich als een lifestylemerk en breidt zijn gamma uit met meerdere varianten, om een zo ruim mogelijk publiek te bereiken. Denk aan de Cabrio, Clubman, Countryman, Coupé en Paceman, de ene al geslaagder dan de andere. De klant kan bovendien kiezen uit meer dan 300 uitrustings- en kleurvarianten wat maakt dat de meeste Mini’s unicaten zijn. De hoge prijs van het hebbeding is van ondergeschikt belang, Mini-rijders volgen hun hart.
Freude am Fahren
De New Mini en volgende generaties worden een commercieel succes. De vierde generatie bereikt (eindelijk) het kwaliteitsniveau dat men van een auto van dit prijsniveau mag verwachten. De Mini is volwassen geworden maar behoudt zijn speels en jeugdig karakter.
Voor het eerst maakt Mini gebruik van de nieuwe 3-cilindermotoren die BMW heeft ontwikkeld voor de 1-reeks en Active Tourer. Die zijn niet alleen zuiniger maar stoten ook minder schadelijke CO2 uit en halen het CO2-gemiddelde van de hele BMW-vloot naar beneden.
Hoewel het een compleet nieuwe auto op een nieuw onderstel met nieuwe motoren betreft, rijdt die als vanouds vlot en bijwijlen flitsend, zeer direct stuur en baanvast met een duidelijk verbeterd rij- en veercomfort alsook een ruim aanbod aan infotainmenttoepassingen op maat van de trendgevoelige Mini-klant met een hoger inkomen voor wie Mini-rijden een a way of life is.
Mini goes electric
De eerste Mini bood een gepast antwoord op de schaarste en brandstoftekort in het naoorlogse Engeland. Nu anticipeert de Mini Electric in 2021 op de snel voortschrijdende klimaatverandering. Een gevoelig onderwerp waar vooral de vrouwelijke Mini-rijders oor en oog voor hebben.
De eerste generatie Mini Electric rijdt aangenaam en agile, is goed afgewerkt en uitgerust met de modernste rij- en infotainmentsystemen. Door de accu in de vloer beschikt de wagen over een laag zwaartepunt en uitstekende wegligging. Daartegenover staan een kleine actieradius van minder dan 200 kilometer, in de winter krimpt het rijbereik tot 125 kilometer. En dan is er ook nog de gebruikelijke hoge prijs. Voor wie met een bedrijfswagen rijdt, vormt die geen obstakel, gezien de vele fiscale voordelen die elektrisch autorijden in ons land opleveren.
Inmiddels is de tweede generatie Mini Electric op de markt. Die rijdt nog beter dan de eerste en beschikt over een WLTP-actieradius van 402 kilometer. In de winter daalt de reële autonomie tot 300 à 320 kilometer, wat ruimschoots volstaat voor het woon-werkverkeer. Voor verre verplaatsingen is de Mini Electric sowieso niet geëigend, gezien zijn lage laadsnelheid en minuscule kofferinhoud van 200 liter.
Wat is er aan de hand
Het Mini-gamma is het voorbije jaar bijna compleet vernieuwd en presenteert zich ruimer dan ooit, voor elk wat wils. De tekortkomingen zijn weggewerkt. Wat is het probleem? BMW Group heeft bovendien 600 miljoen geïnvesteerd in de ombouw van de fabriek in Oxford waardoor er sinds kort ook daar elektrische wagens van de band rollen. Nu wordt de Mini Electric in China geproduceerd en is die onderhevig aan de nieuwe invoerheffingen van Trump op auto’s made in China. Een gelijkaardig scenario zit eraan te komen in Europa.
Komt het tot een escalatie van de handelsoorlog tussen de VS, China en Europa, dan zullen nieuwe auto’s nog duurder worden, voor heel wat mensen zelfs onbetaalbaar. Die escalatie zou dramatische gevolgen hebben voor de Europese merken.
Die staan sowieso met de rug tegen de muur. Aan de ene kant liggen de lonen hier veel hoger dan in de rest van de wereld. Hier gelden ook andere wetten en andere werkomstandigheden die de productiekost de hoogte injagen.
Weet ook dat de Europese automerken een niet te onderschatten technologische achterstand hebben opgelopen op hun Aziatische concurrenten, waardoor de Europese merken in China niet meer kunnen concurreren met de Chinese merken.
Die krijgen bovendien exportsubsidies van de staat terwijl de Europese Commissie de Europese constructeurs almaar nieuwe regels oplegt die het ondernemerschap afremmen in plaats van het te stimuleren. In dit ongunstig sociaaleconomisch klimaat verbaast het niet dat de autoconstructeurs minder winst maken en zwaar moeten besparen op personeels- en werkingskosten.
Minder personeel in dienst betekent automatisch minder bedrijfswagens en dat verklaart ten dele de terugloop van de Mini-verkoop in ons land. Die draait voor een stuk op de B2B-verkoop. Dealers die niet bij naam genoemd willen worden, zien nog andere redenen voor de forse terugloop van de verkoop. Mini heeft in 2024 de grootste modelwissel ooit doorgevoerd en dat heeft de normale gang van zaken enigszins verstoord. In afwachting van de lancering van het nieuwe model stellen klanten de aankoop soms enkele maanden uit. In het geval van Mini heeft de productie van sommige modellen bovendien vertraging opgelopen door de laattijdige levering van sommige onderdelen.
Geen spek voor ieders bek
Feit is ook dat Mini 66 jaar op de teller heeft. Mini-modellen behoren tot de duurste op de markt en hebben aan originaliteit en exclusiviteit verloren. Omdat Mini almaar meer auto’s wil verkopen, richt het zich tot een almaar ruimer doelpubliek en dat gaat onherroepelijk ten koste van het exclusieve karakter en de originaliteit van de modellen.
Het ontbreekt sommige modellen duidelijk aan sexappeal en jeugdige uitstraling, zij ogen saai en weinig uitnodigend. Het is lang geleden dat een Mini nog een schoonheidsprijs heeft gewonnen of is genomineerd voor de verkiezing van Auto van het Jaar. Mini-modellen winnen ook zelden een vergelijkende roadtest.
Last but not least zet ook de invoering van het agentschapsmodel een rem op de verkoop.
Ook bij andere merken verloopt die met horten en stoten. Sommige hebben de invoering on hold gezet, Volkswagen wil zelfs de klok terugdraaien. Ook binnen de BMW Group gaan stemmen op om het agentschapsmodel af te voeren.
Of het zover komt, is koffiedik kijken. Blijft de terugloop van de Mini-verkoop aanhouden, dan is alles mogelijk. Van paniek op de hoofdzetel in München is er voorlopig nog geen sprake. De directie staat erom bekend snel en daadkrachtig te reageren op situaties die uit de hand dreigen te lopen. Wait and see is daarom de boodschap.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier