KIA gelooft in stadswagentjes

Gert Verhoeven

Kia komt met een grondige update voor de kleinste Picanto. De Koreaanse constructeur gelooft in dit – inmiddels – nichesegment maar het aantal concurrenten smelt als sneeuw voor de zon.

De Picanto ziet er duidelijk anders uit dan het vorige model met fijner besneden koplampen, hertekende bumpers en sportief ogende radiatorrooster. Toch is de basis fundamenteel niet veranderd. Op de achterklep zit voortaan een ledstrip die over de volledige breedte van het koetswerk loopt.

De grootste technische evoluties zitten in de bijkomende veiligheidsfeatures waarvan Kia’s kleinste niet langer verstoken blijft. Denk hierbij aan plofkussens rondom, een dodehoekassistent, spoorhulp, noodstopassistent en een systeem dat de bestuurder waarschuwt wanneer de veiligheidsafstand tot de voorganger (dat kan een voetganger of een fietser zijn) onvoldoende is.

Binnenin is een digitaal dashboard en een centraal aanraakscherm voor connectiviteit en infotainment voortaan de norm. Onder de motorkap is er keuze uit een 1.0 of een 1.2 benzinemotor. De laatste is de betere keuze voor Picanto-rijders die hun wagen ook regelmatig op snelwegen gebruiken. De basisversie kost 16.290 euro. Dat is redelijk in verhouding met de geboden uitrusting, maar het is bijna de helft duurder dan wat voor de pandemie in dit segment betaalde. 

Kleintjes vallen af

Veel constructeurs zien geen brood meer in het ontwikkelen en verkopen van kleine, betaalbare stadswagentjes. Wat ooit een bijzonder populair en zeer concurrentieel segment was, ligt op apegapen. Dat komt omdat de normen – actieve en passieve veiligheid, CO2-uitstoot/verbruik, emissiewaarden – waaraan een personenwagen moet voldoen, veeleisender worden. Die regulering maakt de ontwikkeling en productie van auto’s complexer en vooral duurder. Omdat deze bijkomende kosten voor een compacte wagen in verhouding zwaarder doorwegen, vinden merken het compacte A-segment niet langer rendabel.

De voorbije jaren zagen we veel namen verdwijnen uit dit segment. Denk maar aan Volkswagen dat de Up opgaf, bij uitbreiding de Skoda CityGo en de Seat Mii, maar ook de Citroën C1 en de Peugeot 108. Dat heeft de marktsituatie danig veranderd, waardoor de overlevers plots een groter deel van de taart kregen. En: voor bepaalde merken is het juist daardoor weer de moeite om hier aanwezig te zijn of te blijven. Niet in het minst omdat de consument zich bij gebrek aan alternatief neerlegt bij de hogere prijzen van vandaag. 

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content