Urbain Vandormael
Hoeveel mensen lieten zich vangen op het Autosalon?
De verhalen over de uitzonderlijke salonkortingen op het Autosalon moeten met een korreltje zout worden genomen.
Het Autosalon van Brussel is aan zijn tweede week toe. Op zowat alle stands zijn optimistische commentaren te horen. Cconcrete cijfers over de verkoop krijgen we echter niet te zien. Daar is het nog te vroeg voor, want de kortingenoorlog woedt nog in alle hevigheid. De saloncondities lopen immers nog tot het einde van de maand. Pas dan zal blijken wie als winnaar en verliezer uit de strijd komt.
“Het voorbije weekend en de nocturne van maandagavond waren qua publieke belangstelling een voltreffer. In vergelijking met 2012 telden we zo’n 5 procent méér bezoekers, wat erop wijst dat koning auto immens populair blijft. De grote toeloop bewijst bovendien dat wij erin zijn geslaagd om zijn om het salon goed in de markt te zetten. Het is ook een teken aan de wand dat het consumentenvertrouwen in ons land opnieuw stijgt.” Aan het woord is Febiac-woordvoerder Joost Kaesemans. Die toont zich ook verheugd over de grote belangstelling voor de zogeheten omkaderingsactiviteiten die onmiskenbaar een maatschappelijke meerwaarde opleveren voor het mobiliteitsdebat. Nadat dit weekend de hoogste politieke leiders van het land al een bezoek brachten aan de Eeuwfeestpaleizen, is het deze week de beurt aan een aantal gerenommeerde experten om hun visie te komen toelichten op ‘mobiliteit in de wereld van morgen’ en op de obstakels en problemen die daarbij opduiken en waar nog geen oplossing voor is gevonden.
Wie nog snel een koopje wil doen, moet bij Chevrolet zijn
Op onze rondgang langs de verschillende stands houden we halt bij Chevrolet dat zich eind volgend jaar terugtrekt van de Belgische markt – om de weg vrij te maken voor een doorstart van zustermerk Opel. “Vanzelfsprekend betreuren wij de beslissing van de GM-directie in Detroit, maar we hebben terzelfdertijd begrip voor de argumenten die daartoe hebben geleid. Investeren in twee zustermerken die elkaars concurrenten zijn, heeft geen zin. Daar moet je geen grote geleerde voor zijn,” lacht woordvoerder Yves De Cauwer. Die heeft de voorbije dagen heel wat bekende gezichten op de stand mogen verwelkomen, maar ook veel nieuwe klanten. En dat is toch opmerkelijk. “Onderschat het gezond verstand van de man in de straat niet. Die weet perfect dat Chevrolet weggaat uit Europa en dat om die reden hier wellicht zaken te doen zijn. En dat is ook zo. Op onze stockmodellen bieden wij uitzonderlijk hoge kortingen aan.” Wie zo’n stockauto koopt, krijgt overigens dezelfde fabrieksgarantie als voorheen: drie jaar of 100.000 km. De beschikbaarheid van onderdelen blijft gegarandeerd tot 10 jaar na de marktintroductie van het model. Voor het onderhoud en eventuele herstellingen kunnen de klanten terecht bij gecertificeerde garagisten die nu deel uitmaken van de Chevrolet-dealerorganisatie en een jarenlange ervaring hebben met het product. Wie dus nog snel een koopje wil doen, die moet bij Chevrolet zijn in paleis 9. Die kan daar ook de gloednieuwe Corvette bewonderen die in Brussel zijn Europese première viert en het beste paard uit de Chevrolet-stal blijft.
Hoeveel mensen lieten zich vangen op het Autosalon?
Urbain Vandormael
Kijken en vergelijken op het salon, kopen bij de dealer
Aan kijklustigen heerst in Brussel geen gebrek, maar hoe zit het met de kooplust van de bezoekers? Een rondvraag bij de verschillende merken levert bijna overal hetzelfde antwoord op… ‘de koopbereidheid is zeker aanwezig maar de tijd van de impulsaankopen lijkt voorbij. De mensen wikken en wegen, vergelijken de offertes van de verkopers op de stands met die van de dealers in hun buurt.’ Meestal bieden die de laagste prijs, omdat de verkopers op het autosalon op commissie werken, per verkochte auto strijken zij een premie op. Een concessionaris ziet een nieuwe klant daarentegen als een investering op lange termijn. Is die tevreden over de service, brengt die misschien zelfs nieuwe klanten aan. Wie bij een merkdealer koopt, voorkomt ook heibel over de overnameprijs. De verkopers op het salon plakken immers een prijs op de overnameauto, zonder die daadwerkelijk te hebben gezien. Zij baseren zich op wat de kandidaat-koper hen voorspiegelt (of wijsmaakt). Komt de staat van het voertuig bij de overdracht niet overeen met het beeld dat de kandidaat-koper heeft geschetst, zorgt dat vaak voor heftige discussies, waar niemand beter van wordt – tenzij dokters en apothekers.
Merken laten niet in hun kaarten kijken
Concrete cijfers over de verkoop op het salon en bij de dealers krijgen we niet te zien – bij geen enkele invoerder. De merken willen duidelijk niet in hun kaarten laten kijken, de saloncondities gelden immers nog tot het einde van de maand. Voor een eerste indicatie moeten we wachten op de inschrijvingsstatistieken van januari. Dan zal blijken wat de kortingenoorlog heeft opgeleverd, wie de winnaars en verliezers zijn. Wie niet goed verkoopt tijdens de salonperiode, die gaat gegarandeerd een slecht jaar tegemoet. Traditiegetrouw wordt in januari en februari gemiddeld zo’n 30 à 40 procent van de jaaromzet gerealiseerd. Wie die trein mist, die kan het vergeten.
Overigens moeten de verhalen over de uitzonderlijke salonkortingen met een korreltje zout worden genomen. Een Frans merk dat in december nog 30 procent korting aanbood, pakt op het autosalon uit met de slogan… ‘u krijgt de btw (21 procent) cadeau’. Benieuwd hoeveel mensen zich hebben laten verleiden. Het is ook opletten geblazen voor de financieringsaanbiedingen van de sommige automerken: 0 procent financiering levert soms minder financieel voordeel op dan een éénmalige hoge korting op de aankoopprijs. Geld lenen bij de bank kost ook geld, maar soms minder dan u denkt.
Het autosalon van Brussel
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier