Europa taxeert Chinese merken zwaar

Alain De Jong

De importtaks op in China geproduceerde elektrische auto’s kan oplopen tot 35,3 procent.

De Europese auto-industrie heeft zwaar te lijden onder de concurrentie van de Chinese merken die onze markt overspoelen met degelijke en goedkope elektrische modellen. De lage prijzen zijn vooral mogelijk door de staatssteun die deze constructeurs in eigen land krijgen. Maar ook door een hoge efficiëntie en lage productiekosten. Dat leidde tot een snelle doorbraak van Chinese EV’s bij ons. En tot paniek bij onze constructeurs. Zij vrezen voor hun positie op de Europese markt waar vanaf 2035 nog enkel elektrische auto’s mogen worden verkocht.

Daarom kondigde de Europese Unie beschermende maatregelen aan. De invoertaks moet de – volgens haar oneerlijke – concurrentie bestrijden. Intussen zijn de tarieven bekend. Ze variëren naargelang het niveau van overheidssteun dat de Chinese automerken in het thuisland genieten en de mate waarin ze meewerkten aan het onderzoek naar die subsidies. In principe schommelt de invoertaks tussen 20,7 % voor de merken die goed meewerkten tot 35,3 % voor wie dat niet deed.

Concreet bedragen de invoerheffingen op elektrische auto’s geproduceerd in China 7,8 % voor Tesla, 17 % voor BYD, 18,8 % voor Geely (met Volvo, Polestar, Lotus, …) tot 35,3 % voor SAIC (MG). Nu is het afwachten welk effect dit heeft op de prijzen van die auto’s. Wellicht wordt de belasting geheel of deels bij de gebruiker gelegd. Maar omdat de Chinese merken veel marge nemen op hun EV’s en vooral marktaandeel nastreven, kan die prijsstijging misschien meevallen.  

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content