70 jaar Alpine: wat maakt het sportwagenmerk zo geliefd?

Ook in 2024 heeft het Franse automerk Alpine zijn opmars voortgezet, voor het vierde jaar op rij. Bovendien blijft de Alpine A110 nummer één onder de sportieve 2-zitscoupé met een marktaandeel van 44,7 procent. Dit jaar viert Alpine zijn 70e verjaardag en lanceert een beperkte reeks A110 R 70.
De geschiedenis van Alpine gaat terug tot 25 juni 1955. Na succesvolle hogeschoolstudies neemt Jean Rédélé op zijn zesentwintigste de garage over van zijn vader en wordt zo de jongste Renault-dealer van Frankrijk.
In zijn vrije tijd toont hij zich een begenadigde rallyrijder en behaalt enkele opmerkelijke zeges aan het stuur van een Renault 4CV. Wanneer Renault hem voorstelt fabrieksrijder te worden aan het stuur van een 4CV 1306 slaat hij tot eenieders verbazing het lucratief aanbod af. De fabrieksauto was volgens Redélé niet snel genoeg.
Bij de Italiaanse tuner Giovanni Michelotti bestelt hij een 4CV Spéciale Sport met een koetswerk in aluminium en een 5-versnellingsbak van André-Georges Claude. Die combinatie bezorgt de hobbyrallyrijder drie categoriezeges in de Mille Miglia, de al even beroemde als beruchte wegrace tussen Brescia en Rome.
De ambities van Jean Rédéle reiken echter verder, de entrepreneur droomt van een eigen sportwagenmerk. Met de financiële steun van zijn rijke schoonvader Charles Escoffier maakt hij zijn droom in 1955 waar. De merknaam Alpine verwijst naar Les Alpes-Maritimes, een bergachtige streek in Zuid-Frankrijk die hij als zijn speeltuin bestempelt.
Rédélé gaat zijn eigen weg
Omdat hij ongeduldig is en over te weinig budget beschikt om een compleet nieuwe auto te bouwen, grijpt hij terug naar een prototype dat Jean Gessalin en de broers Chappe voor zijn schoonvader hadden gebouwd. Dat verklaart waarom de Alpine A106 het chassis en als basis de 21 pk sterke 4-cilindermotor van 747 cm3 van de Renault 4CV gebruikt.
In de Alpine A106 beschikt die evenwel over 38 pk extra, wat de wagen vanaf dag één succesvol maakt. De nieuwkomer onderscheidt zich van andere sportwagens door zijn koetswerk uit polyester en revolutionaire 5-versnellingsbak.
Wanneer Rédélé besluit nieuwe modelvarianten te bouwen, stuit hij op een kordate ‘non’ van Gessalin. De koppige patron besluit daarop een eigen carrosseriebedrijf op te starten dat de nieuwe koetswerkvarianten en configuraties van de A106 zal fabriceren.
Internationale expansie
Rédélé ziet de zaken groot en gaat op zoek naar partners die onder licentie Alpine-modellen willen assembleren en verkopen. De respons overtreft zijn stoutste verwachtingen. De buitenlandse partners brengen hem bovendien in contact met jonge, talentvolle piloten die het Franse sportwagenmerk internationale renommee bezorgen. Bekende Zuid-Amerikaanse formule 1-piloten zoals Carlos Pace en Emerson Fittipaldi hebben hun eerste stappen in de racerij gezet aan het stuur van een Alpine Interlagos.
De grote doorbraak komt er in 1962 met de A110 die is ontworpen door de 17-jarige Philippe Charles. Zijn buizenchassis maakt het onderstel lichter en stijver, de onderdelen stammen uit de Renault 8.
Vanaf 1967 wordt Alpine het uithangbord van Renault in de autosport onder de merknaam Alpine-Renault. De verkoop stijgt zo spectaculair dat de productiecapaciteit in Dieppe niet meer volstaat en over twee bijkomende fabrieken moet worden verspreid, met name in Parijs en Thiron-Gardais.
De A110 heeft ondertussen het gezelschap gekregen van de A310, een Gran Turismo die door Rédélé zelf is ontworpen maar door de oliecrisis van 1973 niet het verhoopte commerciële succes kent. Ook de daaropvolgende A610 met een V6 turbomotor kan het tij niet keren. In 1995 rolt in Dieppe de laatste Alpine van de band.
De renaissance van Alpine
Gelukkig blijft de merknaam voortleven in de herinnering van vele honderdduizenden autofans over de hele wereld. Naar aanleiding van de 50e verjaardag van de A110 presenteert Renault in 2012 het studiemodel A110-50, een hommage aan het roemrijke model. De respons is zo overweldigend positief dat de toenmalige Renault-topman Carlos Ghosn opdracht geeft een seriemodel te ontwikkelen op basis van voornoemd studiemodel en beslist het mythische sportwagenmerk te revitaliseren.
De Alpine-fabriek in Dieppe wordt compleet gemoderniseerd en in het geheim worden talrijke technologische innovaties getest op anonieme prototypes. Enerzijds heeft Alpine een sportieve reputatie te verdedigen en anderzijds kan Renault het zich financieel niet veroorloven zwaar te investeren in een project zonder toekomst.
In afwachting van een rijklaar model lanceert Renault in 2015 de Alpine Vision Gran Turismo, een virtuele auto die is ontwikkeld en geconcipieerd voor PlayStation en een onverhoopt groot succes wordt.
Collectors item
Begin december 2016 maakt de Franse autoconstructeur bekend dat kandidaat-kopers kunnen intekenen op de zogenaamde ‘Première Edition’ van de A110. Die zal op een beperkte oplage worden gebouwd. De intekenprijs bedraagt 2000 euro.
Afhankelijk van beschikbaarheid kunnen de kandidaat-kopers een serienummer kiezen tussen 1 en 1955. De Première Edition is beschikbaar in de koetswerkkleuren Alpine-blauw, diepzwart en zonnewit. De 1955 exemplaren zijn in enkele dagen toegewezen. Nog voor de A110 op de markt is, is die al een collectors item.
Originele en betaalbare sportwagen
Wat maakt de Alpine A110 zo speciaal? Vooreerst zijn voorgeschiedenis alsook zijn subtiele retrolook, een verwijzing naar de legendarische A110 uit 1962. Maar dat is nog maar het begin van het verhaal. De 1.8 liter 4-cilinderturbomotor met een vermogen van 252 pk katapulteert de sportcoupé in 4,5 seconden van 0 naar 100 km/u, zonder dat je als bestuurder klamme handen krijgt. Of dat ook het geval is voor de bijrijder durf ik te betwijfelen.
De op achterwielen aangedreven A110 met 7-trapsautomaat munt uit door een neutraal weggedrag, het zit- en rijcomfort zijn voortreffelijk waardoor de sportieve coupé ook geschikt is als daily driver. Het in- en uitstappen verloopt vlot ondanks dat de A110 nauwelijks 1,2 meter hoog is. Door veelvuldig gebruik te maken van koolstofvezel en aluminium weegt die amper 1140 kilogram wat zich positief vertaalt in een sensationeel laag gemiddeld benzineverbruik van 6,8 l/100 km. Binnenin vallen de bekleding van hippe polymeren, kuipzetels, handig 3-spaaks sportstuur en tabletachtige touchscreen met TFT-instrumentarium in het oog.
Voor een sportcoupé met vergelijkbare prestaties en look betaal je bij de concurrentie fors meer.
Verjaardageditie
Inmiddels heeft Alpine tal van speciale series uitgebracht van de tweede generatie A110. Naar aanleiding van de 70e verjaardag van het merk breidt Alpine het A110-gamma uit met twee modellen, de A110 R 70 en A110 GTS.
Het eerste wordt gebouwd op een beperkte oplage van 770 stuks en markeert het einde van de productie van de ‘R’-series die de afgelopen jaren met succes op de markt zijn gebracht. De jubileumeditie levert een vermogen van 300 pk en een koppel van 340 Nm, is standaard uitgerust met carbonvelgen en is verkrijgbaar in tien koetswerk- en interieurkleuren. Een speciale reeks van drie exclusieve kleuren (caddyblauw, ijswit en Sismic rood) wordt geproduceerd op telkens 70 exemplaren met op het dak het logo van de 70e verjaardag in zichtbaar carbon. Exclusief specifieke opties worden de 770 exemplaren van de A110 R 70 aangeboden tegen de prijs van 122.500 euro waardoor die plots niet meer de betaalbare 2-deurs sportcoupé is uit 2016. Gelukkig blijft de instapprijs voor de ‘gewone’ A110 behouden op 65.200 euro.
De A110 GTS is nieuw in de catalogus voor 2025 en kost 79.700 euro. Hij vervangt de GT- en S-versies en is verkrijgbaar in vijf nieuwe koetswerkkleuren plus drie matte tinten uit de ‘Heritage’-catalogus. Hij kan worden gepersonaliseerd via een nieuwe GTS-aerokit, aangevuld met Brembo-remklauwen in zes verschillende kleuren.
Uithangbord voor Renault
Mocht er in 2016 nog twijfel hebben bestaan over de toekomst van Alpine als zelfstandig sportwagenmerk met één model in de aanbieding, dan is die nu verdwenen. Alpine is opnieuw het uithangbord geworden voor de Franse autogroep en breidt zijn gamma mondjesmaat uit met elektrische modellen. Zo is de Alpine A290 verkozen tot ‘Auto van het Jaar 2025’ en maakt de A390 einde mei zijn debuut.
In 2024 registreerde Alpine wereldwijd 5,9 procent meer inschrijvingen, op een totaal van 4585 exemplaren waardoor het ook een exclusief merk blijft. In Europa kende Alpine een groei van 7,1 procent onder impuls van zijn belangrijkste markten, te weten Italië (+ 37,5%), UK (+ 24,9%), Spanje (+ 19,3%) en Duitsland (+ 10,6%).
Dat zijn uitstekende resultaten voor een 70-jarig sportautomerk, dat ik nog vele gezonde jaren toewens. Met ongeduld kijk ik uit naar een testrit met de jubileumversie die meteen ook de laatste zal zijn van de A110 met een benzinemotor. Aan alles komt een einde.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier