Imade Annouri (Groen)
‘Achter het verhaal van Ben Chikha gaan tientallen andere verhalen schuil van onbekende Vlamingen’
‘Sinds de aanslagen in Parijs duiken er meerdere verhalen op van mensen die willekeurig van de straat worden geplukt’, schrijft Imade Annouri (Groen). Hij waarschuwt dat het voorval met Zouzou Ben Chikha maar het topje van de ijsberg is.
Laat me beginnen met een boude uitspraak. Er is misschien toch één positieve kant aan het feit dat Zouzo Ben Chikha, de acteur uit de tv-serie Bevergem, zondag door de Gentse politie op een onrespectvolle manier werd gefouilleerd. Zijn bekendheid zorgt ervoor dat dit verhaal naar buiten komt.
Het voorval in Gent wijst op de zaken die sinds de aanslagen in Parijs dringend moeten uitgeklaard worden. We zijn op een scharniermoment gekomen. Kiezen we voor verbinding of kiezen we voor polarisering? Laat ons het verhaal van Ben Chikha gebruiken om dit noodzakelijk debat niet langer uit de weg te gaan.
Sinds Parijs duiken er meerdere verhalen op van mensen die willekeurig van de straat worden geplukt. Hardhandige fouilleringen worden hierbij niet geschuwd. Nadien volgen noch verklaringen, noch verontschuldigingen van de politie. “Pak uw vuiligheid maar mee”, kreeg Ben Chikha te horen, terwijl na de interventie wel duidelijk was dat hij onschuldig was. Het respect was ver te zoeken.
‘Achter het verhaal van Ben Chikha gaan tientallen andere verhalen schuil van onbekende Vlamingen’
Achter het verhaal van Ben Chikha, een bekende Vlaming, gaan echter nog tientallen andere verhalen schuil van onbekende Vlamingen. Verhalen zonder bv’s die de pers niet halen, maar wel bekend zijn bij de mensen die met jongeren werken. Dit brengt ons bij het eerste deel van het probleem: de onrespectvolle en onduidelijke benadering van burgers door een deel van het politiekorps en de gebrekkige communicatie achteraf.
Het zou een misvatting zijn om de ervaringen van Zouzou Ben Chikha of Montasser El AlDe’emeh te herleiden tot een probleem dat de kop opsteekt sinds de toegenomen terreurdreiging. Uit het Europese MIDIS-onderzoek blijkt dat Belgen van Noord-Afrikaanse afkomst dubbel zoveel gecontroleerd worden dan Belgen zonder vreemde roots. Het Interfederaal Gelijkekansencentrum rapporteert ieder jaar over meer dan 80 klachten over discriminatie door vertegenwoordigers van politie, justitie of het gevangeniswezen. Zij vormen slechts het topje van de ijsberg. De meeste gevallen van discriminatie zien het daglicht nooit: slachtoffers hebben er mee leren leven, of ze willen de gebeurtenis liefst achter zich laten. Nog erger is dat sommigen simpelweg niet geloven dat het zin heeft om een klacht in te dienen.
Nood aan verbinding
Iedereen weet dat het ongewone tijden zijn. Sinds de verhoogde terreurdreiging zijn we als samenleving op zoek naar de juiste toon. Hoe gaan we met dreiging en angst om? Hoe gaan we met elkaar om? Iedereen is zoekende: van burgers tot veiligheidsdiensten, van politie tot politici. U, net zo goed als ik.
Maar, die zoektocht mag geen excuus zijn voor een toenemend wantrouwen tussen verschillende bevolkingsgroepen. Het mag geen excuus zijn voor politici om gevoelens van angst te misbruiken om er politiek garen uit te spinnen. En het mag al helemaal geen excuus zijn voor onze politiediensten om lukraak mensen hardhandig te fouilleren op basis van hun uiterlijk. Dit brengt ons bij het tweede deel van het probleem : ethnic profiling. Geen fabeltje, maar wetenschappelijk bewezen dus.
Onschuldige mensen als onschuldige mensen behandelen
Niemand heeft er een probleem mee dat mensen die misdrijven plegen worden opgepakt. Wie de wet overtreedt, moet daar de gevolgen van dragen. Ik kan begrijpen dat er identiteitscontroles zijn. Als dat respectvol gebeurt, is iedereen daarmee akkoord.
Wel is het nodig dat elke burger met respect voor zijn rechten wordt behandeld. En als blijkt dat je onschuldig bent, verdien je de nodige uitleg en verklaringen. We vertrouwen op onze politiediensten om onze veiligheid te garanderen. Huidskleur en afkomst spelen daarbij geen rol. Het potentieel van onze superdiverse samenleving is enorm. Een groot deel van dit potentieel zit bij onze jongeren. Maar dat potentieel zullen we als samenleving enkel kunnen ontluiken als we als samenleving ook op elkaar kunnen vertrouwen.
Een politiekorps is er om de veiligheid te garanderen van alle burgers. Elke politieagent die zijn job respectvol uitvoert, is een bondgenoot van al wie het goed meent. Op dit moment is het vertrouwen bij een deel van onze bevolking bekoeld, wantrouwen komt in de plaats. Laten we al deze verhalen dan ook vooral als een kans zien om dit vertrouwen te herstellen. In plaats van te polariseren hebben we nu, meer dan ooit, nood aan verbinding.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier