Peter Vanvelthoven (SP.A)
‘Ach, dat regeerakkoord, daar kunnen we toch wel eens van afwijken?’
‘Oneerlijk. Dat is het gevoel dat de mensen overhouden aan het beleid van u en uw collega’s. Dat moet u intussen toch wel al door hebben, mijnheer Van Overtveldt?’ schrijven Peter Vanvelthoven en Dirk Van der Maelen (SP.A) nu de Belgische regering overweegt om uit de Europese onderhandelingen over de invoering van de tobintaks te stappen.
Het regeerakkoord. Te pas en te onpas halen deze ministers dat argument boven om beleid uit te stellen of niet te voeren. Een eerlijk beleid waar de mensen in dit land nu al bijna twee jaar om vragen. Of het nu Panama is, een eiland met palmbomen waar banken rekeningen verstoppen van vermogenden, LuxLeaks of een ander fraudeschandaal, één ding is zeker: de mensen zijn het beu dat alleen zij de facturen voorgeschoteld krijgen en steeds dezelfde groep ontzien wordt.
‘Ach, dat regeerakkoord, daar kunnen we toch wel eens van afwijken?’
Je zou dan denken dat elke minister dat intussen begrepen heeft, of – in het meest optimistische scenario – er alles aan doet om op zijn minst een signaal uit te sturen in die richting. Zeker wanneer je, voor die ene keer dan, met het regeerakkoord kunt zwaaien om het eerlijker te maken.
Zo ook met de Tobintaks, die de afgelopen jaren zowat uitgegroeid is tot het symbool van fiscale rechtvaardigheid. Hoewel het een zeer klein percentage afroomt van elke financiële transactie, is het alvast een begin van een eerlijke(re) samenleving. De consensus was lang om dat Europees aan te pakken en daar had ons land een voortrekkersrol in.
Van voortrekker tot bezemwagen
Tot ene Johan Van Overtveldt de journalistiek inruilde voor de politiek. In het regeerakkoord werd het nog wel opgenomen, maar al snel toonde de minister van Financiën zich een koele minnaar. Een eerlijke samenleving, dat zag hij toch anders. Die vermaledijde Tobintaks – de grootbanken bijvoorbeeld eerlijk laat bijdragen op de miljoenen die ze verdienen enkel en alleen door met de centen van de mensen te spelen – was “te ingrijpend”. De gevolgen zijn navenant: in amper twee jaar tijd ruilde België zijn Europese voortrekkersrol in voor de bezemwagen. Als ons land straks de onderhandelingstafel ook effectief verlaat, betekent dat zo goed als het einde van een Tobintaks op Europees niveau. “Er is nog wat masseerwerk nodig om mijn vrienden van de Belgische regering te overtuigen”, zegt Johan Van Overtveldt zonder schroom. “Maar het gaat de goede kant op”, voegt hij eraan toe.
‘Beste mijnheer Van Overtveldt, de enige die u in deze tijden moet masseren zijn de mensen van dit land, niet uw vrienden bankiers, diamantairs, fraudeurs of collega’s van de regering waar u deel van uitmaakt.’
Beste mijnheer Van Overtveldt, de enige die u in deze tijden moet masseren zijn de mensen van dit land, niet uw vrienden bankiers, diamantairs, fraudeurs of collega’s van de regering waar u deel van uitmaakt. De cijfers spreken boekdelen: de inkomsten van de Bijzondere Belastinginspectie liggen 500 miljoen euro lager, uit de LuxLeaks werd amper 2,7 miljoen euro gehaald én vandaag lezen we dat de Kaaimantaks een heuse ontsnappingsboulevard is voor valsspelende bedrijven die een tussenstructuur uitdokterden in het buitenland.
Na het Panama-schandaal vond een vicepremier het tijd om “de verontwaardiging en de roep om eerlijkheid van mensen” au sérieux te nemen. Met de Tobintaks kreeg u, mijnheer Van Overtveldt, voor de zoveelste keer op rij, de kans om te werken aan die eerlijke fiscaliteit. Maar voor de zoveelste keer op rij kiest u voor de gemakkelijkste oplossing, want die Tobintaks, … da’s toch een beetje té vervelend om in te voeren.
Oneerlijk. Dat is het gevoel dat de mensen overhouden aan het beleid van u en uw collega’s. Dat moet u intussen toch wel al door hebben, mijnheer Van Overtveldt? U moet het toch gezien en gehoord hebben, of komt u niet langer tussen de mensen sinds u minister bent? U had nu een uitgelezen kans om – met het regeerakkoord in de hand – te tonen dat ook u het eerlijker wil. “Maar ach, dat regeerakkoord. Daar kunnen we toch wel eens van afwijken?” Is het dat wat u denkt? De conclusie is overduidelijk: de mensen kunnen gewoon niet op u rekenen. Erger nog, u neemt ze zelfs niet au sérieux.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier