Luckas Vander Taelen
‘Aalst moet erkenning van carnaval als werelderfgoed teruggeven aan Unesco’
‘Het valt te vrezen dat de Unesco de volgende jaren een leger van controleurs en inspecteurs zal delegeren. Dat zal zonder veel moeite een overvloed aan elementen vinden om het carnaval af te branden’, blikt Luckas Vander Taelen terug op de commotie over de carnavalsstoet in Aalst.
Ik heb al heel lang de goede gewoonte om naar de beste radionieuwszender te luisteren, de BBC World Service. Het is een bijzonder aangename manier om bij te blijven met het wereldnieuws en even een relativerende afstand nemen van het kleine inlandse gebeuren. Over wat er in ons land gebeurt, wordt daar nooit gesproken, tenzij bij dodelijke rellen in een aftands voetbalstadion of terroristische aanslagen in een metrostation of luchthaven. Dan is ons land even wereldnieuws, maar dat is gelukkig niet zo vaak het geval.
Maar vrijdagavond geloofde ik mijn oren even niet. Het laatste item van het avondnieuws ging niet alleen over een gebeurtenis in België, maar dan ook nog in mijn geboorteplaats, Aalst.
Aalst moet erkenning van carnaval als werelderfgoed teruggeven aan Unesco.
De Unesco, zo meldde de onverstoorbare nieuwslezer, dacht er ernstig over na om het plaatselijke carnaval te schrappen van zijn prestigieuze lijst van evenementen die het volgens haar deel uitmaken van het immateriële werelderfgoed! Omdat bij de laatste stoet een groep van het gebruik van antisemitische symboliek beschuldigd was, lijkt het carnaval van Aalst het Unesco label, dat het in 2010 kreeg, te gaan verliezen. Een vergadering in december zou daarover beslissen!
Zo, dacht ik, de charmante stad, zoals burgemeester Christophe D’haese (N-VA) Aalst graag noemt, is er in geslaagd het wereldnieuws te halen. Geen kleine prestatie voor een Vlaamse centrumstad! Sommigen zullen er dan misschien op wijzen dat het bericht van de BBC Aalst niet bepaald in een gunstig daglicht stelde. Maar zoals elke marketeer weet : slechte publiciteit, dat bestaat niet. Dank zij de gratis reclame van de Unesco en de World Service weet nu heel de wereld dat er in een Aalst elk jaar carnaval gevierd wordt!
De polemiek begon al de avond van de optocht. De carnavalsvereniging met de merkwaardige naam Vismooil’n had het onzalige idee gehad om joodse bankiers af te beelden waarbij het wel leek of ze hun inspiratie gezocht hadden bij Duitse praalwagens uit de donkere Nazi-tijden. De groep beweerde zich van geen antisemitisch kwaad bewust te zijn. De burgemeester en zowat de hele Aalsterse politieke klasse nam ze meteen in bescherming en probeerde uit te leggen wat eigenlijk niet uit te leggen is door te wijzen op de “context”, een woord dat schepen Jean-Jacques De Gucht in een radio-interview zo een keer of acht in de mond nam. Ondanks al dat gespin kwamen er klachten van Joodse verenigingen en gingen kwalijke foto’s de wereld rond. Michaël Freilich, jarenlang de onverbiddelijke aanklager van elk spoor van antisemitisme kwam door zijn recente politieke ambities binnen de N-VA in rechtstreeks conflict met zijn partijgenoot, burgemeester D’haese. Een goed gesprek zou veel oplossen, suste Freilich.
Maar de storm ging niet liggen. Bovendien bekeek nu ook het politiek-correcte heir andere aspecten van het carnaval. Een vrouwelijke vierder werd door het slijk van de sociale media gesleurd omdat ze zich als Afrikaanse had verkleed. Meteen vroeg menig Aalstenaar zich af wie als volgende in het vizier zou komen : zou het nog kunnen zich als Voil Jeannet te tonen zonder de transgemeenschap te kwetsen? Wie lang genoeg rondloopt tijdens Aalst carnaval weet dat eigenlijk iedereen wel een reden kan vinden om zich beledigd te voelen.
Nu de Unesco van zich laat horen, voelen de Aalstenaars dat de eigenheid van hun carnaval bedreigd is. Meteen sloten de Aalstenaars zich op in solidaire cirkel, waarbij naar analogie met Charlie Hebdo, nu iedereen plots Vismool’j was. En toen een paar dagen geleden een après-carnaval werd georganiseerd, was het aantal in Joden verklede vierders niet te tellen. “Fuck Unesco” klonk het niet bepaald genuanceerd, “Carnaval is van d’Ajoinen”. Dat belooft voor de stoet 2020 : de vraag is eigenlijk niet of maar hoeveel groepen de woede van de Unesco zullen ridiculiseren. Burgemeester D’haese verdedigt zijn carnaval nu al offensief als hij zegt dat de Unesco misschien wel het wereldpatrimonium beschermt, maar behoorlijk wereldvreemd is…
Alle Aalstenaars delen een onwrikbare geloof in de eigenheid van hun carnaval, een feest dat voor buitenstaanders niet altijd te begrijpen is in zijn ruigheid en vulgariteit. Misschien moet de stad fier het initiatief nemen en gewoon de erkenning terug geven aan de Unesco. Het zou van politieke moed getuigen mocht burgemeester D’haese dit durven doen. Want het valt te vrezen dat de Unesco de volgende jaren een leger van controleurs en inspecteurs zal delegeren. Dat zal zonder veel moeite een overvloed aan elementen vinden om het carnaval af te branden. En het te ontmannen tot een politiek-correct feest dat niemand kwetst maar haar ziel totaal verloren heeft.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier