Wereldwijd is de Waalse minister-president Paul Magnette (PS) de incarnatie van het verzet tegen het CETA-verdrag. Maar hij vormt een onafscheidelijk duo met André Antoine (cdH), de eerbiedwaardige voorzitter van het Waals Parlement, die minstens even radicaal tégen is. ‘Wij willen humane spelregels voor de mondialisering.’

André Antoine is een man van het politieke centrum, een overtuigd Europeaan en allerminst een fanatiekeling. Maar hij verdedigt met hand en tand het recht van zijn parlement om nee te zeggen tegen het handelsverdrag met Canada, zolang Wallonië niet voldoende juridische garanties en inhoudelijke tegemoetkomingen heeft binnengehaald. De immense druk van de Europese Unie op de Walen om CETA op een drafje goed te keuren, getuigt volgens hem van een groot misprijzen voor de instellingen: ‘Europa steekt de draak met de democratie.’

ANDRÉ ANTOINE: Wallonië heeft niet opeens zelf besloten om in dit dossier tussenbeide te komen. In juli heeft de Europese Commissie gezegd dat CETA een gemengd verdrag is, en dat de nationale parlementen dus mogen meebeslissen. Volgens het Verdrag van Lissabon zijn de regionale parlementen in België óók nationale parlementen. Het CETA-verdrag heeft bovendien grote gevolgen voor onze openbare diensten, onze landbouw en onze economie in het algemeen. Ik geloof in regulering. Dat is de taak van politici. Wij willen de wet van de multinationals niet ondergaan.

Het Waals Parlement heeft zich stevig in het CETA- verdrag vastgebeten, niet?

ANTOINE: We zijn twee jaar lang intensief met CETA aan de slag geweest. Dat heeft stapels rapporten opgeleverd, die Paul Magnette aan de Europese Commissie heeft getoond. We hebben voor- en tegenstanders gehoord. In april van dit jaar heeft het Waals Parlement met een ruime meerderheid een resolutie goedgekeurd waarin het verzet tegen CETA aantekende. De federale regering was perfect op de hoogte van onze bezwaren. De Europese Commissie ook.

Drie weken geleden heb ik op een bijeenkomst van de Wereldhandelsorganisatie in Genève tegen Europees commissaris voor Handel Cecilia Malmström gezegd: ‘Als er niet fundamenteel wordt bijgestuurd, komt er geen CETA.’ Maar dat maakte totaal geen indruk. ‘Die kleine Walen zullen vanzelf wel inbinden’, leek ze te denken. Maar als je de Walen optelt bij de Franstalige Brusselaars, hebben we het over 4,5 miljoen mensen: dat is meer dan het inwonersaantal van zeven van de huidige lidstaten van de Europese Unie. En de goedkeuring van het CETA-verdrag vereist nu eenmaal unanimiteit. Grootte doet er dus eigenlijk niet toe. Het gebeurt in Europa ook wel vaker dat één lidstaat het been stijf houdt: de Nederlanders hebben zich eerder dit jaar nog tegen het associatieverdrag met Oekraïne gekant.

Europees Parlementslid Ivo Belet, net zoals u een christendemocraat, noemde Paul Magnette de ‘doodgraver van België’. Volgens hem is het Waalse protest ook een gevolg van de doorbraak van de PTB in Wallonië.

ANTOINE: Het spijt me, maar uitgerekend de Vlamingen hebben de bevoegdheid gewild om internationale verdragen te ratificeren. Vandaag verwijten dezelfde Vlamingen ons dat wij het wapen gebruiken waar zij om hebben gevraagd. En wat de PTB betreft: laat Ivo Belet met mijn groeten weten dat het Waals Parlement 2 communisten telt op 75 verkozenen.

Kijk, de Walen houden van de Canadezen. Maar CETA is een vrijhandelsverdrag nieuwe stijl. Het omvat veel meer dan alleen handel, en zal model staan voor toekomstige vrijhandelsverdragen als het TTIP met de Verenigde Staten. De detacheringsrichtlijn, waardoor Europese werknemers tijdelijk in een andere lidstaat kunnen werken voor een lager loon dan in die lidstaat gebruikelijk is, heeft ons allemaal aan het denken gezet. Die richtlijn is destijds zonder veel verzet aangenomen, maar heeft ravages aangericht. Wij willen humane spelregels voor de mondialisering. En we willen spijkerharde garanties voor onze boeren en kmo’s, en voor het behoud van onze eigen wetgeving.

Volgens gewezen eurocommissaris Karel De Gucht (Open VLD) is handelsbeleid een zuiver Europese bevoegdheid, en heeft Wallonië zich daar niet mee te bemoeien.

ANTOINE: Ik heb op televisie met Karel De Gucht over CETA gedebatteerd. Toen ik hem vertelde dat het Waals Parlement het dossier grondig bestudeerd heeft, zei hij drie keer na elkaar dat de Walen ‘ignobles’ waren: laag-bij-de-gronds en onwaardig. Voor een man met zo weinig achting voor de democratie kan ik niet veel respect opbrengen.

Maar hoe kan een verdrag tussen 35 miljoen Canadezen en 500 miljoen Europeanen nu in het nadeel van Europa zijn?

ANTOINE: Een Amerikaanse universiteit heeft in opdracht van de Verenigde Naties berekend dat Canada dankzij CETA jaarlijks mag rekenen op een extra groei van 0,78 procent van zijn bruto binnenlands product, en Europa op 0,08 procent. Tien keer minder, dus. CETA zou in Europa een verhaal van winnaars en verliezers zijn, en België zou bij de verliezers horen. De economische baten van het verdrag worden schromelijk overschat.

Vlaams minister-president Geert Bourgeois (N-VA) zei: ‘De PS voert kennelijk liever wapens uit naar Saudi- Arabië dan appelen en peren naar Canada.’

ANTOINE: Saudi-Arabië vormt een probleem, en Wallonië beseft dat. Maar terwijl wij wapens en munitie uitvoeren, exporteren de Vlamingen onderdelen voor geavanceerd wapentuig. Een beetje schijnheilig, niet?

Het is niet voor het eerst dat de N-VA Wallonië de les komt spellen. Dat helpt de zaken niet vooruit. Los daarvan voert Wallonië meer uit naar Canada dan het invoert. Maar Vlaanderen heeft een negatieve handelsbalans met Canada: de Vlamingen hebben meer te vrezen van onbeperkte vrijhandel en de massale import van, zeg maar, Canadese appelen. Bovendien zullen de Belgen zonder CETA gewoon Canadese kreeft blijven kopen en de Canadezen Belgische medicijnen. Als we alleen de handel hadden willen bevorderen, hadden we beter gewoon de douanetarieven kunnen afschaffen. Daarvoor heb je geen vrijhandelsverdrag nodig, met speciale rechtbanken voor multinationals die zich benadeeld voelen.

Volgens de verdedigers is CETA het meest sociale en milieuvriendelijke vrijhandelsverdrag aller tijden.

ANTOINE: Dat zal best, maar het moet worden verbeterd. En daarvoor moeten we de tijd nemen. Wat zei de Canadese handelsminister Chrystia Freeland me tijdens onze ontmoeting? ‘Als politici zich in een eerder stadium met dit verdrag hadden bemoeid, zaten we nu niet zo diep in de penarie.’ Dat is de grote les van CETA. We mogen het lot van onze bevolking niet in de handen leggen van een paar technocraten, hoe briljant geschoold ook, die in achterkamertjes onderhandelen met de lobbyisten van multinationals om de hoek. Ik geloof in de democratie. Alleen het parlement kan de belangen van de burgers waarborgen.

Weet u: in 2014 was ik vóór CETA, zonder veel kennis van zaken en om ideologische redenen. Omdat ik geloof dat vrijhandel goed is voor de economie. Maar door het studiewerk in het Waals Parlement ben ik gaan inzien dat het verdrag enorme gevaren in zich draagt, en ben ik van mening veranderd. (lacht) Karel De Gucht mag me uitschelden zoveel hij wil: ik zal altijd een democraat blijven.

DOOR HAN RENARD

‘We mogen ons lot niet in de handen van een paar technocraten leggen. Dat is de grote les van CETA.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content