‘Wij verkopen onze ziel niet’

'Als de KU Leuven het alleen zou moeten doen met publiek geld, dan zouden we in Europa achteraan in het peloton terechtkomen.'

Geen enkele universiteit haalde zo veel Europese projecten voor veiligheidsonderzoek binnen als de Katholieke Universiteit Leuven. Rector Rik Torfs: ‘Dit huis telt vele kamers, en onderzoekers mogen daar hun fantasie in botvieren. Binnen de regels van de ethiek welteverstaan.’

Onderzoekers van de KU Leuven kregen van Europa geld voor liefst 17 veiligheidsprojecten in het kader van FP7 en Horizon2020 – goed voor bijna 8 miljoen euro. De onderzoeken gaan onder meer over grenscontrole, de detectie van cyberaanvallen, crowd control, alternatieve straffen, conflictpreventie, vredesopbouw en de gevolgen van klimaatverandering.

Een van die 17 projecten, LAW TRAIN, focust op de ontwikkeling van verhoortechnieken bij drugsdelicten en wordt gecoördineerd door de Israëlische Bar-Ilan Universiteit. Zowel bij de start van het academiejaar als in de voorbije weken lag de KU Leuven voor die samenwerking onder vuur. Maar LAW TRAIN is niet het enige onderzoeksproject dat vragen oproept.

‘Het is toch normaal dat wij in allerhande sectoren onderzoeksprojecten hebben’, stelt rector Rik Torfs. ‘De KU Leuven behoort tot de absolute Europese top – zelfs de wereldtop – voor veiligheidsonderzoek in cybersecurity, juridische aspecten van privacy, enzovoort. Het is trouwens niet de KU Leuven die het initiatief neemt om deel te nemen aan Europese onderzoeksprojecten: dat doen onze onderzoekers zelf.’

En daar staat geen enkele rem op?

RIK TORFS:Er vinden ethische checks & balances plaats op verschillende niveaus. Op het niveau van de financier, bijvoorbeeld de Europese Commissie, maar ook binnen de KU Leuven, via commissies die zich buigen over maatschappelijk-ethische vraagstukken, over privacybescherming én over dual use -als onderzoeksresultaten op meer dan één manier gebruikt kunnen worden. Dat is de aanpak die wij als universiteitsbestuur volgen. We laten veel ruimte aan onze onderzoekers. Deze universiteit telt vele kamers, en mensen mogen daar hun fantasie in botvieren binnen de regels van de ethiek.

Hoe staat de KU Leuven in het algemeen tegenover samenwerking met privébedrijven?

TORFS: Je moet je autonomie en je ethische regels vrijwaren. Wat dat betreft, bestaat er geen verschil tussen privé en overheden.

Uw universiteit, die wordt gefinancierd met overheidsgeld, stelt op die manier kennis ter beschikking in samenwerkingsprojecten waarvan de winsten naar de privésector kunnen gaan.

TORFS: Het is toch doodnormaal dat de knowhow en expertises gegenereerd door universiteiten niet binnen de muren van de universiteiten zelf blijven, maar uiteindelijk hun weg vinden in de samenleving en in haar economisch bestel. Wij zijn decennia geleden al geëvolueerd van instellingen met voornamelijk een onderwijsopdracht naar onderwijs- én onderzoeksinstellingen. Vandaag de dag zijn universiteiten ook de driver van economische en maatschappelijke vooruitgang en de KU Leuven vervult die drieledige rol bijzonder goed.

Als de KU Leuven het alleen zou moeten doen met publiek geld, dan zouden we in Europa achteraan in het peloton terechtkomen. Vandaar dat we allerlei contracten afsluiten, onder meer met bedrijven. Nogmaals: in volledige onafhankelijkheid. Wij verkopen onze ziel niet. Misschien verkopen we soms wel knowhow, waar ook anderen van kunnen profiteren. Maar dat is dan een win-winsituatie.

In de projecten FIDELITY en EPISECC werken KU Leuven-onderzoekers samen met grote wapenproducenten zoals Thales, Finnmecanica en Airbus.

TORFS: Voor alle duidelijkheid: onze onderzoekers maken geen wapens, hè. Ze werken samen met bedrijven die ook wapens produceren. Volstaat dat om die bedrijven uit te sluiten van onderzoekscircuits? Veel van de projecten waar KU Leuven-onderzoekers met die bedrijven aan samenwerken, zijn gericht op zaken zoals privacybescherming.

In PREEMPTIVE, een project om nutsvoorzieningen te beschermen tegen cyberaanvallen, werken KU Leuven-onderzoekers samen met Electric Corporation Limited, dat voor 99,85 procent in handen is van de Israëlische overheid. Het bedrijf zette herhaaldelijk de Westelijke Jordaanoever zonder stroom omdat de Palestijnen de elektriciteitsrekening niet hadden betaald.

TORFS: Israël is heel sterk op wetenschappelijk gebied en het neemt inderdaad deel aan veel Europese projecten. Europa laat dat ook uitdrukkelijk toe: Israël is net als Noorwegen en Zwitserland geassocieerd aan de Europese onderzoeksprogramma’s, en betaalt daar de nodige lidgelden voor.

Natuurlijk moet je de scheiding maken tussen activiteiten die militair kunnen zijn en de andere. LAW TRAIN bijvoorbeeld ontwikkelt ondervragingstechnieken in het kader van de strijd tegen drugshandel. Die technieken mogen niet voor andere doeleinden gebruikt worden.

Vraag is: wil je een boycot uitvoeren tegen Israël, zoals tegen Zuid-Afrika ten tijde van het apartheidsregime? Daar bestaat op dit moment geen consensus over binnen Europa.

Je moet vertrouwen schenken aan het ethisch sterk uitgebouwde systeem dat binnen die Europese onderzoeksprojecten zit. Onderzoekers hebben academische vrijheid. Je zou als universiteit top-down kunnen zeggen: ‘Dit zijn onze opties, vanuit onze ideologie, en iedereen moet in de pas lopen.’ Maar dat is onze visie niet.

Voor het biometrische BEAT-project werken KU Leuven-onderzoekers samen met Tübitak. Dat Turkse overheidsagentschap voor technologie en innovatie zou een anti-evolutionistische houding aannemen sinds de AKP aan de macht is.

TORFS: Ik betreur het wanneer mensen de evolutieleer ter discussie stellen, maar wij zijn geen zedenpolitie.Natuurlijkmag zo’n houding geen invloed hebben op je wetenschappelijk onderzoek. Samenwerken met een kliniek die handoplegging verkiest boven chirurgie, dat zou wetenschappelijk onverantwoord zijn. Maar op de bouw van een brug over de Bosporus zullen dat soort ideeën geen invloed hebben.

Alle ethische commissies ten spijt blijven sommige onderzoeksprojecten maatschappelijke vragen oproepen.

TORFS: Of een onderzoeksresultaat gebruikt kan worden voor militaire doeleinden, dat kun je aftoetsen. Maar je kunt ook de bredere vraag stellen: ‘Wat betekent dit onderzoek voor het welzijn van de mensheid?’ Daarover moeten we een grotere ethische consensus bereiken. Alleen ontbreekt vandaag zo’n soort gedeeld ethisch bewustzijn meer dan vroeger.

Denkt de KU Leuven na over zo’n basisethos?

TORFS: Ik heb een aantal decanen – onder meer van Filosofie en Theologie – gevraagd om daar de nodige initiatieven rond te nemen. Wij vinden het als universiteit belangrijk om niet enkel na te denken over toegepaste ethiek, maar ook over wat de fundamenten zijn van waaruit we verschillende toepassingen destilleren. Concreet voor die Europese onderzoeksprojecten denk ik dat er nood is aan een door de Europese onderzoeksgemeenschap en bevolking gedragen visie op fundamentele ethiek, die verder gaat dan wat je vandaag in de ethische comités ziet.

Tot slot: gelooft u in technologie als oplossing voor onze veiligheidsproblemen?

TORFS: Technologie is een van de oplossingen, vandaar dat wij er ook heel sterk in investeren. Maar dan zie je al meteen de spanning tussen de positieve kanten van de technologie om tot meer veiligheid te komen, en de privacy-aspecten met betrekking tot de bescherming van individuen. En ook die zijn belangrijk.

Door KRISTOF CLERIX

‘Onze onderzoekers maken geen wapens, hè. Ze werken samen met bedrijven die ook wapens produceren.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content