‘Falen is geen optie’, zo beëindigt ‘de kolonel’ uit de Ketnet-reeks ROX elke opdracht aan zijn misdaadbestrijdingsteam. In zijn regie van Anton Tsjechovs debuut Ivanov waarschuwt Piet Arfeuille: ‘Als maatschappij kunnen we niet meer om met falen. Dat veroorzaakt enorm veel stress en soms extremisme.’
Ivanov staat niet meteen bekend als Tsjechovs beste stuk.
PIET ARFEUILLE: Net daarom is het een van zijn interessantste werken. Tsjechov is sowieso een schrijver die weet hoe hij een verhaal moet opbouwen. In klassiekers zoals De meeuw en De kersentuin is die kundigheid geoptimaliseerd, maar daarom soms ook wat voorspelbaar. Voor mij is Tsjechov zonder meer een melodramatisch schrijver. Dat zijn werk toch boven de ‘soap’ uittorent, ligt aan de ingenieus uitgewerkte karakters van zijn personages. In zijn eerste stukken Ivanov en Platonov zoekt Tsjechov nog naar zijn stem. Sommige uitweidingen zijn te lang, hij wist nog niet altijd hoe hij bruggen tussen de scènes moest slaan. Dat geeft ze iets obsessiefs en provocatiefs.
Waartegen is Ivanov een aanklacht?
ARFEUILLE: Tegen het op hol geslagen arbeidsethos. We ontlenen onze identiteit zowat aan onze baan. Tsjechov was een succesvolle arts en had een bloeiende carrière als kunstenaar. Hij riskeerde een burn-out te krijgen. Dat risico onderzoekt hij in Ivanov. Hij voert een intelligent man op die boordevol plannen zit en het ene na het andere uitvoert, tot hij het nut ervan niet meer ziet. Hij wordt gek van het verlammende decorum van winstbejag en oppervlakkigheid waarin hij moet functioneren, en hij saboteert zijn omgeving door ze niet langer te geven wat ze van hem verwachten.
En door zich niet over te geven aan hun verveling?
ARFEUILLE: Die verveling uit zich in een onophoudelijk grossieren in meningen. Iets wat herkenbaar is, kijk naar onze sociale media. Ivanov is het repertoirestuk bij uitstek om dat pijnpunt aan te kaarten. Tsjechov schreef er twee versies van: in de ene versie pleegt Ivanov zelfmoord, in de andere versie krijgt hij een hartaanval. We twijfelen nog hoe onze versie zal eindigen: stapt hij zelf uit het leven of rukt het lot hem weg uit de oppervlakkige wereld die hij zo haat? Het laatste is misschien wat hoopvoller.
Wie zijn de Ivanovsvan vandaag?
ARFEUILLE: Wij die alles onderwerpen aan de productiviteitslogica, almaar sneller leven en steeds meer op een dag gedaan willen of moeten krijgen en daaraan ten onder gaan. Als maatschappij kunnen we niet meer om met falen.
Gevolg: mensen die falen, voelen zich mislukt…
ARFEUILLE: En dreigen te ontsporen. ‘Wie geen mooie tempel kan bouwen, kan er nog altijd een in brand steken en zo zelfs onsterfelijker worden dan de architect’, wist Herostratos, die in 356 v. Chr. de Tempel van Artemis in Efeze in brand stak. Wie zijn plek niet vindt, werkt zich in de kijker met destructieve acties. Wat mij ook verontrust, is de toenemende polarisatie. Enerzijds is er een grotere maatschappelijke openheid tegenover de opvattingen van andere culturen, anderzijds is er ook meer agressie en onverdraagzaamheid. Het onvermogen om falen te zien als een kwaliteit kan onnodig veel stress en soms extremisme uitlokken. Dat wil ik het publiek met Ivanov laten zien.
Ivanov gaat op 23 januari 2015 in première in Theater Malpertuis. www.malpertuis.be
Els Van Steenberghe