De Vlaamse regering tekent volgens minister-president Patrick Dewael voor een aantal trendbreuken. De Vlaamse begroting voor 2003 moet dat aantonen.

De voltallige Vlaamse regering rondt vandaag haar raming van de inkomsten en uitgaven voor volgend jaar formeel af. Ondanks de klassieke schermutselingen tussen liberalen, socialisten en groenen in de aanloop naar dat jaarlijkse begrotingsoverleg, kon Vlaams minister-president Patrick Dewael (VLD) er behoorlijk vaart achter zetten.

Vorige week donderdag al werd in een laatste reeks bilaterale discussies tussen Dewael en de coalitiepartners voor meer dan 200 miljoen euro uitgaven geschrapt of anders georiënteerd. Tegelijkertijd werd beslist om voorzichtig te zijn met de prognoses van het Planbureau over de groei van de welvaart en om van een groeivoet van 2,4 procent ongeveer 35 miljoen euro (of 0,4 procent) opzij te zetten als conjunctuurbuffer.

Door deze oefening houdt de Vlaamse regering zich aan de begrotingsnorm van de Hoge Raad voor Financiën (een overschot van 324 miljoen euro), maar blijft er toch genoeg financiële ruimte over om bijvoorbeeld de afspraken over het hervormde Gemeentefonds te honoreren, fiscale stimuli voor renovatiebouw te organiseren en de onderwijsbegroting van minister Marleen Vanderpoorten (VLD) te verhogen. Dewael: ‘Zij krijgt er opnieuw 37,5 miljoen euro bij. In vergelijking met 1999 zal het budget voor onderwijs in 2003 met 1,25 miljard euro toegenomen zijn. Vanderpoorten is stilaan de meest verwende leerling van de klas.’

Voorts beschikt de Vlaamse regering over een pot met begrotingsoverschotten van de voorbije jaren om ‘een investeringsachterstand’ weg te werken. In dat Financieringsfonds voor Eenmalige Uitgaven zit voor volgend jaar minstens 250 miljoen euro. Vorige zondag hakte het kernkabinet ter zake de voornaamste knopen door. De middelen worden verdeeld over blauw, rood en groen. Achthonderd ‘zwarte’ verkeersknooppunten worden versneld weggewerkt. De waterbeheersing wordt verbeterd en vervuilde industrieterreinen worden gesaneerd. In de rusthuizen komen er meer plaatsen. Het wetenschappelijk onderzoek krijgt een extra impuls. In de sociale huisvesting wordt de privésector mee ingeschakeld om op korte termijn duizend nieuwe woningen te bouwen.

Met datzelfde financieringsfonds wordt ook het tekort in de Vlaamse zorgverzekering voor een deel aangepakt. Maar dat volstaat niet voor deze budgettaire slokop. Daarom mag nu vooral minister van Welzijn en Gezondheid Mieke Vogels (Agalev) uitleggen waarom de jaarlijkse bijdrage voor die verzekering stijgt van 10 naar 25 euro, behalve dan voor een half miljoen ouderen en gehandicapten met een sociale uitkering. Voor het probleem van de wachtlijsten in de gehandicaptenzorg staat diezelfde groene minister zelf op de wachtlijst voor een nieuwe investeringsschijf tot aan de begrotingscontrole in april volgend jaar.

Nu de begrotingsbesprekingen achter de rug zijn, kan de minister-president beginnen na te denken over de Septemberverklaring die hij op 23 september in het Vlaams parlement aflegt.

Kunt u al iets vertellen over de inhoud van die verklaring?

PATRICK DEWAEL: Het Vlaams parlement krijgt natuurlijk de primeur, maar ik kan u wel de hoofdlijnen meegeven. De Vlaamse regering is nu ongeveer halfweg de bestuursperiode. Daarom wil ik in mijn Septemberverklaring de aandacht vestigen op een aantal trendbreuken die deze regering tot stand heeft gebracht. Om te beginnen, is er de belastingverlaging. De oppositie in het Vlaams parlement blijft die keuze in twijfel trekken, dat is een jaarlijks terugkerend punt van kritiek tijdens de begrotingsdebatten. Dus vind ik het belangrijk de economische merites van die lastenverlaging te benadrukken. Daarnaast beschouw ik ook de verbeterde verstandhouding tussen de deelstaten als een trendbreuk. Het permanent elkaar afdreigen is vervangen door een volwassen dialoog, de sfeer is zakelijker geworden. Verder wil ik het hebben over het zomerakkoord dat de regering voor de vakantie heeft gesloten. Er werd beweerd dat het ons nooit zou lukken blauw en groen – economie en ecologie – met elkaar te verzoenen. De uitvoering van het zomerakkoord zal de critici ongelijk geven. Een ander element dat zeker aan bod moet komen, is dat Vlaanderen nu over een langetermijnvisie beschikt. Wallonië had zijn contrat d’avenir, wij hebben nu iets soortgelijks met het pact van Vilvoorde; 21 sociale, economische en ecologische doelstellingen die in 2010 gerealiseerd moeten zijn, en die ervoor moeten zorgen dat Vlaanderen ook in de toekomst welvarend blijft.

Wat moeten we daarvoor zoal doen?

DEWAEL: Veel meer investeren in wetenschappelijk onderzoek bijvoorbeeld. In de Scandinavische landen bestaat daar een brede politieke consensus over. De komende weken wil ik met de bedrijfswereld en de universiteiten gaan onderhandelen over een soort overeenkomst, om die twee beter op elkaar af te stemmen. Het universitaire wetenschappelijke onderzoek is vandaag niet altijd geschikt voor toepassingen in de bedrijven.

En wat wordt de inbreng van de overheid?

DEWAEL: Ik denk aan een formule waarbij de overheid voor elke euro die de bedrijven op tafel leggen een euro bijpast.

Volgens het pact van Vilvoorde moet Vlaanderen tegen 2010 in zowat elk domein û onderwijs, economie, leefmilieu, cultuur, enzovoorts û een Europese topregio worden. Dat klinkt natuurlijk mooi, maar wat kopen de mensen daar nu voor?

DEWAEL: Vroeger dachten we dat investeringen moesten dienen om bepaalde bedrijfssectoren in Vlaanderen te verankeren. In een mondiale, open economie is dat voor een kleine regio een onhaalbare kaart gebleken. Nu beseffen we dat we in kennis moeten investeren om onze welvaart veilig te stellen. Dat is misschien geen gemakkelijk verhaal. In de achterzaal van het café zal het minder goed aanslaan dan ‘we kunnen met z’n allen gratis op de bus’. Maar het is wel verdomd noodzakelijk.

Maar als u die doelstellingen niet haalt, kunt u er ook niet op afgerekend worden. Wie weet over tien jaar nog wat er in het pact van Vilvoorde stond?

DEWAEL: Dat klopt slechts gedeeltelijk, want het pact van Vilvoorde werkt met een systeem van knipperlichten. Als zou blijken dat bepaalde doelstellingen in gevaar komen, kunnen we al in een vroeg stadium bijsturen. Daarom was het voor mij ook zo belangrijk dat de sociale partners die doelstellingen mee onderschreven. Dat is niet alleen een zaak van de regering. Ook de sociale partners zullen er rekening mee moeten houden, door bijvoorbeeld geen eisen te stellen die de uitvoering van het pact kunnen belemmeren.

Is de beweegruimte van nationale, laat staan regionale regeringen in een mondiale economie niet uiterst beperkt?

DEWAEL: Er zijn uiteraard grenzen aan de maakbaarheid van de samenleving. Neem de stijging van de werkloosheid, waar iedereen nu zo lelijk over doet. Niet dat het me onverschillig laat, maar ik ben niet van plan om op verzoek van sommigen het hele werkgelegenheidsbeleid ondersteboven te halen, alleen omdat het even wat minder gaat. Nog geen jaar geleden klaagden de werkgevers steen en been dat ze geen geschikt personeel vonden! Wat de politiek wél kan doen, is zorgen voor een aantrekkelijke economische omgeving. Want wat me veel meer zorgen baart dan het huidige economische dipje, is het feit dat het aantal startende ondernemingen in Vlaanderen daalt. Blijkbaar zijn de Vlamingen hun welvaart als iets vanzelfsprekends gaan zien. Mensen durven hun nek niet meer uit te steken, hebben geen zin meer om risico’s te nemen. Dát verontrust mij.

U prees zonet de betere verstandhouding tussen de deelstaten. Maar het Franstalige antwoord op uw Vlaams manifest was non, non, et non. Soortgelijke reacties vielen natuurlijk ook te horen vóór de verkiezingen van 1999, maar toen hadden de Franstaligen dringend geld nodig voor hun onderwijs.

DEWAEL: Dat Vlaanderen de bevoegdheden heeft gekregen en Franstalig België het geld, is een verkeerde voorstelling van zaken. In verhouding is er evenveel federaal geld naar Vlaanderen gegaan. Ik weet niet waar minister van Onderwijs Marleen Vanderpoorten de oplossingen voor haar problemen zou hebben gevonden zonder het Lambermontakkoord. Los daarvan gelooft u toch niet dat ik ook maar één seconde heb gedacht dat PS-voorzitter Elio Di Rupo op zijn congres zou verklaren: ik feliciteer Patrick Dewael met zijn Vlaamse eisen – ik ben het over de hele lijn met hem eens. Maar ik maak me daar ook niet druk over. Dat hoort nu eenmaal bij pre-electorale retoriek.

Minister van Justitie Marc Verwilghen (VLD) mag wél naar een PS-congres, maar u nog niet?

DEWAEL: O jawel, ik ben al een keertje naar een PS-congres geweest, in Namen. En vorige zaterdag heb ik er opnieuw de Waalse feesten bijgewoond. Dat is nu net het grote verschil met vroeger. De Waalse minister-president Jean-Claude Van Cauwenberghe (PS) en ikzelf kunnen tegenwoordig samen een zaal toespreken. En pas op, de politieke leiders in Wallonië beginnen te beseffen dat mijn boodschap bij hun kiezers niet eens zo slecht overkomt. De Vlaamse eisen mogen dan in de loop der jaren dezelfde zijn gebleven, de zakelijkheid waarmee ik ze probeer over te brengen, zorgt ervoor dat er nu ook naar onze argumenten wordt geluisterd. Maar zolang Wallonië economisch achter loopt op Vlaanderen – en ondanks de economische heropleving heeft Wallonië nog een lange weg te gaan – zullen nieuwe stappen in de staatshervorming als financiële bedreigingen worden gezien. Van Cauwenberghe is een regionalist, die heus wel te vinden is voor een verdere overheveling van bevoegdheden naar de deelstaten. Maar zodra het onderwerp fiscale autonomie, of de sociale zekerheid ter sprake komt, klapt hij dicht.

Wanneer moet er dan over nieuwe stappen in de staatshervorming worden gepraat?

DEWAEL: De vorming van de volgende federale regering wordt het moment van de waarheid. Maar we gaan niet op jacht met de fanfare voorop. Veel getoeter in het Vlaams parlement, waarop zij dan terugtoeteren in Namen, daar schieten we niets mee op.

U begon uw Septemberverklaring vorig jaar met een pleidooi voor ‘wederzijds respect’. Het lijkt erop dat we op dat vlak geen vooruitgang hebben geboekt. De spanningen tussen oude en nieuwe Belgen nemen juist toe.

DEWAEL: De verklaring daarvoor moet in de internationale context worden gezocht. Denk alleen nog maar aan de matraquage op radio en televisie naar aanleiding van de herdenking van 11 september. Dan is er nog het aanhoudende conflict in het Midden-Oosten, er zijn potentiële conflicten, zoals de oorlog tegen Irak… De mensen, die nu beter geïnformeerd zijn dan vroeger, worden voortdurend met zulke informatie bestookt en worden bang. Die angst voor het vreemde uit zich vooral, laten we eerlijk zijn, tegenover de islam. Internationale conflicten verhogen de onverdraagzaamheid in onze samenlevingen, niet alleen in Vlaanderen, maar in heel Europa.

Ik ga overigens volledig akkoord met Guy Verhofstadt. De plannen van George W. Bush zijn niet bepaald de meest geschikte manier om het terrorisme te bestrijden. En zolang we de enorme ongelijkheid in de wereld tolereren, zolang conferenties als die van Johannesburg alleen nietszeggende, vrijblijvende resoluties opleveren, zal de internationale context een constante dreiging blijven vormen.

Van de wereld naar ons dorp. U wilt ook op het Vlaamse niveau provinciale kieskringen invoeren. Om de daarvoor vereiste tweederde meerderheid te halen, hebt u de steun van CD&V nodig. Zou het dan geen goed idee zijn om CD&V bij de totstandkoming van een Vlaams kiesdecreet te betrekken?

DEWAEL: Nee. Als op het federale niveau de provinciale kieskringen een feit zijn, moet de meerderheid in Vlaanderen gewoon een vergelijkbaar ontwerp of voorstel van decreet indienen. Anders komen alle politieke partijen bij de organisatie van de verkiezingen in de problemen. Nu eens provinciale en dan weer arrondissementele kieslijsten samenstellen, dat is niet werkbaar. Wat de mogelijkheid van overleg betreft: de tekst van het Vlaamse kiesdecreet is uiteraard vatbaar voor amendering, maar vooraf wordt er niet onderhandeld. Ik heb geen zin daarover met Stefaan De Clerck om de tafel te gaan zitten. Zodra je die deur op een kier zet, worden namelijk allerlei zaken in de onderhandelingen binnengesmokkeld die met het eigenlijke gespreksonderwerp niets te maken hebben.

En dus is het best mogelijk dat CD&V bij haar standpunt blijft en de Vlaamse provinciale kieskringen niet goedkeurt. Zeker als bij de federale verkiezingen zou blijken dat haar verkiezingsresultaat er negatief door wordt beïnvloed.

DEWAEL: (fijntjes) Jullie gaan er dus ook van uit dat CD&V bij de federale verkiezingen slecht zal scoren. Maar ligt dat dan aan de nieuwe kieskringen? Kom nou. De christen-democratie heeft geen project en – dat zeg ik niet, dat zegt Pieter De Crem – een levensgroot probleem wat betreft haar politieke personeel. De regeringspartijen zouden zogenaamd door de nieuwe kieswet worden bevoordeeld omdat hun kopstukken een grotere bekendheid genieten. Maar dat is niet de ware reden van het CD&V-protest. De échte reden, al zal CD&V dat niet hardop toegeven, is dat die partij een aantal populaire burgemeesters heeft, die het goed doen onder de kerktoren en die dus de kieskringen zo klein mogelijk willen houden.

Patrick Martens Han Renard

‘We moeten in kennis investeren om onze welvaart veilig te stellen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content