De Open VLD heeft een nieuwe voorzitter, en daar hebben sommige liberalen het knap moeilijk mee. Voorlopig gunt Alexander De Croo hen nog wat tijd om aan hem en zijn vernieuwingsdrift te wennen. ‘Maar straks moet iederéén zijn loyaliteit tonen’, zegt hij.
‘Hij spreekt goed. Zelfs met humor. Maar hij is niet zo meeslepend als ik. Er zit ook minder romantisme in zijn woorden.’ Vergenoegd luistert Herman De Croo naar de nieuwjaarstoespraak van zijn zoon in de volgelopen feestzaal van Estaminet Liberty. Blauwe servetten op de formica tafels, her en der een net iets te felblauwe das en schuimwijn à volonté: dit is de nieuwjaarsreceptie van Open VLD Brakel, waar de mensen hun burgemeester nog met ‘minister’ aanspreken. Al bijna een halve eeuw lang is Herman De Croo hier de leading man van de Vlaamse liberalen en komen de leden vooral voor zijn betoog op de nieuwjaarsdrink af. Maar niet dit jaar. Nu willen ze ‘de kleinen Alexander’ horen spreken, de nieuwe nationale voorzitter van de Open VLD.
De meesten hier kennen Alexander De Croo al zijn hele leven en nemen glunderend zijn schouderklopjes, nieuwjaarszoenen en beste wensen in ontvangst. ‘Goed opletten, hè’, waarschuwt vader De Croo een paar tafels verder. ‘Je mag geen enkele vrouw overslaan maar je mag ook niemand in de zaal twee keer kussen. Dat vereist een zekere concentratie.’ Een paar kunstig bepoederde vrouwen kijken ondertussen hun ogen uit. ‘Daar loopt Patricia Ceysens! En kijk daar: Guido De Padt. Zit die ook niet in een regering of zoiets? Zelfs minister Van Quickenborne is dit jaar gekomen!’
Er heerst opwinding in de Liberty. Net als in de rest van de partij. In geen jaren kwamen nog zoveel leden op de nieuwjaarsrecepties af, in heel wat afdelingen wordt het lidgeld voor 2010 verbluffend snel gestort en er melden zich zelfs al nieuwe leden aan. De nieuwe partijvoorzitter wordt in de media dan ook als een golden boy opgevoerd, en dat mist zijn effect niet. Na drie opeenvolgende verkiezingsnederlagen willen de Open VLD-leden zijn grootse beloftes toch zo ontzettend graag geloven. ‘Wacht maar’, zegt een hoogbejaarde liberaal met priemende vinger. ‘Binnenkort staan we er weer. De tjeven zullen niet weten wat hen overkomt!’
In Brussel zijn ze wat minder euforisch. Daar hopen nogal wat mandatarissen van de zogenaamde tussengeneratie dat het nieuwe er snel af zal zijn. Want Alexander De Croo is niet de voorzitter van hun voorkeur. Zij steunden openlijk een kandidaat uit hun eigen rangen: Marino Keulen. ‘Sommige parlementsleden hebben inderdaad erg overtuigd campagne gevoerd voor Marino, en niet al mijn medestanders vonden dat we dat zomaar mochten vergeten’, zegt Alexander De Croo. ‘Zelf wil ik er wel de spons over halen. Maar ik verwacht natuurlijk wel dat over een paar maanden iederéén zijn loyaliteit heeft getoond.’
Dat ze niet worden afgestraft voor hun steun aan De Croos opponent heeft de Keulen- boys aangenaam verrast en de nieuwe voorzitter heel wat krediet opgeleverd. Maar dat neemt niet weg dat sommigen zich behoorlijk ongerust maken over de aangekondigde vernieuwingsgolf en dan vooral over de invloed ervan op hun eigen carrière. ‘Tot mijn verrassing merk ik dat sommige partijgenoten zich nu al zorgen maken over de lijstvorming voor de federale verkiezingen van 2011’, aldus De Croo. ‘Maar ze hoeven niet bang te zijn: ik zal zo sterk mogelijke lijsten maken. En daarbij is iemands leeftijd of de politieke generatie waartoe hij behoort totaal irrelevant.’
Eerst zien en dan geloven, denken de parlementsleden wijselijk. Dus kijken ze voorlopig de kat uit de boom, proberen ze zo dicht mogelijk bij de voorzitter te gaan staan en herhalen ze constant dat hij ‘nog veel moet leren’. Of zoals een Kamerlid het onlangs formuleerde: ‘Alexander is een blanco blad. We moeten die gast echt nog alles uitleggen. Bovendien zijn er een heleboel gevoeligheden in onze partij die hij niet kent – al kan dat zowel een voor- als een nadeel zijn.’
Zelf lijkt De Croo zich vooralsnog erg behoedzaam en niet al te autoritair op te stellen. ‘Pas als hij ervan overtuigd is dat hij het politieke spel echt in de vingers heeft, zullen we de échte Alexander zien’, zegt een Vlaams Parlementslid. ‘Ik hoop dat we dan niet al te hard zullen schrikken.’ Lang kan De Croo in elk geval niet meer op eieren lopen, want de klok tikt. Tegen juni wordt een ideologisch congres voorbereid, in het najaar moet de nieuwe diepblauwe boodschap concreet vorm krijgen tijdens een programmacongres en dan begint de verkiezingscampagne al bijna. Doet de partij het in 2011 niet goed bij de federale verkiezingen, dan zal De Croo daar onvermijdelijk op worden afgerekend. Vandaar dat een paar liberalen dezer dagen graag verkondigen dat de verkiezingen van 2011 te vroeg komen en dus niet per se gewonnen hoeven te worden. Dat hun voorzitter een slecht verkiezingsresultaat in 2011 onmogelijk kan overleven, beseffen zij maar al te goed.
Een nieuw triumviraat
In Brakel begint de partijvoorzitter zijn toespraak met loftuitingen aan het adres van zijn running mates Vincent Van Quickenborne en Patricia Ceysens, die afgelopen week officieel tot ondervoorzitters van de partij werden gekroond. Dat zij hem in de campagne vooruit hebben geduwd, zegt De Croo. Dat hij hen daar erg dankbaar voor is ook. En dat is precies waar het schoentje wringt: nogal wat Open VLD’ers vrezen dat hun nieuwe voorzitter Ceysens en Van Quickenborne uit dankbaarheid te veel macht zal geven. ‘Alexander is veel te loyaal’, zegt een parlementslid. ‘Hij denkt dat hij dankzij die twee heeft gewonnen maar gaandeweg zal hem wel duidelijk worden dat hij ondanks hen voorzitter is geworden. Als er ongenoegen is over de nieuwe leiding, gaat dat veeleer over de ondervoorzitters dan over Alexander zelf.’
Zo ergerde de Senaatsfractie zich er onlangs blauw aan dat Ceysens, die zelf in het Vlaams Parlement zit, haar wekelijkse overleg bijwoonde. Sommigen vinden ook dat ze veel te veel van haar nieuwe machtspositie geniet. De echte kop van Jut is dezer dagen echter federaal minister Vincent Van Quickenborne. Al in de aanloop naar de voorzittersverkiezing wist hij de helft van zijn partij tegen zich in het harnas te jagen door luider dan wie ook voor een radicale breuk met het verleden te pleiten. Nogal wat liberalen vonden dat not done voor iemand die dankzij Guy Verhofstadt in ijltempo carrière heeft gemaakt. En nu vrezen ze dat Van Quickenborne te veel druk op de voorzitter uitoefent en hem zal opzwepen om mensen buitenspel te zetten of radicale standpunten in te nemen. ‘Als sommigen van mijn partijgenoten zulke dingen zeggen, betekent dat alleen maar dat ze nog niet gewend zijn aan de nieuwe formule’, zegt Van Quickenborne zelf. ‘Ik kan iedereen geruststellen: Alexander is de enige echte chef. Het enige wat ik doe, is hem bijstaan en adviseren.’
Toch zijn ze er bij de Open VLD niet gerust op. Veel mandatarissen geloven dat de slaagkansen van hun nieuwe voorzitter afhangt van de mensen met wie hij zich omringt. ‘Als hij en de ondervoorzitters alles onder elkaar blijven bedisselen, zal het niet goed aflopen’, luidt het. Sommigen hebben het zelfs over een nieuw triumviraat. ‘Wat een nonsens’, zucht Alexander De Croo. ‘Wat was het triumviraat van de vorige generatie? Een pact tussen drie concurrenten. Zij waren het die de lijnen uittekenden en de rest moest volgen. Dat is nu allerminst het geval. Alleen heeft nog niet iedereen binnen de partij dat door.’
Veel rumoer
Toen de nieuwe voorzitter de maandagochtend na zijn verkiezing bij het partijhoofdkwartier in de Brusselse Melsensstraat arriveerde, stond hij voor een gesloten deur. Er was simpelweg niemand op kantoor. Blijkbaar waren de partijstructuren ondertussen al zodanig afgebrokkeld dat het hoofdkwartier af en toe gewoon verlaten was. Eerst kwam dat doordat iedereen, inclusief voorzitter Bart Somers, zich in zijn eigen fief terugtrok om campagne te voeren voor de Vlaamse verkiezingen van vorig voorjaar, later doordat voorzitter ad interim Guy Verhofstadt al met zijn hoofd in Europa zat. Zoals een oudgediende het samenvat: ‘Bart zat geen uur per dag achter zijn bureau in de Melsensstraat, Guy geen uur per week.’
De nieuwe voorzitter daarentegen doet krampachtig zijn best om overal tegelijk te zijn. Doordat hij zich uit zijn bedrijf heeft teruggetrokken en voorlopig geen enkel politiek mandaat heeft, kan hij zich ook helemaal op de partij concentreren. Dus dweilt hij dezer dagen alle nieuwjaarsrecepties van de lokale Open VLD-afdelingen af en probeert hij er zoveel mogelijk leden van te overtuigen dat hij veel geld en tijd in de lokale afdelingen zal investeren. Tezelfdertijd is De Croo ook alomtegenwoordig in Brussel. Zo maakt hij er een zaak van om zogoed als alle fractievergaderingen bij te wonen. En dat waren de parlementsleden totaal niet gewend. Nu hun initiële argwaan is weggeëbd, lijkt die interesse van de voorzitter hen wel te bevallen. Zelfs oud-minister Marc Verwilghen, die zich lange tijd op geen enkele fractievergadering meer liet zien, komt tegenwoordig weer poolshoogte nemen.
Opvallend is ook dat het er op partijvergaderingen veel rumoeriger toegaat dan een paar maanden geleden en dat veel meer liberalen zich geroepen voelen om in vaak scherpe bewoordingen hun zegje te doen. ‘Dat komt natuurlijk doordat Alexander nog veel minder gezag heeft dan zijn voorgangers’, zegt een parlementslid. ‘Maar ook omdat hij mensen het gevoel geeft dat hun mening hem interesseert.’
Die nieuwe opendebatcultuur zou de voorzitter echter zuur kunnen opbreken. Zo werden de besprekingen van het allereerste partijbureau van 2010 tot zijn afgrijzen integraal naar de pers gelekt. ‘Ik til daar echt heel zwaar aan’, aldus De Croo. ‘Ik wil het partijbureau weer mijn vertrouwen geven. Maar als dat nog één keer wordt geschonden, zal die vergadering in de toekomst in veel beperktere kring moeten plaatsvinden.’
Zelfgesmeerde boterhammen
Guy Verhofstadt en zijn generatiegenoten beslechtten akkoorden en conflicten het liefst in het een of andere excellente restaurant. Fijne Italiaanse wijnen en bourgondische maaltijden worden tegenwoordig net zo vlot met de Vlaamse liberalen geassocieerd als de vrije markt. Maar ook daar lijkt verandering in te komen. Veel Brusselse restaurants heeft de nieuwe voorzitter nog niet aangedaan. Tegen het middaguur haalt hij meestal een stapeltje zelfgesmeerde boterhammen uit zijn rugzak tevoorschijn en eet die achter zijn bureau op. ‘Dat is ontegensprekelijk beter voor onze reputatie en onze pensen’, grijnst een Kamerlid. ‘Maar ik zal het toch missen.’
Verder is er vooralsnog weinig sprake van heimwee naar de heerschappij van het triumviraat Verhofstadt-De Gucht-Dewael, dat Alexander De Croo zo gauw als hij voorzitter was uit het fameuze woensdagoverleg weerde. Nu zijn het alleen nog de voorzitter en zijn ondervoorzitters, de ministers en de fractieleiders die op woensdagavond samenkomen om de politieke lijnen uit te zetten. ‘Vroeger waren er op dat overleg enkelen die spraken en de rest mocht luisteren’, aldus Van Quickenborne. ‘Nu durft iedereen daar zijn gedacht te zeggen. Ook de fractieleiders die tijdens de voorzittersverkiezing openlijk Marino Keulen hebben gesteund, voelen dat ze daardoor meer ruimte krijgen.’
Toch komt er ook veel kritiek op de uitdrijving van het oude triumviraat. Dat ook Patrick Dewael, die nog steeds de Kamer voorzit, niet meer welkom is op het wekelijkse overleg, vinden veel liberalen totaal onlogisch. ‘Allemaal symboliek’, klaagt een Kamerlid. ‘De Croo zou daar op termijn wel eens het omgekeerde effect mee kunnen bereiken: de drie leiders die het vroeger nooit met elkaar eens waren, zouden door zijn demarche tot een onderlinge verstandhouding kunnen komen. En hou je dan maar vast.’
Voorlopig lijkt het erop dat Verhofstadt zich helemaal in Europa heeft teruggetrokken en zich niets aantrekt van het spierballengerol van De Croo. De kans is ook klein dat hij de komende jaren alsnog de Gentse Mathias De Clercq als potentiële partijleider zal promoten. Al was het alleen maar omdat het grotendeels een mythe is dat Verhofstadt hem als zijn ideologische erfgenaam beschouwt. Als hij De Clercq al zou steunen, is dat alleen maar om zijn broer, Dirk Verhofstadt, te plezieren. Anders ligt het bij Karel De Gucht, die zich als Europees Commissaris ook veel minder laat zien in de partij. Maar van hem wordt wel verwacht dat hij Gwendolyn Rutten, die op zijn kabinet werkt, weer naar voren zal schuiven zodra Alexander De Croo onderuitgaat. Geen wonder dus dat de nieuwe voorzitter achter de schermen druk zoekt naar manieren om het oude triumviraat een aanvaardbare rol toe te bedelen. Bij de Open VLD zijn Guy Verhofstadt en Karel De Gucht nu eenmaal nooit ver weg. Of beter: ze kunnen nog altijd op elk moment terugkeren.
***
In de Liberty worden de glazen nog eens bijgevuld. De toespraken zijn achter de rug; de voorzitter is al naar een receptie in Lierde vertrokken. Vader De Croo schudt de laatste handen voor ook hij aan zijn volgende acte de présence begint. Dat hij er toch nog moet aan wennen om zijn zoon zo bezig te zien, zegt hij zacht. ‘Maar Alexander staat er als voorzitter in elk geval beter voor dan ik in 1995. Mensen als Guy Verhofstadt en Patrick Dewael hadden toen nog grote ambities en beschouwden mij als een hindernis om die te kunnen verwezenlijken. Maar vandaag hoopt de partij haar ambities dankzij de voorzitter te kunnen waarmaken. Dat is een hemelsbreed verschil.’
DOOR ANN PEUTEMAN/FOTO’S FRANKY VERDICKT
‘Het zal Alexander De Croo gaandeweg duidelijk worden dat hij niet dankzij maar ondanks zijn running mates voorzitter is geworden.’