Het samenleven in Vlaanderen wordt er door de aanslagen in Brussel niet makkelijker op. Vlaams minister president en gewezen minister van Inburgering Geert Bourgeois (N-VA) maakt zich grote zorgen over de sociale cohesie. ‘We staan op een gevaarlijk kantelpunt.’
‘Toen de eerste berichten van de aanslag in Zaventem binnenliepen, was ik met topmensen van een Japans bedrijf aan het vergaderen’, zegt Vlaams minister-president Geert Bourgeois (N-VA). ‘Zoals bij iedereen duurde het even voor de ernst van de situatie tot me doordrong.’ Een kleine week stond de begrotingscontrole van de Vlaamse regering niet meer boven aan zijn agenda.
‘De aanslagen hebben ons met onze neus op de feiten gedrukt: absolute veiligheid kunnen we niet meer garanderen’, zegt Bourgeois wanneer hij ons ontvangt in zijn kabinet aan het Martelarenplein, waar de Vlaamse vlag halfstok hangt. ‘Maar ik ben niet bang, en ik hoop dat de Vlaamse samenleving zich niet door angst zal laten verlammen. Sommige mensen die hier op het kabinet werken vonden het aanvankelijk ook eng om weer met de metro of de trein naar kantoor te komen. Maar toch hebben ze die stap, zoals zoveel Vlamingen, moedig gezet.’
Zullen we vanaf nu met een constante terrorismedreiging moeten leren leven?
GEERT BOURGEOIS: Niets of niemand kan ons nog absolute veiligheid garanderen. Maar we moeten er natuurlijk wel alles aan doen om zoveel mogelijk risico’s uit te sluiten. Enkele tientallen willekeurige mensen zijn brutaal uit het leven weggerukt. Mensen die op weg waren naar hun werk, naar hun lief of naar hun vakantiebestemming zijn voor het leven verminkt. Als samenleving hebben we niet alleen het recht maar ook de plicht om ons daartegen te verdedigen. Ook als dat betekent dat we wat privacy moeten prijsgeven. Ik ben er bijvoorbeeld voor dat de wettelijke aanhoudingstermijn verlengd wordt van 24 tot 48 uur. Daarnaast lijkt het me normaal dat huiszoekingen ook ’s nachts mogelijk worden, en dat de informatie die we verzamelen vlot met andere landen kan worden uitgewisseld. Anders zullen de misdadigers die we willen oppakken ons vierkant blijven uitlachen.
Bent u bereid om een vrije samenleving voor een veilige samenleving in te ruilen?
BOURGEOIS: Begrijp me niet verkeerd: ik ben een onvoorwaardelijke verdediger van onze rechten en vrijheden. Als Kamerlid was ik een voorvechter van de rechten van de verdediging, de afschaffing van de doodstraf en de bescherming van het bronnengeheim. Maar het allergrootste, heiligste recht van een mens is natuurlijk zijn recht om te leven. Nu we geconfronteerd worden met slapende cellen en netwerken die met de modernste middelen communiceren, vind ik dat we moeten nadenken over de balans tussen veiligheid en privacy. Wel moet de overheid keiharde garanties bieden dat de informatie die wordt verzameld en bijgehouden nooit kan worden misbruikt. Het mag ook geen politiestaat worden: grote inbreuken tegen de privacy kunnen alleen na een rechterlijke machtiging.
U hebt er geen probleem mee om in een Vlaanderen te wonen waar uw doen en laten op elk moment kan worden gevolgd?
BOURGEOIS: Is het echt zo erg dat je wordt gecontroleerd als je ergens binnenstapt of dat er meer veiligheidscamera’s worden opgehangen? Op grote evenementen, zoals de Gentse Feesten, wordt er toch ook met zulke camera’s gewerkt? Zolang de politie ze niet gebruikt om in iemands privésfeer binnen te dringen, is dat geen probleem. Sommigen hadden het de voorbije maanden ook moeilijk met de inzet van meer politiemensen en militairen op straat. Maar zo overdreven was dat niet. In de kerstvakantie was ik in Rome, en daar stond op elke straathoek wel een agent of een soldaat. Meer dan bij ons. Ik had daar echt geen moeite mee.
Heeft de federale regering wel alert genoeg gereageerd op de terreurdreiging die al maanden boven ons land hangt?
BOURGEOIS: Het voorbije jaar heeft ze in elk geval al veel maatregelen genomen. Alleen duurt het even voor het resultaat zichtbaar wordt. Je kunt niet in vijf minuten tijd tientallen mensen aanwerven die het Arabisch beheersen en opgeleid zijn om inlichtingenwerk te doen. Maar zelfs als we het budget voor de veiligheidsdiensten vertienvoudigen, zullen we nooit absolute veiligheid kunnen garanderen. Het is populistisch om dat te beweren.
Vreest u dat de aanslagen het samenleven van allochtonen en autochtonen in Vlaanderen nog zullen bemoeilijken?
BOURGEOIS: Ik maak me zorgen over de impact op de sociale cohesie, ja. Het lijkt me nu wel heel duidelijk dat we daar nog veel meer voor zullen moeten doen. Luckas Vander Taelen heeft gelijk als hij zegt dat we veel te lang de andere kant hebben opgekeken. Daardoor is de situatie in sommige gemeenten ontspoord. In het verleden hebben we te weinig grenzen gesteld, en dat moeten we nu wel doen. Dat zeg ik ook in verband met de huidige vluchtelingenstroom. Het gaat om mensen die uit een heel andere cultuur komen, een andere taal spreken en ook andere opvattingen hebben. We moeten hen als het ware binnenflitsen in onze wereld, die gebaseerd is op de waarden van de verlichting. Anders riskeren we dat zij die stap nooit zetten. Dat zien we vandaag met allochtonen van de tweede of zelfs derde generatie: sommigen delen onze waarden duidelijk niet.
Wijst dat op het falen van de integratie in dit land ?
BOURGEOIS: Integratie gaat in wezen over gedeeld burgerschap: het is essentieel dat iedereen gelijke rechten en verantwoordelijkheden heeft. Ongeacht je afkomst of levensbeschouwing. Maar nu blijkt dus dat sommige mensen dat burgerschap niet met ons delen, en het zorgwekkendst is dat het ook om allochtonen van de tweede of derde generatie gaat. Die jonge mensen zouden hier net een toekomst moeten willen opbouwen die op onze waarden gebaseerd is.
Is het probleem niet net dat veel allochtone jongeren ervan overtuigd zijn dat ze hier geen toekomst hebben?
BOURGEOIS: Ik ontken niet dat er nog altijd een vorm van discriminatie in onze samenleving aanwezig is. En laat me duidelijk zijn: discriminatie is onaanvaardbaar. Maar op het terrein merk ik daar weinig van, zeker onder werkgevers.
Hoe verklaart u dan dat de werkloosheid in Vlaanderen nog altijd veel groter is onder allochtonen dan onder autochtonen?
BOURGEOIS: Vandaag hebben we in Vlaanderen een activiteitsgraad van 72,1 procent, en daar ben ik echt trots op. Jammer genoeg is dat voor mensen van niet-Europese afkomst maar 48 procent. Dat is beter dan in Brussel en Wallonië, maar ver onder het Europese gemiddelde. Nochtans ís er werk. In West-Vlaanderen smeken bedrijven zelfs om arbeidskrachten. Terwijl er in Oostende zo veel jongeren werkloos zijn, moeten er mensen uit Noord-Frankrijk overkomen om de jobs in te vullen. Kennelijk halen nogal wat werklozen van bij ons daar hun neus voor op.
U kunt toch niet ontkennen dat ook mensen die echt willen werken vaak geen job vinden omdat ze een vreemde naam hebben?
BOURGEOIS: Dat komt vooral doordat veel allochtonen en nieuwkomers ongeschoold zijn. Door de hoge loonkosten is het voor Vlaamse bedrijven goedkoper om hun producten naar Duitsland te vervoeren, ze daar door ongeschoolde arbeiders te laten bewerken en ze dan met vrachtwagens terug te brengen. Daardoor zijn er bij ons amper nog jobs voor ongeschoolden. Zelfs straatvegers hebben we niet meer nodig, want tegenwoordig worden de wegen met machines schoongeveegd.
Al die werkloze allochtonen zijn toch niet ongeschoold?
BOURGEOIS: Jammer genoeg lopen velen van hen een achterstand op in het onderwijs en verlaten ze de school uiteindelijk zonder diploma.
En dat is hun eigen schuld?
BOURGEOIS: We hebben in Vlaanderen heel goed onderwijs, dat er ook in slaagt om zo veel mogelijk sociale achterstand weg te werken. Maar we weten dat onze leerkrachten niet goed worden opgeleid om met diversiteit om te gaan. Dat is nochtans nodig, want het vergt speciale vaardigheden om in je klas kinderen op te vangen die geen woord verstaan van wat je zegt. Mijn kleindochtertje zit in een multiculturele school, en ik heb echt bewondering voor de kleuteronderwijzers die erin slagen om zoveel kinderen mee te krijgen en Nederlands te leren. Maar het kan natuurlijk altijd beter en dus blijven we daarin investeren. Zo maakt het een groot verschil als een kind in een onthaalklas voor anderstaligen terechtkomt. Volgens Nuzizwe Dube, de voorzitster van de Vlaamse Jeugdraad die als kind met haar ouders uit Zimbabwe naar ons land is gekomen, is het dankzij die onthaalklas dat ze wetenschappen-wiskunde kon volgen en nu aan de universiteit studeert.
Allochtonen van de tweede en derde generatie hebben niet veel aan onthaalklassen voor anderstaligen.
BOURGEOIS: Ook in die groep zijn er veel sterke jongeren, vooral meisjes, die weten dat je niet alles in de schoot geworpen krijgt en die vechten om hun diploma te behalen. Sommige ouders stimuleren dat ook echt. Kijk naar mijn partijgenote Zuhal Demir: haar vader heeft zich in de mijnen te pletter gewerkt zodat zijn kinderen zouden kunnen studeren en iets van hun leven maken. In Vlaanderen geven wij mensen ongelooflijk veel kansen, maar ze moeten ze ook willen grijpen.
Politicoloog Bilal Benyaich zei onlangs in een interview: ‘Ik hou van Vlaanderen, maar Vlaanderen houdt niet altijd van zijn zonen.’
BOURGEOIS: Dat is absoluut fout. Jongeren van allochtone afkomst worden in Vlaanderen niet als tweederangsburgers behandeld. De Vlaamse overheid, het onderwijs, de gemeenten, het verenigingsleven: allemaal staan ze open voor mensen van vreemde origine en allemaal geven ze hen kansen. Maar toch zijn er, vooral in Brussel, groepen die onvoldoende aan onze samenleving deelnemen en zichzelf als een aparte gemeenschap blijven beschouwen.
Als het klopt dat jongeren van allochtone afkomst alle kansen krijgen, waarom haten sommigen de Vlaamse samenleving dan zo?
BOURGEOIS: Daar heb ik geen pasklaar antwoord op. Het appel van het terrorisme en van de IS is in de hele westerse wereld groot. Overal zijn jihadi’s opgestaan, die via het internet communiceren en elkaar zo beïnvloeden. Dat komt echt niet doordat ze hier geen kansen zouden krijgen. Bovendien mag armoede nooit een excuus zijn: het is toch niet omdat je in een moeilijke sociaaleconomische positie zit dat je terrorist wordt?
Uw partijvoorzitter, Bart De Wever, zei vorige week dat het hem woedend maakt dat mensen die hier zijn geboren en heel goed zijn verzorgd aanslagen plegen. Volgens Ecolo-voorzitster Zakia Khattabi bereidt hij met zulke uitspraken de volgende rekruteringsronde van de IS voor.
BOURGEOIS: Dat geloof ik écht niet. Bart De Wever verwoordt gewoon de terechte woede van de bevolking. We gaan onszelf toch de schuld niet geven van die terroristische aanslagen? Ik laat me in elk geval geen schuldgevoel aanpraten. Er is niets mis mee om de problemen onder ogen te zien en te benoemen. Integendeel. Na de arrestatie van Salah Abdeslam beweerden sommige mensen uit de buurt dat ze wisten dat hij in Molenbeek was, want dat hij er gewoon over straat liep. Een man die gezocht werd wegens zijn betrokkenheid bij de aanslagen in Parijs kon zich in de beslotenheid van zijn gemeenschap dus vrij bewegen. En terwijl bij zijn arrestatie de hele samenleving opgelucht had moeten reageren, vond een groep jongeren uit de moslimgemeenschap het nodig om de politie met stenen en flessen te bekogelen. Dat wijst er duidelijk op dat er een breuk door onze samenleving loopt: sommigen delen onze waarden niet genoeg.
Meteen na de aanslagen zei u dat u een duidelijk signaal verwachtte van de moslimgemeenschap. Veel moslims vonden dat kwetsend.
BOURGEOIS: Helemaal niet, en van de Vlaamse imams met wie ik heb gesproken krijg ik ook andere signalen. Het is toch normaal dat je als moslim die aanslagen veroordeelt?
De Belgische moslims zijn toch ook slachtoffers?
BOURGEOIS: Het enige wat ik vraag is dat ze hardop zeggen wat velen onder hen denken: dit is niet de islam, wij verafschuwen de aanslagen, en als de daders van zulke gruweldaden zich in onze gemeenschap als een vis in het water voelen, is dat niet normaal. Ik ben het volstrekt oneens met politiek correct denkenden van wie je niet mag zeggen waar het op staat. We staan op een gevaarlijk kantelpunt wat de cohesie in onze samenleving betreft. Zullen we erin slagen de tegenstellingen te overbruggen? Dát is voor mij de cruciale vraag, en daar werk ik dag en nacht aan.
Sinds de aanslagen in Brussel zijn de buitenlandse media er nog meer van overtuigd dat de strijd tegen het terrorisme hier in de soep draait omdat België een failed state is.
BOURGEOIS: Een failed state? Dat is wel een erg overhaaste conclusie. Is Frankrijk dan een failed state omdat er aanslagen zijn gepleegd op de redactie van Charlie Hebdo en in Le Bataclan? Een land is echt geen mislukte staat omdat slapende terroristische cellen er op een nietsontziende manier hebben toegeslagen. De buitenlandse pers werkt vaak met veralgemeningen en weet maar vaagweg waar de klepel hangt. De voorbije week heb ik bijvoorbeeld in Britse kranten gelezen dat de strijd tegen terreur hier niet goed verloopt omdat België een federale staat is. Maar dat heeft er niets mee te maken: het beleid op het vlak van politie, justitie en veiligheid is nog volledig federaal. Dat er de voorbije jaren te weinig in de inlichtingendiensten is geïnvesteerd, komt dus niet omdat daarover onenigheid zou bestaan tussen de verschillende regeringen van dit land. Dat is een belachelijke analyse.
Belachelijk of niet, de reputatieschade van België is reëel en zal wellicht zware economische gevolgen hebben.
BOURGEOIS: Dat klopt. Ik ben heel bezorgd over de economische weerslag van de aanslagen. Vlaanderen is de op twee na meest geglobaliseerde economie ter wereld. We zijn dus bijzonder afhankelijk van de export en van buitenlandse investeringen. Volgens sommige prognoses zullen de aanslagen ons 0,1 procent van het bruto binnenlands product of zo’n 400 miljoen euro kosten. Dat zal onvermijdelijk een impact hebben op de economie. Nog los van het feit dat de luchthaven van Zaventem dagenlang platligt. De aanslagen hebben Vlaanderen op meer dan één manier veranderd. Ook dat moeten we onder ogen zien.
DOOR ANN PEUTEMAN EN HAN RENARD, FOTO’S DIETER TELEMANS
‘Britse kranten schrijven dat de strijd tegen terreur niet goed verloopt omdat België een federale staat is. Dat heeft er niets mee te maken.’
‘Luckas Vander Taelen heeft gelijk als hij zegt dat we veel te lang de andere kant hebben opgekeken. Daardoor is de situatie in sommige gemeenten ontspoord.’