Niet alleen de Wetstraat vermeide zich de laatste weken in een bijwijlen genadeloos potje ‘Agalev-bashing’. Nu haalt ook het middenveld het kabinet-Vogels onderuit.
Het is politiek in haar rauwe vorm, hoe paarse coalitiepartners – en dan vooral de SP – de groenen confronteren met politieke praktijklessen over het verschil tussen droom en daad. Woensdag nog wreef Robert Voorhamme namens de SP in het Vlaams Parlement handenvol zout in de groene wonde, met een spijkerhard betoog waarin hij alle twijfel wegnam dat Doel geen toekomst meer heeft, wie ook anders moge beweren.
Voor het eerst ervaarden groene politici dat in een regering een einde komt aan de relatieve welwillendheid waarvan hun partij, ondanks alles, zoveel jaar heeft genoten. Voor het eerst ook zitten groene politici in de hoek waar klappen vallen. Als zowel De Standaard als De Morgen vernietigende stukken publiceren over Agalev en/of Mieke Vogels, is dat een probleem voor een partij met een relatief hoogopgeleid kiezerspubliek. Sinds ‘Volvo-gate’ is vooral het beeld van Vogels in de media nog maar een schim van het imago van populaire madam van weleer. Vandaar dat Agalev afgelopen donderdag een zucht van verlichting slaakte toen Vogels het politieke akkoord rond de Vlaamse zorgverzekering aankondigde. Het was het eerste groene succes in weken, op het eerste gezicht.
PYRRHUS-OVERWINNING
Een analyse van de politieke bedrijvigheid op en rond het Martelarenplein en de Koolstraat (kabinet Welzijn), leert echter dat Vogels weinig andere keuze had dan uit te pakken met een zorgverzekering waarvan haar kabinet niet eens de algemene lijnen had uitgewerkt, laat staan de technische details. De enige eer die de paarse partners haar lieten, is het – vermeende – auteurschap naar het publiek toe.
Toen Mieke Vogels in de zomer van ’99 minister van Welzijn werd, wist ze dat de uitvoering van de tijdens de vorige regeerperiode goedkgekeurde zorgverzekering – de terugbetaling van de niet-medische kosten van (vooral oudere) zorgbehoefenden – een zware dobber zou zijn. Vandaar dat ze al snel de startdatum van 1 januari 2000 met een jaar verdaagde. Maar ook die nieuwe termijn bleek voor het Welzijnskabinet moeilijk haalbaar. In het officiële discours heet het dat het opzetten van een zo ingrijpend systeem meer studiewerk vereiste dan vooraf gedacht.
Maar in werkelijkheid ging het meer om een probleem van politiek dan van studie. Het zorgdecreet was er destijds gekomen na grote druk van de ziekenfondsen, de christelijke zowel als de socialistische. Die vonden het ook voor de hand liggend dat zij een belangrijke rol zouden spelen in de organisatie en uitbouw van de nieuwe zorgfinanciering. Maar Vogels zag dat anders. ‘Met Mieke Vogels heeft Agalev op het Welzijnskabinet een van meest liberale politici geplaatst’, vat een toponderhandelaar van een ziekenfonds de impasse samen. ‘Iedereen weet dat de politieke ideeën en opstelling van Jos Geysels quasi naadloos aansluiten bij die van de sociale organisaties. Hijzelf komt uit ACW-hoek en heeft zijn contacten in die zuil behouden, maar ook socialistische prominenten als Mia De Vits (ABVV) en Guy Peeters (Socialistische Mutualiteit) zien in Geysels een politieke medestander. Met Vogels ligt dat helemaal anders. Zij kijkt neer op dat middenveld waarmee Geysels zo hoog oploopt – al loopt ze met die attitude natuurlijk niet te koop. Maar soms laat ze zich gaan, zoals die keer dat de welzijnsonderhandelingen muurvast zaten en ze meteen aankondigde dat ze de klus wel zonder de vakbonden zou klaren. Met de zorgverzekering was het weer van dat. Zij had het niet begrepen op de zorgkassen, die de financiële hoeksteen van hele systeem zouden worden, maar die wel beheerd werden door de ziekenfondsen.’
Bovendien – en dat is cruciaal – is er een vertrouwensbreuk tussen het kabinet-Vogels en voormannen uit de sociale organisaties, inclusief de ziekenfondsen. Die dateert van het einde van het welzijnsakkoord. Na de rel met de vakbonden was het kabinet-Vogels er veel aan gelegen om het akkoord in de verf te zetten en dus maakte het een media-event van de ondertekening ervan. Zo’n hoogmis neemt wat tijd in beslag, want drie ministers plus een hele rits werknemers en werkgevers moeten niet alleen het (voor)akkoord ondertekenen, maar ook pagina per pagina paraferen.
Tijdens die ondertekening, terwijl de camera’s draaien, merken de werkgevers dat het kabinet-Vogels bij de ter ondertekening voorliggende pagina’s loontabellen in bijlage heeft toegevoegd waarover gewoon geen akkoord bestond. Het gaat concreet om de tabellen van het paritair comité 319 (opvoedingsinstellingen): er was wel een akkoord om deze barema’s te gebruiken als uitgangspunt voor verdere onderhandelingen, meer niet. Snel overleg tussen werkgevers leidt tot een consensus à l’improviste: ze paraferen de pagina’s nà de slotparagraaf over ‘sociale vrede’ bewust niet. (Wie een origineel van het akkoord erop naslaat, ziet inderdaad dat die bladzijden een paar handtekeningen minder tellen – vakbonden en ministers signeerden wel.) Terwijl Mieke Vogels voor de tv-camera’s danst en champagne drinkt, verbazen de werkgevers (ook de kopstukken van de ziekenfondsen) zich onderling over de nieuwe zeden in de overlegcultuur.
Sindsdien is de verstandhouding er niet beter op geworden. Vorige maand kwam het tot een open oorlog tussen ziekenfondsen en minister. Guy Peeters opende de aanval op één mei, hekelde het getreuzel met de uitvoeringsbesluiten van de zorgverzekering en dreigde met acties in september – dat wil dus zeggen: in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen, waar Agalev sowieso op stemmenkanon en lijstduwer Vogels rekent. In gezamenlijk overleg zetten CM-voorzitter Marc Justaert en zijn SM-collega Peeters Vogels met de rug tegen de muur, met een gedetailleerd voorstel waarin de oprichting van zorgkassen centraal staat en vandaaruit een financieringssysteem wordt opgezet.
Ook Steve Stevaert, als vice-minister-president de socialistische chef de file in de Vlaamse regering, verhoogt de politieke druk. Hij ijvert voor overleg tussen het kabinet-Vogels en de ziekenfondsen. Die gesprekken lijken de kloof eerder te verdiepen dan te verkleinen. Tijdens één van die contacten bijt Vogels Peeters trouwens publiekelijk toe: ‘U bent de meest cynische man die ik ooit heb ontmoet.’ Een minister die zich niet kan beheersen en zich dit soort uitvallen ad hominem permitteert, maakt het zichzelf natuurlijk niet gemakkelijk: politiek niet, maar evenmin persoonlijk.
Op 16 mei druipt het gif al evenzeer van een persmededeling van Sylvie Fabré, woordvoerdster van Vogels: ‘Minister Vogels was deze ochtend erg verbaasd toen ze in de krant las dat ze gisteren ruzie zou hebben gemaakt met de ziekenfondsen over de zorgverzekering. Hebben de ziekenfondsen het in hun briefing naar de pers over dezelfde vergadering? Een voorstel (…) werd gisteren een eerste maal besproken. Naast de toelichting is ook een aantal kritische vragen gesteld. Blijkbaar hebben de ziekenfondsen het moeilijk met het feit dat de bevoegde minster kritische vragen wenst te stellen bij hun voorstellen.’
De tekst van het kabinet-Vogels laat in het midden waarover de meningen uiteen liepen. Al heeft een goede lezer het met dit ene zinnetje wel begrepen: ‘Voor de concrete uitvoering voorziet het decreet in de oprichting van zorgkassen. Het oprichten van deze zorgkassen wordt voorbehouden aan ziekenfondsen en verzekeringsmaatschappijen. De zorgkassen zijn met andere woorden een middel maar geen doel op zich.’
Het meningsverschil is een week later helemaal duidelijk. Op 24 mei pakt Vogels in De Standaard uit met haar voorstel. Het verschilt fundamenteel van de zorgkassen en financiering van Justaert en Peeters. Vogels wil de beschikbare pot van vier miljard liever besteden aan verbouwingen, liften, rolstoelen en dergelijke, handje-contantje voor thuiswonende zorgbehoevenden. Dus: geen frank voor echte ‘zorg’ (vaak door ziekenfondsen georganiseerd).
Het antwoord van de machtige CM komt snel en hard aan. Op 29 mei laat de CM weten zelf met een eigen ‘zorgverzekering’ te starten (eigenlijk een bundeling van bestaande diensten). Concreet: een eigen zorgkas, met daarin ‘solidaire bijdragen’ van eigen leden, en alleen voor patiënten die thuiswonen – niet die in instellingen. In die dagen wordt het in CM-hoek zeer cru uitgedrukt: ‘Vogels? De boom in.’
PERSLEK
Het betekende meteen de politieke zwanezang van de groene minister. Steve Stevaert begon met een pendeldiplomatie tussen ziekenfondsen en Patrick Dewael – als de VLD iets tegen een zorgverzekering had, dan is dat niet de greep van de ziekenfondsen, wel de vrees voor een nieuwe heffing. Uiteindelijk raakten Stevaert en Dewael het eens over een voorstel dat bijzonder nauw aansluit met wat de ziekenfondsen altijd wilden, en mijlenver van de tekst waarmee Vogels in De Standaard had uitgepakt. Immers: de oprichting van zorgkassen, gefinancierd door bijdragen van de leden, en in een eerste fase alleen voor thuiswonende patiënten, later pas voor ouderen in instellingen.
Vogels had geen keuze. Het was dit door Stevaert genegocieerd compromis aanvaarden, of een Vlaamse regeringscrisis. Vorige donderdag zou de Vlaamse regering het akkoord bekrachtigen, maar die ochtend pakten de kranten al uit met het ‘nieuws’ dat Mieke Vogels zowaar ‘haar’ zorgverzekering rond had. Dat leidde die ochtend tot een woedeuitbarsting van Johan Sauwens – op een bepaald ogenblik verliet hij zelfs de vergadering – omdat hij niet akkoord kon gaan met de manier waarop hier een loopje met de besluitvorming werd genomen. Sauwens zag in de zorgverzekering een belangrijke realisatie van de collectieve Vlaamse regering, een stap naar een eigen Vlaamse sociale zekerheid – de Franstaligen zien dat trouwens ook zo, en daarom vechten ze deze regeling aan bij het Arbitragehof.
Maar eind goed al goed. Op donderdag 8 juni bereikte een triomfantelijke persmededeling de krantenredacties: ‘Op voorstel van Vlaams minister Mieke Vogels keurde de Vlaamse regering vandaag de gefaseerde invoering van een Vlaamse zorgverzekering goed.’ Op voorstel van…: op menig kabinet werd meewarig gegrinnikt.
Walter Pauli