Sinds juni heeft Vlaanderen een minister voor Landschappen, en een andere voor Monumenten. De kloof met de burger wordt in ijltempo gedicht.
De Gids van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Instellingen van Openbaar Nut is uit. Hij opent zoals dat van zo’n gids mag worden verwacht : met een overzichtelijk organogram van het departement koördinatie. Daaronder ressorteert de staf centrale koördinatie, waaronder dan weer valt de afdeling koördinatie en beleidsvoorbereiding die op zijn beurt boven de staf koördinatie staat. De Vlaamse overheid wil de gewone mens degelijk informeren en legt uit dat de staf centrale koördinatie bestaat uit vijf koördinatoren. De algemene koördinatiecel daarentegen telt slechts één algemeen koördinator, maar die is wel bevoegd voor alle veranderingsprocessen. De staf koördinatie wordt bezet door twee koördinatoren, die onder meer de “implementatie van HRM-instrumenten organizeren en koördineren en de lijnmanagers bij het gebruik ervan ondersteunen”. Wie de koördinerende minister is van de staf koördinatie van de algemene koördinatiecel van de staf centrale koördinatie van de afdeling koördinatie en beleidsvoorlichting van het departement koördinatie, vermeldt de gids niet. Maar het is zo al duidelijk genoeg.
De laatste funktie die in het hoofdstuk koördinatie wordt omschreven, is die van “sekretaris-generaal belast met biezondere opdracht. ” Dat blijkt een lege portefeuille te zijn, waarbij de voorbereiding van de internationale sportprotokols tot de interessantere taken behoort. Deze, om niks te doen, duur betaalde topambtenaar is Leo Guns, die voor de raad van state de benoeming van vier van de zes sekretarissen-generaal betwistte. Guns vond dat hij recht had op de hoogste baan bij de Vlaamse overheid. Dat vond de Vlaamse regering ook, want voor de uitspraak van de raad van state maakte Luc Van den Brande van Guns een zevende sekretaris-generaal. Guns maakt geen deel uit van het kollege van zes sekretarissen-generaal (3 CVP, 2 SP en 1 VU) dat de regering advizeert. Dat kon niet, want de liberalen behoorden tot de oppositie en de ploeg Van den Brande was tegen de politizering. Guns is een notoir liberaal.
Ook al om het de klant naar de zin te maken, delen in de regering Van den Brande-2 (CVP-SP) twee CVP-excellenties de voogdij over de dienst Monumenten en Landschappen. Luc Martens (Kultuur) is minister van Monumenten, Theo Kelchtermans (Leefmilieu) voor Landschappen. De administratie wordt niet opgedeeld.
Onder Johan Sauwens (VU) kreeg de dienst voor Monumenten en Landschappen de voorbije jaren meer middelen en armslag. Door de opdeling kan de slagkracht nu snel worden gebroken. Met name het landschapsbeleid moest nodig worden teruggeschroefd. Meteen was de Boerenbond tevreden, want die heeft het niet begrepen op maatregelen die de absolute vrijheid van de eigenaar aantasten. Beschermingen van landschappen kunnen namelijk niet alleen beperkingen van het grondgebruik opleggen. Ze kunnen ook een verkaveling in de weg staan en daar willen de boeren zeker niet van weten. Liever dan waterrijke en voor de natuur interessante gronden te laten zoals ze zijn, saneren ze hen eerst door een met overheidsgeld betaalde ruilverkaveling om vervolgens te pogen ze als bouwkavel op de markt te gooien.
Bovendien had Kelchtermans nog een persoonlijk eitje te pellen met de administratie, die zich uitsprak over het waardevolle koninklijk domein in het Limburgse Opgrimbie. De kandidaat-goeverneur van Limburg wilde daar koste wat het kost een klooster laten optrekken. De stuwende kracht achter dat projekt is koningin Fabiola. Minister Sauwens, nog een Limburger, verzette zich tegen de inplanting. Met argumenten aangereikt door de dienst Monumenten en Landschappen. Vandaar.
Als de splitsing van Monumenten en Landschappen het beoogde doel bereikt, dan volgt straks ongetwijfeld de opdeling van andere bevoegdheden en diensten : bruggen en wegen, komissie voor levens- en gezinsvragen, land- en tuinbouw, reddings- en sleepdiensten, kijk- en luistergeld, bescherming en luister van de taal, kind en gezin.
Peter Renard
Knokke, 31 augustus (foto : Patrick de Spiegelaere).
Herman
Donderdag. Regeren is naar voren kijken, ook in de oppositie. We kunnen de partij moeilijk lamgeslegen laten liggen tot wanneer dat er een nieuwe president is. Omdat het horror vacui de zuigkracht van de porceleinwinkel is, heb ik mij dus al een gedacht gemaakt voor wanneer dat de zendtijd van Librado wordt vergroot. Als wij nu eens de Pol vroegen om mij als president van de VLD elke week aan de tanden te laten voelen ? ’t Is niet omdat hij voor de katolieken de partijzendingen doet, dat hij dat voor ons ook niet zou kunnen. Integendeel ! Het zou goed zijn voor de breedgedachtigheid en bij de CVP zullen ze daar wel niet lastig voor doen. Om de eerlijke waarheid te zeggen, het was een gedacht van mijn trouwe Basiel, die weet dat de Pol af en toe een ferketje komt meestekken in L’Oeuil du Tigre, het restaurant waar de partij vroeger altijd haar gedachten verzamelde. De meeëters van Guy (mijn voorganger) zijn ook voor mij een bevel ! Wie de gedachte breed heeft, moet ze ook zo laten hangen, zoals ik hier elke week kom te bewijzen.
Zaterdag. Tegen Geert Versnick gezegd dat het eens gedaan moet zijn met dat gezaag dat hij niet meemocht met Vera Dua naar de Pacifische Oceaan. Als hij tegen de Fransen van zijn oren wil maken, kan hij dat hier achter Rekkem ook gaan doen. Zo ver van huis gaan terwijl zijn vrouw in positie is, ik heb daar toch ook zo mijn gedacht over. Surtout, als hij een stukje van Australië wil zien, mag hij altijd in mijn hof eens komen kijken naar mijn kangoeroe.
Zondag. Onze partij weer grote gegeneerdheid bespaard. Op de noen werd ik gebeld door dat bekend weekblad waar ik gelijk een kind zo thuis ben en dat ik somwijlen met naald en draad assisteer. Ze hadden nu een interview met Patrick Dewael gemaakt. Ik heb hem ooit een keer uit guitigheid hoor, want er zit geen kwaad in mij de Ambitiorix van onze partij genoemd, omdat hij van Tongeren is, verstaat ge, ewel, mijn gedacht was nog niet koud of het was al zo ver. De reporter van dat weekblad belde mij op met de kwestie wat mijn gedacht van dat interview was, want hij zat ermee verknoopt. Ik had de reporter pertang goed gezegd wat hij moest vragen, maar ja, die mens kan ook maar opschrijven wat ze hem antwoorden. Ik vierklauwde naar Brussel om eens te lezen wat Dewael daar nu weer uit zijn botten had geslagen. Ze hadden gelijk. Letterkundigheid moet ge toch ook niet van Dewael verwachten, en een kwinkslag loert er zeker niet te dikwijls in. Die jongen moet nog veel leren, ge ziet direkt dat hij niet uit het groene voorzittershout gekapt is.
Maar denkt gij dat Dewael in dat interview spreekt over de dingen waar de burger van wakkerschiet ? Over de begroting en de nieuwe taksen ? Bijlange niet, alleen maar over zijn eigen en hoe goed dat hij is en patati en patata. Cum tacent, clamant. En in alle beskeidenheid, de verkiezingen van het voorzitterskap, dat interesseert toch alleen de VLD-leden en niet de geabonneerden van dat weekblad ? Zoveel eigengecenterdheid, ik stond er gehebeteerd van. We zouden daar schoon staan blinken moest hij per malheur het voorzitterskap binnenrakelen. Ik moet ook alles zelf doen, zelfs de campagne van wie tegen mij streeft. Meer dan de helft van dat interview heb ik moeten wegskrappen. En ge gaat hem toch niet meer op ’t voorste blad van uw boekske zetten, zei ik tegen de reporter, zet daar liever échte mislopen kinderen op. Hij was van mijn gedacht.
Mijn zondag was wel naar de vaantjes, maar een mens moet iets overhebben voor ’t goed van de partij. Lees maar komende woensdag, ‘k heb er mij mee gemoeid en ’t is in orde. Maar de kleine Daems moet nu ook niet afkomen om zijn interviews in de goede banen te dirigeren. Voor Annemie, vooruit, zij moet toch een beetje bekend zijn bij de mensen voor wanneer dat zij Europees kommissaris wil worden, maar dan alleen in de mate dat mijn agenda het mij permitteert.
Dinsdag. Het skrijven begint in mijn vingers te kriebelen. Ik nam de pen ter hand en schreef : Derde brief van Herman De Croo aan de VLD-verkozenen. Beste meeëters.
In het water
De verleiding was inderdaad sterk. Maar toch mogen we niet denken dat de politici die zich per Greenpeace naar Mururoa begaven, daar de dag doodmepten met pootjebaden op maagdelijke stranden of zonnebaden op het dek van een luxejacht. Nee, ze kiezen politieke bestemmingen voor hun fietstochtjes en die protestboot moeten we ons voor de geest halen als een roestige schuit, iets te klein voor de woelige zeeën die hij doorklieft, een cargo als de MS Karaboudjan met een kapitein Haddock als schipper naast God, zo iemand die lacht met zeezieke landrotten, maar verder geen kwaad bedoelt, wegens blanke pit. Zo begrijpen we de dagboeken die Marc Van Peel (CVP) in Gazet van Antwerpen of Philippe de Coene (SP) in De Morgen naarstig neerpennen en dan per GSM met een ommetje langs slagerij Van Kampen naar de redakties doorbellen, kwestie van de dag door te komen als ze het kaarten even beu zijn.
Omdat ze met motorpech dagenlang stuurloos over de oceaan dobberen, valt zelfs het uitzicht tegen en kunnen ook de schermutselingen met de Franse marine geen afleiding bieden. En van die atoomontploffing valt er ook al niets te zien.
Wend de steven, kapitein ! Protest ahoy ! Koers pal west naar de monding van Yang-Tze en stoom op naar Beijing ! De Chinezen voeren ook kernproeven uit, nog van die ouderwetse met een leuke paddestoel, en vooral, in het land van de Blauwe Lotus zijn 36.000 bevlogen vrouwen bijeen die best een verzetje kunnen gebruiken.