In Luik begon PS-revisor Fernand Detaille oude anekdotes op te halen. En in Brussel meende gewezen PS-voorzitter Guy Spitaels zich ineens ook een en ander te herinneren.
L a-men-ta-bel ! Zo luidde het oordeel van een Luiks PS-kopstuk na het optreden van zijn partijvoorzitter Philippe Busquin en diens gewezen rechterarm Patrick Moriau. De vertoning van Busquin en Moriau kwam er vorige week vrijdag na een dagenlange, intense manipulatiecampagne die erop gericht was de PS-voorzitter uit zijn stoel te lichten. Het begon, zoals steeds, met een lek.
Woensdag hadden de krant Le Soir en het satirische weekblad Pan gelijktijdig uitgepakt met een nota van een toenmalige partijdraver, Dominique Delhauteur, aan PS-voorzitter Guy Spitaels. Die nota sprak over de vraag van de Agusta-top, via het Italiaanse europarlementslid Enzo Mattina gericht aan diens Belgische collega Ernest Glinne, om een ontmoeting met de PS-leiding. Voorwerp van gesprek was de nakende helikopteraankoop door de Belgische landmacht. De ontmoeting zou finaal hebben plaatsgehad op 4 februari 1988 in aanwezigheid van… Philippe Busquin, toen nog Waals minister van Economische Zaken. Pikant detail : de nota gepubliceerd door Pan verschilde van het document dat in beslag was genomen op het PS-hoofdkwartier. Vandaar de prompte gevolgtrekking van een verbolgen Ernest Glinne : ?Dit is een manoeuvre van de entourage van Spitaels.?
Bijna gelijktijdig werd vanuit Luik vernomen dat revisor Fernand Detaille en gewezen adjunct-secretaris François Pirot in Luik hadden toegegeven dat ze in 1992, bij de machtsoverdracht Spitaels-Busquin, ook het resterende Dassault-geld, zo’n twintig miljoen frank, hadden overgedragen aan Patrick Moriau, de nieuwe adjunct-partijsecretaris. Meteen zat Busquin in de knel.
SPITAELS KRIJGT GEZELSCHAP
De verdediging zowel van Moriau als van Busquin, voor de gelegenheid geflankeerd door minister van Openbaar Ambt André Flahaut, een gewezen poulain van Pirot, was deerniswekkend. Patrick Moriau, tot voor enkele dagen nog een van de prominenten van de Commissie- Dutroux, kwam toegeven dat hem in ’92 inderdaad de volmacht op de Luxemburgse PS-rekening was overhandigd. ?Maar,? zo vertelde hij er meteen bij, ?ik wist niet dat het hier om corruptiegeld van Dassault ging.? Al gaf hij wel toe het vreemd te hebben gevonden dat de partij er een buitenlandse rekening op na hield. Ook toen de Agusta- en de Dassault-affaire het nieuws haalden, zou Moriau nooit de ware toedracht over die Luxemburgse rekening hebben achterhaald. Al deze bedenkingen hebben hem evenwel niet belet het geld naar België terug te sassen en het te spenderen. Meer details over de aanwending van het geld wou hij alleen kwijt aan vertegenwoordigers van het gerecht. Die vertelde hij vorige maandag dat het geld vooral was opgegaan aan steun voor socialistische vakantiehuizen en de aankoop van meubelen voor het PS-hoofdkwartier.
Busquin van zijn kant bleef volhouden dat hij van niets op de hoogte was. Wel had hij menen te merken dat Moriau zich ?om een of andere reden ongemakkelijk voelde?, gaf hij schoorvoetend toe. Maar de nieuwe voorzitter had bij zijn vriend en vertrouwensman nooit gepolst naar de reden van dit opvallende ongemak.
Na de wat gênante vertoning van Busquin en Moriau was het duidelijk. Spitaels, die eind vorige week tijdens zijn ondervraging door raadsheer Francis Fischer van Cassatie en onderzoeksrechter Véronique Ancia zou hebben toegegeven dat hij meer wist over het Dassault-geld, zou niet als enig kopstuk voor de rechters van het Hof van Verbreking verschijnen. Binnen afzienbare tijd krijgt hij gezelschap.
Normaal wordt deze week in de Kamer van Volksvertegenwoordigers gestemd over de herziening van artikel 59 van de grondwet. Eens die wijziging goedgekeurd wat nog niet zeker is moet het gerecht niet langer via omslachtige en politiek erg geladen parlementaire procedures passeren om politieke mandatarissen te ondervragen. Senator Busquin en Kamerlid Moriau, op wie minstens de verdenking van heling kan worden geplakt, kunnen de eersten worden op wie de nieuwe wet wordt toegepast een première die ze allicht liever aan anderen hadden overgelaten. Al wil Busquin, voorlopig, daaraan niet denken. Hij blijft de partij leiden en is nog altijd kandidaat om zichzelf als voorzitter op te volgen.
Het blijft een raadsel waarom geen van de betrokkenen Spitaels, Busquin, Pirot, Moriau, Merry Hermanus, Detaille de ware toedracht van het Agusta- en Dassault-verhaal hebben verteld, ook niet toen hun twee kameraden, gewezen minister van Defensie Guy Coëme en de Luikse mandataris Guy Mathot door het gerecht in de tang werden genomen. Want de bewijzen die tot nog toe tegen Coëme en Mathot werden ingebracht, zijn ronduit mager. Bij hen werden nooit sporen van verdachte financiële transacties gevonden. De afgelopen dagen werd Coëme enkele keren ondervraagd, onder meer in verband met een vermeende ontmoeting met de Dassault-top. Mathot daarentegen voor iedereen het toonbeeld van de politieke matser werd zelfs helemaal ongemoeid gelaten.
DE KLUIS IS LEEG
Stilaan echter krijgen raadsheer Fischer en de Luikse justitie een goed overzicht van de financiële structuur van de Parti Socialiste. Zo is gebleken dat de verklaringen van Merry Hermanus over de bewegingen op zijn Luxemburgse rekening niet met de werkelijkheid strookten. Hermanus, die destijds het Dassault-geld ophaalde, had in een eerste versie beweerd dat hij eerst tien miljoen frank en daarna twee keer vijf miljoen in totaal twintig miljoen frank , aan Pirot had overhandigd. De rest van het geld, zo’n twaalf miljoen, bracht Hermanus over naar een rekening bij het Gemeentekrediet in Jette. Uit onderzoek is gebleken dat hij slechts vijftien miljoen aan Pirot overmaakte, in drie schijven van telkens vijf miljoen frank. Waardoor Hermanus momenteel voor om en bij de vijf miljoen frank in het krijt staat bij de PS.
Een uiterst belangrijke informatiebron voor de speurders is Fernand Detaille, wiens wankele gezondheid en gemoed niet erg bestand blijken tegen het Lantin-regime en die de voorbije week tal van oude herinneringen heeft bovengehaald. Dat laatste was nodig om de herkomst van een deel van het geld op de Luxemburgse rekeningen te verklaren. Enkele van die miljoenen zouden nog stammen uit de tijd dat wijlen André Cools PS-voorzitter was. Van Cools is algemeen geweten dat hij niet vies was van buitenlandse beleggingen. Zo ontdekte het gerecht enkele jaren geleden al dat de Luikse PS in Luxemburg een bankkluis huurde.
In Luikse PS-kringen wordt zelfs gefluisterd dat zo’n vijftien à twintig miljoen frank van de Luikse PS geld dat weliswaar niets vandoen heeft met Agusta of Dassault nog altijd zoek is. Het geld zou zijn verdwenen uit de Luxemburgse kluis van de Luikse PS-federatie. Een en ander kwam aan het licht na de moord op Cools, bij de verzoeningspogingen tussen de verschillende Luikse PS-facties.
Toen de clans rond José Happart en Jean-Maurice Dehousse uitleg vroegen en eisten dat de inhoud van die kluis zou worden gerepatrieerd, bleek bij controle door de Luikse PS-top de kluis leeggehaald. Bovendien was de Luikse justitie, na een tip over het bestaan van de kluis, al in Luxemburg gepasseerd.
Fernand Detaille, zeggen ingewijden, weet vermoedelijk meer over de hele episode rond de kluis in Luxemburg. Vandaar allicht dat hij zich enkele jaren geleden bijzonder slecht voelde, toen hij plots in de media werd nagewezen als ?de PS-koerier die naar Luxemburg was getrokken om er Agusta-geld op te halen en die met lege handen was teruggekeerd.? Die bewering was gelanceerd door PS-Kamerlid Annemarie Lizin. Nadat de storm was geluwd, bekende Detaille tegenover sommigen dat hij in die dagen aan zelfmoord had gedacht.
Een goede vriend en medewerker van Detaille in die voor justitie cruciale jaren 1987, ’88 en ’89 was huidig minister van Vervoer Michel Daerden, eveneens bedrijfsrevisor van professie. Hij moet meer weten, zeker over de financiën van de Luikse PS. Ook al omdat hij zelf druk in de weer was met de verzoening van de Luikse PS-clans. En het opruimen van de Luxemburgse fondsen was een belangrijk element in die besprekingen. Het valt, volgens de Luikenaars, niet uit te sluiten dat de speurders binnen afzienbare tijd ook met Daerden een gesprek willen voeren.
Als de groep van intimi rond Busquin destijds meer wist over de herkomst van het Luxemburgse geld, dan bestaat de kans dat ook vice-premier Elio Di Rupo een en ander heeft opgevangen. Op die manier dreigen de Agusta- en Dassault-zaak alweer op de regeringstafel te belanden iets wat premier Jean-Luc Dehaene (CVP) tot elke prijs wil voorkomen.
Rik Van Cauwelaert
Herstel : In het vorige nummer van Knack werd ten onrechte beweerd dat Fernand Detaille bedrijfsrevisor is van BATC, het bedrijf dat de luchthaven van Zaventem uitbaat. Waarvoor onze excuses.
PS-voorzitter Philippe Busquin (rechts) en Kamerlid Patrick Moriau : het verdachte geld werd toch gespendeerd.