Niets. Dat was de uiteindelijke buit voor de Vlaamse Rand rond Brussel na een jaartje oorlogstaal over Brussel-Halle-Vilvoorde. De Vlaamse regering beloofde kort na de mislukking maatregelen tegen de verfransing. Hans Bonte (SP.A) weet hoe dat moet.
Enkele dagen geleden had het voltallige schepencollege van Vilvoorde, inclusief Kamerlid Hans Bonte (SP.A) en oud-premier Jean- Luc Dehaene (CD&V) een onderhoud met de Vlaamse ministers Marino Keulen (VLD) en Frank Vandenbroucke (SP.A), respectievelijk bevoegd voor onder meer Inburgering en de Vlaamse Rand rond Brussel. ‘Niet om ze op het matje te roepen,’ benadrukte Bonte, ‘wel om te tonen dat we als lokaal bestuur constructief met hen willen samenwerken om hun goede intenties voor de Rand waar te maken. Want met woorden alleen zullen we de verfransing niet tegenhouden. Er zijn middelen nodig, en de wil van elke minister om op het eigen terrein acties te ondersteunen.’
Bonte zit als schepen van Sociale Zaken met zijn neus op de feiten: ‘In wat algemeen bekend staat als de rijkste regio van Vlaanderen, groeit de verzuring zienderogen. Er is een geweldige dualiteit ontstaan, want ondanks de rijkdom van bepaalde gemeentes zijn wij tegelijk het meest achtergesteld.’
Ga dat maar eens uitleggen in de Antwerpse Seefhoek.
HANS BONTE: Ik heb het niet over een wijk, maar over de volledige Rand rond Brussel. De huidige Vlaamse regering heeft ondertussen op zijn minst al de verdienste dat ze de Rand weet liggen. En ze is ook tot het besef gekomen dat hier meer problemen zijn dan alleen maar de debacles van Sabena, DHL en de nachtvluchten. De voorbije decennia hebben de opeenvolgende Vlaamse regeringen deze regio echter verwaarloosd. Het is dus hoog tijd voor investeringen.
U bleef op de achtergrond toen de splitsing van B-H-V voorlag in de federale Kamer. En nu moet u hulp vragen aan de Vlaamse overheid om uw eigen stad Nederlandstalig te houden.
BONTE: Ik heb mij inderdaad redelijk afzijdig gehouden tijdens die debatten in de commissie Binnenlandse Zaken. Hoe legitiem de eis voor een splitsing ook is, het blijft een politiek dossier waar vooral politici veel belang aan hechten. Ik heb het beruchte wetsvoorstel ook ondertekend, maar als B-H-V ooit gesplitst wordt, zal het effect ervan op de echte problemen in de Rand marginaal zijn. Het klinkt pretentieus, maar ik wist al vanaf het begin dat het hele dossier met een sisser zou aflopen. In ons communautair bestel heeft het geen zin om beide taalgroepen tegen elkaar op te zetten. De Randbewoners vragen dat de politici werk maken van de problemen waar ze echt van wakker liggen: het kwaliteitsverlies in de scholen, onbetaalbare bouwgronden en de toevloed van anderstaligen. Als we de verfransing willen tegengaan, dan moet het via een betere welzijnsvoorziening, sociale huisvesting, onderwijs, en inburgeringscursussen.
Minister Keulen wil meer nieuwkomers verplichten inburgeringscursussen te volgen. Maar tegelijk liet hij al weten dat de opleidingen te veel geld kosten.
BONTE: Toen hij vorige week de cijfers bekendmaakte, voelde ik mij nogal ongemakkelijk. Ik vraag al weken om de eerste jaarcijfers aan het onthaalbureau, maar krijg nooit antwoord. Keulens cijfers hebben ook geen duidelijkheid gebracht. Ik weet niet of de mensen die wij meermaals aanschrijven ook daadwerkelijk naar de les gaan. Bovendien heeft niemand momenteel baat bij een kunstmatige goednieuwsshow over de inburgeringscursussen. De realiteit is dat we nog nergens staan. Keulen erkent dat het weinig zin heeft om in de toekomst nog asielzoekers te verplichten die na een of twee jaar toch uitgewezen worden, maar veel erger is het omgekeerde: de nieuwkomers die al twee jaar in België wonen, hoeven niet meer in te burgeren. Vaak zijn dat echter vreemdelingen die eerst in Schaarbeek of in Molenbeekse migrantenwijken terechtkomen en pas na een paar jaar in de Vlaamse Rand. Die zijn dus even ingeburgerd als iemand die rechtstreeks uit Tanger komt. Keulen maakt zich sterk dat de groep die onder de verplichting valt goed bereikt wordt, maar dat is slechts peanuts in vergelijking met de overblijvende nieuwkomers die ook een inburgeringscursus kunnen gebruiken.
Er is geen geld.
BONTE: Er is wél geld en de Vlaamse regering zal het moeten vrijmaken. Het is een kwestie van keuzes maken. Als ze van taal een prioriteit wil maken, moet er een serieuze injectie komen voor basiseducatie en taallessen. Wij staan niet zomaar aan de klaagmuur. Vilvoorde neemt zelf zo veel mogelijk initiatieven en vraagt nu een samenwerking met de Vlaamse regering, maar niet elke gemeente doet inspanningen zoals wij. Als de Vlaamse Rand onder het Vlaamse gemiddelde van 5 procent sociale woningen zit, dan is dat erg. Nog veel schrijnender wordt het als je de cijfers van dichterbij bekijkt. In Vilvoorde zijn 12 procent van de huizen sociale woningen. Nog vier andere gemeenten van de 35 gemeenten in de Vlaamse Rand zitten ook boven het Vlaamse gemiddelde. Maar al de rest zit er fors onder, sommige gemeenten zelfs tot 0 procent. En dat in een gebied waar de verdringing enorm is en de woningprijzen de pan uit swingen.
Ook dat is een kwestie van keuzes maken, maar dan op gemeentelijk niveau.
BONTE: Er zijn inderdaad een aantal gemeenten die niet te veel moeten zeuren. Ook zij moeten zorgen dat ze sociale woningen kunnen aanbieden, al was het maar om het aanzuigeffect naar centrumsteden zoals Vilvoorde te verminderen. Aan de andere kant moet ook de Vlaamse regering meer inspanningen doen: bijvoorbeeld door het taaldecreet uit te breiden en duidelijk te stellen dat diegenen die een sociale woning huren, Nederlands moeten kennen of op zijn minst bereid moeten zijn om het te leren. Ook de inkomensgrenzen van rechthebbenden op een sociale woning moeten naar boven, waardoor middeninkomens eveneens in aanmerking komen. Het kan toch niet dat jonge gezinnen tegen hun zin het geboortedorp verlaten omdat de gronden en woningen onbetaalbaar geworden zijn?
Zolang de Europese Unie blijft uitbreiden, zullen er steeds meer buitenlanders zijn om de prijzen in de Rand de hoogte in te duwen.
BONTE: De nabijheid van Brussel heeft zijn voordelen, maar op dat vlak werkt het inderdaad nefast. Behalve die kapitaalkrachtigen, zijn er ook steeds meer allochtonen die vluchten voor de onleefbare omstandigheden in Brusselse wijken en in steden als Vilvoorde beslag leggen op de goedkope woningen. We hanteren misschien een defensieve strategie tegen een machtige groeipool, maar het is wel een strategie. Ik ben ook niet pessimistisch. Vanuit Vlaanderen kun je een beleid uitstippelen dat leidt tot meer vernederlandsing en verdraagzaamheid. Wij hebben allochtonen bij herhaling aangeschreven om lessen te volgen. Wel, ik ken mensen die al twintig jaar in Vilvoorde wonen en nu toch voor het eerst een woord Nederlands spreken. Het werkt dus, al gaat het gepaard met een paar frustraties. Zo is het bijzonder absurd dat de Vlaamse regering in elke provinciehoofdstad een Huis van het Nederlands heeft opgericht, maar dat wij het in de Vlaamse Rand moeten stellen met een ‘antennetje’ van dat Huis in Leuven, waarvoor we dan nog serieus hebben moeten lobbyen. Ik gun het Brugge, Gent en Hasselt, maar als er ergens zo’n coördinatiepunt voor taalinitiatieven had moeten komen, dan wel in de Rand, waar de problemen van de verfransing gigantisch zijn. De kwaliteit van het onderwijs in de basisscholen, om maar iets te noemen. In drie jaar tijd is het aantal Vilvoordse leerlingen die thuis geen Nederlands spreken met tien procent gestegen. Het gaat nu bijna om de helft van alle leerlingen.
U vertrekt vanuit concrete wantoestanden om de Vlaamse eigenheid te bewaren. Hebt u zich begin dit jaar gestoord aan de burgemeesters op de barricaden, zoals Willy Dewaele van Lennik?
BONTE: Ik heb mij mateloos geërgerd aan de terminologie en de acties van Willy Dewaele. De zelfverklaarde voorvechters van de Vlaamse zaak hebben een polarisatie gecreëerd tussen Nederlands- en Franstaligen die nergens goed voor was. Ik zie ook geen verschil tussen wat Dewaele doet en het VB. Als ik hen bezig hoor, begrijp ik heel goed waarom veel Franstaligen denken dat alle Vlamingen halve fascisten geworden zijn. De protestmanifestaties hebben het klimaat verziekt en dat werkt contraproductief tegenover ons dagelijks werk om Franstaligen te motiveren en te overtuigen Nederlands te leren en te gebruiken. Ik ben daar zelf overigens bijzonder militant in geworden: werkzoekenden die geen Nederlands willen leren, hebben geen recht meer op een uitkering. Maar mijn invalshoek is anders dan die van Willy Dewaele: ik heb namelijk gemerkt dat diegenen die taallessen volgen, wél werk vinden en dat diegenen die het niet doen, tien jaar later nog op straat staan. Die mensen hebben dus een dwingende stimulans nodig.
Hannes Cattebeke
‘Niemand heeft baat bij de goednieuwsshow over inburgeringscursussen.’