Koen Meulenaere
Koen Meulenaere Van 1991 tot 2012 de satiricus van Knack

Het komende weekend wordt op Oak Hill in Rochester, in de staat New York, gestreden om de Ryder Cup golf. Europa tegenover de Verenigde Staten, wie is baas in de wereld ?

DE DUITSER Bernhard Langer verzekerde zich al eind mei van een plaats in het Europese Ryder-Cupteam door het toernooi van Wentworth te winnen. Sindsdien slapen golfliefhebbers op het oude kontinent onrustig. Langer was de man die in 1991 op Kiawah Island, in South-Carolina, voor een piek in de statistiek van de hartaanvallen zorgde. Hij kwam in de laatste ronde, waarin hij het opnam tegen de Amerikaan Hale Irwin, als allerlaatste speler op de allerlaatste green en zijn bal bij de Ryder Cup spreken we van : onze bal lag op goed anderhalve meter van de hole. Hem erin tikken betekende een gelijkspel en in dat geval zou de titelhouder wij dus de Ryder Cup behouden. Voor de vierde keer op rij. De druk op Langer was ondraaglijk. Severiano Ballesteros verklaarde naderhand : “Het zou door de VN verboden moeten worden om een mens onder zo een druk te plaatsen. ” Wie vaker in Knack de golfreportages leest, weet het ondertussen wel : LANGER TIKTE HEM ERNAAST.

De val van Claude Criquielion in Ronse in 1988, de gemiste zwarte bal van Steve Davis in de legendarische WK-snookerfinale tegen Dennis Taylor in 1985, de klapband die Nigel Mansell in de slotronden van de Grand Prix van Australië in 1986 de wereldtitel kostte, de beslissende strafschop die Roberto Baggio miste in de wereldbekerfinale van 1994, de Grand National die Dick Francis in 1957 met Devon Loch verloor door een kramp op honderd meter van de finish, het waren akkefietjes vergeleken bij de misser van Langer.

LANGER LOCK.

Vele verslaggevers meenden achteraf ten onrechte dit drama te kunnen verklaren door het toeslaan van de yips, de onkontroleerbare bewegingen van arm of pols die zo gevreesd worden door golfers, biljarters, darters en schutters. Langer, ook al jaren op de sukkel met een zwakke rug, had er wel eens vaker last van gehad. Onder meer in de British Open van 1988 op Royal Lytham waar hij op de 17de hole, hou u vast, vijf strokes nodig had voor een simpele putt. Bij elke slag ging de rechter vuist van Langer haar eigen weg, volstrekt ongehoorzaam voor de zenuwimpulsen die haar door het brein werden toegestuurd. Langer was er zo door aangeslagen dat hij nadien met zijn linkerhand zijn rechter ging vasthouden, een greep die al gauw omschreven zou worden als de Langer lock. Toen een verslaggever nadien vroeg wat het Duitse woord was voor yips, antwoordde Langer gevat : “Daar is geen woord voor in het Duits. Tot vóór vandaag is er nooit een Duitser geweest die last had van yips. “

Daarmee reageerde hij redelijk koel op de pas ondergane vernedering, want er staan in de grote Golf-Digest genoeg gevallen vermeld van spelers die na een vijf-putter als die van Langer hun clubs hebben weggegooid en zich in een afgelegen hoekje op de course van het leven hebben beroofd. Meestal hangen hun namen in een diskreet kadertje in het club-house en wie ooit een smalende opmerking zou maken over deze minder fortuinlijke leden, wordt de toegang tot de baan definitief ontzegd. Britten lachen niet met slechte putting, evenmin als met slechte pudding trouwens.

Geen enkele sport drijft haar beoefenaars zo tot wanhoop als golf. De beroemde komiek Bob Hope sprak wellicht in naam van velen, toen hij zei : “Was het niet dat ik zoveel sweaters heb gekocht, ik stopte met golf. “

Wetenschappelijke analyses, aan de hand van videobeelden van de fatale stroke van Langer in de Ryder Cup ’91, hebben die yips-teorie naderhand tegengesproken. “Een stommiteit zoals alleen een Duitser er één kan begaan, ” zo luidde uiteindelijk de konklusie waarmee iedereen akkoord kon gaan. Langer werd zelfs door sommigen getroost. Putting is namelijk iets wonderlijks. De schrijver Bernard Darwin was er wellicht het dichtst bij toen hij noteerde : “Het specifieke van putten is dat het kleinste kind feilloos weet hoe het moet, maar de grootste speler niet feilloos doet hoe het moet. ” Eén van de lessen die oudere en ervaren golfers in het club-house wel eens in vertrouwen willen doorgeven aan jongere klubleden luidt : “Een man moet in het leven drie dingen vermijden : getuigen, trouwen en putten. “

Het probleem is van alle tijden. In 1887, meer dan een eeuw geleden, schreef Sir Walter G. Simpson al in The Art of Golf : “Als een golfer op de laatste hole met een putt van minder dan twee meter de match kan beslissen, is het van vitaal belang dat hij aan niets denkt. Op dit sublieme moment moet hij zijn geest trachten te vullen met komplete ledigheid. Hij dient zich zelfs de troost van de religie te ontzeggen. “

Sir Walter kon het weten, want hij ontzegde zich zelfs de troost van de religie als hij niet met een putt van minder dan twee meter de match kon beslissen. Niet iedereen deelde trouwens zijn opvatting. Bob Rosburg, wiens uitspraken over het golfspel meer weerklank vonden dan zijn golfspel zelf, formuleerde het na een mooie putt van zijn tegenstander als volgt : “Waarom putts er in gaan ? Ik zal je vertellen waarom putts er in gaan. Omdat de oude National-Openwinnaar in de hemel ze er doet in gaan. “

En JoAnne Carner, die de Keystone Open voor vrouwen won na een paar formidabele putts, ging nog verder toen ze na afloop juichte : “Ik ga vanavond met mijn putter naar bed. Mijn man kan op de sofa slapen. ” Vrouwen kennen vaak geen grenzen. Donna White, zeven maanden zwanger, vlamde er in de US Open van ’81 een bal vanop tien meter in. “Die putt was zo goed, ” aldus Donna, “dat ik de baby in mijn buik voelde applaudisseren. “

Langer zelf moest je het die avond niet vertellen. Het pleit voor zijn karaktersterkte dat hij de sport niet stante pede vaarwel heeft gezegd. Sterker, een week na het drama speelde hij in het eigen Stuttgart de Duitse Masters en won, na een play-off ! Geen ander zenuwstelsel zou tegen die opeenvolging van spanningen en emoties opgewassen zijn. Maar Langer bleef, alsof er niets gebeurd was, op konstant niveau presteren.

En dat niveau is, spijts Kiawah, al jarenlang erg hoog. Dat onderstreepte hij door eerder dit seizoen in het al genoemde toernooi in Wentworth voor de 57ste opeenvolgende keer de half-way-cut in een wedstrijd van het Europese circuit te overleven. Een sensationele prestatie. Om ze juist in te schatten moet u weten dat de nummer twee in het rijtje op dat moment de Spanjaard Jose-Maria Olazabal was, die 17 opeenvolgende cuts haalde. Een karrevracht minder dus. Langer werd bovendien eindwinnaar in Wentworth en pakte zijn 32ste toernooizege in de Europese toer. Hij heeft de voorbije zeventien jaar elk seizoen minstens één Europees toernooi gewonnen.

Langer bereidt zich volgens waarnemers met grote verbetenheid voor op Oak Hill. Hij wil zich revancheren voor 1991. En voor 1993 moet hij zich ook nog revancheren, want op The Belfry in Engeland vielen zowel Langer als Ballesteros met een blessure uit op de tweede dag. Waarna het voor de Amerikanen niet moeilijk was om ook die editie op hun naam te schrijven.

MALAISE.

We moeten eerlijk durven zijn : ook over de uitslag van dit jaar bestaat weinig twijfel. Ballesteros staat nog wel vijfde op de Europese Ryder-Cuplijst maar presteert al enkele seizoenen totaal ondermaats. Het is opmerkelijker dat hij de cutt wel haalt dan dat hij hem niet haalt. Olazabal is nog altijd niet hersteld van een operatie aan zijn toen nog grote teen begin dit jaar, en gaf in extremis forfait. Faldo is zijn vertrouwen kwijt en veranderde zelfs zijn grip op de putter. En Langer sukkelt dus met een zere rug en met het trauma van Kiawah. We staan er goed voor !

Er zijn twaalf geselekteerden : de eerste tien van een Europese ranglijst, plus twee wild cards die worden toegekend door de captain, dat is Bernard Gallacher. Die wild cards zorgden voor heel wat herrie, want ze werden opgeofferd om Faldo en Olazabal op te vissen. Voor Faldo komt dat omdat hij dit seizoen in het Amerikaanse circuit is gaan spelen en dus niet genoeg punten kon verdienen. Voor Olazabal was de operatie aan de teen de boosdoener. Hij wordt gewoonlijk gekoppeld aan Ballesteros, de jongste jaren het beste Europese koppel in de Ryder Cup, maar nu werd toch links en rechts over de lamme en de blinde gefluisterd. Het feit dat over twee jaar de Ryder Cup ’97 in Spanje plaatsvindt, gaf wellicht de doorslag bij de keuze voor Olazabal.

Belangrijkste slachtoffer en dus niet in het team : Ian Woosnam, de kleine goedlachse Welshman, die na de bekendmaking van de Europese selektie niet meer zo goedlachs was. Vooral omdat Olazabal forfait gaf voor het laatste toernooi dat meetelde, de German Open in Stuttgart. Met een redelijk resultaat daarin, had de Spanjaard nochtans in de top-tien kunnen geraken, waardoor hij geen wild card meer nodig zou hebben en Woosnam had kunnen meegaan. Olazabal stuurde zijn kat, wat niet biezonder op prijs werd gesteld door de golfliefhebbers. En door Woosnam uiteraard het minst van allen.

Woosie heeft zich zes keer naeen met de punten gekwalificeerd voor het Ryder-Cupteam, Olazabal moest al vier keer met een wild card worden opgevist. Woosnam had een beter lot verdiend. Zeker omdat hij op Oak Hill goed uit de voeten kan : hij werd er in 1989 tweede in de US Open, achter Curtis Strange die precies om die reden door de Amerikaanse kapitein Lenny Wadkins in zijn team werd opgenomen. Gevraagd naar wat hij nu ging doen, antwoordde Woosnam : “Mij een beroerte drinken. ” Van die beroerte was hij pas koud hersteld of Olazabal meldde in laatste instantie af. Een pijnlijk moment voor Bernard Gallacher die, de koppigheid van Woosie kennende, met een bang hartje de telefoon nam. Op de vraag of hij alsnog in het team wou stappen antwoordde Woosnam : “Natuurlijk. ” De Ryder Cup is iets speciaals.

De nummer één op de Europese Ryder-Cupranglijst in golf wordt die, zoals u kon vermoeden, opgesteld op basis van het geld dat een speler heeft verdiend is de Schot Colin Montgomerie, die eind augustus zijn leiderspositie nog wat meer glans gaf door de German Open te winnen. Montgomerie verklaarde na afloop : “Niemand verdiende meer om te winnen dan ik. ” Waarna hij vorige week ook nog de Lancôme Trophy op zijn naam bracht. In de jongste zes toernooien waarvoor hij inschreef, won hij meer dan twintig miljoen frank, dat is bijna vijftigduizend frank per gespeelde hole. Onnodig te zeggen dat een Schot zoiets op prijs stelt.

JOHN KANON.

De vier majors zitten er ondertussen op. De Masters voor Ben Crenshaw, de US Open voor Corey Pavin, de British Open voor John Daly en de US Professional Golfers Association (PGA) Championship voor Steve Elkington. Dat zijn dus drie Amerikanen en een Australiër, het is verschrikkelijk, maar het is zo.

John Daly heeft de British Open op de heilige grond van Saint-Andrews gewonnen ! Sinds drie jaar berichten wij met grote en door weinigen begrepen hardnekkigheid over de lotgevallen van deze in alle opzichten onortodoxe golfspeler. Daly is een mepper buiten kategorie. Eén van de aardige aspekten van golf is dat het een kombinatie vormt van krachtwerk en uiterste precisie. Wat betreft het eerste is er niemand die Daly nog maar kan bedreigen. Een door de wol geverfd Engels verslaggever zuchtte tijdens de British : “Ze moesten Daly op de heuvels rond Sarajevo zetten. Dat zou pas een Rapid Reaction Force zijn. “

Het verhaal van Daly begon in 1991 toen hij als negende reserve in extremis werd toegelaten tot de eindtabel van de US PGA op Crooked Stick in Indianapolis. Hij had niet eens een caddie en nauwelijks een toonbare uitrusting. En hij moest de hele nacht door rijden om tijdig aan de eerste ronde te kunnen beginnen. Ondanks dat zorgde hij voor één van de grootste stunts uit de hele geschiedenis van het golf. Daly pakte uit met drives waarvoor in het golfjargon niet eens een term bestond. Tot algemene verbijstering won hij het toernooi en werd hij in geen tijd een attraktie.

Er werden zwaar gesponsorde demonstraties gehouden op vliegvelden waar John de bal meer dan zevenhonderd meter ver sloeg ! Weliswaar op een betonnen landingsbaan waar het afremmingseffekt veel minder is dan op gras, maar toch. En op training had de bonkige Amerikaan een steeds groter wordende schare bewonderaars achter zich aan. Hij zorgde dan altijd wel voor een extraatje. Een shot van driehonderd meter ver tegen een rijdende bus en dat soort dingen.

Het vele geld dat hem plotseling te beurt viel, had een slechte uitwerking : drankmisbruik en geweld dat zich niet langer beperkte tot de golfballetjes maar zich uitbreidde naar tegenstanders en zijn lieftallige tweede echtgenote. Daly vernielde in een bui van razernij zijn eigen huis en belandde in de cel. Dat was op zich niet zo erg, maar wegens herhaald wangedrag werd hij ook nog geschorst door de US Golf Association. En dat bracht hem gelukkig tot bezinning. Toen hij werd vrijgelaten uit de cel, gaf hij een perskonferentie waarop hij het drankmisbruik plechtig afzwoer : “Van nu af aan drink ik niet meer. Alleen nog bier. “

PLAY-OFF.

Daly legde zich met hernieuwde ijver toe op zijn golftechniek en trouwde voor de derde keer. John is 29. Met dit tempo is hij vóór zijn pensioen het rekord van Liz Taylor ver voorbij. Zonder veel problemen begon hij ondertussen weer op te klimmen in de rankings en op de Old Course van Saint-Andrews pakte hij afgelopen juli zijn tweede major-title. En hoe.

De Old Course bestaat meer dan twee eeuwen en wordt beschouwd als de bakermat van het golf. Eén van de moeilijkste banen ook. Wat ze in Saint-Andrews greens noemen, heet elders de rough. De grilligheid van het terrein is het werk van de natuur. Er zijn weinig kunstmatige hindernissen en op het eerste gezicht is er weinig spectaculairs. Tot je moet proberen om er een bal op te putten. Kleine bulten, zachte hellingen, lichte glooiingen, onzichtbare oneffenheden ; er is altijd wel iets dat er voor zorgt dat de putt naast de hole terecht komt in plaats van erin. En dan is er natuurlijk nog de Schotse wind. Aangevoerd vanuit de zee maakt die het spelen soms zo goed als onmogelijk. Zoals op de slotdag van deze British Open. Het werd velen fataal, maar niet Daly. Die spotte met de wind, kanjerde al zijn drives er dwars doorheen en het scheelde op de achtste slechts een haartje of hij pakte een hole-in-one. Daly, vóór het toernooi bij de bookmakers honderd-tegen-één genoteerd, nam er wel de leiding en mocht met zes onder par naar het club-house.

Daar zat hij in grote spanning te wachten op de aankomst van het duo Michael Campbell – Costantino Rocca. De Italiaan stond op vijf onder par en kon met een birdie op de achttiende gelijk komen en een play-off afdwingen. Daartoe moest hij dan wel de bal vanop meer dan twintig meter binnenslaan, van naast de green in wat op Saint-Andrews en ver daarbuiten bekend staat als the Valley of the Sin. Rocca deed het ! Ongelooflijk. Eén van de meest opzienbarende putts in de meer dan tweehonderdjarige geschiedenis van de Old Course.

Daly vloekte binnensmonds en beende de baan weer op. Costantino Rocca lag ondertussen languit in het gras met zijn vuisten op de grond te slaan, geen blijf wetend met zijn vreugde. Het is jammer dat dit beeld de wereld niet is rond gegaan, in de plaats van de foto van de zoveelste streaker (pijltje op de rug met opschrift : “19th hole”) die we op de golfterreinen zo moe geworden zijn.

Het geluk van Rocca was zo intens dat er enkel een diepe ontgoocheling kon op volgen. Play-offs worden in golf volgens de meest verschillende formules gespeeld. In deze British ging het om vier extra-holes : de eerste twee en de laatste twee. Dus ook de beruchte zeventiende, de Road Hole. Rocca had een bogey op de eerste, en Daly een birdie op de tweede. Dat was dus al twee strokes achterstand voor Rocca, en toen kwam de Road Hole. Vlak bij de pin ligt een ommuurd en akelig diep bunkertje. Als je daarin belandt, ben je niet jarig. Te zacht slaan en de bal valt er terug in. Te hard slaan en de bal vliegt de pin voorbij en de green af. Rocca had drie (!) strokes nodig, alleen maar om uit die bunker weg te geraken. Hij moest een triple-bogey noteren en had geen schijn van kans meer op de overwinning.

Daly deed het voorzichtig aan, bleef ver uit de buurt van de bunker en had de zege op zak vóór de laatste hole. “Ik ben wat minder driest geworden, ” verklaarde hij na afloop. “Mijn caddie kan me toch al bij houden. ” De Amerikaanse kapitein Lanny Wadkins heeft Daly niet eens geselekteerd voor zijn ploeg. Een winnaar van de British Open die niet in het Ryder-Cupteam staat, ondenkbaar in Europa. Het wijst op de sterkte van de Amerikaanse twaalf. Ook andere major-winnaars uit het recente verleden zoals Lee Janzen en de kleurrijke Payne Stewart zullen voor hun televisie moeten toekijken.

AUSSIE.

De vierde en laatste major van dit seizoen, de US PGA op de Riviera Country Club in Los Angeles, werd gewonnen door de Australiër Steve Elkington die aan een erg regelmatig seizoen bezig is. Hij haalde het, ook al in een play-off, van Colin Montgomerie. Hier ging het om een sudden death en dat werd Montgomerie al op de eerste hole fataal.

Elkington kreeg belangrijke steun van zijn caddie Dave Renwick, die na afloop drukker omringd werd dan de winnaar zelf. Het was niemand ontgaan dat Renwick een ijzeren acht had getrokken, hoewel er nog zeker 170 meter moest overbrugd worden en alle puristen voor een ijzeren zeven hadden geopteerd. De stunt, waarvoor op sommige Engelse golfbanen je lidkaart wordt ingetrokken, lukte wonderwel. De bal landde op een meter of vier van de pin en Elkington tikte hem binnen : birdie en een mokerslag voor Montgomerie die moest passen. De Schot geniet de eer en het twijfelachtige genoegen om in vijf play-offs te zijn aangetreden en ze alle vijf te hebben verloren. Na de US Open vorig jaar tegen Ernie Els, was dit de tweede major die op deze schrijnende wijze aan zijn neus voorbij ging. En dat dus door de schuld van een landgenoot, want die Renwick is zelf een Schot.

Afgezien van dit verraad, waardoor ook de vierde major-title van het seizoen naar een niet-Europeaan ging, waren er toch hoopvolle tekenen in LA. Bovenop de prestatie van Montgomerie, passeerden elf van de dertien ingeschreven Europeanen de half-waycut. De twee die het niet fiksten, waren Seve Ballesteros uiteraard en Ian Woosnam. Die Renwick moet absoluut in ons team worden opgenomen. Vorig jaar was hij ook al caddie van Olazabal toen die de Masters in Augusta won.

MATCH-PLAY.

De Oak Hill Country Club in Rochester New York, is dus het decor van de 31ste Ryder Cup. De Amerikanen hebben een verpletterende voorsprong. De Yankees wonnen 23 keer, de Britten of Europeanen vijf keer en twee keer was het gelijk. Zelfs in de belachelijke veronderstelling dat de Europeanen vanaf nu alle Ryder Cups winnen, hebben we die Amerikanen ten vroegste te pakken in 2029.

De begeerde Cup ontstond in 1926, toen spelers van de Amerikaanse en Britse Golffederaties een vriendschappelijke ontmoeting organizeerden in Engeland. De Britten wonnen met een straat voorsprong : 13,5 tegen 1,5. Dat waren nog eens tijden. Die demonstratiematch lokte veel volk. Er werd besloten om er een tweejaarlijkse traditie van te maken en de Britse steenrijke zaden-handelaar Samuel A. Ryder bood aan om een peperdure gouden trofee te schenken, op voorwaarde dat die zijn naam zou dragen. Steenrijke zaden-handelaars die peperdure gouden trofeeën schenken zijn graag gezien in het golfmilieu, en dus kreeg Samuel Ryder zijn zin.

Sinds 1979 werd het Britse team, waarin ook Ieren mochten figureren, uitgebreid tot een selektie van spelers uit het Europese circuit die in Europa wonen. Van toen af aan werd het dus een echte match tussen de Verenigde Staten en Europa. De Ryder Cup wordt volgens een ander systeem gespeeld dan toernooien als de majors. De formule is in de loop der jaren geregeld gewijzigd, maar sinds 1979 worden er de eerste twee dagen telkens vier zogenaamde foursomes (twee Amerikanen tegen twee Europeanen met per team één bal) en vier four-balls (twee Amerikanen tegen twee Europeanen met voor elke speler één bal, de beste per koppel telt) gespeeld. De derde dag tenslotte, de belangrijkste, worden er twaalf singles afgewerkt, een gewone match van man tegen man. Dat geeft in totaal achtentwintig matchen. In de Ryder Cup geldt de match-play, waarin het er op aan komt om op zoveel mogelijk holes (minstens tien dus) de beste te zijn. In stroke-play, zoals gebruikelijk in de PGA-circuits en de majors, wint wie het minste aantal slagen nodig heeft voor de vier maal achttien holes.

Beide systemen hebben hun voor- en tegenstanders. In stroke-play kan het zijn dat je eigenlijke rivaal voor de eindzege vier holes achterop komt, of al in het club-house aan de bar zit te hijsen. Bij match-play heb je een klaar en duidelijk duel van man tegen man, en dat is toch waar het in de sport om gaat. In het Engels bestaat er een mooie omschrijving voor het verschil : “Stroke play is a better test of golf. Match play is a better test of character. “

De Ryder Cup van dit jaar wordt, voor ons Europeanen, zeker een test of character. Hangen we ons allemaal samen op, of gebaren we van krommenaas ?

Koen Meulenaere

Dat uitgerekend John Daly op Saint-Andrews zou winnen, had niemand durven voorspellen. Over de carrière van Daly spreken ze over honderd jaar nog.

Costantino Rocca deed het ! Ongelooflijk. Eén van de meest opzienbarende putts in de meer dan tweehonderdjarige geschiedenis van de Old Course.

De misser van Bernhard Langer. Wetenschappers spraken de yips-teorie tegen en hadden het over een stommiteit zoals alleen een Duitser er één kan begaan.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content