‘Sommige vluchtelingen zouden een nier verkopen om weg te kunnen’

KARAM KADDOUR (r): 'Ik durf niets te plannen, ik wil niet opnieuw alle hoop verliezen. Ik leef van dag tot dag, zoals de meeste Syriërs hier.' © BRADLEY SECKER

Vanuit Afrika en het Midden-Oosten blijven de vluchtelingen toestromen. Het open migratiebeleid van de nieuwe Griekse regering heeft ook grote gevolgen voor de andere Europese lidstaten, want tachtig procent van de vluchtelingen komt uiteindelijk in de rest van Europa terecht. Hulpverleners in Athene spreken van een tikkende tijdbom. ‘Veel mensen krijgen een tijdelijke verblijfsvergunning, maar ze mogen niet werken en kunnen het land niet verlaten. Door dit beleid worden ze regelrecht in de handen van smokkelaars geduwd.’

Lente in Athene. Tussen de regenbuien door zitten de terrassen vol mensen in dikke jassen die genieten van de eerste sprankel zon. Vandaag willen ze niet denken aan terugbetalingen aan Europa: het is 25 maart, de dag dat de Grieken het begin van hun strijd om onafhankelijkheid tegen de Turken vieren, bijna twee eeuwen geleden, in 1821. In de hoofdstad hebben ze alles uit de kast gehaald voor de jaarlijkse parade: tanks, gevechtsvliegtuigen, helikopters, brandweerwagens, politie, marine, dansende jongens in witte maillots, allemaal onder het welwillende oog van premier Tsipras en zijn regering. De hordes vluchtelingen op het Victoriaplein, een paar kilometer van het parlement, zijn vanmorgen vroeg meegenomen door de politie omdat ze een doorn in het oog zouden vormen tijdens de voorbijtrekkende nationale stoet. Straks komen ze terug, ze moesten slechts tijdelijk opkrassen.

‘De politie heeft hen niet slecht behandeld’ zegt Michelle Oliver, een Britse die ruim achttien jaar in Athene woont. We wandelen met haar in de motregen over het verlaten plein. De politie is hier 24 uur per dag op post, overal hangen camera’s. ‘Elke dag pakken ze zo’n dertig vluchtelingen rond het plein op. Die laten ze na twee dagen weer gaan. Vandaag werd niemand gearresteerd. Deels vanwege de feestdag, vermoed ik.’

Oliver kent de vluchtelingenwereld in Athene als haar broekzak. Als medewerker van het Leger des Heils trekt ze dagelijks naar de oude centrumwijken waar de migranten hun intrek hebben genomen.

Griekenland herbergt naar schatting anderhalf miljoen migranten. Het gros is illegaal en verblijft in de hoofdstad. Vroeger ging het vooral om Nigerianen, Pakistanen en Afghanen, vertelt Oliver. Tegenwoordig is er een grote instroom van Roemenen, Bulgaren, Tadzjieken en Syriërs. Door de crisis zijn de problemen groter dan ooit. Niemand heeft werk, de criminaliteit neemt zienderogen toe. Volgens Oliver mag de aanpak van de regering-Tsipras dan humaner zijn dan die voordien, in de praktijk zijn de meeste migranten in de stad nog altijd als de dood voor de politie. Bang om opgesloten of teruggestuurd te worden. Ze wijst op de rijen souterrains: ‘Daar verblijven de vluchtelingen. In kelders en in kraakpanden. Sommige huiseigenaren hebben medelijden en laten hen toe, andere zijn sinds de crisis naar het buitenland vertrokken en hebben geen idee dat er vreemdelingen in hun souterrain zijn neergestreken. Soms stoken huiseigenaren bewust brand in hun eigen kelders, om de ongewenste bewoners buiten te jagen. Zodra die de benen nemen, sluit de eigenaar de boel af.’

In de Fylisstraat, vlak bij het Victoriaplein, branden lichtjes aan de voordeuren. ‘Elk huis met een licht is een bordeel’, verzucht Oliver. ‘Sinds de crisis en de toename van migranten schieten die als paddenstoelen uit de grond. Vroeger was dit een van de betere wijken in Athene. Nu staat het ene huis na het andere te koop. Niemand wil hier blijven.’

Opgroeien in het donker

In 2014 kwamen 50.831 vluchtelingen via Turkije Griekenland binnen, dubbel zoveel als het jaar voordien. De meesten arriveren via smokkelaars per boot uit Turkije omdat daar geen visumplicht geldt voor landen in Noord-Afrika en het Midden-Oosten. Humanitaire organisaties en de regering in Athene trekken al lange tijd aan de alarmbel omdat de Grieken de enorme instroom van vluchtelingen niet meer aankunnen. Athene vindt dat Europa meer moet bijdragen aan de opvang en verdeling van migranten en dat het niet alleen de verantwoordelijkheid is van het land waar vluchtelingen binnenkomen, zoals in de Dublin 2-regels is vastgelegd. In Europa moet je asiel aanvragen in het land van aankomst, Griekenland wil daar vanaf.

De rest van Europa is er bepaald niet gerust op. Toen enkele Griekse ministers er onlangs mee dreigden honderdduizenden vluchtelingen – ‘onder wie ook IS-strijders’ – naar de rest van Europa door te sluizen, was de verontwaardiging groot. De uitspraken werden door premier Tsipras meteen afgedaan als onzin, maar intussen houdt de Europese Commissie het Griekse migratiebeleid nauwlettend in de gaten. Bedoeling is dat de oude detentiecentra, bekend om de barslechte omstandigheden, op den duur worden gesloten. Voor het eerst is er een staatssecretaris voor Migratie aangesteld, de mensenrechtenactiviste Tasia Christodoulopoulou. Ze wil het hek aan de Europese buitengrens tussen Griekenland en Turkije openbreken voor vluchtelingen die willen doorreizen naar Europa.

Michelle Oliver en haar collega’s zijn er niet van onder de indruk. ‘De regering bedoelt het goed, maar het vluchtelingenprobleem groeit Griekenland boven het hoofd’, oordeelt Maria Galinou. Ze is officier bij het Leger des Heils en bekend bij de migranten als een gedreven tante die voor niets en niemand bang is. Toen ze op een dag zag hoe een arme migrant zijn wekelijkse beschermingsgeld moest betalen aan een duistere afperser, zat ze de week erop klaar in een grote auto aan het begin van de straat. Op het moment dat de man zijn centen kwam innen, stoof ze met gierende banden voorbij om vervolgens uit te stappen en de verbouwereerde afperser in te peperen dat hij het niet meer moest wagen ooit nog terug te komen. Maria zette in 2007 samen met echtgenoot Polis Pantelidis een afdeling van het Leger des Heils op in Griekenland. Negentig procent van hun werk bestaat uit de zorg voor vluchtelingen:

‘Het merendeel wil niet in Griekenland blijven en vraagt geen asiel aan. Ze beschouwen dit land als ‘parkeerplaats voor Europa’. Omdat er geen werk is, willen ze zo snel mogelijk door naar rijkere Eurolanden. Maar veel mensen zitten vast: ze krijgen een tijdelijke verblijfsvergunning, maar daar zijn ze verder niets mee. Ze mogen niet werken en ze kunnen ook het land niet verlaten. Door dit beleid worden ze regelrecht in de handen van smokkelaars geduwd.’

In Athene zijn drie wijken berucht om het enorme aantal vluchtelingen: Agia Panteleimonas, waar het kantoor van het Leger des Heils is gevestigd, Kypseli, buurt van premier Tsipras, en het Omoniaplein, hartje stad. Sinds het nieuwe migrantenbeleid van kracht is, worden bijna dagelijks vluchtelingen vrijgelaten uit detentiecentra, waaronder Amygdaleza dat het dichtste bij ligt. Volgens migratiesecretaris Christodoulopoulou hebben de migranten een huis waar ze naar terug kunnen, maar Maria Galinou zegt dat dit niet klopt. ‘De meesten hebben maanden opgesloten gezeten, soms anderhalf tot twee jaar. De huiseigenaar gaat echt niet zitten wachten tot ze terugkomen. Die verhuurt het aan een ander. De vluchtelingen zijn dus dakloos. Ze worden gedropt en mogen het verder zelf uitzoeken. Soms komen er een paar honderd tegelijk aan, in verschillende bussen. Ze hebben alleen een blauwe plastic tas bij zich met wat spullen, verder niets. Omonia zit vol wanhopige vluchtelingen. Op zoek naar een slaapplaats, naar geld, naar eten. Er hangen criminele bendes rond, drugsverslaafden, het stikt van de bordelen. Alle vormen van uitbuiting en misbruik die je maar kan bedenken vind je daar. Het is ook een broeiplaats van ziektes als hiv en hepatitis. Ik was er onlangs met Dokters van de Wereld. Die stonden met de handen in het haar. Ze kunnen onmogelijk zo veel mensen tegelijk behandelen, zeiden ze.’

Galinou leidt een programma voor slachtoffers van mensenhandel: ‘Door de armoede doen mensen rare dingen. Ik ken vrouwen die hun baby direct na de geboorte hebben afgestaan. Ze werkten op straat. Ze vertelden me dat ze tijdens de zwangerschap 2000 euro ontvingen, na de bevalling kregen ze nog eens 23.000 euro. Het ging om een Afrikaanse, een Griekse en een vrouw uit Centraal-Azië. De baby’s worden geadopteerd, verder hebben we er het raden naar. Jongeren zijn dan weer vatbaar voor prostitutie en orgaanhandel. Smokkelaars vragen gemiddeld 5000 tot 10.000 euro om van hier naar Europa te gaan. Een aantal Afrikaanse en Syrische jongeren overweegt serieus een nier te verkopen om weg te kunnen. Ook voor de kinderen is de situatie ronduit schrijnend. Honderden, zelfs duizenden kinderen groeien op in de souterrains van de stad. In het donker. Ze horen constant dat ze niet naar buiten mogen omdat ze dan worden opgepakt door de politie. Een aantal gaat niet naar school. Ze hangen rond, spelen nauwelijks en groeien op met een gevoel van frustratie en angst voor de overheid. Die angst vertaalt zich in haat als ze groter worden. Wat zal er van al die kinderen worden? Een deel daarvan komt straks ook in de rest van Europa terecht, het is niet alleen ons probleem meer. Ik maak me grote zorgen om de toekomst, er is geen licht aan het einde van de tunnel. De stroom vluchtelingen is eindeloos. Alleen met hulp van de VN kunnen we het grondig aanpakken. Het is een tikkende tijdbom, geloof me. Dit kan niet blijven duren.’

Buitengrens openbreken

Wie het terrein van detentiecentrum Amygdaleza op wil, moet tien dagen wachten op toestemming. Het centrum werd ettelijke malen door Europa aangeklaagd vanwege de onmenselijke omstandigheden waarin de vluchtelingen moeten verblijven. De Grieken willen daar zo min mogelijk aan herinnerd worden, ze vestigen de aandacht liever op de plannen voor de bouw van nieuwe, meer humane opvangcentra. Alleen zijn die er nog niet, het blijft tot nu toe bij plannen.

‘Pas in juni krijgen we geld van Europa voor de opvang van vluchtelingen’, zegt staatssecretaris voor Migratie Tasia Christodoulopoulou. ‘Als dat binnen is en de plannen zijn goedgekeurd, kunnen we in september beginnen met huisvesting. Sommige detentiecentra zullen we ombouwen tot open centra of opvangplekken voor minderjarige vluchtelingen zonder begeleiding. Wat we met Amygdaleza zullen aanvangen, weten we nog niet. Probleem is dat het een grootschalig centrum is. Daar willen we nu net vanaf. De centra zijn gebouwd met Europees geld. Om ze om te vormen, moeten we ook overleggen met Europa.’

Ook Christodoulopoulou doet de dreigementen over het doorsluizen van honderdduizenden vluchtelingen af als ‘persoonlijke meningen, geen realiteit’. De Europese Commissie heeft tot 440 miljoen euro gereserveerd voor de opvang (tot 2020) van vluchtelingen in Griekenland. Mocht de Griekse regering toch massaal reispapieren geven aan migranten, dan kan het land daarvoor beboet worden. En in geval van een Grexit staan de Grieken er alleen voor met hun vluchtelingen. ‘We zijn niet van plan de afspraken met Europa te schenden op het vlak van het vluchtelingenbeleid’, benadrukt Christodoulopoulou. ‘Maar we willen wel meer samenwerking, het kan niet langer alleen onze verantwoordelijkheid zijn. Vluchtelingen in Griekenland zouden over verschillende Europese landen verdeeld moeten worden. Ik pleit ook voor open grenzen. Ik wil het hek aan de grens met Turkije inderdaad openbreken. Nu, de natuur heeft een handje geholpen. Door de overstromingen zijn delen van het hek vernield, daar kunnen mensen dus al door.’

Trots volk

Zeker tachtig procent van de vluchtelingen in Griekenland gebruikt het land als transit. Vroeg of laat komen ze in West-Europa terecht. De favoriete landen zijn Zweden, Denemarken en Duitsland, weet lesgever Achilleas. Hij geeft Engels en Grieks aan migranten in Athene, maar de vraag naar Engelse les is veel groter. Van de ruim twintig leerlingen die vanavond in zijn klas zitten, zijn er twee die in Griekenland willen blijven; twee zusjes uit Albanië van tien en zeventien jaar die met hun ouders zijn meegekomen. De rest hoopt naar België, Nederland, Duitsland en Engeland te vertrekken, vertellen ze met hulp van Achilleas. De meesten spreken niet meer dan een paar woorden Engels en zitten er nogal verdwaasd bij. Pas als Achilleas ze aan het zingen krijgt, komen ze een beetje los. ‘In juni treden we met de klas op tijdens een antiracismefestival’, legt Achilleas uit. ‘De leerlingen mochten zelf bepalen welke nummers ze wilden brengen, voorwaarde is dat het in het Engels moet. Ze kozen voor We Are The World van Michael Jackson.’ Achilleas grijnst: ‘Van mij had het wat revolutionairder gemogen, maar zij hebben de keus.’ Dus zet hij vol verve de tekst in. Een jongetje uit Bangladesh komt erbij zitten met een kindergitaar die verschrikkelijk vals klinkt, maar daar maalt niemand om. En zo komt het dat na een aantal keren herhalen zelfs de boomlange nors kijkende Afrikaanse mannen en de twee dodelijk beschaamde Afghanen in de klas de kleverige woorden van Michael Jackson meezingen en er nog lol in schijnen te hebben ook. ‘Het gaat niet eens zozeer om de taal’, zegt Achilleas na afloop. ‘Ontspanning en een beetje hoop komen op de eerste plaats. Wat de redenen ook zijn dat mensen hier zijn beland, ze willen allemaal op zoek naar een beter leven. Van mij mogen ze best in Griekenland blijven. Maar ik begrijp dat ze niet willen.’

Michelle Oliver van het Leger des Heils bevestigt dat: ‘Ga ’s avonds maar eens de straat op in bepaalde wijken, dan snap je waarom. Na elf uur, bedoel ik. Dan komen ook de Grieken buiten die het zwaarst zijn getroffen door de crisis. Ze doorzoeken de vuilbakken op zoek naar eten. Wie overdag in Athene rondloopt, krijgt het idee dat het allemaal best meevalt met de crisis. Grieken zijn een trots volk, ze vallen bij wijze van spreken nog liever dood dan dat ze hun armoede tonen. Dus komen ze buiten als niemand ze ziet. Tel daar alle vluchtelingen bij op en je weet genoeg. Wij Grieken zijn gastvrij van nature. We willen de vluchtelingen graag helpen en onderdak bieden. Maar de omstandigheden hebben veel mensen richting radicaal rechts geduwd. De linkse regering zorgt in elk geval voor een frisse wind, al moet nog blijken wat ze kunnen waarmaken.’

Vluchten voor legerdienst

Vluchtelingen die het zich kunnen veroorloven, schaffen een vals paspoort aan, voor 500 à 700 euro. Sommigen komen ermee weg op de luchthaven en vliegen rechtstreeks naar West-Europa. Anderen proberen het via de binnengrenzen, door het omkopen van de grenspolitie. De meesten verlaten Griekenland echter per boot, richting Italië. Smokkelaars doen gouden zaken. We horen over bedragen van 100.000 euro per dag. De vluchtelingen worden op een boot gezet en moeten die zelf besturen. Op die manier blijven de smokkelaars buiten schot. In Griekenland riskeren ze levenslang, als het tot een veroordeling komt. Wat zelden gebeurt. De verhalen over misbruik zijn talrijk. Vaak geven vluchtelingen een paar duizend euro aan een smokkelaar en moeten vervolgens afwachten. Plots krijgen ze te horen dat de smokkelaar hun geld domweg verloren heeft. De enige manier om alsnog weg te raken, is opnieuw betalen of te wachten tot ze op legale wijze naar Europa kunnen. Het overkwam Karam Kaddour. Hij vluchtte in 2012 uit Salamiyah, in de buurt van Hama in Syrië. Via een smokkelaar kon hij voor 2500 euro met een bootje naar een Grieks eiland.

‘Ik verloor mijn huis en mijn baan op dezelfde dag. Ik studeerde Duits in Damascus en kluste bij in een kledingzaak, in de Palestijnse wijk. Er braken regelmatig rellen uit tussen de rebellen en het regime. Dan werd de straat afgesloten maar na een paar uur konden we telkens terug. Tot die bewuste dag. Ik moest vertrekken en niet meer terugkomen, werd ik gewaarschuwd. De buurt zou gesloten worden. Ik ging terug naar mijn ouders. Het conflict speelde zich vijf kilometer verder af, relatief gezien was het veilig. Maar er was geen water, geen elektriciteit en ik had niets omhanden. Bovendien bevond ik me in een lastig parket want ik moest mijn legerdienst vervullen. Dat wilde ik niet. Ik ga mijn eigen landgenoten niet vermoorden. Ik heb me negen maanden lang verstopt. Toen besloot ik naar Turkije te vluchten. Via Ankara ben ik met een smokkelaar meegegaan naar de kust. Er lag een rubberen boot klaar, van ongeveer zes meter. Wij waren met 38 man, 34 Syriërs en 3 Tunesiërs. Een van de Tunesiërs bestuurde de boot. Hij was zo stoned als iets, maar het lukte, al moesten we regelmatig met onze schoenen water uit de boot scheppen. Na ruim twaalf uur kwamen we in Griekenland aan. De euforie was enorm. We leefden nog en we waren in Europa, dat was alles wat telde. Uiteindelijk zijn we in Athene beland. Als ik naar Duitsland wilde, moest ik nog eens 2500 euro betalen, zei de smokkelaar die ons naar Griekenland had gebracht. Hij had nog 1000 euro over van de 2500 die ik al betaald had. Na maanden stond hij voor mijn deur en beweerde dat hij mijn geld kwijt was. Al die tijd had hij erop aangedrongen dat ik nauwelijks buiten kwam, wilde ik niet gearresteerd worden. Het was dan nog een Syriër ook, iemand uit hetzelfde stadje als mijn ouders. Later hoorde ik dat hij hetzelfde kunstje bij een heleboel anderen had geflikt.’

Karam heeft inmiddels asiel gekregen en wacht nu op zijn paspoort. Daarna wil hij naar zijn verloofde in Engeland. ‘Maar ik durf niets te plannen, ik wil niet opnieuw alle hoop verliezen. Ik leef van dag tot dag, zoals de meeste Syriërs hier.’ Hij is even stil, denkt na voordat hij opnieuw spreekt. ‘De laatste jaren heeft de pers het alleen nog over aantallen als het om Syriërs gaat. Maar we zijn geen nummers, geen aantallen, geen criminelen. We zijn nog altijd mensen. Met verwachtingen, met dromen, met vervelende en mooie kanten. Ménsen. Dat is wat ze in Europa niet mogen vergeten.’

DOOR JOANIE DE RIJKE FOTO’S BRADLEY SECKER

‘In sommige wijken hangen criminele bendes rond en drugsverslaafden. Het stikt er van de bordelen. Alle vormen van uitbuiting en misbruik die je maar kunt bedenken, vind je daar.’

Smokkelaars doen gouden zaken. We horen over bedragen van 100.000 euro per dag.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content