Nieuwe horizonten
Abstract concreet, de ‘calvinistische fotografie’ van Jan Dibbets.
Hij noemt zich ‘modern ouderwets’, is een meester uit Nederland en reduceert de dingen tot hun essentie. Met dank aan Pieter Saenredam (17e eeuw) en Piet Mondriaan (eerste helft 20e eeuw). Hoe Saenredam de architectonische geledingen in bijna lege kerken articuleerde, in een lichtbad van bleke tinten. Hoe Mondriaan verder ging, door te verzaken aan diepte en architectuur; hij ontwierp rasters met geledingen die hij selectief opvulde met kleur. Geometrische abstractie, met een spoor van stoffelijkheid, uitgestreken verf. Het schilderij als een georganiseerd vlak. Een vlak zonder lijst, zodat de zwarte structuurlijnen van het raster lijken door te lopen buiten het vlak. Zo maakt het een verbinding met de ruimte van de kijker – terwijl Saenredam ons precies binnen de ruimte van het schilderij trekt, de kerk.
Zoals bij Mondriaan lopen de lijnen van Jan Dibbets (°1941) onzichtbaar verder dan de vlakken waarin hij ze getrokken heeft. Dan gaat het nogal eens om de lijn aan de horizon van een stuk grasland of van de zee. Horizonlijnen lopen altijd door, of je ze nu ziet of niet. Voor zover de blik ze kan volgen, zijn ze natuurlijk niet abstract – eigenlijk zijn ze zo concreet als een kerkgewelf bij Saenredam. Temeer omdat Jan Dibbets ze niet geschilderd maar gefotografeerd heeft. Zo is hij niet alleen ‘modern ouderwets’ maar ook ‘abstract concreet’. Als een speelvogel maakt hij geometrische composities met stukken gefotografeerd grasland en zee, inclusief hun horizonlijnen. De serialiteit, eigen aan de fotografie, dient hem daarbij als constructieprincipe. Dat geeft zijn composities ook het aspect van een zich langzaam ontwikkelende beweging.
Serialiteit levert ook de structuur voor de fotomontages waarin het verloop van het licht tijdens de kortste dag van het jaar op een bepaalde plaats is vastgelegd. Licht is in principe een abstract begrip, dat bij Dibbets iets verwerft van de concreetheid van de gelede ramen waarachter het werd gefotografeerd. Linker wordt het wanneer niet het daglicht maar de sluitertijd een artificieel dagverloop nabootst – met een compleet wit beeld bij de snelste, een compleet zwart bij de traagste sluitertijd.
Zelfs een zelfverklaard beoefenaar van ‘calvinistische fotografie’ maakt erg esthetische dingen: binnen een getrokken cirkel op een monochroom (geschilderd?) vlak bezet een gefotografeerde cupola in de vorm van een ellips het centrum van het beeld. Een complexe, adembenemende beweging ontstaat wanneer vijf cupola-ellipsen op monochrome velden elkaar opvolgen. De blik wordt, als bij Saenredam, de illusionistische beeldruimte binnengeloodst. Maar even snel schiet hij er langs de cupola weer doorheen, als door een gat in het beeld. En verliest zich in de lucht, tussen lichtgrijs en blauw.
TOT 15 MEI IN CC STROMBEEK, TOT 15 JUNI IN CC MECHELEN, TOT 5 JUNI IN WHITE-OUT STUDIO KNOKKE-HEIST.
Jan Braet