De ‘promotie’ van Steven Vanackere (CD&V) maakt pijnlijk duidelijk dat de Vlaamse regering nog altijd niet voor vol wordt aangezien.

Alle Vlaamse partijen willen dringend meer bevoegdheden naar Vlaanderen overhevelen. Dus moet Vlaanderen bewijzen dat het wat het zelf doet ook beter doet. Een grote uitdaging, waarvoor het kruim van de Vlaamse politici naar de Vlaamse regering wordt gestuurd. Dat zou je toch denken. In de praktijk wordt de Vlaamse regering echter nog altijd als opstapje naar de échte politiek beschouwd. Veel politici halen haast openlijk hun neus op voor het regionale bestuursniveau. Zodra ze de kans schoon zien, zetten ze het op een lopen richting federale regering.

Zelfs Vlaamse regeringsleiders gaan er geregeld vandoor. Zo stapte Patrick Dewael (Open VLD) in 2003 naar de federale regering over. Vier jaar lang had hij een behoorlijk sterke paars-groene ploeg geleid, maar uiteindelijk speelde hij toch liever tweede viool in de federale regering. In die periode was het Martelaarsplein een echte duiventil. Vlaamse excellenties vertrokken zonder pardon naar het federale niveau telkens als de regering-Verhofstadt versterking nodig had, terwijl af en toe een federale minister op strafexpeditie naar de Vlaamse regering werd gestuurd. Gevolg: op sommige departementen, waaronder huisvesting, werden zo veel wissels doorgevoerd dat er van een coherent beleid geen sprake meer was.

Toen Yves Leterme (CD&V) in 2004 Vlaams minister-president werd, leek het tij gekeerd. Was CD&V niet de kartelpartner van de N-VA? Droegen de christendemocraten hun Vlaamse identiteit niet opvallend hoog in het vaandel? Daar leek het wel even op. Tot de eerste federale kiescampagne werd opgestart. Leterme en Vlaams minister van Welzijn Inge Vervotte kondigden met veel bombarie aan dat ze naar de federale regering zouden overstappen omdat ze daar meer voor Vlaanderen konden doen. Anderhalf jaar later zijn ze er nog niet in geslaagd ook maar één domein te regionaliseren en zijn ze zelfs allebei minister af. En nu is dus ook Vervottes opvolger Steven Vanackere naar de federale regering geroepen.

Al die wissels hebben het Vlaamse bestuursniveau verzwakt en bijwijlen zelfs helemaal verlamd. In het parlement zitten heel wat overtuigde, hardwerkende politici, die echt iets van het Vlaamse niveau proberen te maken. Maar anderen noemen die assemblee spottend ‘een veilige thuishaven voor softies en vrouwen’. Zo wilden stemmentrekkers als Jean-Marie Dedecker (LDD) en Etienne Schouppe (CD&V) destijds alleen naar het Vlaams Parlement verkassen op voorwaarde dat ze ook als gemeenschapssenator werden aan-geduid.

Het gevaar bestaat dus dat er alleen nog een Vlaamse B-ploeg rest tegen de tijd dat er echt nieuwe stappen worden gezet in de staatshervorming en een hele resem bevoegdheden wordt geregionaliseerd. Al zullen nogal wat federale toppolitici dan wellicht niet weten hoe snel ze hun overplaatsing naar de Vlaamse regering moeten aanvragen.

door Ann Peuteman

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content