‘Mijn stijl is niet sexy. Maar dat kan mij geen fluit schelen’
Anderhalf jaar is John Crombez alweer voorzitter van de SP.A. Over rozen liep zijn pad niet bepaald: in Gent, Hasselt en Antwerpen had de voorzitter interne brandjes te blussen. Maar hij vindt nog voldoende tijd om zich op te winden over het beleid van de regering-Michel. ‘Deze regering trekt schaamteloos de kaart van de rijken.’
De SP.A is niet meer wat ze geweest is. In haar kantoren aan de Brusselse Grasmarkt – die rond de eeuwwisseling, onder Patrick Janssens, doorgingen voor ‘hip’ en ‘lofty’ – werkt het volledige partijkader vandaag aan één, weliswaar immense tafel. Woordvoerders, de mensen van de studiedienst, voorzitter John Crombez: allemaal zitten ze de hele dag schouder aan schouder. ‘Als de socialisten weer met gezag willen spreken, zullen ze, zoals Frank Vandenbroucke al zei, weer “open en sober” moeten zijn. Ik ben het daar voor honderd procent mee eens’, zal de voorzitter tijdens het interview zeggen. Tegelijk is hij geïrriteerd als we nog maar eens naar oud-SP.A-coryfee Luc Van den Bossche informeren. En nog voor onze recorder draait, is econoom Geert Noels al kop van Jut.
John Crombez, gedecideerd: ‘De nieuwsdienst van de VRT heeft al twee keer een man die door de N-VA wordt betaald opgevoerd als onafhankelijk expert. Hij mocht lovende commentaar komen geven op het beleid van de N-VA-minister die hij zelf heeft geadviseerd.’
Econopolis, het bedrijf van Geert Noels, wordt door de FOD Financiën betaald en niet door de N-VA of Johan Van Overtveldt. U bent zelf ook staatssecretaris voor Fraudebestrijding geweest: toen zei u toch ook niet dat wie onderzoekcontracten van uw administratie kreeg automatisch op de SP.A-payroll stond?
JOHN CROMBEZ: Het staat op papier: Noels werkt niet voor de FOD, hij geeft rechtstreeks advies aan het kabinet-Van Overtveldt. Als hij inderdaad door de FOD Financiën wordt betaald, heb ik daar een groot probleem mee en dan zullen we dat in het parlement ter sprake brengen. Dat zou betekenen dat de begrotingsregels niet worden gerespecteerd. Ik heb er geen probleem mee dat een minister een expert in de arm neemt. Het moet alleen transparant gebeuren. Wie voor een kabinet werkt, wordt door dat kabinet betaald.
Stoort Geert Noels u niet omdat hij voortdurend uw kritiek weerlegt op het sociaaleconomische beleid van de regering-Michel? Als oppositiepartij is dat ook uw eerste focus.
CROMBEZ: Ook veiligheid staat hoog op onze prioriteitenlijst. Maar het klopt dat we streng zijn voor wat de regering aanricht op sociaaleconomisch vlak. Elke dag wordt duidelijker dat deze regering aan de rit is begonnen zonder duidelijk akkoord over de hervormingen. Daardoor hebben haar leden om de paar weken ruzie. Intussen nemen de problemen toe. De CD&V’ers Wouter Beke en Eric Van Rompuy hebben het vorige week nog gezegd, met de recentste berekeningen van de Nationale Bank in de hand: er dreigt nog een nieuw tekort van 6,5 miljard euro. De taxshift is nog altijd niet gefinancierd.
Het regeerakkoord is volgens u niet goed onderhandeld, en dat is de oorzaak van alle ruzies?
CROMBEZ: De regering-Michel is een onuitgegeven kabinet, met mensen aan tafel die elkaar niet echt kenden en dus ook niet vertrouwen. Zeker met zo’n samenstelling moeten de belangrijke afspraken vooraf tot in detail op papier staan. Een regering die dat niet doet, komt van de regen in de drup. Dan krijgen we situaties waarin N-VA-voorzitter Bart De Wever verklaart dat alleen in de sociale zekerheid nog geld te rapen valt, en de CD&V meteen laat weten dat dat niet waar zal zijn. En uiteindelijk komt er toch opnieuw een besparing van anderhalf miljard euro in de sociale zekerheid.
Johan Van Overtveldt heeft gezegd dat er een systeemfout zit in de berekeningen van zijn administratie: die onderschat voortdurend de uitgaven en overschat de inkomsten.
CROMBEZ: Als hij weet dat er iets niet klopt aan die berekening, waarom heeft hij ze dan al vijf keer ter stemming voorgelegd aan het parlement? Van Overtveldt is tenslotte al twee jaar minister van Financiën.
Misschien is hij nu pas zeker van zijn stuk?
CROMBEZ: Dat is niet waar. Toen hij nog journalist was bij Trends heeft Van Overtveldt mij over dat onderwerp geïnterviewd. Een jaar of vijf geleden heb ik hem al uitgelegd dat de basisraming van de FOD Financiën een econometrische vergelijking is die dringend verbeterd moet worden. Maar dat ontslaat geen enkele minister van Financiën van de plicht het juiste cijfer aan het parlement voor te leggen. Tot die raming behoren namelijk de accijnzen, de btw, de bedrijfsvoorheffing: al die bedragen kloppen nooit bij Van Overtveldt. Hij heeft nog geen enkele doelstelling gehaald. De Kaaimantaks (waarmee de fiscus sinds dit jaar vermogens kan belasten die tot nu toe niet of te weinig belast konden worden, nvdr.) staat bijvoorbeeld voor 460 miljoen euro in de begroting ingeschreven, maar Van Overtveldt komt met moeite aan 40 miljoen. Uit de nota van de kasontvangsten bleek dat hij eind augustus al 3 miljard euro achterlag met de inkomsten. 3 miljard! Deze regering heeft een dik probleem. En dan zegt de N-VA dat er dan maar meer bespaard moet worden op de uitgaven. Je zou bijna denken dat het een bewuste ideologische zet is. De N-VA zorgt ervoor dat de inkomsten tegenvallen: de belastingdruk gaat dus naar beneden, maar als gevolg van het plotse tekort moet er veel meer bespaard worden op de uitgaven.
Blijkbaar botst CD&V-minister van Economie Kris Peeters met zijn meerwaardebelasting op dezelfde liberale partijen die ten tijde van de regering-Di Rupo weigerden groen licht te geven voor de vermogenswinstbelasting. Dat was toen het stokpaardje van de SP.A.
CROMBEZ: Wij hebben toen toch meer gedaan dan alleen maar kniezen, zoals de CD&V vandaag doet. Ik was bevoegd voor fraudebestrijding en heb veel wetten kunnen doorvoeren. Ik heb de betrokken diensten versterkt en extra inkomsten binnengehaald. Dat kun je van Kris Peeters nog niet zeggen. Het is niet omdat je één week je been stijf houdt, zoals hij gedaan heeft tijdens de voorbije begrotingsgesprekken, dat er iets verbetert. Nogmaals: het enige daadwerkelijke resultaat van het ‘verzet’ van Kris Peeters is een forse besparing in de sociale zekerheid.
De regering-Michel trekt schaamteloos de kaart van de rijken. Ze wil zogezegd de middenklasse niet treffen en verhoogt daarom de roerende voorheffing in plaats van de meerwaarde op aandelen te belasten. Daardoor treft ze de middenklasse net wel. De roerende voorheffing is een heffing op inkomens, niet op vermogens. Die belasting valt niet op de superrijken die een aandelenportefeuille beheren. Deze regering beschermt de families Van Damme, de Mévius en de Spoelbergh.
Het imago van de SP.A oppoetsen is geen sinecure. Enerzijds wordt u vereenzelvigd met de vakbonden, de stakingen en met de rellen achteraf. Anderzijds straalt het ‘bankierssocialisme’ van oud-coryfeeën zoals Luc Van den Bossche nog altijd op u af.
CROMBEZ: Wie is daarvoor verantwoordelijk, denkt u? Waarom blijven jullie mij met Luc Van den Bossche bestoken? Toen ik bij de SP.A kwam, was hij er al niet meer bij. Wat heeft de partij nog met die man te maken? Vanwaar die aandrang tot desinformatie?
Uw partij zit nu eenmaal vol familiale dynastieën. De Van den Bossches behoren daartoe.
CROMBEZ: Ik ben vijftien maanden geleden voorzitter geworden – nóg maar vijftien maanden – met de boodschap: ‘Er moet veel veranderen in de SP.A.’ We werken op een andere manier en we organiseren onze besluitvorming fundamenteel anders: van beneden naar boven, met intern debat. Dat is vervelend voor de pers: ik pak niet om de twee weken met een nieuw ideetje uit om mezelf te profileren. Mijn stijl is niet sexy. Maar dat kan mij geen fluit schelen. Ik wil een andere partijcultuur. Als de socialisten weer met gezag willen spreken, zullen ze, zoals Frank Vandenbroucke al zei, weer ‘open en sober’ moeten zijn. Ik ben het daar voor honderd procent mee eens.
Er is een tijd geweest dat te veel belangrijke socialisten bij het bepalen van hun standpunten behept waren met de vraag: ‘Wat zit er voor mij in?’
CROMBEZ: Helaas hebt u geen ongelijk. Door die houding zijn in het verleden te vaak dezelfde mensen op hun post blijven zitten. Ook dat is aan het veranderen: de partij moet een goede mix van oud en jong zijn. Verkozene zijn voor een socialistische partij is geen job voor het leven.
Hebt u dat al tegen Freya Van den Bossche gezegd?
CROMBEZ: Waarom zou ik? Freya is een van onze bezigste parlementsleden. Ze is bijzonder actief rond jeugdzorg.
In het politieke debat laat ze anders zich amper horen.
CROMBEZ: (boos) Wat is dat, ‘het debat’? Het spelletje van ruziemakers die met beledigingen de kranten willen halen? Ik laat de relevantie van het politieke optreden van de SP.A niet meer bepalen door de media. Een goede jeugdzorg is voor mij een ontzettend belangrijk aspect van onze verzorgingsstaat, maar ik moet met lede ogen aanzien dat de pers matig geïnteresseerd was in de dood van een 19-jarige autistische jongen uit Gent, die zijn nood aan hulp meer dan eens had uitgeschreeuwd.
Het lot van Jordy Brouillard heeft toch uitgebreid de media gehaald?
CROMBEZ: Dat is niet zo. Er was beschamend weinig animo om de ware toedracht boven te spitten. De hele zaak is geklasseerd met het verslag van de inspectie, dat vol onwaarheden stond. Niet één medium heeft dat nagelezen of er een zaak van gemaakt. Het is mijn recht als burger van dit land om te vinden dat de media daar absoluut niet genoeg mee hebben gedaan, toch?
Waarvan akte. Terug naar uw partij. Met uw cumulverbod dwingt u bekende namen zoals Renaat Landuyt, Hans Bonte en Peter Vanvelthoven te kiezen tussen hun stad of het parlement. Vanvelthoven kiest voor Lommel, maar van harte is het niet.
CROMBEZ: Dat kan, want ik heb hem nog niet gesproken over zijn toekomst. Kijk, ik doe wat ik meen te moeten doen in het belang van de partij, en ik besef goed dat mijn hervormingen voor sommige SP.A’ers onrechtvaardig overkomen. Peter is een van onze beste burgemeesters en onze ijverigste parlementsleden, dus natuurlijk is het voor hem niet fijn dat ook hij door het cumulverbod getroffen wordt. Maar dat hij zich niet gelukkig zou voelen, is van ondergeschikt belang aan het feit dat de partij dringend moet veranderen. Door de uitgelopen voorzittersverkiezingen kon ik pas in de zomer van 2015 aan de slag. Dan is het kort dag om al tegen 2018 klaar te staan.
Hoe is uw relatie met Bruno Tobback?
CROMBEZ: Goed. Ze is natuurlijk wel veranderd, want ik bezet nu de functie die vroeger van hem was. Vorige week heeft Bruno in De Afspraak een uitstekende beurt gemaakt in het debat over CETA, en ik heb hem daar ook voor gefeliciteerd. Hij stuurde een smiley terug.
En verder is het natuurlijk een goede zaak dat er mensen van het toneel verdwijnen en er nieuwe gezichten in de plaats komen. We hebben Meryame Kitir gekozen als fractieleider in de Kamer. Er werd aan haar getwijfeld toen ik haar naar voren schoof, maar intussen ziet iedereen dat ze het fantastisch doet.
Alles wat fout loopt in Europa, van de migratieproblemen tot de kwakkelende economie, is volgens uw tegenstanders de schuld van links. Net als Margaret Thatcher vóór hem heeft Bart De Wever van ‘socialisme’ een scheldwoord gemaakt.
CROMBEZ: ‘Socialisten’ zijn inderdaad de disclaimer voor alle problemen. Daarom is het ook een belangrijke opdracht voor ons om dat discours te keren. Sinds twee jaar is de N-VA de leidende partij van de Vlaamse en de federale regering, en voortdurend gaat het erover dat zij een eind zal maken aan ‘het profitariaat’. De Open VLD gaat daarin mee. Op den duur denken de mensen dat hun leven erop achteruit is gegaan door de aanwezigheid van allochtonen, vluchtelingen en steunzoekers allerhande, en dat dat allemaal de schuld is van de socialisten. Dat is volstrekte onzin. De socialisten hebben zich juist krom gewerkt om het vermeende ‘profitariaat’ aan het werk te krijgen. Het was de socialist Frank Vandenbroucke die jonge schoolverlaters verplichtte om beschikbaar te zijn voor de arbeidsmarkt, met bijbehorende controles en schorsingen. Maar hoeveel mensen weten dat nog?
Hebt u uw partij geen oneer aangedaan met uw interview in De Standaard waarin u links verweet ‘veel te soft’ te zijn over migratie?
CROMBEZ:(zwijgt) Ik wilde dat interview geven, en ik wist dat wat ik wilde zeggen gevoelig lag. Dan moet je ermee kunnen leven dat de redactie bepaalde stukken van zinnen extra onder de aandacht brengt. De citaten waarover er ophef is geweest, stonden op de voorpagina. Maar wat ik in het interview met de nodige nuances heb gezegd, is dat we uit angst om te veralgemenen de dialoog met de mensen in de wijken niet meer durfden aan te gaan.
Progressief Vlaanderen heeft de problemen toch benoemd, zelfs in krasse bewoordingen? Louis Tobback vergeleek asielzoekers met ‘meeuwen op een stort’, en Yves Desmet had het over ‘kut-Marokkaantjes’.
CROMBEZ: We zagen de problemen wel degelijk, en we hebben ze ook aangepakt. Johan Vande Lanotte heeft de vluchtelingencrisis na de Balkanoorlog in goede banen geleid. Frank Vandenbroucke was de eerste om jongeren van vreemde origine en zonder diploma toch aan het werk te krijgen. Het punt is dat niemand dat weet omdat we het nooit hebben uitgelegd in de wijken.
Het gaat over het interview waarin u zegt dat de problemen over migratie werden verbloemd. Nu geeft u een andere uitleg.
CROMBEZ: Dat is niet waar. Ik zeg exact hetzelfde als toen.
U zei ook: ‘Veel linkse mensen zijn de toon kotsbeu waarmee jonge moslims verkondigen wat hier de norm moet zijn.’ Staat u daar nog achter?
CROMBEZ: Ja. Net zoals ik ook heb uitgelegd dat men moet ophouden met alle moslims over dezelfde kam te scheren, en dat veel jonge moslims allang moderne Vlamingen zijn. Maar helaas is het ook zo dat steeds meer linkse Vlamingen steeds wantrouwiger staan tegenover moslims en de islam. Dat is een probleem van de linkerzijde, en dus heb ik dat ook zo benoemd.
In interviews in Knack en De Morgen zeiden Hans Bonte en Yasmine Kherbache dat het niet klopt dat links te lang de kop in het zand heeft gestoken.
CROMBEZ: Ik ben niet alleen de voorzitter van de SP.A-parlementsleden en van de socialistische verkozenen. Toen ik voorzitter werd, heb ik ontslag genomen uit het Vlaams Parlement, juist om veel in contact te kunnen staan met mijn achterban en met onze leden. Ik weet wat er aan de basis leeft, en wat onze mensen denken.
Werkende mensen met een bescheiden inkomen en een wantrouwige blik naar moslims: het is niet alleen het kiespubliek van uw partij, maar ook van extreemrechtse partijen zoals het Front National en Vlaams Belang. Vandaar dat extreemrechts uitpakt met de verdediging van de sociale belangen van het ‘eigen volk’.
CROMBEZ: Wat is dat, het ‘sociale karakter’ van extreemrechts? Als een Vlaamse gemeente onderdak geeft aan een minderjarige op de vlucht voor de oorlog, komt Vlaams Belang meteen op straat. Daar eindigt elke vergelijking met ons. Ik heb wel vastgesteld dat veel gewone mensen zich de voorbije decennia totaal in de steek gelaten voelden door partijen als de onze. De gewone man draagt de gevolgen van de globalisering, maar hij voelt zich niet meer vertegenwoordigd door de sociaaldemocratie. Dat zag je ook weer met de ratificatie van CETA. De meeste Europese sociaaldemocratische leiders zeiden tegen hun achterban: ‘Zwijgen, gehoorzamen en ondergaan.’
Het zijn goede tijden voor het socialisme, maar het ziet er slecht uit voor de sociaaldemocratie. En dat is uw probleem, want u bent een sociaaldemocraat die weer socialistischer wil zijn.
CROMBEZ: Ik verwijs liever naar Podemos (de Spaanse radicaal-linkse partij, nvdr.) dan naar andere sociaaldemocratische partijen. Ik geloof in het organisatiemodel van Podemos: politici moeten de partijhoofdkwartieren uit en weer de wijken in, en daar horen wat er echt leeft. Socialisten zijn geen deel meer van het establishment, die boodschap heb ik op ons congres sterk benadrukt. Het probleem van de SP.A en vroeger van de SP is dat bij botsingen tussen de basis en de top die laatste nooit een reden zag om zelf te veranderen. De basis had één opdracht: de top volgen. Maar de tijd is voorbij dat het establishment eigenmachtig de lakens uitdeelt. Dat heeft Paul Magnette aan de Europese Unie duidelijk gemaakt, en het kan ook niet meer intern in partijen zoals de SP.A.
U hebt toch ook altijd tot het establishment van uw partij behoord? U werd al snel kabinetschef van de vicepremiers Johan Vande Lanotte en Freya Van den Bossche. Achter de schermen zette u de bakens uit.
CROMBEZ: Ik ben de zoon van de werknemer van een kleine scheepswerf die nadien vrijwilligerswerk heeft gedaan met gehandicapten en in vierdewereldorganisaties. Dát heeft mij gemaakt tot de politicus die ik nu ben.
Vandaar ook dat de SP.A onder uw hoede opnieuw betere relaties onderhoudt met de vakbond?
CROMBEZ: Zeker, en ook met de ziekenfondsen. Onze partij heeft heel lang de Derde Weg bewandeld. Jarenlang hielden we een koers aan die ons niet alleen vervreemdde van onze eigen leden, maar ook van de andere organisaties van de Socialistische Gemeenschappelijke Actie.
Als u zich met de vakbonden vereenzelvigt, zou u zich weleens van veel kiezers kunnen vervreemden. Er lijkt een zware clash in de maak over de ‘minimale dienstverlening bij stakingen’ bij de NMBS en De Lijn. Als het fout gaat, staat het land stil.
CROMBEZ: De vakbonden mogen de ultieme staking aangaan, maar alleen als ze dat om de juiste redenen doen. Vlaanderen is een logistiek land, en toch kosten de files aan onze bedrijven 8 miljard euro. Dan moet het dus ook mogelijk zijn voor de vakbonden om de reizigers, de bevolking en zelfs de bedrijven te mobiliseren voor een betere mobiliteit, voor minder files en voor schone lucht. Als de vakbonden zich beperken tot de strijd voor hun eigen statuut zal het hen niet lukken om de harten van de mensen te veroveren.
Wat vindt u eigenlijk van uw voorzitterschap?
CROMBEZ: Sinds mijn verkiezingscampagne zeg ik dat ik niet alleen de partij wil vernieuwen, maar ook de mensen. Dat gebeurt. De werking is aan het veranderen, de personen, de interne organisatie. Is het allemaal klaar? Nog niet. Jullie mogen dus terecht klagen dat wij in de peilingen nog maar 2 procentpunt boven ons verkiezingsresultaat zitten. Ik zou ook liever hoger staan. Maar je mag van mij niet verwachten dat ik een langetermijnpolitiek voer én dat ik me intussen voortdurend verantwoord omdat de resultaten op de korte termijn nog niet helemaal zichtbaar zijn. We zitten op schema, en er wordt keihard gewerkt. Maar ik geef toe: we zijn er nog niet.
DOOR PETER CASTEELS EN WALTER PAULI, FOTO’S FRANKY VERDICKT
‘Het enige resultaat van het “verzet” van Kris Peeters tijdens de begrotingsgesprekken is een forse besparing in de sociale zekerheid.’
‘De regering-Michel beschermt niet de middenklasse maar de families Van Damme, de Mévius en de Spoelbergh.’
‘Het is een goede zaak dat er bij de SP.A mensen van het toneel verdwijnen en er nieuwe gezichten in de plaats komen.’