Zeven Maastrichtse coffeeshops verhuizen naar de rand van de gemeente. Twee daarvan komen dicht bij de grens te liggen.
Wammes Bos
Vorige week laaide de politieke drugsoorlog tussen Nederland en België weer op met het breed gedragen besluit van de Maastrichtse gemeenteraad om een aantal coffeeshops naar de gemeentelijke buitengebieden te verplaatsen. Premier Guy Verhofstadt (Open VLD) schreef prompt een brief naar zijn Nederlandse collega Jan Peter Balkenende, en dat bleef in Nederland niet onopgemerkt. Maastrichtse persvoorlichters draaiden overuren. Een van de vragen: is dit beleid niet in strijd met het jongste regeerakkoord, zoals Verhofstadt ook schrijft? Daarin staat immers dat ‘coffeeshops in de grensstreek worden tegengegaan’. Maar daar moeten ze in Maastricht een beetje om lachen. De hele gemeente ligt immers in de grensstreek, dus het is maar hoe je dit soort afspraken interpreteert.
Toch heeft CDA-burgemeester Gerd Leers zich opnieuw niet populair gemaakt in zijn eigen partij: er zijn door een CDA-Kamerlid al vragen gesteld aan de regering, precies over die mogelijke strijdigheid met het regeerakkoord. En minister van Justitie Ernst Hirsch Ballin, eveneens CDA, liet aan het persbureau ANP weten dat Maastricht ‘de problemen voor de buurlanden niet moet verergeren’. Hij pleegt overleg met minister van Binnenlandse Zaken Patrick Dewael (Open VLD).
Maastricht heeft onbetwist last van het drugstoerisme uit of via de buurlanden. De voorzitter van de Maastrichtse coffeeshopvereniging Marc Josemans claimt ‘dat Belgen 60 procent van zijn clientèle uitmaken’. Men wil nu zeven coffeeshops uit de drukke (binnen-)stad verplaatsen, zodat de overlast (parkeren, drugsrunners) daar verdwijnt en men de handel beter in de gaten kan houden, zegt gemeentewoordvoerder Math Wijnands. Drie coffeeshops komen in een weiland niet ver van de Maasplassen aan de zuidkant van de stad – een plaats waar België niet over kan klagen: Moelingen en Wezet liggen nog enige kilometers verder. Twee zijn er gepland op een industrieterrein aan de noordkant, eveneens op geruime afstand van de grens. Het enige punt waar wellicht een probleem kan rijzen, ligt aan een noordwestelijke uitvalsweg die enkele honderden meters verder in Smeermaas (gemeente Lanaken) uitmondt. Hier zouden twee shops worden gevestigd.
Zal dat echt zo veel overlast geven? Meer bijvoorbeeld dan een coffeeshop die al ruim vijftien jaar aan een andere verbindingsweg met Smeermaas ligt, en die met dit beleid naar de andere locatie wordt verhuisd? In Lanaken raakt Open VLD-burgemeester Guido Willen merkbaar geïrriteerd door die vraag. ‘Maastricht heeft overlast door die shops en wil ze verplaatsen. Dus men verplaatst de overlast. Moet ik dan aan u gaan bewijzen dat er overlast is?’ aldus Willen. ‘We hebben nu al meer inbraken, en we zijn kennelijk ook een stopplaats waar men zich de drugs toedient, want we vinden vaak naalden.’ Dat de coffeeshops juist géén harddrugs verkopen is hem bekend, ‘maar die mensen willen alles gebruiken’.
Wammes Bos