‘Ja, maar…’
De Marokkanen hebben in een referendum met grote meerderheid ingestemd met een nieuwe grondwet voor meer democratie. Maar jonge betogers morren: de hervormingen gaan voor hen niet ver genoeg.
Een mail van onze chef buitenland: ‘Marokko nodigt u uit om het referendum over de grondwetswijziging van 1 juli bij te wonen.’ De voorbereiding zal helemaal fout lopen. Eerste secretarissen en andere medewerkers van de ambassade in Brussel bellen zich een boksersoor naar Rabat voor een fiat voor een reis voor journalisten. Zonder veel respons. Rabat zwijgt in alle talen.
Tot we op 29 juni kunnen vertrekken. Maar aan de incheckbalie van Air France trekken de stewards grote ogen. ‘U kunt nog niet inchecken, mevrouw. U bent veel te vroeg…’ Het ticket blijkt geboekt op 29 juli in plaats van 29 juni.
Zou Marokko niet erg happig zijn op pottenkijkers?
Vreemd, want de opkomst voor het referendum is met 72,6 procent massaal, en bijna alle Marokkanen – 98,9 procent – hebben met de grondwetswijziging ingestemd. ‘Het referendum was dan ook een prompte reactie van onze hervormingsgezinde koning Mohammed VI op de eisen van de jonge betogers die de afgelopen maanden meermaals op straat kwamen. Zij willen meer democratie en vrijheid, een anticorruptiebeleid, een strikte scheiding der machten en een beter bestuur’, zegt de Marokkaanse ambassadeur in Brussel, Samir Addahre. ‘Bij zijn aantreden in 1999 had koning Mohammed VI al stapsgewijze hervormingen op gang gebracht. Het referendum is daarmee ook het sluitstuk van een lang proces.’
In de nieuwe grondwet wordt de macht van de koning beperkt. De premier krijgt meer bevoegdheden. De koning kan de eerste minister niet langer zelf aanwijzen, maar moet hem kiezen uit de grootst verkozen partij. Evenmin kan hij de lijnen van zijn regering blijven uitzetten, hij is uitsluitend nog de scheidsrechter bij politieke betwistingen. Ook ligt de wetgevende macht voortaan alleen nog bij het parlement.
Tenminste, zo klinkt het officieel. Maar vanuit bepaalde hoeken krijgt de nieuwe grondwet veel kritiek. Sommigen vinden het een flauw afkooksel van de ingrijpende hervormingen die de koning beloofd had bij zijn eerste toespraak op 9 maart. Binnen de nieuwe grondwet blijft de koning oppermachtig, vinden ze. Hij behoudt alle zeggenschap over religie, interne veiligheid, het leger en politiek-strategische keuzes. Hij heeft nog altijd de macht over alle politieke operaties van begin tot eind. ‘De nieuwe grondwet verandert niets aan het zelfbeeld van Mohammed VI als de koning-God’, schrijft het bijzonder kritische en onafhankelijke Marokkaanse weekblad Telquel. ‘De koning geeft de indruk dat hij de sleutels uit handen geeft aan de premier, maar hij houdt een kopie op zak.’
‘De kritiek is bekend’, zegt ambassadeur Addahre, die hem wegwuift als ‘politiek en extreemlinks geïnspireerd’. ‘Een minderheid van de Marokkanen die hard roept, wil het land tot een islamitische republiek omturnen. Maar het moet gezegd: de koning is in Marokko erg geliefd. Niemand vraagt dat hij zou aftreden. Bovendien heeft hij wel degelijk een stap opzij gezet. Hij is niet langer le roi sacré. Dat woord is uit de nieuwe grondwet geschrapt.’
‘De grondwet garandeert ook de vrijheid van godsdienst naast de islam. Daarmee verzekert de koning dat we geen islamitische staat worden. Marokko is een eeuwenoude monarchie met de islam als staatsgodsdienst, en dat wil koning Mohammed VI zo houden, maar dan in een gedemocratiseerde vorm die aan de internationale normen voldoet.’
‘De sleutel voor het succes ligt nu bij de politieke partijen’, aldus nog Addahre. ‘Zij vormen de essentiële factoren voor de hervorming, op voorwaarde dat ze intern een grondige revolutie doorvoeren. Niemand gelooft nog in de politiek, het democratische deficit is gigantisch groot. De jongeren hebben vandaag veel meer vertrouwen in de koning.’
Of de politiek effectief democratiseert, zal moeten blijken. Jonge betogers kondigden alvast nieuwe acties aan. Op 3 juli kwamen ze al massaal op straat.
DOOR INGRID VAN DAELE