Bruno De Cordier
Bruno De Cordier Professor UGent en auteur

De Verenigde Staten willen Iran nog meer isoleren. Volgens politoloog Abdollah Ramezanzadeh is dat niet verstandig. Een gesprek over geopolitiek in de Kaukasus.

HET OFFENSIEF van het Turkse leger in Koerdistan, de Russische oorlog in Tsjetsjenië en de herhaalde pogingen tot staatsgreep in Azerbeidzjan, brachten het schaakspel om de Kaukasische petroleum in een nieuwe faze. Is hiermee een nieuwe versie van “the great game” uit de negentiende eeuw in de maak, en wordt Iran dan de derde hond die het meeste voordeel kan halen uit de gewijzigde geopolitieke toestand in de Kaukasus ? De steeds nijdiger toon van de Verenigde Staten tegen Iran, de groeiende arrogantie en de nucleaire ambities van Teheran, en het Amerikaanse embargo tegen Iran, dat president Bill Clinton onlangs afkondigde en dat dezer dagen van kracht moet worden, wijzen alvast in die richting, al staat nog nergens geschreven wie dat spel zal winnen.

Iran is als centrale verbinding tussen het Arabisch schiereiland en het Indisch subkontinent heel strategisch gelegen. En dat zal het land met zijn lange geschiedenis van bezettingen en steeds wijzigende grenzen geweten hebben. Want ongeacht er nu een sjah dan wel een ayatollah aan de macht is, het blijft een feit dat het door zijn geografische ligging voor de hele regio te belangrijk is om te negeren en te marginalizeren. Dat blijkt duidelijk uit de rol die Iran de laatste jaren speelt in Transkaukasië. Dit gebied dat Azerbeidzjan, Georgië en Armenië omvat heeft uiteindelijk meer gemeenschappelijke geschiedenis met Iran dan met Turkije, Rusland of welk ander land dan ook. De regio behoorde namelijk tussen 1386 en 1828 grotendeels tot Perzië, of viel ten minste onder de invloed van de sjah en zijn satrapen.

“Vandaag mag dat dan niet meer het geval zijn, in brede Iraanse kringen leeft toch nog de gedachte voort dat Transkaukasië tot het natuurlijk hinterland van Iran behoort”, zegt Abdollah Ramezanzadeh, een Iraniër die aan de Leuvense universiteit in de politieke wetenschappen doctoreert. En eigenlijk is dat ook het geval : “Iran heeft niet alleen een grens van meer dan zeshonderd kilometer met Transkaukasië, maar heeft in de nieuwe onafhankelijke staten in dat gebied een aantal heel konkrete geopolitieke belangen die van een heel andere aard zijn dan het voeren van een fundamentalistische kruistocht. “

Om te beginnen, zegt Ramezanzadeh, biedt Iran met zijn lange kustlijn aan de Perzische Golf en de Golf van Oman, een uitgang naar open zee voor de ingesloten Transkaukasische republieken. Maar omgekeerd biedt de Kaukasische grensmuur Iran opnieuw een doorgang tot de handelswegen naar de Krim en het Volgabekken, en dat buiten het grondgebied van rivaal Turkije om. Daar komt dan nog bij dat de etnische mozaïeken van Iran en Transkaukasië elkaar ruim overlappen. In de noordwestelijke provincies leven immers zes miljoen volksazerbeidzjanen, die zowat 27 procent van de Iraanse bevolking vormen. Ze zijn met meer dan in Azerbeidzjan zelf.

– RAMEZANZADEH : De ekonomische en politieke macht in de Iraanse samenleving berust nu juist bij die Azeri’s en de Perzen, die iets meer dan 51 procent van de bevolking uitmaken. Zo is de hoogste leider, ayatollah Ali Khamenei, een Azeri ; net als de minister van Olie en de minister van Justitie. Andere minderheden zoals Koerden en Baloetsjen blijven op dat vlak wat meer in de marge, ondanks de kulturele vrijheid die ze genieten. Ik ben trouwens zelf een Iraanse Koerd. Het Farsi mag dan de officiële taal en de lingua franca van Iran zijn, toch mogen etnische minderheden hun taal vrij gebruiken. Dat is meer dan de Koerden in het zogenaamd demokratische Turkije kunnen zeggen.

Het belang van die etnische faktor is des te groter aangezien Iran een exportgerichte ekonomie heeft, die steunt op de petroleumsektor en de bazari. Dat is een biezonder dynamische klasse van kleine en middelgrote handelaars en ondernemers die vooral bij de Iraanse Azeri’s is ingeplant. En die zijn uiteraard sterk geïnteresseerd in de nieuwe afzetmarkten net over de grens. De bazari droegen er voor een aanzienlijk deel toe bij dat de buitenlandse handel tussen Azerbeidzjan en Iran in 1992 al meer dan een half miljard dollar bedroeg, wat ruim meer is dan die met Turkije, nochtans het land waarvan Azerbeidzjan aanvankelijk alle heil verwachtte.

Om die geopolitieke troeven volledig uit te spelen, richt Teheran zijn regionale diplomatie specifiek op Armenië en Azerbeidzjan, landen die nu al bijna acht jaar oorlog voeren om de enclave Nagorno-Karabach. Dat konflikt bood Iran een unieke kans om zich opnieuw te profileren als regionale macht, of toch zeker een diepe stempel te drukken op de ontwikkelingen in het gebied.

– Begin 1992 slaagde Teheran er in om de strijdende partijen om de tafel te krijgen. Kon het zich daar opwerpen als neutrale bemiddelaar ?

– RAMEZANZADEH : Iran mocht dan wel geen belligerent zijn, het zat onrechtstreeks toch opgescheept met de gevolgen van het konflikt tussen die buurlanden. Tijdens de snelle Armeense opmars naar Nagorno-Karabach, eind 1991, kreeg Iran namelijk te maken met honderdduizenden Azerische en Koerdische vluchtelingen, terwijl het al jaren meer dan twee miljoen vluchtelingen uit Afghanistan en Irak opvangt. De instabiliteit in Transkaukasië blokkeerde ook de Iraanse ambitie om van het gebied opnieuw een ekonomische doorgangsregio te maken.

Daarbij kon de Iraanse diplomatie mee een aantal regelingen uitwerken inzake de opvang van vluchtelingen en uitwisseling van krijgsgevangenen, maar werd ze in haar initiatief internationaal niet gesteund. En er is meer… Door de ligging en de belangen van Iran in het gebied kan een oplossing inzake Nagorno-Karabakh niet zonder Teheran uitgewerkt, of toch zeker toegepast worden. Uiteindelijk grenst Iran rechtstreeks aan de betrokken staten. De hoofdbekommernis van Iran is een machtsevenwicht uitbouwen tussen Armenië en Azerbeidzjan.

– Evenwicht is het sleutelwoord ?

– RAMEZANZADEH : Een te sterk Azerbeidzjan zou afscheidingstendenzen kunnen aanwakkeren bij de Iraanse Azeri’s en tot een toenemende invloed van Turkije leiden. Het kristelijke Armenië, dat in zijn kollektief geheugen overigens geen echt onaangename ervaringen heeft met Perzië, is anderzijds een dam tegen de invloed van erfvijand Turkije, maar mag ook niet uitgroeien tot een kleine mogendheid, teneinde de Iraanse Azeri’s en de meer behoudsgezinde Iraanse ayatollahs niet te misnoegen. Daar komt ook nog bij dat de Iraanse publieke opinie over het algemeen niet zo hoog oploopt met Armenië.

In het kader van zijn bemiddeling leverde Iran regelmatig en voordelig een beperkte hoeveelheid levensmiddelen en energie aan beide staten. Daaraan dankt het ingesloten en uitgeputte Armenië uiteindelijk voor een deel zijn overleving.

Die politiek legde Iran geen windeieren. Turkije kon door de aanhoudende instabiliteit geografisch geen aansluiting vinden bij Azerbeidzjan, en het intern verdeelde Azerbeidzjaanse leger kon de Armeniërs in Nagorny-Karabach niet de baas. Opstanden van misnoegde, ambitieuze kolonels en hun eenheden werden de Turks gezinde president Abdulfaz Elcibey, die zich voorgenomen had om kordaat met de Armeniërs af te rekenen, politiek fataal. De afzetting van Elcibey, en ook de teleurstelling over de uitblijvende investeringen en militaire steun uit Turkije, hebben de diplomatieke positie van Iran in Azerbeidzjan behoorlijk versterkt.

– Een andere fundamentele reden, waarom Iran zoveel belang hecht aan een machtsevenwicht tussen Armenië en Azerbeidzjan, is toch de aanwezigheid van petroleum ?

– RAMEZANZADEH : Turkije, een land met een groeiende ekonomie maar weinig aardolie in zijn ondergrond, zou de olie uit Azerbeidzjan graag aftappen met een pijpleiding naar haar eigen grondgebied, om die daar te verwerken. Het kortste en voordeligste trajekt van die leiding loopt echter over Armenië en Nagorny-Karabach, een optie die momenteel uitgesloten is. Een andere mogelijkheid is dan de leiding door Iran te laten lopen, waar ze kan aansluiten op bestaande pijpleidingen die naar Turkije leiden. Dat zou Teheran een onschatbaar stragegisch voordeel opleveren op Ankara, en dat is de nieuwe machthebbers in Bakoe ook niet ontgaan. Het is dan ook geen toeval dat Iran, tot grote ergernis van de Verenigde Staten, onlangs een aandeel van vijf procent in het internationaal consortium voor de exploitatie van de Azeri-olie kreeg, terwijl het daarvoor geen aandeel in dat consortium had. Daarmee liep het niet meer zo ver achter op Turkije, dat een aandeel van 6,75 procent heeft. Maar onder Amerikaanse druk was Bakoe verplicht die koncessie begin april te herzien. Dat kan op korte termijn wel tot een afkoeling van de relaties tussen Bakoe en Teheran leiden. De Amerikaanse maatschappijen Amoco, Unocal, Macdermott en Pennzoil hebben samen een aandeel van 18 procent in het consortium, dat door British Petroleum wordt geleid. Maar of Iran zomaar kan worden uitgesloten, is vrij twijfelachtig : uiteindelijk wordt nu al bijna een vijfde van de Azeri-olie in Iran verwerkt, of komt die via dat land op de wereldmarkt terecht. “

ISLAM.

Daarmee is duidelijk dat ook Iran een hoofdrolspeler is in het schaakspel op de Kaukasische grenzen. En de rol van de islam in dit alles ? Iran en Azerbeidzjan zijn de enige landen ter wereld met een sjiïetische meerderheid onder hun bevolking. En ook de voormalige Sovjetrepubliek Azerbeidzjan kent, na bijna drie generaties doctrinair ateïsme, een heropleving van de islam. Het is ook logisch dat Iraanse geestelijken daar hun steen toe bijdragen, gezien de religieuze verwantschap die er is. “Maar dat staat eigenlijk los van de ekonomische en geopolitieke belangen die Iran en Azerbeidzjan bij elkaar brengen. Op inter-goevernementeel niveau speelt die verwantschap bijna geen rol, ” antwoordt Ramezanzadeh.

In de Kaukasus verspreidt Iran ook religieuze propaganda in Dagestan en Tsjetsjenië. In die (soennietische) autonome republieken van de Russische Federatie heeft de islamietische renaissance militantere vormen aangenomen dan in Azerbeidzjan, zeker sinds er de Russische oorlog met Tsjetsjenië begon.

Iran is een rijk dat uitermate beducht is voor desintegratie en vreemde overheersing : er zijn genoeg historische precedenten die aantonen dat die vrees gegrond is. Op dat vlak moet de internationale gemeenschap Iran ernstig nemen als regionale grootmacht, zeker als ze de stabiliteit in de regio in de hand wil werken. Want uiteindelijk is Iran ook de erfgenaam van het oude Perzië en zijn oeroude kultuur.

Voorts legt Abdollah Ramezanzadeh uit dat zijn land, in tegenstelling tot wat Bill Clinton onlangs nog zei, geen rechtsreekse bedreiging voor de stabiliteit in het Midden-Oosten vormt. Iran verder isoleren en destabilizeren is dat daarentegen wel.

Rest nog de westerse bezorgdheid om de demokratie in Iran. “Dan zal je in Iran steevast de vraag te horen krijgen waarom de Verenigde Staten dan destijds in naam van de demokratie de sjah steunden, net als ze vandaag de Arabische Golfemiraten een hand boven het hoofd houden, ” besluit Ramezanzadeh. Dat oude argument wettigt niet alles, maar daar is het ook niet voor gemaakt.

Bruno De Cordier

Het heilige centrum van de stad Qom : oeroude kultuur van het Perzische rijk.

De Iraanse olie is een doorslaggevend ekonomisch wapen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content