Han Renard

Terwijl de oorlog in de Volksunie verder woedt, maakt ID21 plannen om een links-liberale partij te worden. Een Vlaamse D’66.

Sven Gatz, VU-verkozene in de Brusselse hoofdstedelijke raad, is sinds kort woordvoerder – dat wil zeggen voorzitter – van ID21. En dat tot grote onvrede van Geert Bourgeois en de zijnen. ID21 is immers de beweging waarmee Bert Anciaux in 1998 een antwoord wilde bieden op de legitimiteitscrisis waarin de democratie zich in de post-Dutrouxjaren bevond. Vincent van Quickenborne is de opmerkelijkste politicus die ID21 tot nu toe heeft opgeleverd. Ook al doen de ideologische slaloms van ‘kwikkeldinges’, het epitheton waarmee Louis Tobback hem vereerde, in de Wetstraat heel wat wenkbrauwen fronsen.

Het links-liberale gedachtegoed waarop Sven Gatz broedt – binnenkort publiceert hij daarover een boek -, moet de ideologische bouwstenen leveren waarmee het soms zwalpende ID21 een volwassen politiek programma kan construeren. Niet dat de broederstrijd in de VU, waarbij de alliantie VU&ID een stuk van de inzet vormt, beide mannen onverschillig laat. Maar ID21 houdt zich in dat verband wel opvallend stil, deels uit welbegrepen eigenbelang, deels uit respect voor de mediastilte die de VU begin vorige week afkondigde.

Sven Gatz: Dat was alleszins de bedoeling. Het is een intern probleem van de VU, ze moeten het daar maar uitvechten. Maar het is moeilijk stil te blijven, zeker als er dingen verschijnen zoals dat interview in Het Belang van Limburg waarin vier Limburgse VU-burgemeesters brandhout maken van ID21.

Vincent Van Quickenborne: Ondanks de perikelen bij de VU willen wij ID21 inhoudelijk meer body geven. In het verleden heeft ID zich te eenzijdig met het functioneren van de democratie beziggehouden. Daarom is de verkiezing van Sven Gatz tot woordvoerder een goede zaak. Zijn links-liberalisme is voor ons een enorme opsteker. Maar we kunnen de problemen bij de VU natuurlijk niet negeren. We moeten met ons programma naar de kiezer, en in welk verband is nog niet duidelijk.

Het aantreden van Sven Gatz als woordvoerder van ID21 is door Geert Bourgeois als een oorlogsverklaring opgevat.

Gatz: Het komt nu wellicht weinig geloofwaardig over, maar ik was bereid om zelfs met Geert Bourgeois samen te werken. Hij als voorzitter, ik als woordvoerder van ID21. Hij zag dat blijkbaar niet zitten. Dat Bourgeois geen voorzitter meer is, maakt mijn taak alleen maar gemakkelijker. Ik hoop te kunnen samenwerken met de mensen in de VU die nog in de alliantie geloven.

Niet iedereen in het kamp Vankrunkelsven-Anciaux beschouwt zich als links-liberaal. Er leven verschillende maatschappijvisies.

Van Quickenborne: Met mensen als Bert Anciaux en Barts Staes, die zich sociaal-democraten noemen, kun je tot een gemeenschappelijk verkiezingsprogramma komen. Het links-liberalisme wordt door pragmatisme gekenmerkt. Wij verdedigen geen deelbelangen, zoals klassieke politieke partijen. In ons maatschappijmodel krijgt de gelijkwaardigheid van individuen in de samenleving meer gewicht dan het belang van een bepaalde groep.

Jullie netwerkmaatschappij, waarin burgers via internet aan de politiek participeren, klinkt nogal elitair.

Gatz: We bereiken een belangrijk deel van ons publiek via internet. Maar we willen niet alleen een beweging voor de elite zijn, daarom gaan we de komende maanden de boer op met concrete politieke projecten. Ik wil ook geen goeroe zijn die Vlaanderen met zijn nieuwe leer zal bekeren. Maar als je het ideeëngoed rond radicale democratie en links-liberalisme concreet invult, ligt de markt open. Het beste bewijs daarvan zijn de onderzoeksresultaten die Jaak Billet vorige week bekendmaakte. Daaruit blijkt dat de VU twee totaal verschillende soorten kiespubliek aanspreekt: conservatieve Vlaams-nationalisten en jong-progressieven. Op die laatste groep mikken wij.

Van Quickenborne: In 1999 zijn we er met de alliantie VU&ID in geslaagd om heel wat nieuwe kiezers te mobiliseren. Die factor van vernieuwing zijn we intussen kwijtgespeeld. Door de verkiezing van Bourgeois en de strijd binnen de VU is het imago van de alliantie veranderd.

Hoe denkt ID het financieel te rooien, als de VU uiteenspat?

Gatz: Het financiële probleem is bijkomstig. Als de VU uit elkaar gaat, is het natuurlijk van belang dat er voor ID een goede deal uit de bus komt. Maar vijftig-vijftig of zestig-veertig, daarover spreek ik me nog niet uit.

U bent verontwaardigd over het misprijzen waarmee ID door sommige VU’ers bejegend wordt. Omgekeerd bestaat die verontwaardiging toch ook. ID zou vooral te weinig respect hebben voor communautaire gevoeligheden.

Van Quickenborne: Er is in oktober één keer een serieus incident over de symboliek rond het Vlaams-nationalisme geweest.

ID heeft toen op het jaarlijkse partijberaad in De Panne een tekst voorgelegd die ervoor pleitte de oubollige Vlaamse ritus voortaan maar overboord te gooien.

Van Quickenborne: Het was een tekst die met Hollandse nuchterheid de voor- en nadelen van het vasthouden aan de oude symbolen uiteenzette. De tekst was te radicaal, maar is nog steeds verdedigbaar. Ik heb respect voor de Vlaamse Leeuw, maar ik verzet me tegen het al te krampachtig vasthouden aan die oude symboliek. VU&ID maakt van de staatshervorming een breekpunt voor regeringsdeelname, maar als het gaat over radicale democratie zie ik sommige kamerleden zonder gêne tegen een referendum stemmen. Sorry hoor, maar we zijn een alliantie. En dus moet er een evenwicht zijn, in het programma en in de symboliek.

Gatz: ID heeft zich op het vlak van de staatshervorming altijd correct opgesteld.Bovendien kom je vanuit radicaal democratische overwegingen vaak tot dezelfde conclusies. ID heeft wel kanttekeningen geplaatst bij het emotionele karakter van het Vlaams-nationalisme. Terecht lijkt me. Ik wil niemand beledigen, maar mensen die het Vlaams-nationalisme nog op die manier belijden, leven in een ander tijdperk.

Het gaat meer over de vorm. Met zo’n expliciete, soms kwetsende tekst worden de tegenstellingen uitvergroot. Dat is toch niet uit naïviteit?

Gatz: Je kunt het ook omdraaien. Geert Bourgeois is met 53 procent van de stemmen verkozen, maar heeft nooit de indruk gewekt dat hij voorzitter van de hele partij wilde zijn. En ID’ers zijn geen nationalisten. Toen Anciaux in 1998 de operatie ID21 binnen de VU verdedigde, was deconfessionalisering dé grote boodschap: de nationalisten gooien hun deuren open. Sommigen hebben dat nooit willen begrijpen.

Ook binnen ID is het niet allemaal peis en vree. Sommigen zijn opgestapt uit onvrede over de manier waarop het links-liberalisme hen ‘door de strot werd geramd’.

Gatz: Die mensen hebben zich ten tijde van de Witte Mars uit emotionele verontwaardiging bij ID aangesloten. Het links-liberalisme sluit niet bij hun leefwereld aan. Maar als wij een beetje slagvaardig willen zijn, moet het kind nu eenmaal een naam hebben.

Is er in Vlaanderen plaats voor een zelfstandige links-liberale partij?

Gatz: Het is best mogelijk dat we met ons verhaal twintig jaar te laat komen. In Nederland is D’66 er al in 1966 mee begonnen. Toch wil ik een jaar de tijd nemen om te kijken hoe groot ons marktaandeel kan zijn. De VLD bezet al een stuk van de markt en ook de SP evolueert wat in die richting. Maar tot nader order sta ik sceptisch tegenover de ontwikkelingen bij andere partijen. Daarin verschil ik van Vincent. Bij de VLD zie ik dingen die helemaal niet aan radicale democratie of links-liberalisme doen denken. Patrick Janssens krijgt nog wat krediet, maar het zal heel moeilijk worden om het logge SP-apparaat om te vormen.

Vincent Van Quickenborne zei in De Morgen dat een alliantie met de SP de meest haalbare optie is.

Van Quickenborne: Ik voel me persoonlijk meer verwant met Guy Verhofstadt dan met Patrick Janssens. Je moet die uitspraak dus nuanceren. Het gaat om een eventuele strategische keuze in het licht van de komende verkiezingen.

Hugo Schiltz, ID21 niet ongenegen, maande de beweging toch tot wat bescheidenheid aan. Als de mensen van ID21 denken dat zij het politieke landschap in beweging kunnen brengen, overschatten ze zichzelf, vond hij.

Van Quickenborne: Hij legt ons woorden in de mond. Ik daag u uit een interview te zoeken waarin we dat beweerd hebben. Wat we wel gezegd hebben, is dat de boel moet bewegen. Dat was twee jaar geleden ons uitgangspunt, en toen werden we als een stel naïeve idioten afgeschilderd. Nu zie je dat het ACW en Unizo aan prospectie doen, en dat politieke partijen volop bewegen en veranderen.

ID21 wordt bij de weldenkende meerderheid op veel scepsis onthaald. Geert Bourgeois is niet de enige die vermoedt dat het ID21-programma tot het gratis downloaden van MP3-bestanden en het depenaliseren van cannabisgebruik beperkt is.

Gatz: Geef ons nog enkele weken en we zullen het tegendeel bewijzen.

Maar waarom heeft het zo lang geduurd voor de inhoudelijke contouren van ID21 zich wat duidelijker aftekenden? ID21 bestaat al drie jaar.

Van Quickenborne: Dat is niet zo lang. Maar er is een verklaring. Tot de verkiezingen van juni 1999 was de greep van Bert Anciaux op de beweging heel groot. Hij stelde iets voor en dat was het dan. Na die verkiezingen zit je al snel in het najaar van 1999, toen we met onze parlementaire werkzaamheden zijn begonnen. Ik zal ook niet ontkennen dat strijd in de VU een degelijk inhoudelijke verdieping in de weg heeft gestaan. Ik geloof nog in een alliantie, maar soms is het belastend. Je hebt de neiging dingen niet te doen omdat je meer bezig bent met wat aan de overkant gebeurt. Een mens leeft nu eenmaal van spektakel ( lacht).

Het kamp van Anciaux is welkom bij ID21, zeggen en hopen jullie. Maar voor hen is het communautaire aspect niet iets wat er ‘eventueel’ bijkomt.

Van Quickenborne: Ook Bert ergerde zich eraan dat alles al te vaak tot het communautaire teruggebracht werd. Op het alliantiebestuur had ik vaak de indruk dat de meeste VU-parlementsleden zich uitsluitend in communautaire debatten mengen. Andere thema’s kwamen ook aan bod, maar met veel minder enthousiasme. Dus als ik het Rosettaplan op de agenda wilde, sleurde ik er snel het communautaire bij. Dan kon het plotseling wél. Om op uw vraag terug te komen: de interessesfeer van Bert is ook veel ruimer dan alleen maar communautaire kwesties.

Ook Geert Bourgeois heeft meermaals zijn ergernis uitgesproken over het feit dat hij vooral met maatschappelijke thema’s bezig was, maar dat hij alleen met communautaire standpunten de pers haalde.

Gatz: Dat is me bij onze interne besluitvorming nooit opgevallen. Maatschappelijke thema’s werden door Geert Bourgeois als spielerei gezien.

Van Quickenborne: Kwantitatief zal er wel een billijkere verdeling geweest zijn, maar het gaat over de kwaliteit. Over de inzet en de wil van bepaalde mensen om een dossier te verdedigen. Er zijn VU-kamerleden die, zoals ik al zei, van een referendum niets moeten weten.

Gatz: Dat is een ernstig probleem. Het fameuze VU-congres in 1997 ging over radicale democratie. Als je bedenkt dat iemand die later voorzitter zou worden zich toen op essentiële punten heeft onthouden of tegengestemd, dat is toch om moeilijkheden vragen. Terwijl de duizend mensen die er toen waren, vonden dat de partij die richting uitmoest. Het cement in de partij is weg. Eigenlijk wisten we dat drie jaar geleden al, maar toen durfden we het nog niet toe te geven.

Zijn de tegenstellingen in de VU dan niet meer te overbruggen?

Gatz: Ik geloof inderdaad niet dat het nog te lijmen valt. Op een bepaald moment moet je conclusies trekken. Hoe sneller hoe beter, wat mij betreft. Maar voor een aantal VU’ers ligt dat emotioneel moeilijk. Vincent en ik zijn jong, ons verleden is nog niet zo zwaar beladen. Voor sommigen is de partij hun leven. Ik heb daar respect voor, maar ook zij zullen de geschiedenis niet kunnen tegenhouden.

Bourgeois was destijds een voorstander van het door de Vlaamse beweging verketterde Egmontpact. Nu wordt naar de afwijzende reactie van de Vlaamse Beweging verwezen om Lambermont niet goed te keuren.

Gatz: Dat wist ik niet, en het verwondert me echt.

Van Quickenborne: Geert Bourgeois staat nu natuurlijk in een andere positie. Hij is verstandig, ik heb veel respect voor zijn werkkracht en inzet. Maar hij wordt opgejaagd door mensen als Matthias Storme en Peter Deroover, de oerconservatieve dragers van de Vlaamse Beweging.

Zijn jullie op de een of andere manier bij de diplomatieke gesprekken in de VU betrokken?

Gatz: Niet rechtstreeks, maar ik word natuurlijk wel op de hoogte gehouden. U kunt wel raden door welk kamp. Ik ben blij dat ik niet als curator hoef mee te werken. Bij ID is er veel enthousiasme, terwijl er bij de VU – dat zeg ik niet graag – alleen frustratie en demotivatie is. Nu kan ik mijn energie in iets positiefs stoppen, in plaats van me nog langer te laten leegzuigen door een probleem dat onoplosbaar is.

Vincent Van Quickenborne wordt vaak als een opportunist en een carrièremaker afgeschilderd. Begonnen bij Triangel, de groep voor politieke vernieuwing die door de belgicistische Coudenberggroep gesteund werd, nadien mede-oprichter van ID21 waar hij in eerste instantie de radicale stellingen van Matthias Storme en zijn overlegcentrum van Vlaamse Verenigingen (OVV) omarmde, om zich vervolgens als links-liberalist te outen.

Van Quickenborne: De meeste mensen tussen 16 en 25 tasten de dingen af. Uitgerekend Bourgeois heeft trouwens ooit in een interview met Knack gezegd: je moet niet zo negatief over die man zijn, het is een zoekend iemand. Dat is zo, ik ben een zoekend iemand. Is dat een teken van zwakheid? Ik vind van niet. Stilaan kom ik met mijn voeten op vastere grond.

Gatz: Ik denk dat Vincents parcours niet zo uitzonderlijk is. Ik heb in de Brusselse raad bijvoorbeeld leuke gesprekken met Guy Vanhengel (VLD) gehad. Hij was marxist-leninist rond zijn achttiende. En zo zijn er nog verhalen.

Van Quickenborne: ( grijns) Neem nu Guy Verhofstadt, die heeft ook grote bochten gemaakt.

Han Renard

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content