‘HET VOORZITTERSCHAP BEGINT ALS EEN DROOM EN EINDIGT IN EEN NACHTMERRIE. IK ZIT NOG IN DE EERSTE FASE’
CD&V-voorzitter Wouter Beke is de vleesgeworden christendemocraat. Hij spreekt in de beste traditie van Leo Tindemans, Wilfried Martens en Luc Van den Brande onvervalst CD&Vees. Een gesprek met een politicus die zich ziet als een sociaal ingenieur: ‘Ik ben blij dat we ons met de zesde staatshervorming kunnen inschrijven in een grote traditie van staatshervormers.’
Een hardwerkende Vlaming: op zijn 38e is Wouter Beke het helemaal. Hij combineert het vaderschap van drie kinderen met het CD&V-voorzitterschap, hij is senator en nu ook burgemeester van Leopoldsburg. In de streektaal heet Leopoldsburg ‘Het Kamp’, een verwijzing naar de voortdurende aanwezigheid van de duizenden militairen die er nog altijd gelegerd zijn. Ook aan Wouter Beke hoor je niet dat hij een Limburger is. Als zoveel inwoners van zijn gemeente is hij namelijk het kind van ‘inwijkelingen’, die van overal uit België verhuisden naar een gemeente waar er zoveel jaren lang werk te over was. Al was het maar in de horeca. Voor Leo Delcroix de dienstplicht afschafte, telde Leopoldsburg met zijn vijftienduizend inwoners evenveel cafés als er dagen zijn in een jaar, 365.
Het heeft van Leopoldsburg een aparte enclave gemaakt. Blijkbaar was de smeltkroes van inwoners ‘van overal’ een ideale voedingsbodem voor cultureel talent. Producer Leo Caerts, cineast Dominique Deruddere, Pukkelpoporganisator Chokri Mahassine, tv-figuur Marcel Vanthilt, kunstenares Liliane Vertessen, schrijver J.M.H. Berckmans, zanger en soldatenzoon Walter Grootaers: hun jonge jaren in ‘Het Kamp’ werden met klank elders in Vlaanderen voortgezet. En nu is er dus Wouter Beke. Een stuk ernstiger dan die andere namen. Beke studeerde politicologie, behaalde zijn doctoraal, en werd vervolgens politicus.
Op het eerste gezicht lijkt het een vorm van zelfkwelling. In de peilingen staan de Vlaamse christendemocraten historisch laag, want de veelkleurige coalitie van Di Rupo leeft niet bij de gratie van de publieke opinie in Vlaanderen. De aanval van N-VA op het ACW straalde ook op CD&V af, en niet in positieve zin. En als er al eens een politiek succesje is, zoals het recente begrotingsakkoord, komt er ook vanuit de meerderheid kritiek dat het eigenlijk beter had gekund. Zelfs Herman Van Rompuy liet weten dat de Belgische regering zich ‘niet kapot had bespaard’. Hoewel. Tijdens het interview krijgt Wouter Beke een mail van Van Rompuy, en hij leest het met plezier voor. Dat Van Rompuy het een schande vindt hoe zijn woorden verkeerd werden geïnterpreteerd: dat hij niet het kabinet-Di Rupo viseerde, maar gewoon had willen uitleggen dat België nog altijd de gevolgen draagt van een historisch lakse mentaliteit inzake begrotingsdiscipline.
Wouter Beke: Als Van Rompuy zegt: ‘We hebben ons niet kapotgesaneerd in België’, dan klopt dat natuurlijk. We mogen de koopkracht niet structureel aantasten, en toch moeten we tegelijk hervormen en saneren. En dat doen we. Tussen 2008 en 2014 hebben christendemocratische ministers ervoor gezorgd dat twaalf procent van de federale ambtenaren weggesaneerd is. Dat is het dubbele van wat Geert Bourgeois doet. Het resultaat van ons werk is dat de economische groei de laatste jaren in België een stukje hoger ligt dan elders in de eurozone. We moeten inderdaad niet doen zoals in Nederland, waar het nominale inkomen van de burgers daalt.
Intussen stijgt het Belgische begrotingstekort wel.
Wouter Beke: Ook omdat dit land een aantal jaren boven zijn stand heeft geleefd. Hadden we de inspanningen van de periode-Dehaene nadien volgehouden, dan was onze schuld nu geen 100 maar slechts 85 procent van het bnp. Men heeft dat in die periode niet gedaan, maar die tijd is voorbij.
Voor een CD&V’er bent u erg vriendelijk. U zegt: ‘in die periode’, in plaats van ‘onder Paars’.
Beke: Het is gemakkelijk om zwaar te doen over het verleden. Ik zou natuurlijk een striemend betoog kunnen afsteken tegen Paars, maar wat schiet ik daarmee op? Denkt u dat de huidige generatie liberalen niet in haar maag zit met wat toen niet is gedaan? Ik kan Alexander De Croo toch de fouten van zijn voorgangers niet kwalijk nemen? (schamper) Dat zijn dus die politici die vandaag elk interview aangrijpen om te zeggen hoe Open VLD het moet doen.
Die kritiek zit u hoog.
Beke: Het stoort mij dat het werk van deze regering zo weinig naar waarde wordt geschat. Ik sta voluit achter deze regering; maatschappelijk, communautair en sociaaleconomisch. We varen budgettair ook een veel realistischer koers dan vroeger. Wie verdedigt nu nog dat totaal irrealistische groeipad van 4,5 procent voor de gezondheidszorg? In 2013 zal dat goed 1,5 procent zijn.
En vergelijk deze begrotingsoperatie maar met andere historische besparingen, zoals het Sint-Annaplan (van Wilfried Martens, in 1986, nvdr. ) en het Globaal Plan (van Jean-Luc Dehaene, in 1993, nvdr. ). ‘Sint-Anna’ leidde tot een jaarlijkse besparing van 1,8 procent van het bnp, het Globaal Plan tot een van 2,17 procent op jaarbasis. Maar wij hebben een besparing goedgekeurd van 2,5 procent per jaar. Wij snijden vandaag dieper dan toen, maar we doen de burgers minder pijn. Het Globaal Plan voorzag bijvoorbeeld in btw-stijgingen en voerde ook een speciale crisisbelasting in.
De regering doet het dus veel beter dan wordt gezegd. Maar het is zoals ik zei toen ik partijvoorzitter werd: ‘Vertrouwen verlies je met containers en haal je nadien terug per kruiwagen.’ We kunnen de kiezers die we in 2010 verloren maar opnieuw overtuigen door resultaten te boeken.
En door accidents de parcours te vermijden. Het Arco-dossier hing als een molensteen om de nek van het ACW, en dus rond die van CD&V. Die zaak heeft u pijn gedaan.
Beke: Te weinig herinnert men zich in welke omstandigheden de afspraken tussen Arco en Dexia destijds tot stand zijn gekomen. Midden in de crisis vroeg de regering aan de bank en haar institutionele aandeelhouders – Arco, de Gemeentelijke Holding, Ethias – om samen inspanningen te leveren. Daar stonden inderdaad waarborgen tegenover. Maar die waren er toch niet alleen voor hen? Wie herinnert zich nog Kaupthing? Dat is zelfs geen Belgische bank, maar op een bepaald moment dwong de Kamer de regering om voor zowat elke spaarder bij elke bank in problemen waarborgen te voorzien. Vandaag zijn sommige fracties blijkbaar van mening dat het toen allemaal om te lachen was.
Verontrust u dat: populisme van de volksvergadering?
Beke: Wat mij onthutst, is dat het parlement vaak niet meer beseft wat het zelf heeft gestemd. Steven Vanackere heeft zich moeten verdedigen voor zijn terughoudend optreden ten aanzien van Belfius. Voor sommige Kamerleden kon hij als minister van Financiën tegenover Belfius eisen wat hij wilde, want het ging om een bank met de overheid als enige aandeelhouder. Vanackere heeft moeten uitleggen wat de Kamer in de Dexia- en Sabena-commissie zelf heeft gestemd, met uitdrukkelijke aanbevelingen hoe de overheid zich in zo’n geval moet gedragen. Als een minister dan een paar jaar later die regels respecteert, krijgt hij datzelfde parlement over zich heen. Het geheugen van de Kamer is erg kort.
Maar het ACW ging zelf ook niet vrijuit. N-VA wist dat te gebruiken om uw zuil aan te vallen.
Beke: Het ACW heeft in het verleden zelf grote inschattingsfouten gemaakt. Men heeft de coöperatieve gedachte verlaten en is meegestapt in commerciëlere constructies, omdat men dacht dat er zo meer winst uit te halen was. Winst, ik wil het toch aanstippen, die niet werd gebruikt voor persoonlijke verrijking, maar voor investeringen in sociaal kapitaal. Maar het blijft een inschattingsfout, en men had dat vlugger en duidelijker kunnen zeggen. Het ACW moet daarvoor ook op de blaren zitten. Arco is in vereffening, de hele financiële onderbouw van die organisatie is weggeblazen.
Indien het ACW was geïmplodeerd, lag de bestaande machtsstructuur van dit land uit haar hengsels. Dan was het uit met de Vlaamse verzorgingsstaat zoals die de laatste decennia werd opgebouwd.
Beke: Dat er ook een andere agenda heeft meegespeeld, bleek nog maar eens uit dat interview van Geert Bourgeois in De Standaard. Sommige nationalisten hebben allang een probleem met het bestaan van een sterk middenveld. Zij vinden dat er naast een sterke staat vooral een sterke markt moet zijn, en dat het georganiseerde middenveld eigenlijk geen maatschappelijke rol te spelen heeft. Dat debat zou ik graag aangaan met N-VA. Want als Vlaanderen op dit moment een van de meest performante Europese regio’s is inzake onderwijs, arbeidsmarkt of gezondheidszorg, dan is dat dankzij het middenveld. Dat middenveld zorgt ervoor dat wij de beste maatschappelijke dienstverlening kunnen aanbieden aan een lage kostprijs. Het zorgt er ook voor dat elke Vlaming, zoals professor Wim Moesen zegt, kan genieten van ‘quasi-markten’: wij kunnen onze eigen school kiezen, ons ziekenhuis, ons rustoord. Dat is het resultaat van christendemocratisch gedachtegoed: het is in de praktijk gebrachte en politiek vertaalde verbondenheid. En daarmee heeft een aantal N-VA’ers het moeilijk.
Maar uw discours over het surplus van het middenveld is redelijk complex, en dat speelt in deze snelle tijden partijen als CD&V parten.
Beke: Ik ben niet pessimistisch. Er is vandaag meer ruimte voor de christendemocratie dan vroeger. De voorbije decennia schoven alle partijen op naar het centrum. Socialisten waren geen socialisten meer, maar sociaaldemocraten van de Derde Weg. Vandaag zoekt iedereen weer naar zijn eigenheid. Bruno Tobback wil de SP.A weer een linksere koers laten varen. En bij de voorbije begrotingscontrole hebben de liberalen zich weer ontpopt als een anti-belastingpartij. Dat stoort me niet. Als liberalen en socialisten weer wegtrekken uit ‘het centrum’, geeft dat CD&V weer ruimte als de partij van het moedige midden.
Bijna twintig jaar geleden schreef Johan Van Hecke, een voorzitter naar wie CD&V’ers niet graag meer verwijzen, zijn ‘Appel aan de verantwoordelijke Vlaming’. Dat zou nog altijd een oproep van Wouter Beke kunnen zijn. De wezenlijk onveranderlijke christendemocratie: is uw kracht ook niet uw zwakte?
Beke: Nee. Ik heb mijn vernieuwingsoperatie ‘Innesto’ bewust gestart vanuit onze traditie. Waarom zouden we er niet trots op zijn? Na de Tweede Wereldoorlog was Vlaanderen een achterstandsregio, vandaag behoren we tot de top van Europa. De vraag is nu: hoe houden we dat zo voor de volgende generaties? In mijn nieuwjaarstoespraak gebruikte ik het beeld van de estafetteloper: wij, CD&V’ers, willen wat we hebben gekregen iets beter doorgeven aan wie na ons komt.
De Belgische estafetteteams leren ook dat je weliswaar met vier loopt, maar dat de vedetten voor de medailles zorgen: Kim Gevaert, de Borlées. Heeft CD&V nog wel voldoende vedetten in huis om tegen Bart De Wever op te kunnen?
Beke: Is de politiek niet kapotgemaakt door te veel vedetterij? Ik prijs me gelukkig met onze ministers. Kris Peeters, onze nieuwe vicepremier Pieter De Crem, Hendrik Bogaert, Servais Verherstraeten, Hilde Crevits, Jo Vandeurzen, Joke Schauvliege – die zelfs in De Morgen complimenten krijgt voor haar cultuurbeleid: hun werk wordt gewaardeerd. En de eerste optredens van onze nieuwe minister van Financiën Koen Geens zijn erg goed onthaald.
Hoe kwam u zo snel bij Geens terecht?
Beke: Dat heeft een paar telefoonrondjes geduurd, in zeer beperkte kring. Maandagochtend heeft Steven Vanackere laten weten dat het voor hem voorbij was. In eerste instantie keken Kris en Steven naar mij om hem op te volgen. Maar ik vond dat niet verstandig, om midden in een vernieuwingsoperatie weg te gaan. Daarop is eigenlijk snel de naam Koen Geens gevallen. Ik heb hem gebeld. Hij heeft geantwoord dat hij wel wilde, maar dat hij even moest nadenken. Hij had ook tijd nodig om aan de universiteit en in zijn advocatenkantoor enkele zaken op orde te zetten.
Dat was nodig. De Standaard kopte daags nadien al: ‘advocaat ACW op Financiën’.
Beke: Inderdaad. Dat was dan een zeldzame keer dat ik een hoofdredacteur heb gebeld. Die beeldvorming was niet correct. (denkt na) Er was geen goede kant meer aan. In het Arco-dossier zelf viel Steven Vanackere niets te verwijten. Zelfs N-VA is hem bloemen komen brengen, nadat er eerst met de bloempotten was gegooid. Maar we zaten in een perceptie-oorlog waaraan een einde moest worden gemaakt. Dat is met de aanstelling van Koen Geens ook gebeurd. En dat heeft niets te maken met een zogenaamde ‘ruk naar rechts’. Waarom zou ik ineens afstand moeten nemen van ACW’ers? Is Philippe Muyters een slechte minister omdat hij van Voka komt? Daarom was ik zo kwaad over die zogenaamde ‘verdachtmaking’ van Koen Geens, alsof het een schande is dat iemand als advocaat zijn professionele diensten aan het ACW had aangeboden. En waarom zouden CD&V-ministers geen zitting meer mogen hebben in het Politiek Comité van het ACW? Dat is een overlegorgaan, dat klopt. Denkt u echt dat er binnen de loge niet wordt overlegd? Denkt u dat er binnen de Vlaamse beweging niet wordt gepraat? Ik ken dat milieu een beetje, ik kom eruit voort.
Hoe Vlaamsgezind was student Wouter Beke?
Beke: Even Vlaams als hij vandaag is.
Was u lid van het Katholiek Vlaams Hoogstudentenverbond (KVHV)?
Beke: Ik ben ooit passief lid geweest van het KVHV, ja. Maar er zijn geen foto’s van mij met een pet op mijn hoofd. Na het lezen van zijn boekje Gedaan met zeuren en treuren was ik wel lid geworden van de denkgemeenschap ‘Vlaanderen morgen’ van VU-kopstuk Hugo Schiltz. De essentie van Schiltz’ betoog was dat alleen in overleg met de Franstaligen kan worden gebouwd aan een zelfstandig Vlaanderen. En het deel van de Vlaamse beweging dat heeft gekozen voor een strategie van blokkering tot blokkering, heeft aan dat zelfstandige Vlaanderen nog nooit iets bijgebracht.
Zoals uw partijgenoot Eric Van Rompuy dat vorige week zo genuanceerd uitdrukte in Knack: ‘Cero cero cero cero cero cero: dat is de N-VA-balans.’
Beke: (lacht) Ik ben blij dat we ons met deze zesde staatshervorming mogen inschrijven in een grote traditie van staatshervormers. En inderdaad: door altijd aan de zijlijn te blijven roepen dat het niet goed genoeg is, is een deel van de Vlaamse beweging politiek impotent geworden. En gebleven.
Dat koor der castraten klinkt intussen wel erg luid. Zij overstemmen vandaag de CD&V-boodschap.
Beke: Ik heb een citaat dat duidelijk maakt hoe ik een goede Vlaamse politicus zie functioneren. (diept een papier op, schraapt de keel) ‘Het Belgisch federalisme is uniek in de wereld. De twee volkeren die in België samenleven, zijn erin geslaagd in verschillende stappen en steeds in onderling overleg de unitaire staat om te vormen tot een federale staat. We hebben dat steeds gedaan in vreedzaam overleg en met respect voor elkaars gevoeligheden en belangen.’ Ik vind dat een zeer mooie uitspraak, en ik hoop dat ik aan die evolutie als Vlaamsgezinde christendemocraat kan bijdragen. Maar wel, zoals de auteur zegt: ‘met respect voor elkaars gevoeligheden en belangen’. Ik ben dus niet van plan CD&V te laten meestappen in een eenzijdige, ongrondwettelijke splitsing van de federale staat, zoals Bourgeois en blijkbaar de N-VA dat bepleiten.
Is dat toevallig geen citaat van de voorzitter van het Vlaams Parlement?
Beke: Jan Peumans deed die uitspraak inderdaad: op 20 maart in het Servische parlement van Bosnië-Herzegovina.
Groeit bij jullie, CD&V’ers, de irritatie jegens N-VA’ers niet, omdat zij jullie grote concurrent zijn in de strijd om ‘de Vlaamse volkspartij’? En N-VA ligt vandaag ver voor.
Beke: Ik weet niet wat er ‘volks’ is aan de aanpak die Bourgeois bepleit. Hij wil in 2014 de federale regering blokkeren. Alsof de Vlaamse gepensioneerden er beter van worden als de pensioenen dan niet meer uitbetaald kunnen worden. Ik vind N-VA dus geen concurrent voor ons, niet communautair en evenmin sociaaleconomisch. Wij zijn voor een sterker Vlaanderen in een bestuurbaar land. Zij kiezen desnoods voor de chaos. En als er bij CD&V’ers al irritatie is over N-VA’ers, dan over hun doublespeak. Sommige N-VA’ers zeggen duidelijk waar het om gaat, zoals Bart De Wever onlangs in La Libre Belgique. Tegelijk voelen partijgenoten als Ben Weyts aan dat ze hun onafhankelijkheid niet verkocht krijgen, en zoeken ze manieren om hun programma te verpakken. Vraag is of de Vlaming een kat in een zak koopt. Ik denk het niet.
We hebben in oktober 2012 al de belangrijke test van de provincieraadsverkiezingen doorstaan. (omdat er geen bekende koppen aan meedoen, wordt aangenomen dat de provincieraadsverkiezing de zuiverste meting is van de kracht van een partij, nvdr.). Daarin behaalde N-VA 28,5 procent en CD&V 21,5 procent, en Open VLD en SP.A elk een kleine 15 procent. Ik denk dat die uitslag de werkelijke machtsverhoudingen beter benadert dan de cijfers van een aantal peilingen. En voor we aan de campagne van 2014 beginnen, hebben we nog tijd om te werken en uit te voeren waaraan we bezig zijn. Er waren slechtere tijden dan vandaag om CD&V-voorzitter te zijn.
Was de functie van CD&V-voorzitter eigenlijk een jongensdroom die uitkwam? Zonder twijfel bestond de jeugdlectuur van de jonge Wouter Beke ook uit de boeken van Hugo De Ridder.
Beke: Op het gevaar af van een grote afwijking beticht te worden: dat was wel zo. (lacht) Herman Van Rompuy zei ooit: ‘Het CVP-voorzitterschap begint als een droom en eindigt in een nachtmerrie.’ Laat me zeggen: ik zit nog in de eerste fase.
Jonas Geirnaert en Jeroom hebben in Humo een paar maanden lang een hilarische strip aan uw persoon gewijd: ‘Wouter Beke. De niet-geautoriseerde biografie’. Het leek pure kolder, maar de auteurs zaten er soms wel pal op. Als een natuurramp dreigt, pakt Wouter Beke zo straf uit als hij kan: ‘Ik schrijf een amendement!’ Immer ernstig en onverstoorbaar: zo doet u toch aan politiek?
Beke: Misschien wel. Volgens mij is een politicus een sociaal ingenieur. Hij draagt zorg voor de samenleving. En het zal christendemocraten wel in de genen zitten om wantrouwen te koesteren tegen te radicale boodschappers. Als ik terugdenk aan 2010-2011, dat jaar onderhandelen met Elio Di Rupo en Bart De Wever, zat ik inderdaad in een situatie die aansluit bij dat ‘amendement’ uit die strip. Want na de slogans en de droom komt altijd de vraag: hoe vertalen we dat in de praktijk? Hoe schrijven we dat concreet neer? En dan kijken de collega’s naar de CD&V’er aan tafel.
DOOR WALTER PAULI, FOTO’S FILIP VAN ROE
‘Als liberalen en socialisten weer wegtrekken uit het centrum, geeft dat CD&V weer ruimte als de partij van het moedige midden.’
‘Wij kunnen onze eigen school kiezen, ons ziekenhuis, ons rustoord. Dat is het resultaat van christendemocratisch gedachtegoed.’