Patokh Chodiev, de tweede rijkste man van België, is verbonden aan tal van offshore-vennootschappen in belastingparadijzen. Dat blijkt uit een datalek dat Knack via ICIJ en de Süddeutsche Zeitung kon inkijken. Opmerkelijk: Chodievs reputatie blijft hem tot in de meest exotische uithoeken van de wereld achtervolgen.
We schrijven 30 april 2014. St Peters Trust, een aanbieder van financiële diensten op Guernsey, een eiland voor de Noord-Franse kust, stuurt een mailtje naar advocatenkantoor Mossack Fonseca in Anguilla. Dat Britse overzeese gebied in de Cariben staat te boek als notoir belastingparadijs. Bij de e-mail – een van de 11,5 miljoen documenten die aan ICIJ werden gelekt – zitten een pak bijlagen, allemaal pdf-documenten met informatie over minstens acht offshore-bedrijven. Ze hebben namen als Lapwing Limited, Helden Limited en Opus Limited, en werden allemaal opgericht in Anguilla tussen 2007 en 2011.
In de pdf’s staan de activiteiten van de acht offshores precies beschreven. Eén bedrijf is in het leven geroepen om zakenleningen te betalen aan en te ontvangen van ‘verschillende individuen en entiteiten’, een ander blijkt opgericht om een Bombardier Global Express XRS-vliegtuig te leasen. En zo heeft elke offshore-vennootschap zijn eigen doel: ‘bezit van de Alfa 3-ligplaats in de Grand Harbour-jachthaven in Malta’; ‘bezit van Motor Yacht Plan-B’; ‘aandelen aanhouden in een Russisch bedrijf’. Het gros van de offshores is bovendien gekoppeld aan een Zwitserse bankrekening.
Alle acht bedrijven hebben één ding gemeen: ze hebben dezelfde uiteindelijk begunstigde. Zijn paspoort zit ook in de bijlage van het gelekte mailtje. Het is een Belg, de rijkste Belg na Albert Frère: Patokh Chodiev.
Op de miljardairslijst van het Amerikaanse zakentijdschrift Forbes staat Chodiev (62) tegenwoordig op de 1275e plaats met een vermogen van 1,62 miljard dollar. De steenrijke zakenman met Oezbeekse roots is medeoprichter van Eurasian Resources Group, een grondstoffenreus met hoofdzetel in Luxemburg. Het bedrijf is actief van Brazilië via Kazachstan tot Rusland en Afrika, en geeft wereldwijd liefst 70.000 mensen werk.
Bij het paspoort zit ook een afgestempeld en ondertekend residentiebewijs: de Zwitserse gemeente Freienbach verklaart dat Chodiev daar sinds 2006 officieel geregistreerd is. Op het vermelde adres staat een appartementenblok waar ook een aantal bedrijven hun intrek hebben genomen. Geen chique villa dus, wat je toch zou verwachten bij een multimiljonair. Is dit echt de plek waar de tweede rijkste Belg woont? Toen hij een decennium eerder de Belgische nationaliteit aanvroeg, verbleef Chodiev nog in zijn villa in Waterloo. Later maakten persartikels melding van een riant onderkomen aan de Côte d’Azur, vastgoed in Londen en een negentiende-eeuwse mansion in hartje Moskou.
Verder in de bijlage van de e-mail: een factuur voor elektriciteit en radio/televisie op naam van de heer en mevrouw Chodiev, bewoners van het appartement op de eerste verdieping van het flatgebouw in Freienbach. Het verbruik van het miljonairskoppel bedraagt verrassend genoeg niet meer dan 80 euro voor het eerste kwartaal van 2013.
BESCHULDIGD VAN WITWASSEN
Het dienstenbedrijf St Peters Trust stuurt alle informatie over Chodiev en zijn offshore-patrimonium in de lente van 2014 naar Mossack Fonseca met een welbepaalde reden: het wil dat Mossack Fonseca voortaan optreedt als geregistreerd agent (‘registered agent’), als officieel aanspreekpunt voor de regering in Anguilla.
Geregistreerde agenten hebben een hele verantwoordelijkheid: ze moeten de achtergrond van hun cliënteel kennen, risico-inschattingen maken en erop toezien dat alle regels worden gevolgd. In gevoelige cases geeft het ‘compliance’-departement van Mossack Fonseca advies. In zee gaan met een potentiële klant of niet? Verder werken met een bestaande klant of hem laten vallen? Due diligence heet dat in de witteboordenwereld.
Mossack Fonseca vraagt St Peters Trust uitleg over de origine van de fondsen die in de acht offshores van Chodiev zijn ondergebracht. ‘De persoonlijke rijkdom van Patokh Chodiev’, luidt het antwoord. St Peters Trust vermeldt ook nog dat Chodiev oprichter en aandeelhouder is van Eurasian Natural Resources Corporation (ENRC), een Kazachse metaalgroep die van 2007 tot 2013 op de Londense beurs genoteerd stond, en daarna in handen kwam van de Eurasian Resources Group.
‘Zijn rijkdom gaat terug op dividenden die werden ontvangen van ENRC, en opbrengsten afkomstig van de notering van ENRC op de Londense beurs in 2007’, heet het. En verder: ‘Chodiev is een voormalige werknemer van het ministerie van Buitenlandse Handel van de Sovjet-Unie en een zakenpartner van de Kazachse president Nursultan Nazarbayev. Chodiev en zijn twee zakenpartners kochten het bedrijf dat evolueerde tot ENRC van de Kazachse regering, die 20 procent aanhoudt in ENRC Plc.’
Mossack Fonseca houdt echter de boot af. Het besluit niet in te gaan op de vraag van St Peters Trust om op te treden als geregistreerd agent. In het kader van een ander dossier had het compliance-departement van Mossack Fonseca eerder al twijfels geuit over Chodiev. ‘Meneer Chodiev wordt beschuldigd van verschillende zaken, waaronder de aankoop van een huis met frauduleus geld (witwassen van geld met criminele oorsprong)’, stond te lezen in een interne e-mail van compliance. In de bijlage staan internetlinks naar artikels uit de Belgische media met titels als ‘Rijkste Belg voor rechter wegens witwaspraktijken en bendevorming’.
St Peters Trust kan niet lachen met de weigering. Op 8 mei 2014 stuurt het een e-mail gericht aan Jürgen Mossack himself, de oprichter en grote baas van het Panamese advocatenkantoor: ‘Ik wil u en uw bedrijf de kans geven om de zaken opnieuw te overwegen. Ik sta graag ter beschikking om uit te leggen waarom – hoewel deze klanten misschien gezien worden als hoog risico – onze jarenlange relatie met hen en onze diepgaande kennis van hun activiteiten, zaken, origine van fondsen en uitgebreide controle ertoe leiden dat we geloven dat mogelijke risico’s zeer onder controle zijn.’ Antwoord van Mossack Fonseca: ‘Ten gevolge van ongunstige resultaten die opdoken tijdens onze onderzoeken is beslist om deze bedrijven niet te aanvaarden onder onze administratie.’
St Peters Trust is not amused: ‘Gelieve alle documenten terug te sturen die we u hebben bezorgd. De lange relatie die we met uw firma hadden, mag u als voorbij beschouwen.’
Navraag bij het bedrijfsregister van Anguilla leert dat de acht bedrijven in kwestie anno 2016 nog steeds actief zijn en ondergebracht zijn bij een andere geregistreerde agent.
WIE IS PATOKH CHODIEV?
Door de acht offshores van Chodiev te weigeren, nam Mossack Fonseca het zekere voor het onzekere. Nochtans is de steenrijke Belg tot op heden nooit strafrechtelijk veroordeeld. Welke reputatie sleept hij dan mee?
Chodiev groeide op in de Sovjet-Unie, studeerde in Moskou internationaal recht en talen, en werkte een tijdlang op het Sovjetministerie van Buitenlandse Handel. Zijn naam wordt altijd in één adem genoemd met Alexander Machkevich en Alijan Ibragimov, zijn compagnons de route en zakenpartners. ‘Het trio’ vergaarde zijn rijkdom in de jaren negentig, tijdens de privatisering van de zware industrie van Kazachstan. Chodiev en zijn twee zakenpartners kregen de controle over bodemrijkdommen van het uitgestrekte steppeland, met dank aan de goede banden met de politieke elite. Chodiev was een intieme adviseur van Nursultan Nazarbajev, die al sinds 1991 president is van Kazachstan.
Begin jaren negentig streek Chodiev neer in België, en richtte er enkele bedrijven op. In de zomer van 1996 tipte de Belgische antiwitwascel het Brusselse gerecht over een vastgoedtransactie waarin Chodiev genoemd werd. Volgens de antiwitwascel ging het mogelijk om een witwasoperatie.
In dezelfde periode speelde Chodiev ook een sleutelrol in de zogenaamde affaire-Tractebel. Het toenmalige Belgische nutsbedrijf Tractebel, dat vandaag tot Suez behoort (het huidige Engie), begon in Kazachstan met de exploitatie van energiecentrales en wist in 1997 ook een lucratief contract in de wacht te slepen voor de uitbating van een 8000 kilometer lange gaspijpleiding doorheen Kazachstan. Chodiev, Machkevich en Ibragimov bemiddelden bij de onderhandelingen tussen Tractebel en Kazachstan. Verscheidene media berichtten destijds dat het trio daarvoor – via een ingewikkelde constructie met allerhande offshore-bedrijven – tientallen miljoenen dollars aan ‘commissielonen’ uitbetaald kreeg, waarvan 5 miljoen teruggevloeid zou zijn naar een persoon in België. (Zie kaderstuk: De geheime deal van Suez)
Het Kazachse avontuur van Tractebel eindigde voor het bedrijf in een financieel debacle. Zelfs een reis van toenmalig premier Jean-Luc Dehaene (CVP, nu CD&V) naar Kazachstan in 1998 kon het tij niet keren. In 1999 zei de Kazachse premier Nurlan Balgimbayev het contract met Tractebel op.
Daarmee waren de problemen niet van de baan. Op basis van informatie van het Zwitserse gerecht begon een Brusselse onderzoeksrechter een onderzoek naar de tientallen miljoenen dollars die Chodiev en zijn twee zakenpartners naar verluidt uitbetaald hadden gekregen.
In 2001 werden Chodiev, Machkevich en Ibragimov door de Brusselse justitie officieel in verdenking gesteld in het kader van een witwasdossier. Tien jaar later, in de zomer van 2011, sloot het Brusselse parket-generaal echter een minnelijke schikking met Patokh Chodiev. Hij kocht de strafvervolging af voor 23 miljoen euro. Wat precies in die minnelijke schikking werd afgesproken, is blijkbaar topgeheim. Het Brusselse parket-generaal laat weten niet te communiceren over de inhoud ‘omdat bij de totstandkoming ervan werd overeengekomen dat geen details zouden worden vrijgegeven aan derden’.
Niet onbelangrijk detail: Chodiev was de eerste die een beroep deed op de verruimde Belgische wet op de minnelijke schikking. Volgens het Franse satirische weekblad Le Canard Enchaîné was die wet versneld tot stand gekomen, en speelde de Franse oud-president Nicolas Sarkozy daarin een rol. Het Franse luchtvaartbedrijf EADS had namelijk een belangrijk contract afgesloten voor de levering van helikopters aan Kazachstan, en in ruil daarvoor zou de Kazachse president aan Sarkozy hebben gevraagd om de zaak van Patokh Chodiev vooruit te helpen.
Feit is dat het nieuwe wetsvoorstel over de minnelijke schikking, dat in februari 2011 werd ingediend in de Kamer, al enkele maanden later in werking trad. Uitzonderlijk snel. Ook de naam van voormalig Senaatsvoorzitter Armand De Decker (MR) viel in de affaire. Hij reageerde in de media dat hij in het kader van zijn werk voor advocatenkantoor Stibbe met de zaak-Chodiev in contact was gekomen, maar ontkende een rol te hebben gespeeld in de versnelde goedkeuring van de verruimde wet op de minnelijke schikking. Het Brusselse parket opende in oktober 2014 een gerechtelijk onderzoek naar het dossier.
Einde verhaal? Niet helemaal. Na de minnelijke schikking tussen Chodiev en het gerecht kwam de Bijzondere Belastinginspectie (BBI) nog op de proppen. Die eiste van energiegroep GDF Suez, waar Tractebel intussen deel van uitmaakt, 188 miljoen euro voor de zwarte commissielonen die Tractebel aan Chodiev en zijn zakenpartners zou hebben betaald. Want zolang de strafzaak liep, moest de fiscus wachten met zijn burgerrechtelijke zaak. De rechter stelde Suez echter in het gelijk, en de BBI moest haar monsterclaim laten vallen.
KRITIEK VAN KOFI ANNAN
Chodiev stoot nog een tweede keer op een njet van Mossack Fonseca. Op 9 oktober 2015 stuurt een medewerker van het compliance-departement van Mossack Fonseca in Panama een e-mailtje naar een collega. Inhoud van het schrijven: Europa Exclusive Ltd, een offshore-vennootschap die in 2003 op de Britse Maagdeneilanden werd opgericht om handel te drijven in het Verenigd Koninkrijk. Wat blijkt uit de gelekte e-mail? Aandeelhouder én uiteindelijk begunstigde van de offshore Europa Exclusive Ltd is – opnieuw – Patokh Chodiev.
Voor Europa Exclusive Ltd treedt Mossack Fonseca op dat moment wél als geregistreerd agent op, al zal dat niet lang meer duren. ‘Overwegend dat het bedrijf een actieve status heeft, dat er onderzoeken lopen tegen Chodiev rond Congo en mijnbouw, en dat we niet veel informatie over het bedrijf hebben, wordt aanbevolen een verslag voor te bereiden voor de commissie waarin gesuggereerd wordt te stoppen als geregistreerd agent’, staat in de e-mail van compliance te lezen.
In mei 2013 had het Africa Progress Panel onder leiding van voormalig VN-topman Kofi Annan in een rapport vlijmscherp uitgehaald naar contracten die Eurasian Natural Resources Corporation (ENRC), de metaalgroep opgericht door Chodiev, in Congo had afgesloten en die het land honderden miljoenen zouden hebben gekost. Kort daarvoor had het Britse Serious Fraud Office ook al aangekondigd dat het een strafonderzoek voerde naar ENRC: ‘Het onderzoek focust op de beschuldigingen van fraude, omkoping en corruptie in het kader van de verwerving van substantiële grondstoffen.’ Ook al zat Chodiev in die periode niet in het bestuur van ENRC, opnieuw kreeg zijn reputatie een deuk.
Ditmaal is het niet St Peters Trust dat optreedt als tussenpersoon tussen Mossack Fonseca en Chodiev, maar Goldstar Equity Ltd, een bedrijf gevestigd in de Letse hoofdstad Riga. Op 13 november 2015 ontvangt Goldstar een schrijven van Mossack Fonseca: ‘Beste, we hebben beslist om ontslag te nemen als geregistreerd agent voor Europa Exclusive Ltd. Deze administratieve beslissing is genomen omdat het bedrijf niet in overeenstemming was met de wetgeving op de Britse Maagdeneilanden en onze due diligence-vereisten.’ Goldstar krijgt van Mossack Fonseca negentig dagen de tijd om een nieuwe geregistreerde agent te zoeken.
In het datalek van Mossack Fonseca duiken nog minstens tien andere offshore-vennootschappen op die op een of andere manier, direct of indirect, gelinkt zijn aan Patokh Chodiev. Het is niet duidelijk of Mossack Fonseca ook met die bedrijven intussen de samenwerking heeft stopgezet.
REACTIE VAN PATOKH CHODIEV
‘Ik ben een inwoner (gedomicilieerd) van Zwitserland en kom mijn wereldwijde fiscale verplichtingen na’, reageert Patokh Chodiev op een lijst met meer dan twintig offshore-bedrijven en enkele vragen die Knack hem voorlegt. ‘Zoals iedere andere Belgische privépersoon beschouw ik mijn persoonlijke financiële gegevens als vertrouwelijk, en dus zal ik geen commentaar leveren op de nauwkeurigheid of onnauwkeurigheid van de door u verstrekte bedrijfsinformatie. Ik bevestig niettemin, in algemene zin, dat ik, net zoals vele anderen die een aanzienlijk bedrijfs- en persoonlijk vermogen bezitten dat verspreid is over verscheidene landen, soms gebruik maak van buitenlandse special purpose-vennootschappen voor bepaalde deelnemingen. Zoals uw tijdschrift erkent, is hier niets onwettig aan, en houdt dit ook niet in dat ik mijn fiscale verplichtingen in Zwitserland, België of elders niet zou nakomen.’
St Peters Trust liet weten niet te willen reageren. Goldstar Equity Ltd antwoordde niet op onze vragen.
DOOR KRISTOF CLERIX
DE STEENRIJKE BELG IS TOT OP HEDEN NOOIT STRAFRECHTELIJK VEROORDEELD.
OFFICIEEL WOONT HIJ NIET IN EEN VILLA MAAR IN EEN APPARTEMENTEN-BLOK IN FREIENBACH.