Schommelend tussen kritiek en ongeloof, maar altijd op een ontevreden toon: lezersbrieven over het tweede verslag van de Commissie-Dutroux.
Commissie (1)
Mij verbaast het niet dat het onderzoek naar de beschermingspistes met een sisser afgelopen is (“Het verslag krijgt kritiek”, Knack nr. 9). Men kan nu eenmaal niet tegelijk rechter en partij zijn. Wie de beschermingspistes uitspit, komt terecht bij de Franstalige politieke partijen die in de commissie zitten en alle onthullingen kunnen blokkeren.
In principe zouden de leden van zo’n parlementaire commissie buiten en boven de partijpolitiek staan, maar dat is in België ondenkbaar. Men had toch niet verwacht dat PSC- of PRL-leden alle perversiteiten en louche connecties van hun eigen partijgenoten gingen ontmaskeren?
Ik verloor mijn geloof in de commissie op de dag dat de Franstalige partijen één front vormden om Melchior Wathelet in bescherming te nemen. Dankzij de medeplichtigheid van CVP en SP is toen de doofpotoperatie begonnen. Toen werd het duidelijk dat de machtige mannen achter de schermen nooit zouden worden ontmaskerd.
Commissie (2)
Het tweede onderzoek is te voorzichtig en te politiek om geloofwaardig te zijn. De mouvance-Nihoul kreeg en gaf bescherming “in een sfeer van normvervaging”. Maar er komen geen namen: noch van wie beschermde, noch van wie beschermd werd. Zijn de fouten van opperwachtmeester Michaux allemaal te wijten aan toeval, slordigheid en normvervaging?
Maar de officiële versie ligt nu vast: er is geen complot geweest, er is geen bescherming van hogerhand. De regeringspartijen kunnen opgelucht ademhalen. Ze kunnen zich achter het rapport verschuilen om te beweren dat ze niet medeplichtig zijn. Alleen zal niemand dat geloven.
Commissie (3)
De regeringspartijen kunnen hun afgevaardigden in de Dutroux-commissie dankbaar zijn. Ze zijn erin geslaagd het deksel op de doofpot te houden. Ze hebben de publicatie van namen kunnen verhinderen. Zoveel toewijding en inzet zullen zeker beloond worden met een parlementair mandaat of een winstgevende politieke benoeming. De commissieleden hebben België gered.
Commissie (4)
Maandenlang stonden alle kranten vol van “gelekte” verslagen van geheime zittingen van parlementaire onderzoekscommissies. Geen enkel commissielid werd aangeklaagd of gebrandmerkt wegens schending van de geheimhouding. Maar als men Gerolf Annemans kan beschuldigen, maakt men daar een staatszaak van. Nihoul en zijn politieke beschermers worden ontzien, maar Annemans krijgt de volle lading en Connerotte en Bourlet, die de waarheid zoeken, worden gestraft en gedwarsboomd. Twee maten en twee gewichten, dus.
Commissie (5)
Hoe is het mogelijk dat een politicus zich verlaagt tot het afbreken van een verslag waaraan hij gedurende maanden heeft meegewerkt en waarvan hij zelfs verslaggever in de Kamer was (“Er is geen groot complot”, Knack nr. 8)?
Als Renaat Landuyt niet akkoord ging, moest hij dit tijdens de vergaderingen bekendmaken, niet achteraf. Ik kan dat enkel lafheid en hypocrisie noemen.
Jammer dat de kleine partijpolitiek nu weer de kop opsteekt en een zeer degelijk verslag, dat terecht zware kritiek uitbrengt op bepaalde magistraten en politiediensten, afkraakt.
Pedofilie (1)
Het triomferende kerkapparaat wordt ontmaskerd en ontkracht door de onthulling van seksueel geweld gepleegd door priesters. De slachtoffers zijn vrouwen, kinderen en priesters zelf (“De mannen van God”, Knack nr. 6).
De ellende staat niet los van een middeleeuws, westers, van bovenuit opgedrongen celibaat. Dat kan nochtans door enkelen als een vreugdevolle roeping worden beleefd.
Twee suggesties:
1. Wat houdt onze bisschoppen tegen om aan Rome te verklaren dat ze met het celibaat breken? De bisschoppen weten toch goed hoe een aantal priesters verkommert in eenzaamheid. Hoe een aantal aan de drank raakt of op de rand van zelfdoding staat?
2. Wat belet priesters die een relatie met een vrouw hebben, om er openlijk voor uit te komen? Het zou bevrijdend zijn voor henzelf en voor de vrouwen die verdoken moeten leven.
Pedofilie (2)
Ik ben onthutst en geschokt door de spotprent van Steve op de voorpagina van Knack (nr. 8). De tekening beeldt op perfide wijze een pedofiel priester af. Wat wil Knack daarmee bereiken? Bewijzen dat alle priesters pedofielen zijn? Heeft dat blad geen enkel respect meer voor het overgrote deel van onze priesters die geen pedofiel is? Of wil Knack meedoen met de trend dat alles mag en alles moet worden vernield?
Pedofilie (3)
Ik hoop dat de pedofiele geestelijken worden ontmaskerd en een voorbeeldige straf zullen krijgen. Men kan zich de vraag stellen of de kerkelijke autoriteiten wel voldoende alert op de alarmsignalen reageerden. Als zij allerlei klachten zonder gevolg lieten, zijn de kerkelijke gezagdragers moreel verantwoordelijk.
Het is positief dat het gerecht grote schoonmaak houdt in de kerk, maar het zou veel geloofwaardiger overkomen als men ook de pedofiele politici aanpakt.
Pedofilie (4)
Ik ben medeverantwoordelijke voor de priesteropleiding in het seminarie van het aartsbisdom Mechelen-Brussel.
Rik Devillé heeft zoals elke burger het recht zijn mening te zeggen. Dat hij zich als woordvoerder omschrijft, is ook zijn recht, al betwist ik zijn representativiteit. Maar een verantwoord journalistiek werk zou ook plaats moeten geven aan andere stemmen. En die bestaan in overvloed.
Uw omslagtekening vind ik eerrovend voor de mens, de christen en de priester die ik ben. Ze doet me mutatis mutandis denken aan de tekeningen die de folders van het Vlaams Blok sieren.
Onderwijs
Nog nooit was de hervorming van het secundaire onderwijs zo actueel en dringend tegelijk (“De minister is gezakt”, Knack nr. 5, en “De leraar maakt het verschil”, Knack nr. 7).
Een pluralistische school zal wel altijd een utopie blijven, maar dat belet niet op te komen voor een democratisch onderwijs met gelijke kansen voor iedereen.
In de plaats van elkaars concurrenten te zijn, moeten alle netten samenwerken om de grote uitdagingen van de 21ste eeuw aan te kunnen. De kortzichtigheid en onkunde van zogenaamde onderwijsspecialisten heeft al zoveel onheil gesticht. Te veel jongeren worden naar een verkeerde studierichtring gestuurd, verlaten het secundair onderwijs zonder diploma of zien alle kansen op tewerkstelling vroegtijdig verdwijnen.
Het wordt de hoogste tijd dat onderwijsminister Luc Van den Bossche een pedagogische vernieuwing op gang brengt met als belangrijkste basisprincipe: elk kind is uniek en gelijkwaardig. Bijgevolg heeft het recht op volwaardig onderwijs.
Creatieve, wetenschappelijke, technische, maatschappijkritische en ervaringsgerichte vorming – wellicht zijn er nog andere belangrijke elementen – moet een gegeven zijn om een onderwijsmodel uit te bouwen waarin iedereen zich kan terugvinden. Investeren in de jeugd is bouwen aan de toekomst, een toekomst die niet mag worden geblokkeerd door eigenbelang en imperialisme.
L. Van Dun, Mortsel.,L. De Waele, Heist-aan-Zee.,A. Deprins, Mechelen.,V. Vanherle, Koersel.,D. Lambrechts, Tongeren.,G. Cornelis, basiskerk, Waasmunster.,J. Pauwels, Beersel.,V. Heuser, Bilzen.,J. Kockerols, Brussel.,F. Jonkers, Bekkevoort.