Naturalisatie (1)
Voor de verkiezingen deed de VLD zich voor als een democratisch en gematigd alternatief voor het Vlaams Blok. Zij ging de criminaliteit aanpakken en het zou gedaan zijn met ‘smijten met de Belgische nationaliteit’. De VLD eiste toen ook de invoering van bindende referenda.
Nu de partij in de regering zit, heeft ze al die beloftes ingeslikt. Van een harde aanpak van criminaliteit komt niets in huis, de VLD keurde de meest lakse naturalisatie ter wereld goed en zal nu zelfs tienduizenden illegalen regulariseren (“Koest-koest-kreten”, Knack nr. 2).
Van bindende referenda is geen sprake meer, want als er over regularisatie en naturalisatie referenda werden gehouden, zouden die beide maatregelen met overgrote meerderheid worden afgewezen.
Naturalisatie (2)
De Verenigde Naties publiceerden een rapport waaruit zou blijken dat Europa meer dan 150 miljoen immigranten nodig heeft om de vergrijzing tegen te gaan en de economie draaiende te houden. Zou het niet logischer zijn te zeggen dat Europa meer kinderen nodig heeft?
Een dalend geboortecijfer en een afnemende bevolking zijn geen argumenten voor het toelaten van meer migranten. Integendeel. Een volk met een hoog geboortecijfer en een sterk groeiende bevolking kan eventueel nog immigranten assimileren, een volk met een laag geboortecijfer kan het zich niet permitteren immigranten op te nemen.
Dat opent de weg voor het ‘indiaanse scenario’ waarbij de oorspronkelijke bevolking wordt overvleugeld en verdrongen door miljoenen nieuwkomers met een hoog geboortecijfer.
Dioxine
“In de dioxinecrisis is er goed samengewerkt en werd de zaak nooit voluit gepolitiseerd. Het NCMV heeft dat een beetje geprobeerd in het begin.” Dat zegt regeringscommissaris Freddy Willockx in “Verandering van spijs doet eten” (Knack nr. 2). Dat politici de neiging hebben de wereld te bekijken door een gekleurde bril, is niet nieuw.
De waarheid over de NCMV-standpunten in verband met de dioxinecrisis is simpel. Sinds het uitbreken van de crisis werd het NCMV uitsluitend geïnspireerd door de negentien betrokken KMO-beroepsorganisaties. Naast werkgroepen ad hoc kwamen die inmiddels twaalf keer in plenaire vergadering bijeen onder leiding van Kris Peeters. Hij deed niet meer – maar ook niet minder – dan de op die bijeenkomsten geformuleerde besluiten verdedigen. De betrokken KMO-sectoren noch het NCMV hadden enige behoefte aan politieke spelletjes. Daarvoor was en blijft de situatie te ernstig. De enige drijfveer was en blijft het belang van de getroffen KMO’s. Willockx erkende trouwens onlangs dat de dioxinecrisis voor de niet landbouwbedrijven nog lang niet voorbij is. Hij heeft gelijk. Zo is het beloofde overbruggingskrediet voor deze KMO’s na ruim zes maanden nog altijd niet geregeld.
Vlaanderen
Minister-president Patrick Dewael heeft Vlaanderen 2002 ontdekt (“Een Vlaming is ook een Belg”, Knack nr. 1). Zijn oordeel: “Er gaat iets nostalgisch van uit.” Bij Dewael staat dat voor oubolligheid. Die duidelijkheid siert hem, hoewel totaal onduidelijk is waarom hij Vlaanderen 2002 uitspeelt tegen het voorstel van het Vlaams Economisch Verbond, dat iets totaal anders bedoelt.
Maar de werkelijkheid is anders. Op de partnerdag Vlaanderen-Indië (een initiatief van Vlaanderen 2002) reikt de Indische ambassadeur de partnerschapstrofeeën uit. De genomineerden voor de trofee economie zijn de NV Bekaert en Samsonite. Voor cultuur: Dansdienst d’Oude Kapel, Namaste. Voor wetenschappen: prof. dr. Winand Callewaert (KU Leuven), prof. dr. Willemen (U Gent) en het centrum voor India Studies (UIA). Nostalgisch zei u toch?
Mahieu
Als een van de leden van het eerste uur was ik nauw betrokken bij de organisatie van Vivant tot aan de nationale verkiezingen. Ik wil dan ook reageren op het ontslag van Albert Mahieu, Vivant-verkozene in de Brusselse Hoofdstedelijke Raad (“De week in België”, Knack nr. 2).
Zijn motivatie voor zijn ontslag en zijn onvrede met de weg die Vivant wil volgen, kan ik respecteren en zelfs begrijpen. De democratische werking binnen Vivant is fundamenteel, ook voor hem.
Dat hij Vivant verlaat, is zijn volste recht. Daarna kon hij twee wegen bewandelen. Ofwel stond hij zijn mandaat af aan zijn opvolgster en was hij correct ten opzichte van de nieuwe politieke cultuur. Tegelijk toonde hij ook respect voor alle Vivanters die keihard hebben gewerkt om dat ene mandaat te verkrijgen.
Hij koos de tweede optie: hij behield zijn mandaat en vervoegde zich bij het clubje “politieke opportunisten”, die een politieke partij gebruiken als kruiwagen voor zichzelf om een mandaat te verkrijgen tegen de laagste prijs, en zich daarna, om een of andere reden, uit de voeten maken met het mandaat.
Dit bewijst ook dat de screening van kandidaten voor het samenstellen van kieslijsten nog veel kieskeuriger dient te gebeuren om zulke personen uit het parlement te houden, dus duidelijk ook bij Vivant.
Ik hoop dat Mahieu zich bedenkt, niet alleen omwille van Vivant, maar ook omwille van zijn geloofwaardigheid als politicus en mens.
Canvas
Het pamfletachtige artikel “Kiezen voor Canvas” (Knack-Agenda, nr. 49) vraagt om een reactie. De leden van de raad van bestuur van de VRT worden aangesteld door de aandeelhouder van deze nv van publiek recht, tijdens een buitengewone algemene vergadering. De voorzitter wordt door de leden van de raad gekozen.
De leden van de huidige raad hebben trouwens al diverse malen bewezen dat zij hun verantwoordelijkheid als bestuurder correct opnemen. Zoals in de rest van het huis, is ook bij de raad van bestuur de oude politieke cultuur voltooid verleden tijd.
Onder meer met de stelling: “Ondertussen verliest het Huis van Vertrouwen bijvoorbeeld de strijd met diezelfde concurrenten op een van de voor de VRT essentiële terreinen: informatie”, neemt Knack een loopje met de waarheid. De waarheid is dat de VRT de meeste kijkers en luisteraars bereikt met zijn informatieprogramma’s en met andere woorden leidinggevend is op dat terrein. In 1999 werden met de informatieprogramma’s van de VRT-televisie dagelijks gemiddeld meer dan anderhalf miljoen kijkers bereikt.
De VRT-programma’s zijn voor een zeer groot deel eigen programma’s. In 1998 bedroeg de eigen productie bij de VRT-televisie 2942 uur, een stijging met 542 uur in vergelijking met 1997.
Er wordt met andere woorden bij de VRT ook nog wat anders gemaakt dan contracten, zoals Knack suggereert. Bij de dienst programma-aankoop van de televisie werken overigens acht mensen.
De VRT is het grootste productiehuis van Vlaanderen. De bijkomende middelen die via herstructureringen worden vrijgemaakt, worden geïnvesteerd in Vlaamse producties, niet in miljardencontracten met Amerikaanse producenten.
En de “door niemand gevraagde” slag met de commerciële zenders: niemand vraagt ooit concurrentie. De VRT moet wel zijn bestaansrecht als publieke omroep verdienen. Hij doet dat ook. De steeds groeiende aantallen kijkers en luisteraars bevestigen dat.
Lieve Foubert, Sint-Niklaas.,Peter Vlieren, Brugge.,Ronny Lannoo, woordvoerder NCMV, de Organisatie voor Zelfstandige Ondernemers.,Herman Suykerbuyk, ere-ondervoorzitter Vlaams parlement, Essen.,Dirk Vangossum, Vilvoorde.