‘Het bosbestand krimpt jaar na jaar’

Op verzoek van Knack stelde Natuurvereniging BOS+ voor het eerst in jaren een Bosbarometer van Vlaanderen op. De resultaten zijn vernietigend voor onze minister van Natuur. In tegenstelling tot wat zij zelf beweert, wordt er in Vlaanderen ieder jaar meer bos gekapt dan aangeplant.

Bossen zijn goed voor de gezondheid, zowel fysiek als mentaal. Ze bieden rustpunten in onze jachtige samenleving. Een dagelijkse wandeling van een kwartiertje in het groen verlaagt ons stressniveau aanzienlijk. Bossen halen ook een flink deel van het fijnstof uit de lucht en hebben een positief effect op de gezondheidszorg. En in verpauperde buurten leidt vergroening zelfs tot een daling van het aantal geweldsdelicten. Bossen hebben dus ook een maatschappelijke meerwaarde.

Al jaren belooft de Vlaamse overheid dat ze in onze bosarme regio meer groen zal aanplanten. Huidig minister van Natuur Joke Schauvliege klopte zich niet zo lang geleden zelfs op de borst dat er in twee jaar duizenden hectaren bos bij waren gekomen. De werkelijkheid, zo blijkt uit de nieuwe Bosbarometer die de natuurvereniging BOS+ op verzoek van Knack publiceert, is net even anders: het bosbestand in Vlaanderen krimpt jaar na jaar. In plaats van meer bos, is er sprake van ontbossing.

Ontbossing is wettelijk verboden in Vlaanderen, maar in woongebieden of industriezones kun je met een eenvoudige stedenbouwkundige vergunning toch bossen rooien. Ook de bevoegde minister kan een ‘ministeriële ontheffing’ verlenen op het ontbossingsverbod. In 2014 werd een dergelijke ontheffing toegekend voor het rooien van 72 hectare bos, of een oppervlakte van 150 voetbalvelden.

Minister Schauvliege beweert dat ze streng omspringt met haar ontheffingsmacht. ‘Maar als je de cijfers van de laatste jaren bekijkt,’ zegt directeur Bert De Somviele van BOS+, ‘kun je niet van een radicale ommezwaai in de juiste richting spreken, wel integendeel.’ In 2013 mocht 46 hectare en in 2012 67 hectare bos worden gerooid van de minister.

BOS+ ijvert al bijna vijftig jaar voor de bossen in Vlaanderen. De vereniging is de initiatiefnemer van de ‘Week van het bos’ en gaat in haar jaarlijkse Bosbarometer na hoeveel bos er elk jaar bijkomt of verdwijnt.

Uit de nieuwe Bosbarometer 2015 valt af te leiden dat het ontbossingstempo nauwelijks afneemt: de voorbije tien jaar werden elk jaar vergunningen afgeleverd voor het kappen van gemiddeld 300 hectare bos per jaar. Dat zijn ongeveer 600 voetbalvelden. De voorbije drie jaar werd meer dan 800 hectare gekapt, en vorig jaar zette men – met vergunning – de bijl in 335 hectare bos.

Boscompensatie

Wie in Vlaanderen een bos kapt, moet dat compenseren. Dat kan op twee manieren. De ontbosser kan op een andere plaats een nieuw bos aanplanten van dezelfde grootte. Veel gebruikelijker is het om geld te storten in het boscompensatiefonds, waarmee de Vlaamse overheid gronden koopt om een bos aan te leggen. De ontbosser betaalt 1,98 euro per vierkante meter gerooid bos. Uit de nieuwe Bosbarometer blijkt dat in 2014 exact 2,3 miljoen euro werd gestort in dat boscompensatiefonds. In 2013 was dat 3,1 miljoen euro en in 2012 2,8 miljoen euro.

Maar wat blijkt? Een tijdje geleden biechtte minister Schauvliege op dat ze een groot deel van de middelen in dat fonds, 8 miljoen euro, al jaren niet kon gebruiken. Haar collega-ministers van Begroting lieten dat niet toe wegens de Europese begrotingsrichtlijnen. Stand-upcomedian Wouter Deprez beet zich vast in het dossier, waarop zowel minister Philippe Muyters als Annemie Turtelboom – respectievelijk in de vorige en deze Vlaamse regering bevoegd voor Begroting – liet weten dat de vraag om die middelen aan te wenden hen nooit was gesteld en dat die helemaal niet geblokkeerd waren.

Volgens De Somviele illustreert het voorval de permissieve houding tegenover ontbossing, terwijl er op allerlei manieren wordt gedraald om terreinen te bebossen. Hij wijst er bovendien op dat het bedrag van 1,98 euro per vierkante meter vastgelegd werd in het begin van de jaren 2000. Dat bedrag is sindsdien nooit aangepast aan de huidige grondprijzen. ‘Met twee euro kom je tegenwoordig niet meer ver. Je moet op het dubbele of zelfs het driedubbele rekenen, zeker in de provincies Antwerpen, Vlaams-Brabant en Oost-Vlaanderen.’

De Somviele vindt dat die compensatieregeling de Vlaamse overheid en dus ook de Vlaamse belastingbetaler veel geld kost. ‘De ontbossser betaalt 20.000 euro als hij één hectare bos kapt, maar de overheid moet meer dan 60.000 euro betalen om elders een even groot stuk grond te kopen voor bebossing.’

Uit enkele recente parlementaire vragen is af te leiden dat de Vlaamse overheid tijdens de eerste helft van 2015 welgeteld twee hectare bosgrond had aangekocht. ‘Dat is niet meteen flink gewerkt’, vindt De Somviele. Onder druk van de publieke opinie kwam Joke Schauvliege enkele weken geleden plots met de melding dat er in de tweede helft van vorig jaar honderd hectare grond was aangekocht met het geld van het compensatiefonds. De Somviele heeft daar grote twijfels bij. ‘We hebben geleerd om voorzichtig te zijn met de uitspraken van de Vlaamse milieuminister: niet alles wat de voorbije jaren werd aangekondigd vertaalt zich ook in bomen en bossen op het terrein.’

De Bosbarometer van BOS+ leert dat in 2014 129 hectare gekapt bos werd gecompenseerd in natura, in nieuw bos dus. Voor 119 hectare gekapt bos werd geld gestort in het compensatiefonds. Samen is dat goed voor een boscompensatie van 248 hectare. Zet je dat af tegen de vergunningen voor de kap van 335 hectare, dan kom je tot de slotsom dat er netto 87 hectare bos is verdwenen. De achterstand die Vlaanderen de laatste jaren opliep, bedraagt ondertussen een oppervlakte van meer dan 1600 hectare bos. Dat is te vergelijken met het bekende Heverleebos en Meerdaalwoud in de buurt van Leuven, of een terrein zo groot als 3000 voetbalvelden.

Geruzie met Schauvliege

Het is voor het eerst sinds 2012 dat BOS+ nog eens een Bosbarometer naar buiten brengt. Volgens Bert De Somviele van BOS+ leidde de publicatie ervan in het verleden telkens tot hoog oplopende discussies met minister Schauvliege. ‘Die betwistte telkens onze cijfers, hoewel die werden aangeleverd door haar eigen administratie, het Agentschap voor Natuur en Bos. We zijn er toen even mee gestopt, omdat het geruzie negatief afstraalt op de volledige natuursector. BOS+ heeft een traditie van constructieve dialoog met de beleidsmakers. Ruziënd over de grond rollen in de publieke arena maakt daar geen deel van uit, en dus besloten we om de publicatie van de Bosbarometer even op te schorten en opnieuw tot een goed overleg te proberen komen met de minister.’

Maar na twee jaar wachten heeft BOS+ het een beetje gehad. ‘Minister Schauvliege luistert niet of nauwelijks naar haar eigen middenveld. Het is erg moeilijk om met haar tot een dialoog te komen. We hebben meermaals geprobeerd om contacten te leggen, maar we worden niet gehoord. Wij zijn geen organisatie die alleen maar aan de zijlijn gratuite kritiek geeft. Integendeel: we proberen de knelpunten duidelijk en grondig te analyseren én er oplossingen voor aan te reiken. Je zou denken dat dit voor de bevoegde minister nuttige informatie kan opleveren, maar in de praktijk zien we dat onze suggesties systematisch genegeerd worden, of dat er zeer defensief op gereageerd wordt.’

Een tweede reden waarom BOS+ de Bosbarometer de voorbije jaren niet heeft uitgebracht, was de introductie door minister Schauvliege van een nieuwe methode om het Vlaams bosbestand in kaart te brengen, de zogenaamde Boswijzer. Dat gebeurt via luchtfotografie. Op basis van de resultaten daarvan kondigde zij enkele jaren geleden euforisch aan dat de totale oppervlakte bos in Vlaanderen in twee jaar tijd was toegenomen met duizenden hectaren, tot bijna 180.000 hectare.

Schauvliege vergat erbij te vertellen dat de computeranalyse vele fouten verdoezelde. Zo werd het gigantische Antwerpse huisvuilstort de Hooge Maay ingekleurd als bos. Ook de betere villawijken in Vlaanderen met veel bomen, zoals in Sint-Martens-Latem en Brasschaat, bleken van de ene dag op de andere herschapen te zijn in vruchtbare bossen. Volgens de computer was zelfs de Zoo van Antwerpen omgetoverd tot een heus stadsbos. Ook de KU Leuven en zelfs het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO), de eigen onderzoeksinstelling van de Vlaamse overheid, hadden forse kritiek op de methodiek van de Boswijzer.

Het werkelijke bosbestand in Vlaanderen, zegt De Somviele, is ongeveer 150.000 hectare groot. ‘Dat is elf procent van de totale oppervlakte. Dat is weinig in vergelijking met de meeste Europese regio’s. België doet het iets beter met 20 procent bosoppervlakte, maar dat komt vooral door de vele bossen in de Ardennen. Maar zelfs als de cijfers uit de Boswijzer van Schauvliege zouden kloppen, komen we nog niet verder dan een bosareaal van dertien procent.’

Interne frustratie

Om daar wat aan te doen, werd al in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen van 1997 de clausule opgenomen dat Vlaanderen zijn totale bosoppervlakte moest uitbreiden met 10.000 hectare. ‘Dat was een tienjarenplan. Voor elke regio werden aparte doelstellingen opgesteld’, verduidelijkt De Somviele. ‘Het Meetjesland moest bijvoorbeeld 400 hectare bos aanleggen. Achttien jaar later is daarvan maar tien procent gerealiseerd, en dan nog vooral door particulieren en lokale overheden. Voor heel Vlaanderen werd slechts twintig procent gehaald van de totale doelstelling.’

Het grootste deel van de bosuitbreiding werd gerealiseerd rond de eeuwwisseling. Toeval of niet: het waren ook de jaren dat het toenmalige Agalev (nu Groen) deel uitmaakte van de Vlaamse regering. De jaren daarna is de netto bosuitbreiding stelselmatig gedaald. (zie grafiek) Het Agentschap voor Natuur en Bos, dat verantwoordelijk is voor de praktische uitvoering, lijkt dus te falen. Volgens sommigen zorgt dat ook binnen die administratie voor veel frustratie. Het Agentschap had vroeger eigen bosuitbreidingsteams die de plannen op het terrein moesten realiseren, maar die zijn door de Vlaamse overheid grotendeels afgeschaft. ‘Zelfs als er geen ontbossingen zouden plaatsvinden, dan nog zou het in dit tempo meer dan honderd jaar duren vooraleer we de beloofde 10.000 hectare bosuitbreiding halen’, zegt De Somviele.

Hij heeft de indruk dat van alle Vlaamse partijen CD&V het minst zin heeft om werk te maken van bosuitbreiding. ‘Misschien wegens de nauwe banden tussen CD&V en de Boerenbond.’ Hij benadrukt dat BOS+ geen fundamentalistische milieuorganisatie is. ‘We willen van Vlaanderen heus geen tweede Finland maken. We hebben respect voor de landbouwers en hun werk, maar een bosuitbreiding van duizend hectare per jaar is en moet een realistische ambitie zijn.’

Meer bossen: waar dan?

Bert De Somviele beseft dat er een grote druk is op de gronden in Vlaanderen: de bevolking groeit, de landbouw zoekt vruchtbare percelen, de industrie wil uitbreiden waar het kan. ‘Toch is het best mogelijk die gronden te vinden. Kijk naar de vele leegstaande en vervallen fabrieken, om maar een voorbeeld te noemen. Het logistieke bedrijf Essers wil in Genk bos kappen om uit te breiden. Maar er is nog heel wat industrieterrein beschikbaar daar, alleen is het rooien van dat bos voor het bedrijf goedkoper dan elders uit te breiden.’

Ook onderzoeker Peter Van Gossum maakte enkele jaren geleden in een doctoraat voor de UGent brandhout van de stelling dat er in Vlaanderen geen plaats zou zijn voor bosuitbreiding. Vaak wordt daarbij het argument gebruikt dat Vlaanderen te dichtbevolkt is. Van Gossum toonde in zijn onderzoek aan dat vergelijkbare regio’s in het buitenland daar wel in slagen. Île-de-France, rond Parijs, en Noord-Rijnland-Westfalen hebben een vergelijkbare bevolkingsdruk als Vlaanderen, maar ongeveer 2,5 keer zoveel bos. In Nederland nam de bosoppervlakte in achttien jaar toe met 8 procent. In de Engelse Midlands steeg de bosoppervlakte in veertien jaar van 6 naar 16 procent, door de samenwerking tussen overheid, middenveld, bedrijven en het brede publiek. Ook in Denemarken nam de oppervlakte bos met 9 procent toe. De voorbije twintig jaar slaagden de andere West-Europese landen er samen in het bosareaal uit te breiden met maar liefst 1,7 miljoen hectare.

Om het buitenlands voorbeeld te volgen, moet Vlaanderen volgens Bert De Somviele werk maken van een betere ruimtelijke ordening. De verrommeling van Vlaanderen moet worden stopgezet. ‘Elke dag verdwijnt zes hectare grond in Vlaanderen onder beton of asfalt. In dat tempo zal in 2050 bijna de helft van het Vlaamse oppervlakte verhard zijn. De gevolgen zullen niet te overzien zijn. Daarom moet Vlaanderen opgeruimd worden. Vijftien miljoen euro per jaar voor bossen kan zogezegd niet, maar de lintbebouwing kost onze regio wel honderden miljoen aan nutsvoorzieningen.’

Is er dan helemaal geen positief nieuws te melden over het bosbeleid van Vlaanderen? Jawel. ‘Enkele weken geleden beslisten de meerderheidspartijen in het Vlaams Parlement om voor 12.500 hectare van onze meest bedreigde bossen een moratorium op ontbossing in te stellen. Dat is een reële stap vooruit, al blijft het nog wachten tot de beslissing kracht van wet krijgt.’

DOOR MICHEL VANDERSMISSEN

Bert De Somviele: ‘Elke dag verdwijnt zes hectare grond in Vlaanderen onder beton of asfalt.’

‘Een bosuitbreiding van duizend hectare per jaar moet een realistische ambitie zijn.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content