Het boeddhisme hoopt dit jaar officieel erkend te worden als levensbeschouwing. Dat betekent onder meer dat leerlingen godsdienstlessen kunnen krijgen in de leer van de dharma, en dat ziekenhuizen boeddhistische consulenten aan stervensbegeleiding laten doen. Maar er staan ook miljoenen euro’s subsidies op het spel.
In een tempel in de Brusselse gemeente Sint-Gillis houdt Carlo Luyckx, voorzitter van de Boeddhistische Unie van België (BUB), een glas voor zijn gezicht. ‘Wat is boeddhisme, vraagt u? Dat is als een glas met troebel water. Laat het bezinksel zakken en je kijkt door helder water. Zo werkt het boeddhistische bewustzijn. Laat je geest tot rust komen door meditatie, en kom dichter bij jezelf.’ Dat is geen makkelijke opdracht, want de menselijke geest laat zich voortdurend afleiden, gedreven door begeerte, afkeer en verwarring, zoals de Antwerpse boeddhist Edel Maex schrijft in zijn boek Kleine inleiding tot het Boeddhisme.
De tempel van Kagyu Samye Dzong – de naam verwijst naar de Tibetaanse traditie van Boeddha – is gevestigd in een prachtig Brussels herenhuis dat lang geleden eigendom was van een rijke rechter. De binnenmuren zijn herschilderd in de typische boeddhistische kleuren geel, oranje en groen. In wat vroeger de woonkamer moet zijn geweest, wordt ’s morgens en ’s avonds gemediteerd op het parket. In de tuin staat een prachtige stoepa van waaruit veelkleurige vlagjes de vier windstreken uitwaaieren.
De voorzitter is boeddhist sinds 1971. ‘Ik ben opgegroeid in een klassiek christelijk gezin in het Antwerpse. Niets mis mee, alleen voelde ik al vroeg dat het mijn pad niet was. Ik werd aangetrokken door yoga en spiritualiteit, en ik las over allerlei godsdiensten zoals het hindoeïsme en het boeddhisme. Vooral dat laatste sprak me erg aan. Daarom reisde ik op mijn zeventiende naar een klooster in Schotland, en vroeg er aan de lama – de geestelijke leider – om mij in te wijden in het boeddhisme. Ik voelde me daar thuis. Ik ben er zeven jaar gebleven.’
Toen Luyckx op zijn zeventiende werd ingewijd in Schotland kreeg hij ook een andere naam: Karma Tsering Gyurme. De naam verwijst naar een lang leven en een onwrikbaar karakter. Zijn Schotse lama was ook verantwoordelijk voor het boeddhistische centrum in Brussel, en hij stuurde Tsering Gyurme als een soort zendeling terug naar België om het boeddhisme als levensbeschouwing te organiseren en te helpen beheren. België telt enkele tientallen boeddhistische verenigingen uit verschillende tradities, zoals het Vajrayâna of het Mahâyâna, die nauwelijks contact hadden met elkaar. Sinds 1986 overkoepelt de Boeddhistische Unie van België een dertigtal ervan als een soort oecumene.
De BUB deed in 2006 een officiële aanvraag tot erkenning als levensbeschouwing of niet-confessionele filosofie, ten tijde van minister van Justitie Laurette Onkelinx (PS). ‘Heel wat mensen zijn op zoek naar waarden en zingeving. Het boeddhisme stelt een weg voor die gekenmerkt wordt door een open ingesteldheid en tolerantie ten opzichte van alle levende wezens. De boeddhistische praktijk is tegelijk spiritueel en rationeel, ethisch en bevrijdend.’ Zo stond in de begeleidende brief aan de overheid, en het klopt volgens Luyckx nog altijd. ‘De vraag naar zingeving is sindsdien alleen maar gegroeid, en steeds meer mensen voelen zich aangetrokken tot het boeddhisme. We leven in een tijd van angst en onzekerheid, van groeiende druk en intolerantie, van individualisme en afgunst. Onze levensbeschouwing biedt een antwoord, want de boeddhistische praktijk wordt niet bepaald door een specifieke religieuze overtuiging. Daarom worden onze centra ook bezocht door gelovigen, atheïsten en agnosten. Het boeddhisme respecteert alle andere overtuigingen. Het kent geen dogma’s, noch een opperwezen dat boven de mensen verheven is. Het is een levenswijsheid die gebaseerd is op de persoonlijke ervaring.’
Subsidies
De BUB kreeg twee jaar na de aanvraag een jaarlijkse subsidie van 200.000 euro als voorbereiding op de erkenning – voor dit jaar moest de boeddhistische gemeenschap wel 20 procent inleveren door de besparingen. Met die subsidie wordt het loon van de secretaris-generaal en zijn secretariaat betaald. Bijna tien jaar na het indienen van de officiële aanvraag ligt volgens Carlo Luyckx de weg naar de erkenning open. ‘De administratieve molen maalt langzaam in dit land, maar de vrijzinnigen moesten twintig jaar wachten op hun officiële erkenning, dus ons hoor je niet klagen. Zonder de aanslagen in Parijs in november waren we misschien al erkend, maar de gesprekken werden toen even opgeschort als gevolg van het vele extra werk in de strijd tegen het terrorisme.’
In België regelt het ministerie van Justitie de erkenning van godsdiensten. De minister van Justitie schrijft een wetsontwerp, maar het is aan het parlement om het boeddhisme al dan niet te erkennen. Het valt te hopen voor Luyckx dat de nakende besparingen geen roet in het eten zullen gooien, want de erkenning van zes erediensten en de vrijzinnigheid kost de federale overheid veel geld. Dit jaar zo’n 96 miljoen euro. Het gaat vooral om de lonen van de bedienaars van die godsdiensten: de priesters en dominees. (zie kader) Om de erkenning te vergemakkelijken, deed de BUB een tijd geleden nog een financiële toegeving. ‘Om de loonschalen van onze consulenten vast te leggen, baseerden wij ons op die van de Unie Vrijzinnige Verenigingen. Maar die blijken een stuk hoger dan bijvoorbeeld de lonen van een imam. Daarom nemen we genoegen met de bezoldiging binnen de islamitische godsdienst als norm.’
Uit een financiële oefening van de BUB blijkt dat de totale financiering van het boeddhisme in 2016 zo’n 1,1 miljoen euro zou bedragen. In 2025 zou die dotatie stijgen tot 7 miljoen euro per jaar. (zie grafiek) Daarmee zullen onder meer de lonen van ongeveer 110 boeddhistische consulenten worden betaald. Een autonoom consulent zal 2500 euro bruto verdienen, net zoveel als een imam eerste rang. Ter vergelijking: een moreel consulent van de vrijzinnigen verdient 2748 euro bruto. De voorzitter van de BUB vindt die financiële vergoeding niet onbelangrijk, maar het is hem toch vooral te doen om de sociale erkenning van het boeddhisme in België. ‘We willen op dezelfde voet behandeld worden als de andere godsdiensten en levensbeschouwingen. De boeddhistische gemeenschap levert een positieve bijdrage aan deze samenleving. Kijk naar de epidemie van de burn-outs. Nergens ter wereld wordt meer gemediteerd dan in het westerse boeddhisme. Dat komt onder meer omdat boeddhistische meditatievormen bruikbaar zijn als middel om stress te doen afnemen.’
Luyckx had de voorbije maanden ook contacten met de regionale overheden, want de erkenning heeft ook daar gevolgen, onder meer in de gezondheidszorg en het onderwijs. ‘Een van de gevolgen van de erkenning is dat onze consulenten het boeddhisme kunnen onderwijzen op school. Zij moeten worden opgeleid. In ziekenhuizen kunnen ze op ziekenbezoek gaan en patiënten bijstaan tijdens de laatste fase van hun leven.’ In de gevangenissen van Hasselt en Lantin geven boeddhistische aalmoezeniers meditatielessen aan gedetineerden, zodat die hun agressieve gevoelens leren beheersen en ze ombuigen in iets positiefs. ‘Gevangenissen mogen geen fabrieken worden voor criminaliteit, extremisme en radicalisme’, zegt Luyckx. ‘We zetten gevangenen aan om zich te bezinnen over hun daden en na te denken over wat ze met de rest van hun leven willen doen. En in Groot-Brittannië geven boeddhistische monniken meditatie in bedrijven en scholen. Ze leren volwassenen en kinderen om zich te concentreren, om hun geest te kalmeren. En nee, dat doen we niet om zieltjes te winnen of mensen te bekeren – dat mag ook niet volgens de boeddhistische leer. Boeddhisme moet altijd een antwoord zijn op een vraag.’
Mieren, opgelet!
Om erkend te worden, moet de boeddhistische gemeenschap aantonen welk belang ze vertegenwoordigt in de Belgische samenleving. Daarom liet de BUB in 2008 een steekproef uitvoeren. Die schatte het aantal Belgen met een bijzondere gevoeligheid voor het boeddhisme op 5 procent van de bevolking, of zo’n 554.000 mensen. Het aantal personen dat al een Belgisch boeddhistisch centrum had bezocht, bedroeg 211.000 personen of bijna 2 procent van de bevolking.
Het is een beetje zoals met de katholieken, vindt Carlo Luyckx. ‘Er is een relatief kleine groep praktiserende gelovigen, en een veel grotere groep katholieken die alleen nog bij een huwelijk of een begrafenis naar de kerk gaan. Ik schat het aantal “praktiserende” boeddhisten op 30.000, en daarnaast zijn er nog zo’n 77.000 mensen die het boeddhisme op een vrij intensieve manier beoefenen.’
‘Dat de dalai lama, de hoogste lama of spirituele leider in het Tibetaanse boeddhisme, in 1989 de Nobelprijs voor de Vrede kreeg, heeft ons veel goed gedaan. Ik werd boeddhist in de late jaren zeventig en ik was daar heel discreet over, want in die jaren werd het boeddhisme door velen beschouwd als iets raars en wereldvreemds, als een sekte zoals de Hare Krishna. Dat is nu helemaal anders. Het boeddhisme is goed geïntegreerd in de westerse samenleving en heeft een positief imago van tolerantie, harmonie, vreedzaamheid en geweldloosheid.’ Daarom is het boeddhisme in Vlaanderen volgens hem geen modeverschijnsel, of een hype die komt en gaat. ‘Veertig jaar geleden voorspelde men al dat het boeddhisme snel zou verdwijnen in het Westen. Het tegenovergestelde is gebeurd. Nee, dit is een blijvertje. Het boeddhisme is zich aan het inwortelen.’
Hij hoopt dat de erkenning ook een aantal misverstanden uit de weg zal ruimen. Het is echt niet nodig om je kaal te laten scheren en de hele dag in een monnikspij rond te lopen, of om met een enkelband met belletjes rond te lopen om de mieren te waarschuwen dat je eraan komt. Een boeddhist hoeft zelfs geen vegetariër of veganist te worden, hoewel het boeddhisme planten en dieren op dezelfde hoogte inschaalt als de mens. ‘Ik ben al veertig jaar boeddhist, maar nog maar tien jaar vegetariër. Het boeddhisme is geen samenraapsel van regeltjes en wetten. Iedereen is zijn eigen rechter. Je kunt als boeddhist perfect vlees eten, maar dan moet je je er wel van bewust zijn en die dieren een mooie wedergeboorte wensen. De dharma, de leer van Boeddha, is als een oceaan: iedereen vindt er iets in van zijn of haar gading.’
Het is volgens Carlo Luyckx zelfs perfect mogelijk christen én boeddhist of jood én boeddhist te zijn. ‘De dalai lama zegt altijd: je hoeft geen boeddhist te worden, je moet voldoende werken aan je eigen spiritualiteit. Ik ken een pater trappist van 102 jaar in Chimay die geinitieerd is in het boeddhisme.’
De dalai lama komt op 11 september 2016, negen jaar na zijn vorige bezoek, naar Brussel voor een congres van het Mind and Life Institute om er te debatteren over de westerse visie en politiek. Luyckx: ‘Dat zou natuurlijk de perfecte gelegenheid zijn om onze erkenning in België samen met hem te vieren.’
DOOR MICHEL VANDERSMISSEN, FOTO’S DIETER TELEMANS
‘We proberen geen zieltjes te winnen of mensen te bekeren. Dat mag niet in het boeddhisme.’
‘Nergens ter wereld wordt meer gemediteerd dan in het westerse boeddhisme.’
‘Het is echt niet nodig om je kaal te laten scheren en de hele dag in een monnikspij rond te lopen.’