De goede verstandhouding tussen kerk en staat heeft de Russisch-orthodoxe kerk geen windeieren gelegd.
De communisten noemden hem steevast ‘Nicolaas de Bloedige’. Voor de Russisch-orthodoxe Kerk is hij voortaan de Heilige Nicolaas de Tweede. De laatste van de Romanovs werd half augustus op de bisschoppensynode in Moskou samen met zijn gezin en een goede duizend andere ‘martelaren van het geloof’ heilig verklaard.
Zelfs sommige van zijn aanhangers erkennen dat de regeerperiode van Nicolaas (1895-1917) een ramp was voor Rusland. De laatste tsaar was een eeuwige twijfelaar, die erg onder de invloed stond van zijn vrouw Alexandra en haar religieus bevlogen vrienden en vriendinnen van wie Grigory Raspoetin de bekendste was. Nicolaas was een antisemiet en een autocraat die gruwde van nieuwlichterijen als parlement en grondwet. Op de revolutionaire onrust die in zijn regeerperiode een hoogtepunt bereikte had Nicolaas maar één antwoord: geweld en repressie. Zijn premier Pjotr Stolypin was een conservatieve hervormer die veelvuldig van de galg als ultiem argument gebruik maakte. Nicolaas zelf liet zonder pardon schieten op ongewapende stakers en betogers zoals op ‘Bloedige Zondag’, 9 januari 1905, toen de tsaristische ordetroepen tientallen betogende arbeiders doodschoten, die onder leiding van de monarchistische priester Gapon met een petitie naar het Winterpaleis in Sint-Petersburg optrokken.
De synode deed haar uiterste best om die kwalijke reputatie van de nieuwbakken heilige uit te gommen en elke politieke interpretatie van de canonisatie te voorkomen. Nicolaas wordt heilig verklaard voor zijn houding in de laatste dagen van zijn leven, die hij in een voormalig patriciërshuis in Jekaterinburg in de Oeral in gevangenschap doorbracht, waar hij lijdzaam wachtte op wat zijn bolsjewistische bewakers voor hem en zijn gezin in petto hadden. Dat bleek de dood met de kogel en een begrafenis in een anoniem massagraf. Een van de voorsprekers op de synode, aartspriester Georgy Mitrofanov somde de kwaliteiten op waarmee Nicolaas de heiligverklaring verdiende: ‘Zijn hoop op Gods hulp, zijn weigering om als gewone sterveling verzet te bieden en zijn bereidheid vergiffenis te schenken.’
De Russisch-orthodoxe Kerk heeft acht jaar gewacht om Nicolaas op te nemen in de canon van orthodoxe heiligen. De ultraconservatieve Russisch-orthodoxe kerk in het buitenland, met hoofdkwartier in New York, had minder twijfels en verklaarde Nicolaas al in 1981 heilig. Deze kerk in ballingschap heeft ook in Rusland zelf veel aanhangers en duizenden gelovigen en parochies vereren al lang de tsaar als een heilige. Maar de top van de Russisch-orthodoxe Kerk aarzelde al die tijd omdat de heiligverklaring nu eenmaal de cause célèbre was van alle fundamentalisten, Russische nationalisten en antisemieten. Voor hen staat het als een paal boven water dat het de joden zijn die de tsaar en zijn gezin ritueel hebben vermoord in het kader van een wereldwijd zionistisch complot.
BEWIJZEN VAN HEILIGHEID
Dat de 146 bisschoppen zich nu wel unaniem voor de heiligverklaring hebben uitgesproken toont aan hoezeer de Russische kerk naar rechts is opgeschoven. Drie jaar geleden zag de commissie voor de canonisatie geen ‘voldoende grond voor de heiligverklaring’. Formeel kon de kerkleiding de discussie op de synode van 1997 buiten de kerkdeuren houden met het argument dat er geen mirakels aan de tsaar konden worden toegeschreven. Wonderen verrichten is in de orthodoxe kerk nu eenmaal een absolute voorwaarde om heilig te worden verklaard. ‘Nu’ zegt metropoliet Kiril, een van de invloedrijkste kerkleiders na patriarch Aleksej II, ‘zijn alle argumenten tegen de heiligverklaring weggevallen. We hebben veel mirakels en bewijzen van heiligheid.’ De luidruchtige minderheid in de Russisch-orthodoxe kerk die de antisemitische en monarchistische opvattingen van de kerk in ballingschap deelt, heeft heel wat jongeren weten binnen te halen en heeft haar invloed voldoende zien toenemen om het tij ten gunste van de canonisatie te doen keren. Dat gebeurde niet zonder een intensieve campagne en een ware mirakelindustrie. Sinds de vorige synode begonnen iconen tranen te plengen en tientallen ongeneeslijk zieke gelovigen dankten hun wonderbaarlijke genezing aan de vermoorde tsaar.
De religieuze en sociale vernieuwingen die in de jaren zestig en zeventig de grote schokgolven in de katholieke kerk hebben veroorzaakt, zijn de Russisch-orthodoxe kerk totaal voorbijgegaan. Met metropoliet Sergy Stragorodsky, die zich in 1927 loyaal verklaarde aan de Sovjetstaat en in 1941 Stalin steunde in de strijd tegen de nazistische agressor, begon een lange traditie van compromissen en collaboratie met het regime. De officiële kerk was grondig geïnfiltreerd door de geheime diensten, met duizenden priesters als informanten voor de KGB in een dubbelrol. Het gevolg was een kerk die zich ver hield van maatschappelijke ontwikkelingen – een kerk van riten en symbolen met een hang naar obscurantisme en mystiek, die grote moeite heeft met alles wat ‘modern’ is en wantrouwen koestert ten aanzien van wetenschap en techniek. Zo weigerde de kerkleiding zich twee jaar geleden aan te sluiten bij de conclusies van een regeringscommissie die op basis van DNA-onderzoek besloot dat de menselijke resten die eind jaren zeventig in Jekaterinburg werden gevonden wel degelijk die van tsaar Nicolaas en zijn gezin zijn. Toen de resten twee jaar geleden in de Sint-Petrus-en-Pauluskathedraal in Sint-Petersburg werden begraven, weigerde de patriarch de plechtigheid bij te wonen. De beenderen die in de kathedraal tussen die van de meeste andere Russische tsaren rusten zullen ondanks de heiligverklaring niet de status van heilige relikwieën krijgen.
BELEGERDE BURCHT
De emigrantenkerk, die vanuit New York door metropoliet Vitaly wordt geleid – en een grote aanhang heeft in de Ukkelse parochie Sint Job de Lijdende – heeft de top van de Russisch-orthodoxe Kerk zijn collaboratie met de communisten nooit vergeven. Net zomin overigens als de nauwe verwevenheid met het regime van Boris Jeltsin, in de ogen van de émigrés een communistische satan die het Ipatjevhuis in Jekaterinburg waar de tsaar de marteldood is gestorven heeft laten afbreken. Met haar catacombenmentaliteit heeft ze sinds het verdwijnen van de sovjetstaat de ultraconservatieve tendensen in de inheemse kerk nog versterkt. Omdat Johannes in de Openbaringen voorspelt dat allen tegelijk de antichrist zullen zien, zijn het internet en de globalisatie een duidelijk teken van het einde der tijden.
Het is de historische taak van de kerk om zich tegen deze duivelse fenomenen te verzetten. Lang niet iedereen in de officiële orthodoxe kerk denkt er zo over – het Moskouse patriarchaat is overigens met een eigen stek op het web aanwezig – maar de opvatting van de kerk als belegerde burcht heeft met de canonisatie van Nicolaas een flinke steun in de rug gekregen.
De kerk mag dan al waarschuwen dat de heiligverklaring van de laatste tsaar niet moet worden gezien als steun aan de monarchie, in een van de later aangenomen teksten noemt de synode de monarchie ‘geestelijk verheven’ boven de democratie. Dat staat in een document van meer dan honderd bladzijden waarmee de bisschoppenconferentie voor het eerst een soort officiële sociale doctrine op papier zet. De tekst, die twaalf bisschoppen de voorbije zes jaar in het grootste geheim hebben opgesteld en zorgvuldig bijgeschaafd, is op de Algemene Synode vrijwel zonder discussie in minder dan één dag goedgekeurd. Het is een opmerkelijk document waarmee de Russisch-orthodoxe Kerk aansluiting probeert te vinden bij de eenentwintigste eeuw, met standpunten uit een vorig tijdperk.
Zo wordt homoseksualiteit veroordeeld als ‘een hartstocht van de gevallen mens’ die overwonnen moet worden door boetedoening, vasten en gebed. Homoseksuelen moeten volgens de orthodoxe kerk niet voor de klas staan of een leidinggevende positie bekleden in het leger of in gevangenissen.
Abortus en euthanasie worden veroordeeld als moord, het klonen van menselijke cellen is ’tegen de natuur zelf van de mens’. De orthodoxe kerk is liberaler dan Rome wat betreft contraceptie. Voorbehoedsmethodes die de vrucht niet doden ‘moeten niet worden gelijkgesteld met abortus’ maar geen kinderen willen ‘om egoïstische redenen’ is zonde.
De orthodoxe kerk prijst ‘actief patriottisme’ maar veroordeelt ‘agressief nationalisme’ dat de eigen natie ’tot God maakt’. En ze veroordeelt tegelijk de ‘globalisering’, volgens de kerk een poging om de wereld één te maken ‘op basis van consumptiegerichte goddeloze waarden’.
PLAATSVERVANGENDE IDEOLOGIE
Het patriottisme van de Russisch-orthodoxe Kerk is sinds de val van het communisme meer en meer de plaatsvervangende ideologie geworden. Méér nog dan in de Jeltsinjaren lijkt de kerk leverancier te zijn van de ‘nationale idee’, waar het nieuwe Rusland blijkbaar behoefte aan heeft. Vladimir Poetin laat geen gelegenheid onbenut om zich als trouwe kerkganger te manifesteren en hij erkende onlangs in het publiek ‘de enorme rol van de Russisch-orthodoxe Kerk in de eenmaking van alle Russische gebieden na zoveel jaren zonder geloof, morele destructie en godsmoord.’ De voormalige KGB-kolonel prees de ’traditionele missie van de Kerk als een beslissende factor van stabiliteit en eenmaking van de Russen rond gemeenschappelijke morele waarden.’
Toen Poetin onlangs zwaar onder vuur lag voor de manier waarop hij op de ramp met de Koersk heeft gereageerd, riep patriarch Aleksej II zijn landgenoten op hun kritiek te matigen en niet voorbarig schuldigen aan te wijzen. Eerder had de kerk zich met al haar moreel gewicht achter de Russische oorlog tegen de islamitische Tsjetsjenen geplaatst. Zowel Poetin als Aleksej zijn geobsedeerd door de eenheidsgedachte. Poetin heeft van de uitbouw van een sterk gecentraliseerde staat zijn absolute prioriteit gemaakt. Aleksej heeft grote schisma’s in de kerk kunnen voorkomen maar hij kon niet verhinderen dat er nationale kerken ontstonden in Oekraïne, Moldavië en Estland, die het gezag van Moskou niet erkennen.
De goede verstandhouding tussen kerk en staat heeft de orthodoxe kerk geen windeieren gelegd. Tot drie jaar geleden genoot de kerk net als veteranenverenigingen en sportclubs vrijstelling van belastingen en accijnzen op alcohol en tabak, en het patriarchaat is uitgegroeid tot een oligarchenimperium met belangen in onder andere de oliesector. De grens tussen kerkelijke liefdadigheidsinstellingen en big business is daarbij niet altijd erg duidelijk. Sommige priesters leven in grote luxe terwijl hun parochianen met moeite de eindjes aan mekaar kunnen knopen.
Sinds die privileges zijn afgeschaft klaagt de patriarch over de penibele financiële toestand waarin zijn instelling zich zou bevinden. Wellicht daarom beweegt de kerk zich de laatste tijd steeds meer op het gebied van de politiek en de economie en er zijn zelfs geruchten over de oprichting van een orthodoxe politieke partij. De kerk sprak zich uit tegen de opheffing van de nationale commissie voor bosbeheer en milieu en verzette zich tegen de invoering van een individueel fiscaal nummer omdat de cijfercombinaties zouden wijzen op ‘machinaties van de satan’.
Patriarch Aleksej II kon onlangs bij de tiende verjaardag van zijn ‘kroning’ indrukwekkende statistieken voorleggen. Het aantal bisdommen is verdubbeld, het aantal parochies verdrievoudigd sinds de Sovjettijd. Er waren 18 kloosters in 1988, nu zijn er 480 en er zijn duizenden nieuwe kerken gebouwd en oude gerestaureerd. Maar de kerk beseft nu dat die uitbreiding in de breedte behoefte heeft aan verdieping. De klemtoon moet worden verlegd, verklaart de bisschoppenconferentie, en ‘in plaats van kerken te bouwen moeten we ze vullen met christelijk leven.’
Johan Depoortere