Een selectie uit het steeds grotere aanbod van – betere – thrillers van het afgelopen jaar.
RAMON DIAZ ETEROVIC
Reddende Engel (Angeles Y Solitarios, 1995), Nederl. vert. 2002, Signature
‘Ik had er genoeg van te liegen en vragen te stellen, in andermans leven te snuffelen om betekenis te geven aan feiten waaraan geen andere logica ten grondslag lag dan het leven zelf. Hoe kon ik mijn eigen leven samenvatten? Sporen zoeken in het verleden en in het diepste duister van het heden, bezield door het idee-fixe van een tweeslachtige, fragiele gerechtigheid.’
Chili, na de militaire dictatuur. Privédetective Heridia slijt zijn eenzame dagen in Santiago (prachtig beschreven), met veel drank, sigaretten, en gesprekken met zijn vriend, politie-inspecteur Dagoberto Solís, en met zijn kater Simenon, die evenals zijn baas graag groten uit de literatuur citeert. Als zijn ex-geliefde, een journaliste, dood in haar hotelkamer wordt aangetroffen, laat hij het kleinere speurwerk achter zich en betreedt noodgedwongen het dodelijke pad van de internationale wapenhandel. Het militaire bewind mag dan verdwenen zijn, maar sommige handlangers ervan beoefenen nog steeds uiterst kwalijke praktijken. ‘Dat we leven in een zogenaamde democratie, betekent niets.’ Tijdens en na veel gevaar, moorden en ellende, blijkt Griseta – een opvallende, jonge vrouw – zijn reddende engel.
Mooi, melancholiek, politiek.
KARIN FOSSUM
De duivel draagt het licht (Djevelen holder lyset, 1998), 2002, Manteau-Anthos
‘Ik denk weer aan het verschrikkelijke ogenblik waarop ik het voelde komen, de wens om hem te vernietigen. Op datzelfde moment zag ik mijn eigen gezicht in een raam. En ik herinner me het gevoel, een zoete druk, als stromende warme olie door mijn lichaam. De wetenschap dat dit slecht is. Mijn gezicht in het blauwige glas. De lelijke, slechte mens die je wordt als de duivel het licht draagt.’
Of het nu gaat over een schilderes met een dirty secret, een vijftienjarig meisje of een psychiatrisch patiënt: Karin Fossum brengt ze allemaal even geloofwaardig tot leven. Ook de hoofdpersoon in haar psychologische thrillers – inspecteur Konrad Sejer – ‘man uit één stuk’, weduwnaar, toegewijde opa, hondenbezitter, is zó menselijk dat hij in zijn stijfheid soms behoorlijk irritant kan zijn. In haar laatste boek geeft Fossum gestalte aan een vrouw van middelbare leeftijd die zich vanaf haar vroegste jeugd ongewenst en onbelangrijk voelt. Om te overleven, houdt ze zich aan de voorschriften, regels en wetten, door anderen opgesteld. Tot een achttienjarige, mooie jongen, na een poging haar te overvallen, van haar keldertrap stort.
Sterke karakters, benauwende spanning, goed opgebouwd, interessant slot.
MO HAYDER
De behandeling (The Treatment), 2001, Luitingh-Sijthoff
‘Ooit, ooit zal ik je vinden, Ewan… En tot op de dag van vandaag had hij in hetzelfde rijtjeshuis in Londen-Zuid gewoond, waar hij, over de achtertuinen en het spoor, naar het huis staarde dat nog altijd eigendom was van de bejaarde pedofiel, door iedereen, inclusief de politie, ervan verdacht verantwoordelijk te zijn voor Ewans verdwijning.’
Na haar veelbesproken debuut Vogelman blijft de auteur ook in haar tweede boek trouw aan het thema dat bijna iedereen een gevangene is. Van de omstandigheden, van angsten of obsessies, van het verleden. Rechercheur Jack Caffery wordt nog altijd achtervolgd door een gebeurtenis uit zijn jeugd: de verdwijning van zijn negenjarige broertje Ewan. Bezeten door schuld- en wraakgevoelens verricht hij zijn werk met een gedrevenheid die zelfs tot moord leidt. Een gewelddadige pedofiel sluit ouders met hun kind dagen in huis op, mishandelt hen, met als einddoel: het misbruiken en vermoorden van het zoontje. Bij het eerste gezin lukt dat; de opsluiting en marteling van het tweede gezin loopt als een rode draad door het verhaal. Indringende beschrijving van intense smeerlapperij en de worsteling van Caffery, die zich ook uit in de verhouding met zijn vriendin, een kunstenares – eerder zelf slachtoffer van een zedenmisdrijf – die afgietsels van verminkte genitaliën (van echte slachtoffers) tentoonstelt.
Alleen het bijvoegsel aan het einde, met aantekeningen van de dader, had weggelaten mogen worden.
T. JEFFERSON PARKER
Littekens van de nacht (Silent Joe), 2001, Van Buuren, (Edgar Allan Poe-prijs 2001)
‘Ik heb niet alleen een gezicht als van iemand die in de hel gemaakt lijkt te zijn, maar ik ben ook lang en sterk. Ik kan met de meeste wapens overweg en ik ben vrijwel mijn hele leven bezig geweest mezelf te verdedigen […] om te voorkomen dat nogmaals zou gebeuren wat me op de leeftijd van negen maanden is overkomen.’
Er zijn maar twee dingen waar de verteller – de 24-jarige Joe Trona – echt bang voor is. Voor een ontmoeting met zijn vader, die zoutzuur in zijn gezicht gooide toen hij nog een baby was. En voor een leven zonder Will, zijn adoptievader, ‘echtgenoot, politicus, agitator, manipulator, dromer’. Beide angsten worden bewaarheid. Na de moord op Will, van wie hij – naast zijn baan als aspirant-agent – chauffeur en lijfwacht is, gaat hij fanatiek op zoek naar de daders. Een knap geschreven, spannend verhaal, met daarin onder meer verweven: de beladen vader(s)-zoon verhouding, die tot schokkende ontdekkingen leidt; de corruptie van cynische politici met dollartekens in hun ogen; het misbruik van eigen kinderen; realistische portretten van gedetineerden in de gevangenis, en gangsters daarbuiten. En de moed van de hoofdpersoon, die moet leven met zijn uiterlijke en innerlijke littekens en ‘een hart dat heet genoeg brandt om lief te hebben en kil genoeg is om te doden’.
GEORGE PELECANOS (Zie ook pag. …)
Het fatale schot (Right as Rain), 2001; De grote afrekening (Hell to Pay), 2002, The House of Books
‘Nadat Strange hen had afgezet, stopte hij een bandje in de recorder, een mix van Stevie Wonder die Janine voor hem had gekocht. Jongens op de stenen muur keken hem met een nietszeggende blik aan, toen hij door de uitgang de wijk verliet. Intussen zong Stevie ‘Heaven is 10 Zillion Light Years Away’. Strange kon het niet helpen, maar hij vond dit nummer prachtig. En hij dacht ook aan degenen die buiten hun schuld op de verkeerde plek waren geboren, en hoe triest het was omdat het de waarheid was.’
Racisme (ook binnen het politieapparaat), armoede, prostitutie: Pelecanos verbindt er een moraal aan. Wat hem betreft, ontsnapt niemand aan zijn verantwoordelijkheid. Ook niet het vaste duo in zijn laatste twee thrillers, ex-politiemannen, nu privédetectives: Derek Strange, zwart, en Terry Quinn, blank. In De grote afrekening wordt een zwart jongetje doodgeschoten, omdat hij op de verkeerde tijd op de verkeerde plek was. Hij hoorde bij het jeugd-footballteam, dat Strange in zijn vrije tijd traint. Jonge meisjes die tot prostitutie worden gedwongen, de meedogenloze drugswereld, de hoofdpersonen met hun zwakheden: de auteur ontleedt alle betrokkenen genadeloos. Leest als een kogel, die altijd doel treft.
MINETTE WALTERS
Niemandsland (Acid Row), 2002, De Boekerij
‘Toen het nieuws over de slachtpartij zich door de buurt verspreidde, bloedden de rellen dood. … De koppen de volgende morgen – 29 juli – waren sensationeel. ‘Door drank verdwaasde lynchmenigte houdt huis.’ ‘Seksmaniak afgeslacht.’ ‘Vijf uur gewelddadigheden: 3 doden, 189 gewonden.’ De buitenwereld huiverde van afschuw. Hoofdcommentaren zetten de gebruikelijke verdachten op een rij. De overheid. De politie. Maatschappelijk werkers. Schoolhoofden. … Maar niet één van de tweeduizend relschoppers die zich hadden verdrongen om een glimp van de slachtpartij op te vangen, zou toegeven dat hij of zij erbij was geweest.’
Het geduld van de auteur – die bekend staat om haar messcherpe ontleding van menselijke en maatschappelijke zwakheden en wreedheid – was beslist op toen ze de eerste bladzijden schreef van Niemandsland. Dit Is Een Aanklacht, had er ook kunnen staan. Normaal gesproken niet zonder meer een aanbeveling voor een misdaadroman. Maar Walters schrijft zó goed dat de stérke verhaalelementen – en vooral sommige krachtig geportretteerde karakters – het winnen van de zwakkere kanten. In een achterstandswijk breekt de pleuris uit, als het gerucht gaat dat er een pedofiel in de buurt is gehuisvest, en er ook nog een tienjarig meisje verdwijnt. Een vaak filmisch verslag van uitbarstingen van haat, wanhoop, slechtheid, lafheid, maar ook van moed. Het hoopvolle einde is wel erg rooskleurig, maar behoedt schrijfster en lezer voor een zware depressie.
BOB MENDES
Bloedrecht, 2002, Manteau
‘Een tandeloze vos die droomt van kippen, een door bezitsdrang en aanmatigende seksuele verlangens erfelijk belaste schlemiel.’ Zo omschrijft Tamara Jacobs haar broer Erasmus. Jacobs droomt er inderdaad van een grote diamantroof te plegen in Antwerpen en zo en passant wraak te nemen op de kleinzoon van de man die zijn grootvader bijna een eeuw geleden de grootste, ooit in Transvaal gevonden diamant, ontfutselde. De roof lukt, maar de dief weet niet dat de overval doorgestoken kaart is en hij met zijn eigenmachtig optreden de plannen van enkele grote gangsters doorkruist. Zijn tegenspeelster, de joodse en vrouwelijke privédetective Sam Keijzer, fungeert als tweede stoorzender. Na het wat frivole Dirty Dancing toont Bob Mendes zich in de roman Bloedrecht weer van zijn serieuze kant. In dit vlot geschreven en spannende verhaal, dat in Antwerpen en Zuid-Afrika speelt, knoopt hij op een ingenieuze manier de thema’s aan elkaar die hem het beste liggen: grootschalige fraude in een afgesloten milieu en joodse identiteit. Bloedrecht gaat over bloeddiamanten, maar evenzeer over bloedwraak en bloedschande. Diamanten mogen dan de beste vrienden zijn voor een meisje, de familie Jacobs is er al generaties door vergiftigd en gaat er uiteindelijk ook aan ten onder. (Piet De Moor)
René Appel
Noodzakelijk kwaad, Bert Bakker
Wederom gedegen psychologisch uitgewerkt verhaal. Wat wil de mens? Geld en liefde. Maar materieel bezit bevredigt niet alle wensen. Keert zich zelfs tegen de betrokkenen. Man fraudeert, vrouw bedriegt man, dochter laat zich niet mangelen. Gevestigde burgers en outsiders: hun paden kruisen elkaar, met fatale gevolgen. Geraffineerd slot.
Stephen Booth
De tiende maagd (Dancing with the Virgins), De Boekerij
Kleine, hechte gemeenschappen in het Engelse Peak District herbergen vele geheimen en zijn bereid die tot hoge prijs verborgen te houden. Indrukwekkend landschap, waarin sterke personages worstelen met een begrip als rechtvaardigheid. Een onbelangrijk detail in het verwarrende, pijnlijke, menselijke bestaan? Mooi Engels.
Lee Child
Brandpunt (Echo Burning), Luitingh-Sijthoff
Jack Reacher is een loner en een echte held: zo’n held waar na 11 september behoefte aan is. Is zeer intelligent, beheerst alle vechttechnieken, kan niet tegen onrecht en gebruikt fors geweld als dat nodig is (vaak). Redt vrouw en kind, straft de bad guys, en lift verder door Amerika.
Harlan Coben
Niemand vertellen (Tell No One), De Boekerij
Na een serie (bekroonde) thrillers, rond Myron Bolitar, privédetective en sportmakelaar, nu een snel en knap geschreven boek over een kinderarts, die nog iedere dag leeft met de herinnering aan zijn vrouw die acht jaar geleden werd vermoord. Maar dan krijgt hij een e-mail, die alleen van haar kan zijn. Veel actie, veel emotie, en een verrassende ontknoping.
John Connolly
Engelen der Duisternis (The Killing Kind), Anthos
Het derde deel van de trilogie over ex-politieman Charlie ‘Bird’ Parker. Geïnspireerd door de gothic novel. Duistere, veelal religieus getinte thema’s, met een paranormaal vleugje. Gekwelde hoofdpersoon, de dodelijke schaduw van een verdwenen (?) baptistengemeenschap, een godsdienstwaanzinnige psychopaat, een opmerkelijk homopaar dat mét Parker het kwaad bestrijdt. Barok én scherp geschreven.
Tami Hoag
Doodsengel (Dust to dust), The House of Books
Als Andy Fallon, een homoseksuele politieman van Interne Zaken, een auto-erotisch avontuurtje wilde, waarom staat er dan ‘sorry’ op de spiegel waarvoor zijn lijk bungelt? Rechercheurs Sam Kovac en Nikki Liska stuiten op een beerput van oude en nieuwe misdaden, waarin tragische én meedogenloze politiemedewerkers een hoofdrol spelen. Snel, intens, levendig geschreven.
Dennis Lehane
Slapende honden (A Drink before the War), The House of Books
Na Nederlandse vertaling van latere delen van de serie, nu die van Lehanes debuut, waarin hij detectiveduo Patrick Kenzie en Angela Gennaro introduceerde. Boston als crime city: racisme, corrupte en molesterende politici, en rivaliserende bendes.
Sterke hoofdpersonen, mooie setting en sfeer, zuiver en doeltreffend geschreven.
Jonathan Lethem
De Minna-mannen (Motherless Brooklyn), Prometheus
Ouderwets hardboiled detectiveverhaal met hoogst ongebruikelijke privédetective, die lijdt aan het syndroom van Tourette. Moet moord oplossen op zijn baas Minna, die hem en drie andere wezen vroeger uit een tehuis in Brooklyn ‘adopteerde’ en hen verhuis-, taxi- en detectiveklussen laat opknappen. Prachtig, spannend, bizar, geestig, ontroerend verhaal. Meermalen bekroond.
Toby Litt
Overspel (Corpsing), Anthos
Jonge, flitsende auteur schreef eerste thriller. ‘De vijfde kogel miste me volkomen’, luidt de tekst van één hoofdstuk. De andere hoofdstukken zijn wat langer en jagen de lezer behendig via een moordaanslag op de hoofdpersoon en zijn ex-vriendin in een chic, modern restaurant, via (vaak ontluisterende) liefdes hoofd- en zijpaden, diverse trendy grotestadswereldjes, en de onderwereld naar de onthutsende ontknoping.
Ian Rankin
Zwartboek (The Black Book), Luitingh-Sijthoff
Zesde vertaling van Rankins’ serie rond inspecteur John Rebus, die in Edinburgh – stad van Jekyll en Hyde – op onorthodoxe wijze de meest uiteenlopende misdaden oplost. Ditmaal leidt de brute aanslag op een collega – en diens zwarte notitieboekje in code – tot een zaak die haar oorsprong had in een hotelbrand van vijf jaar geleden. Schots, donker, maatschappij-analyserend, onderhoudend.
Manda Scott
Sterker dan de dood (Stronger than Death), Anthos
De tweede vertaalde thriller – de eerste was het sterke Engelbewaarder ( No Good Deed) – van dierenarts, bergbeklimmer en auteur Manda Scott. Thema’s: harde misdaad en misdaadbestrijders ( Engelbewaarder), trauma’s uit het verleden, pijn en overleven, misdadige onrechtmatigheden in de medische wereld, de spanning van bergbeklimmen (Sterker…), en dieren in niet onbelangrijke bijrollen. Intelligent, empathisch en vooral mooi geschreven.
Ineke van den bergen