Di 03 03
Wat zouden we op die VRT nog niet gehad hebben? Koken met Hitler, lachen met de treinen naar de concentratiekampen en de vergassing van de Joden, pornofilm opnemen in het omroepcentrum, Saartje Vandendriessche, Pol Van Den Driessche, de sm-rechter bij Phara… ‘Klopt het dat u zelf stond te filmen terwijl andere kerels de vagina van uw vrouw dichtnaaiden?’ wenste die te weten. Het woord ‘naaien’ werd dan, voor één keer op de openbare omroep, gebruikt in de reguliere betekenis van ‘met naald en draad’, die in dit specifieke geval trouwens de andere betekenis in de weg stond.
Het klopte. Volgens de rechter mocht je met dat wijf alles doen, met één restrictie: ze moest de dag nadien wel kunnen gaan werken. ‘Kun je met een dichtgenaaide vagina gaan werken?’ vroeg een verwonderde Phara zich af. Zijzelf, meldde ze vorige week via Dag Allemaal, stamt uit een ultrakatholiek milieu en is dus vrij onbeslagen inzake lichamelijke beleving. Alsof Kathleen Cools niet kan komen werken. En die heeft nochtans persoonlijk in TerZake bekendgemaakt, via expliciete onderschriften, dat ze geen urineopening meer heeft. Alleen wie het weet, ziet het.
De sm-rechter haalde de schouders op bij zoveel onwetendheid: ‘Die draadjes worden er nadien wel weer uitgehaald, natuurlijk.’ Waarom ze er dan in eerste instantie worden ingeregen, snapt een gewone mens niet, maar een gewone mens is niet thuis in de wondere wereld van sm. Ze trekken die draadjes er weer uit met een pincet, dat doet het hardst pijn. Zalig gewoon, ook eens proberen.
Rond de tafel van Phara zat, naast Marc Coucke en Patrick Lefevere, die tot dan hadden gedacht dat het wielerpeloton wel het verst denkbare was, ook Etienne Vermeersch. Eigenlijk uitgenodigd om te vertellen over Jaap Kruithof, maar als voormalig jezuïet tevens goed op de hoogte van de praktijken van markies de Sade.
Vermeersch heeft, in tegenstelling tot Kruithof, het begrip moraalfilosofie een ruimere spanwijdte gegeven. Voerde vorige maand een geanimeerde briefwisseling met onze chef-wetenschappen Dirk Draulans over de juiste uitspraak van het woord ‘clitoris’. U en ik zouden zeggen: die Draulans zal het wel weten, maar zo gemakkelijk geeft Etienne Vermeersch niet toe.
Het is dus cl ítoris, met de klemtoon op de eerste i, en niet clitoooris zoals ze in de Kempen of de Limburg het genot wat trachten te rekken. En zoals Dirk Draulans het uitsprak in zijn beklijvende televisieles over de leer van hoe heet die Sjarel ook weer. Die beweerde dat ons Heerke niet bestond. Brandt al meer dan honderd jaar in de vuren van de hel, en zal ondertussen wel weten hoe het zat met Adam en Eva.
Het Nederlandse woord clitoris komt volgens Vermeersch niet van het Griekse kleitóris, maar wel van het Latijnse clítoris. En in het Latijn ligt de klemtoon altijd op de op twee na laatste lettergreep als de voorlaatste lettergreep kort is. Zelfs bij Griekse namen. Daarom is het bijvoorbeeld D ámocles. En niet zoals de beroemde SK Beverentrainer Rik Pauwels ooit zei: ‘Ik em staarek den indruk dadet zwaard van Damooocles boven ongze club angt.’ Beveren stond toen elf punten achter de voorlaatste.
De aanwezigheid van professor Vermeersch bij het feestelijke bezoek van de sm-rechter aan de VRT-studio’s kwam goed uit, want ten tijde van De Kroonraad van Knack had hij al eens de verdediging van Koen Aurousseau op zich genomen. Met als argument dat volwassen mensen in een privéomgeving met elkaar mogen uitvreten wat ze willen, als het maar met de vrije toestemming van elke betrokkene is en op voorwaarde dat er geen onherstelbare fysieke letsels worden toegebracht. Dus als die draadjes er weer uit kunnen, mag het.
Onze Kroonraad bestond tijdens de eerste jaargangen uit zes vooraanstaande intellectuelen: Mark Eyskens, Etienne Vermeersch, Jacques Rogge, Erik Suy, Paul Muys en Monika Van Paemel. Uw dienaar ging elk van hen om de zes weken opzoeken, en vroeg hun opinie over thema’s uit de actualiteit. Leerrijk én aangenaam. Eén keer per jaar werden de zes op een dinertje uitgenodigd. Daar werden vaak hevige discussies gevoerd. Dat kon gaan over de Etrusken, over Plinius de Jongere, of over de preken van Huldrych Zwingli tegen de aflaatkramers. Op natuurlijke wijze ontstond telkens een kamp-Eyskens en een kamp-Vermeersch, die altijd diametraal tegenover elkaar stonden. Naarmate de avond en de genuttigde drank vorderden, werd de eenheid dan hersteld in een samenzang onder leiding van Sus Verleyen of Rik Van Cauwelaert.
Op een van die etentjes kwam de sm-rechter ter sprake. De mening van Etienne Vermeersch bleef ongewijzigd: met onderlinge toestemming doet ieder privé wat hij wil. Rationeel had hij uiteraard gelijk, zoals steeds, maar een mens moet niet altijd rationeel denken. Uw dienaar, bijvoorbeeld, vond en vindt nog altijd dat een pervert die staat te filmen terwijl een andere vent de vagina van zijn vrouw dichtnaait, moet worden opgesloten. En wil niet dat een zo ziekelijke geest ook maar één beslissing kan nemen, laat staan een rechterlijke, die van invloed is op zijn leven. En dus zijn wij het volmondig eens met het Hof van Cassatie, dat deze gestoorde halvezool uit zijn ambt heeft ontzet. Wij eisen zelfs dat de Orde van Geneesheren optreedt tegen dokters die in deze omstandigheden de snit en naad voor hun rekening nemen. Levenslang schorsen.
In de discussie met Vermeersch kreeg ondergetekende de welgekomen steun van Monika Van Paemel. Van alle aanwezigen kon zij zich vermoedelijk het beste inbeelden hoe een en ander in de praktijk aanvoelt. Ze kreeg het al snel op haar heupen van de tolerantie van Vermeersch, die als novice jarenlang met een spijkergordel rond zijn dijen heeft gelopen en daardoor mogelijk andere pijngrenzen trekt dan een barones.
‘Maar als die vrouw er nu van geniet dat iemand haar vagina dichtnaait,’ riep Vermeersch vertwijfeld uit, ‘wie zijn wij dan om daarover te piepen?’
Monika Van Paemel stoof boos op en prikte haar dreigende vinger onder zijn neus: ‘Ik zal uw vagina een keer dichtnaaien, linkmiegel. We zullen eens horen hoe gij dan piept.’
Dat van die linkmiegel laat geen enkele moraalfilosoof zich zeggen. Op zijn beurt veerde Vermeersch overeind en noemde De vermaledijde vaders een onleesbaar boek. ‘En het zou niet slecht zijn mocht ge nu eens duidelijk stellen of ge voor of tegen de Joden zijt’, goot hij nog een extra kan olie op het al laaiende vuur van de barones.
Op zulke momenten is het altijd handig wanneer zich een christendemocratisch politicus in het gezelschap bevindt. Het was Mark Eyskens die uiteindelijk de gemoederen bedaarde en een compromis voorstelde: ‘Kunnen we die vagina niet een beetje dichtnaaien?’ En daar kon iedereen zich in vinden.
Ze hebben er nu blijkbaar ook nog een film over gemaakt, over de sm-rechter. Met Veerle Dobbelaere. We mogen toch hopen dat haar vagina… Waar wachten ze bij de VRT eigenlijk nog op? Uitzenden die handel. Om halfzeven op Ketnet.
Do 05 03
Het zit er weer bovenarms op tussen de ex-premier en de bende van De Gucht. Aanleiding deze keer is een tentoonstelling over topmomenten van het liberalisme, die senator van rechtswege Jean-Jacques De Gucht heeft georganiseerd in de kelders van het Open VLD-hoofdkwartier in de Melsensstraat. Bij een speurtocht doorheen het gebouw waar hij binnen afzienbare tijd de plak zal zwaaien, had hij namelijk ontdekt dat de niet gebruikte kelderverdieping uitermate geschikt was als expositieruimte. Het enige wat moest gebeuren, was de rommel opruimen, een woud van kartonnen dozen vol boeken.
Omdat die dag toevallig het oud papier in de buurt werd opgehaald, toog de senator onmiddellijk aan het werk. Een uur later stond de stoep van de Melsensstraat bomvol met onverkochte en zelfs niet weggegeven exemplaren van vier Burgermanifesten en van Een nieuwe age of empires, het prul waarmee de ex-premier onlangs kwam aanzetten na alweer een vol jaar te hebben gevegeteerd op kosten van de belastingbetaler. Daarnaast stond de volledige druk van alle vijf de boekjes die Dirk Verhofstadt op uw en mijn kosten in elkaar heeft geflanst. Alles samen een muur papier van wel vijftien meter.
En toen kwam de vuilniskar langs, en weigerden de mannen van Van Gansewinkel om die troep mee te nemen. ‘Hebt ge gelezen wat hier in staat?’ kwam een verontwaardigde ophaler aan de receptie van de Open VLD van zijn oren maken. ‘De pensioenfondsen privatiseren. De kabinetten afschaffen. Opvolgers op de kieslijsten verbieden. Burgemeesters rechtstreeks verkiezen. Referenda organiseren… Die vuiligheid nemen wij niet mee in onze camion. Bel uw baas maar, dit wordt een pv voor sluikstorten.’
Thuis in Mariakerke lag de ex-premier nog rustig te soezen, genietend van de uitstapregeling die hij zichzelf heeft toegekend, toen hij via de telefoon vernam wat de kleine De Gucht nu weer had geflikt. Dat toneeltje over het lijsttrekkerschap in Oost-Vlaanderen was hem al niet erg bevallen, dat hij de burgermanifesten bij het oud vuilnis had gezet, was een stap te ver.
Twee tellen later trilde er iets in de broekzak van Bart Somers: zijn gsm! ‘Ik geef u exact een kwartier’, brulde de ex-premier, die tegen zijn Mechelse marionet graag eens zijn stem test. ‘En dan staan al die mooie boeken netjes weer op hun plaats. Ik zal wel overal rondstrooien dat ze goed verkopen, gaat hij er tienduizend op straat te kijk zetten. Straks komen de mensen het nog te weten, van onzen Dirk.’
In de Melsensstraat zagen verbaasde voorbijgangers de volgende uren een dikke met een raar kapsel badend in het zweet sleuren en trekken aan loodzware palletten en dozen. Toen hij alles de trap af had gesleept, bleek het daar al vol liberale kunst te staan. Het eerste tentoongestelde werk was uitgestald op een dure zilveren standaard en was met enkele stemmige spots sfeervol verlicht: een in rood leer ingebonden versie van Pluche door Karel De Gucht. Toen Somers met zijn kartonnen vracht kwam aanzeulen, eiste de opgewonden organisator van de tentoonstelling dat hij alles weer naar boven zou sjouwen. Anders zou hij zijn vader eens bellen. Of erger: zijn moeder.
De boeken van de gebroeders Verhofstadt staan nu tot aan de zoldering opgestapeld tegen de vier muur van het bureau van de voorzitter. Die zal voortaan tegen iets anders moeten oplopen.
Za 07 03
Op de valreep bereikt ons nog heuglijk nieuws: er komt een velodroom in Leuven. Het officiële bericht luidt: ‘Louis Tobback houdt pleidooi voor wielerpiste’, maar dat is hetzelfde. Ze komt in het provinciaal domein van Kessel-Lo en de provincie Vlaams-Brabant moet betalen. Gouverneur Lodewijk De Witte is de ex-kabinetschef van mijnheerke Louis. En het wordt geen kermispiste zoals in ’t Kuipke van Gent, nee: 350 meter, 100 meer dan in Antwerpen, én in Cubaans mahoniehout.
Tot nu toe was Leuven in het wielermilieu bekend van zijn Grote Prijs Jef Scherens, sinds kort van de start van de Brabantse Pijl, en van de bloeiende wielervereniging De Stoempersclub. Volgend jaar heeft het Belgisch Kampioenschap er plaats. Met de nieuwe velodroom komt daar een niet te onderschatten troef bij. De Zesdaagse van Leuven! Het WK keirin.
Mijnheerke Louis neemt zelf deel aan de inhuldigingsrace. Zoals hij ook de eerste was die, slechts gehuld in een Hawaïaanse bermuda, met een sierlijk bedoelde duik het water van het nieuwe zwembad op de Philipssite indook. Wie erbij was, spreekt er nog van. Herinnert u zich Johnny Weissmuller?
De burgemeester is meteen beginnen oefenen met de fiets. Poeske Tobback, naar analogie met Poeske Scherens, Leuvens beroemdste wielrenner. Let goed op wat u nu gaat lezen, vooral de jongeren: het prestige van Jef Scherens was in zijn tijd veel groter dan dat van Tom Boonen nu. Zeven keer wereldkampioen sprint, toen dat nog het aristocratennummer van de wielersport was.
‘Het waren andere tijden’, horen wij u al opwerpen. ‘Niet te vergelijken met nu.’ Jaja, dat zal. We zullen eens een gemakkelijk punt van vergelijking geven: Jef Scherens had zijn eigen vliegtuig! In de jaren dertig! Dat kan Tom Boonen zich niet permitteren. Een gele Lamborghini ja, maar dan mag er nog geen kat oversteken of hij staat perte totale tegen een boom. Een vliegtuig is ondenkbaar. Dat kunnen alleen Tiger Woods en een paar formule1-coureurs betalen.
Mijnheerke Louis traint nu dagelijks rond de Sint-Pieterskerk, waar behalve de bussen van De Lijn toch niemand meer mag rijden. Om de erelijst van de grote Scherens te evenaren is hij er wellicht iets te laat aan begonnen, maar zijn stijl evenaart hij naar verluidt moeiteloos. Kan net als Jef in de laatste meters nog met een kattensprong voorbij de tegenstanders wippen die hij voordien nog niet omver heeft gekwakt. Binnenkort mogen de twee kleine steunwieltjes achteraan eraf.
door Koen Meulenaere